Vroeger had ik twee stamkroegen: ’t Kroegie en Swaf. Nu heb ik er geen.
In Hoorn is het makkelijk kiezen wat stamkroegen betreft: ‘t Kroegie en Swaf waren de enige leuke, wat mij betreft. Swaf staat tegenwoordig in de verkoop dus dat maakt de keuze nog makkelijker. Tenminste, dat vermoed ik: want ik ben er al jaren niet meer uitgegaan dus ik ben niet helemaal op de hoogte van de laatste ontwikkelingen.
In Amsterdam heb ik niet echt een stamkroeg, wel plekken waar ik vaak en graag afspreek. De Balie, Stanislavski en het Ketelhuis, zijn mijn vaste plekken voor koffiedates. Soms zit ik nog wel eens in de Koe om met een paar bevriende nerds af te spreken om over Spider-Man, Marvel en Star Wars te lullen. Goede avonden zijn dat.
Toch voelen die plekken niet echt als stamkroegen. Misschien komt hierdoor. Toen ik in Hoorn woonde, ging ik vaak naar Swaf omdat mijn woonkamer op een gegeven moment wat eenzaam voelde. Behoefte aan gesprek en gezelschap, ging ik dan naar Swaf. Ook al was ik altijd een buitenbeentje onder de outsiders. Het zij zo. Ik vond eigenaar Nico Danenberg altijd een aardige gastheer en zijn café voelde altijd uitnodigend.
Op een gegeven moment ken je de barflies daar wel, al ben ik nu van de meeste de namen vergeten. Die van Karlijn natuurlijk niet – die werkte in ’t Kroegie indertijd en we gingen wel eens samen ontbijten. Dankzij Karlijn heb ik uiteindelijk Linda ontmoet.
Ik kan me leuke zaterdagmiddagen herinneren en goede avonden in ’t Kroegie en Swaf. Als je mensen maar vaak genoeg tegenkomt en spreekt, krijg je toch een vals gevoel van saamhorigheid op een gegeven moment.
Natuurlijk hoopte je als vrijgezel ook wel een leuke meid tegen te komen. Soms lukte dat en werd het een interessante nacht. Vaak waren die leuke meiden echter bezet en bleef het blij slap lullen. Letterlijk en figuurlijk.
En als er niemand was om mee te praten, dan ging ik bierviltjes vol tekenen. Soms maakte ik portretten van de aanwezige dames en dan kwam het vanzelf tot een gesprekje.
Nu ik erover na denk, heb ik wel een stamkroeg in Amsterdam. Als je mijn vaste plek op de bank als zodanig kunt aanduiden. Ik zit er vaak en graag. Drink er mijn koffie en lees er mijn strips. Huismus als ik ben tegenwoordig. Maar goed, naar leuke dames hoef ik dan ook niet meer op zoek.