De Britse acteur John Rhys-Davies (Salisbury, 1944) was een van de gasten tijdens de Amsterdam Comic Con in september dit jaar. Ik bewonder Rhys-Davies al heel lang en wilde hem graag eens ontmoeten.
De meeste mensen zullen hem waarschijnlijk kennen van zijn rol Gimli uit The Lord of the Rings trilogie, maar ik ken hem vooral als Sallah uit de Indiana Jones-films en Professor Maximillian Arturo uit de tv-serie Sliders.
Ook speelde hij een kleine doch belangrijke rol in The Living Daylights, nog steeds een van mijn favoriete Bond-films.
Rhys-Davies gaf echter ook als eerste gestalte aan de Kingpin, de misdaadbaas van New York in het Marvel Universum. Hij speelt deze rol in de televisiefilm The Trial of the Incredible Hulk, een van de drie films gemaakt na de televisieserie met Bill Bixby en Lou Ferrigno in de hoofdrollen. Daredevil maakt hierin ook zijn opwachting.
Zijn vertolking wijkt nogal af van die van de strips: Kingpin in de film zit vooral in zijn kantoor en als een spin in het web houdt hij de stad in de gaten middels een muur van televisieschermen. Zijn zonnebril gaat nooit af, ook ’s nachts niet.
Ik bewonder Rhys-Davies al lang, en wilde hem altijd al eens ontmoeten. Er spookten enkele vragen door mijn hoofd. De vrijdag voor de Comic Con was er een persconferentie en eventueel een mogelijkheid om hem solo te interviewen. Omdat ik zelf druk was met dat weekend voor te bereiden, liet ik dat schieten in de hoop hem op de beursvloer tegen het lijf te lopen. Ik was immers gast van de con en kon dus in de lounche waar de sterren zich tussen de verschillende sessies zouden ophouden.
Als journalist spreek ik vaker met helden van me, maar dan vraag ik nooit om een handtekening of, als het stripmakers betreft, om een illustratie. Ik hou mijn fanboy-identiteit dan verborgen, al spreek ik tijdens of na het gesprek vaak wel mijn bewondering uit. In de rij gaan staan en een handtekening kopen, doe ik dus eigenlijk nooit op Comic Cons.
Zaterdag zag ik hem zitten in die ruimte, maar omdat Rhys-Davies druk in gesprek was met Michael Dudikoff, wilde ik hem niet storen.
De volgende ochtend overlegden Linda en ik wie van ons koffie zou halen voordat de beurs openging. Linda ging naar de lounche. Toen ze terugkwam, vertelde me dat een oudere man met een baard voor het koffiezetapparaat stond en haar vriendelijk goedemorgen wenste.
‘Dat is hem! Dat is John Rhys-Davies,’ riep ik uit. Had ik nu maar zelf de koffie gehaald. Maar nu kon ik niet weg, de eerste bezoekers snuffelden al rond.
Rond lunchtijd liep ik vol goede hoop richting het kamertje en verdomd, daar zat hij aan een tafel foto’s te signeren. Naast hem zat zijn assistente. Ik stelde mezelf voor en vertelde dat ik ook een van de gasten was op het festival vanwege mijn boek Mijn vriend Spider-Man.
‘Ah, een auteur! Een intellectueel! Ga zitten,’ zei Rhys-Davies. Ik vroeg hem hoe het was om met Bill Bixby te werken. Bixby speelde niet alleen de rol van Bruce Banner, hij regisseerde The Trial of the Incredible Hulk ook. ‘Een groot verlies dat hij is overleden,’ vertelde de acteur. ‘We waren beide professionals, dus als Bixby regisseerde had hij weinig woorden nodig. We communiceerden vaak in een soort van stenotaal.’
‘Nee, de Kingpin kende ik niet uit de strips.’
In de serie Sliders speelt Rhys-Davies een professor die samen met een geniale student van hem en enkele anderen naar parallelle universa reist. Over de serie was Rhys-Davies niet tevreden: ‘Dat was echt een gemiste kans. Het concept had zoveel potentieel, maar dat hebben ze verkwanseld door telkens leentjebuur te spelen bij bestaande verhalen en die te recyclen.’ Een mening die hij vaker laat horen overigens.
Dat is natuurlijk jammer om te horen, want ik koester goede herinneringen aan die serie. Maar dat neemt niet weg dat Rhys-Davies gelijk heeft. Er had veel meer in de serie gezeten. Helaas geldt dat voor veel tv-series.
Ik vroeg me af of hij optredens op beurzen als de Amsterdam Comic Con leuk vond om te doen. ‘Het is het belangrijkste aan mijn werk, vind ik. Om de mensen te ontmoeten en te woord te staan die ervoor zorgen dat ik al die jaren werk heb.’ Rhys-Davies is dus erg dankbaar naar zijn publiek toe en hoopt op deze manier iets terug te doen.
Het onderwerp kwam op de wereldproblematiek. Nu bleek dat Rhys-Davies er nogal wat conservatieve denkbeelden op nahoudt, iets wat ik niet van hem wist. Zijn visie was echter onderbouwd en goed geïnformeerd. En ik deel zijn zorgen over hoe de overbevolking de druk op grondstoffen en andere natuurlijke voorzieningen van de aarde opvoert.
Zijn assistent gaf Rhys-Davies een kop soep.
Omdat ik mezelf niet te lang wilde opdringen, besloot ik daarna nog maar een vraag te stellen. Een clichévraag weliswaar, maar gezien de rijke carrière van deze acteur, een vraag die toch gesteld moest worden. Ik wilde weten wat zijn favoriete rol dusver was. ‘The next one,’ zei hij. Die had hij kennelijk vaker gehad.
Ik wees op de stapel foto’s om nog iets van hem te horen over Steven Spielberg. Maar Rhys-Davies pakte een foto van zichzelf als Sallah uit Indiana Jones and the Last Crusade en signeerde deze voor me. ‘Michael, a joy talking to you.’ Dankbaar nam ik de foto aan en liet de Britse acteur aan zijn soep.
Nu zat ik wel in de enigszins vreemde situatie dat ik eigenlijk ook eten kwam halen, maar als ik dat hier ging opeten, was het de vraag waar ik zou gaan zitten. Niet naast de acteur gaan zitten was wellicht gek, maar ik wilde me ook niet langer opdringen. Dus besloot ik terug te gaan naar mijn stand.
Dankzij de ontmoeting en het gesprek met John Rhys-Davies voelde ik me de rest van de dag een vrolijke fanboy. De foto met handtekening hangt ingelijst in mijn werkkamer.
Één reactie op “Een ontmoeting met John Rhys-Davies”
Naast in Indiana Jones speelde hij ook in Allan Quatermain’s King Solomon’s Mines in een soortgelijke rol als side kick. Wat grappig is aangezien Allan Quatermain de voorloper is van Indiana Jones. 🙂