Categorieën
Film

Een muzikale schatkamer

Wanneer ze het ouderlijke huis verlaat om Amerika (en zichzelf) te ontdekken met haar vriendje, laat Anita Miller haar indrukwekkende platencollectie achter bij haar broertje William. Als ze afscheid nemen, legt Anita haar handen op zijn schouders, buigt ze iets voorover en zegt ze hem met een oprechte blik: ‘One day you’ll be cool.’ Dan fluistert ze in zijn oor: ‘Look under your bed. It’ll set you free’. Ze rijdt weg met haar vriendje; haar beduusde broertje en bedroefde moeder worden steeds kleiner op de achtergrond. Die avond haalt William een grote leren tas onder zijn bed vandaan, gevuld met juweeltjes uit de popmuziek: Creams Wheels of Fire, Bob Dylans Blonde on Blonde, Get Yer Ya Ya’s Out van The Rolling Stones, Pet Sounds van The Beach Boys, Abraxas van Santana, Jethro Tulls Stand Up, The Mother’s of Inventions We’re Only In It For The Money, Led Zeppelin II, Tommy…. Vanaf dit moment zal Williams leven nooit meer hetzelfde zijn… Met het luisteren van deze albums begint hij aan een reis die hem brengt tot in het kantoor van Rolling Stone Magazine. Een reis waarin hij toert met de band Stillwater en waarin hij voor het eerst zijn hart verliest aan het engelachtige meisje Penny Lane. Bovenstaande is een beschrijving van een scène uit de film Almost Famous van regisseur Cameron Crowe, die zijn ervaringen als jonge journalist van Rolling Stone Magazine gebruikte als basis voor deze autobiografische fictie. Een heerlijke film over de liefde voor popmuziek in de magische jaren zeventig, volwassen worden en de mythe van Amerika. Toen ik de soundtrack van de film luisterde, maakte ik kennis met een paar nieuwe bands – The Allman Brothers, Led Zeppelin en Cat Stevens – daarmee vervulde Almost Famous voor mij dezelfde functie als Anita voor haar broertje William.Zolder
Hoewel ik geen oudere zus heb die mij kon wijzen op de grote muzikale schatkist die het verleden bevat, maakte ik op mijn dertiende wel iets soortgelijks mee. Het was een warme zaterdagmiddag toen ik de taak had gekregen om de zolder op te ruimen. Ik begaf me tussen de oude spullen van mijn familie – stapels dozen ruikend naar oude sokken, in een benauwde ruimte waar stof en spinrag heersten. Daartussen vond ik onverwachts een doos met lp’s. De guitig kijkende discodansers op de voorste albumhoezen deden m’n ruggengraat trillen van afgrijnzen. Daarachter stonden echter Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band en Abbey Road. Gevolgd door een collectie met soul klassiekers, Tommy van The Who en wat platen van de Rolling Stones. (Overigens stond er naast disco ook een hoop andere meuk, waarvan ik de namen niet zou herhalen, zelfs al kon ik ze herinneren). Groeven vol muziek
Ik had in die tijd nog een platenspeler en draaide de gevonden schijfjes vinyl een voor een. Altijd een magisch moment als de naald de groef vindt en tussen het krakende stof door de eerste klanken klinken. Ik kon vroeger uren staren naar het voortglijdende vinyl en de naald die zich met gepaste snelheid naar het centrum van de plaat bewoog. Het was niet zo dat ik toen The Beatles voor het eerst hoorde. Bij ons thuis werd er voor het begin van Sky Radio regelmatig goede muziek gedraaid, dus ik was oppervlakkig bekend met het werk van The Fab Four, maar ook Elvis Presley, Otis Redding, George Michael, Booker T. and the MG’s – om maar een kleine selectie te noemen. Op het moment dat ik zelf muziek begon te draaien, kreeg het een geheel nieuwe – persoonlijke – betekenis. Alsof er een spannende wereld werd ontsloten. Mijn reis was pas begonnen…

Lees ook (of niet): A Case of High Fidelity, The Beatles: Love,
Freddie and me en Grote verwachtingen.

Door Michael Minneboo

Michael Minneboo is een freelance journalist gespecialiseerd in popcultuur, fancultuur, strips, film, online media en beeldcultuur. Hij schrijft over onder andere comics, Nederlandse strips & animatie en interviewt makers uit binnen- en buitenland. Daarnaast geeft hij lezingen en adviseert hij particulieren en bedrijven over bloggen.

10 reacties op “Een muzikale schatkamer”

Sja, je wist al dat deze film ook een van mijn all-time favorites is. De muziek hierin is meesterlijk , evenals de treffende jaren ’70 sfeer en natuurlijk Philip Seymor Hoffman en de wonderschone ‘Penny Lane’ op wie jij vast ook verliefd was.
Ga ‘m binnenkort weer eens in de dvd-speler werpen.
Leuk filmpje, wel een vreemde keuze overigens om ‘The Arcade Fire’ eronder te zetten.

@Menno: ik heb Kate Hudson inderdaad in haar andere rollen nooit meer zo leuk gevonden als in Almost Famous. Hoffman is voortreffelijk in deze flick: later ook in Capote trouwens.

In tegenstelling tot eigenlijk iedereen om me heen kan ik me niet zetten tot Almost Famous. Ben er ooit aan begonnen, maar het kon me niet genoeg boeien om de film ook daadwerkelijk tot het eind te laten spelen. Wel grappig dat je die oude platen op zolder ontdekte. Het enige wat ik ontdekte thuis was BZN. :: (

Mike, je hebt toch hopelijk ook wel de ‘bootleg’ gekeken hè ? De scènes die gesneuveld zijn, zijn wat mij betreft op het schandalige af weggelaten. Ik ben blij dat Crowe die versie er zelf nog bij heeft zitten maken.

[…] Muziek wisselde je uit op tapes – of als je genoeg geld had, kocht je het album op vinyl. Je logde niet in bij last.fm en je kreeg niet automatisch een muziekmenu voorgeschoteld. Je moest helemaal zélf kiezen wat je uit de kast haalde en waarin je zin had om naar te luisteren. Dat kon gelukkig wel al onderweg, met dikke vierkante walkmans en gigantische koptelefoons. (Als ik nu in de trein zit, mis ik soms goede geluidsdichte koptelefoons bij mijn medereizigers.) HyvesmaffiaVroeger was alles beter? Natuurlijk niet! De digitale revolutie geeft mensen sneller toegang tot elkaar en als alles lekker loopt met je pc en verbinding krijg je veel meer gedaan dan vroeger in dezelfde tijd. Dit zijn interessante tijden. We zitten in een stroom van technische ontwikkeling die enkele decennia geleden al is ingezet, maar die een steeds snellere vlucht neemt. Ik leef veel online. Ik blog, lees blogs, websites, bekijk filmpjes op Youtube en zit zelfs bij een paar sociale netwerken. Nou goed, één ding is mij wel een digitale doorn in het oog.Die Hyvesmaffia vind ik een gruwel. De site loopt veel te traag – voordat je een foto ziet, of op een andere pagina terechtkomt… er gaan kostbare levensminuten verloren. Daarbij word je praktisch verplicht om mee te doen aan dit soort praktijken (peer-to-peerpressure, zeg maar). En dat geneuzel met die krabbels ben ik meer dan zat. Raymond Spanjar laat een e-mail sturen als ik gekrabbeld wordt. Maar om de tekst te lezen moet ik eerst inloggen op Hyves. Kortom: een heel effectief en nuttig netwerk dat Hyves. Laatst zag ik Spanjar op e.day. Voordat ik hem kon vragen of hij denkt dat het nog een keer wat gaat worden met dat Hyves, was hij alweer in de menigte verdwenen – de man die sneller is dan zijn netwerk. Ik zal hem eens krabbelen, snapt hij misschien meteen wat ik bedoel.VoetnootMijn opa was dik in de zeventig toen hij zijn eerste pc kocht. Hij was altijd geïnteresseerd in techniek, en hoewel hij soms wat hulp nodig had, kon hij zich aardig redden met dat ding. E-mailen met familie overzee, foto’s scannen en bewerken. Het spelletje Patience was een favoriete applicatie van hem. Toen hij stierf erfde ik zijn oude pc. Deze gaf enkele maanden geleden de geest. Misschien wordt het tijd dat ik hem eens weg doe.Lees ook (of niet): het verslag van e.day 2007 en Een muzikale schatkamer. […]

[…] Het beste in de kastBij ons thuis werd van alles gedraaid, maar het repertoire van Elvis werd regelmatig op de draaitafel neergelegd. Als kind was ik dus ‘fan’ – voor zover kinderen echt in zaken van smaak kunnen kiezen. Jarenlang heb ik dat diep in me weggestopt, denkende dat Elvis eigenlijk niet meer kón en uit de tijd was.Tot vijf jaar geleden. Elvis was toen 25 jaar dood en daarom voor een paar weken alom aanwezig in de media. Ik kocht een dubbellaar omdat ik toch wel het beste van de zanger uit Memphis in mijn cd-kast wilde hebben. Die week was ik alleen thuis (toenmalig vriendinnetje was er niet) en zette ik de cd op. Het was in het bijzonder de tweede cd die me raakte: het latere werk waarin de zuivere en warme stem van Elvis centraal staat. Zelfs bij de melodramatische nummers (of juist bij die nummers) bleek waarom hij een goede zanger was. Elvis wist alles te zingen alsof hij het meende – en daarmee was hij in zijn ‘nadagen’ eigenlijk een overtuigende chansonnier, in plaats van een rock-‘n’-rollheld.Die avond zat ik te luisteren in het donker, naar een stem die al 25 jaar het leven had gelaten en toch zó vol leven klonk. Op sommige momenten voelde ik de rillingen over mijn lijf gaan. Sindsdien draai ik weer regelmatig een Elvis-cd. Puur om te genieten.Lees ook (of niet): De Elvis-paradox en Een muzikale schatkamer. […]

[…] Het is de vraag hoe lang dit nog kan duren. Leuke initiatieven op het internet worden dikwijls de kop ingedrukt door officiële instanties, zeker als het om muziekzaken en auteursrecht gaat. Zo werd Pandora.com, een soortgelijke applicatie als Last.fm, de mond gesnoerd omwille van copyrights. Pandora opereert voornamelijk nog binnen de Verenigde Staten. Ongetwijfeld vinden de copyrightduivels ook weer iets tegen Last.fm en net zo zeker zal er dan weer een ander initiatief het licht zien. (VoetnootDoor alle leuke gastbijdragen zoals de perfecte zondag, was deze bijdrage (begin oktober geschreven) nog op de virtuele plank blijven liggen.)Lees ook (of niet):No more Hyves,Opa en de digitale revolutie,E.day,en Een muzikale schatkamer. […]

Reacties zijn gesloten.