Gastauteur en nachtburgemeester René van Densen houdt een vurig pleidooi voor kroegtijgers die op een barkruk Oud & Nieuw doorbrengen.Terwijl half Nederland opnieuw massaal de supermarkten bestormt voor de tweede feestdagen-hamstering van al het eet- en drinkbaars dat ze hun familie en andere gasten op die paar avondjes rijkelijk door de strot kunnen duwen, zit ik kalmpjes de laatste paar werkdagen van het jaar uit en maak me eigenlijk nergens echt druk om.Nieuwjaar is geen wereldschokkend evenement in mijn leven, nooit geweest en vermoedelijk zal het dat ook nooit worden. Leuk? Dat dan weer wel. Niet om het vuurwerk, niet om de familie, niet om de bordspelletjes of het gourmetten. Niks van dat alles aan deze jongen zijn broek – als traditioneel feestdagontduiker breng ik ook de laatste en eerste dag op een barkruk door.Nachtburgemeester
Voor wie bij die inleiding het woord ‘ongezellig’ al in de mond waagt te nemen, even twee relevante gegevens. Allereerst ben ik één van de twee nachtburgemeesters van de immer cultureel bruisende stad Tilburg – ja, dat stukje Nederland dat op de kaart de aars van het land lijkt voor te stellen. Randstadbewoners kunnen zich moeilijk voorstellen dat er buiten hun leefgebied meer dan polder en heikneuters is, maar Tilburg heeft zich in een handjevol decennia ontwikkeld tot een heuse stad met vibrant en veelzijdig kroegencircuit, theaters, bioscopen, een schokkende hoeveelheid live bandoptredens, creatieve en culturele uitspattingen op iedere straathoek, en dat alles zonder de
gemoedelijkheid te verliezen.Vergeet wat je in de kranten leest over die ene kogel die maandelijks geschoten wordt, geweldplegingen heb je in elke zichzelf respecterende stad en daar doe je niks aan. Statistisch gezien doet deze zesde-grootste-stad van Nederland het eigenlijk zelfs niet eens zo griezelig slecht op dat vlak, dus die overtrokken aandacht voor dat marginale misdaadcijfer heb ik nooit begrepen. Die berichten gaan niet over de stad die ik ken en liefheb, ze verhalen over een bijna mythisch Gomorra waar het bloed je over de stadsgrenzen al tegemoet gutst als je het in je zondige hoofd haalt dit hellegat te bezoeken. Tilburg kent een Bourgondische doch frisse gemoedelijkheid die je nooit zult ervaren als je je door deze angst ervan afzijdig zal houden. Vergeet ook de chaotisch, en door veel buitenstaanders als lelijk bestempelde architectonische uitstraling van deze stad. Het enige dat de skyline alhier je zou moeten vertellen is dat je alles wat je maar zoekt hier kunt vinden, zij het dat we alles op heel eigen manier ordenen. En als je het uiterlijk van deze stad echt niets prettigs vindt uitstralen: het nachtleven speelt zich hier ook voor een groot deel binnenskroegs af, van waaruit je weinig meekrijgt van het straatbeeld. Gerstenat
Het binnenskroegse is hier al jaren bekend gebied voor mij. En een handjevol kroegen bezoek ik zo vaak en al zo lang dat het aldaar vertoeven nog meer als mijn woonkamer aanvoelt dan de daadwerkelijke kamer in kwestie. Wellicht is het niet voor iedereen weggelegd, maar
ik voel me eerder thuis in een goedgevoeld café waar gerstenat en andere brouwsels rijkelijk vloeien, dan op een bank voor de buis met een Tv-maaltijd op schoot. Als een echt nachtbraker ben ik er dus niets rouwig om als ik het nieuwe jaar pas mag ontwaren bij sluitingstijd van mijn stamkroeg ergens ’s ochtends laat.Dan nog het andere gegeven: op de plekken waar ik het liefst uitga, gebeurt bijna altijd wel van alles onverwachts. In een gezelschap vol (aspirant en professionele) schrijvers, dichters, filosofen, musici, schilders, zuiplappen, filmmakers, echtparen die hun wilde haren nog niet kwijt zijn, hele ladingen aantrekkelijke studentes en mystieke
vrijgevochten vrouwen met wat meer levenservaring, passionaire absurdisten en watalnietmeer, is het verdomd moeilijk om in een sleur te geraken.Eerlijk
Dus, heren en dames die hun mening over ons nieuwjaars-kroegtijgers al klaar hadden, wees eens eerlijk tegen uzelf op de laatste momenten van dit jaar. Terwijl u uw soepstengel in de kaasfondue dompelt of het ijzerdraad rond de kurk van die ene champagnefles alvast wat losdraait. Terwijl u op straat, temidden van tientallen andere buurmannen in hun eigen tuintjes, met de sigaret bij de vuurpijlen klaarstaat. Terwijl u de obligate oudejaarsconference weer heeft afgekeken en het aftellen op TV is begonnen. Terwijl uw schoonmoeder nog even de belippenstifte mond vult met een braaf hapje van de schaal op tafel. Wees eerlijk. Heeft u dit niet al een paar keer eerder exact zo meegemaakt? Is het niet weer meer van hetzelfde dit jaar? Kunt u eigenlijk stiekem zelfs de volgorde al voorspellen van de mensen die u nieuwjaarszoenen en -handen gaan geven?Hé, ieder het zijne hoor, begrijp me niet verkeerd. Maar ik wil echt een NIEUW jaar in. Doet u vooral waar u zelf zin in heeft. Houden we het op die manier gezellig. Gelukkig nieuwjaar allen!Lees ook: Holiday Blues.
Categorieën
2 reacties op “Gastauteur: Oud & nieuw”
Schot in de roos, René! En als oud-Tilburger is dit loflied over de stad fijn om te lezen. Keigoed, zoals de Kruikezeikers dat plachten te duiden.
@Jeroen: Ik sluit me hierbij aan. Goed, ik ben geen oud-Tilburger, maar de keren dat ik in de betreffende stad was, heb ik mij prima vermaakt. Kortom: interessant voor iedereen die eens lekker uit wil gaan. Overigens heb ik op dezelfde manier als Rene mijn oud & nieuw doorgebracht: op een kruk in mijn stamkroeg. Was helemaal niet verkeerd + goede sfeer. Geen klef familiegedoe, geen gedoe met schoonouders, etc. Gewoon lekker met mede Kroegtijgers het nieuwe jaar inluiden. Very nice.