Categorieën
Media Mike's notities

Column: Niet voor tere zieltjes

Toen ik van de week het nieuwe album van Avril Lavigne kocht, stond mij een onaangename verrassing te wachten. Bij de eerste keer draaien van dit album vol vrolijk klinkende popliedjes, leek mijn cd-speler af en toe te haperen. Ik draaide het betreffende nummer nog een keer en ontdekte dat bepaalde woorden van de tekst waren weggepoetst.

‘Wat zullen we nu krijgen?’, dacht ik. Verdomd als het niet waar was: diezelfde woorden waren ook in het booklet gecensureerd. Avril gecensureerd?! What the fuck! Een rondje googlen leerde mij dat er inderdaad twee versies van The Best Damn Thing op de markt waren gebracht: een ‘expliciete’ versie en de ‘clean’ versie. ‘Wat nou clean versie?’, dacht ik nog. Avril zingt in een liedje het woordje shit zo nu en dan, en in ‘Girlfriend’ gebruikt ze de term ‘motherfucking princess’ – op mijn exemplaar dus motherf_ing princess, en dat klonk werkelijk nergens naar.Ik hou niet van censuur. Als een artiest bepaalde uitdrukkingen wenst te gebruiken, dan moet hij of zij dat doen. Als een kunstenaar bepaalde symboliek wil gebruiken om een argument kracht bij te zetten, dan is het aan de kunstenaar om die keuze te maken.

Nu begrijp ik best dat puriteins Amerika kleine kinderzieltjes wil beschermen, en dat er dus een gecensureerde versie wordt uitgebracht om het K 3-publiek tegemoet te komen. Maar zet dat gvd dan ook gewoon op de verpakking. Een nietsvermoedende consument die niet op de hoogte is van het feit dat het werk van Avril gemutileerd is uitgebracht, weet dan dat hij een aangetaste versie mee naar huis neemt. Er wordt immers ook een sticker geplakt op de oorspronkelijke versie (je kent hem wel: Parental advisory, explicit content – standaarduitrusting voor cd’s die volgeluld worden door ‘gangsta’s’….). Doordat er op de ‘clean-version’ niets hierover staat aangeduid, wordt deze versie als de norm beschouwd. En dat klopt natuurlijk niet: de boze taalversie is de oorspronkelijke versie – want dit is de visie van de kunstenaar – en de opgeschoonde versie is de aangepaste.

We leven kennelijk in de omgekeerde wereld. Waarbij censuur de norm wordt, waarin je woorden in de mond worden gelegd, en zodra je iets anders wil bezigen, je wordt gezien als afwijkend of corrumperend. (Ik zeg: De Bond tegen het Vloeken.) Toen ik met mijn cd terugging naar de winkel was de verkoopster erg verbaasd over het feit dat er überhaupt een aangepaste versie bestond. Toen bleek nog eens dat de normale versie alleen te krijgen was in combinatie met een dvd die de prijs deed stijgen. Ja, je leest het goed: wie de oorspronkelijke versie wil bezitten moet extra betalen voor de cd. Deze kreeg ik echter zonder morren mee voor de oude prijs. Gelukkig waren er nog een paar mensen in de wereld die wel fatsoenlijk konden denken. Laten we hopen dat ze dat bij RCA, Sony/BMG, het label waar Avril haar werk uitbrengt, ook eens gaan doen.

Opmerkelijk feit: op de strong language-versie zit op de achterkant een sticker voor de Duitse markt, waarop een minimale leeftijd van zes jaar wordt aangegeven. Kijk, daar leven ze zich in ieder geval in de klant in: kinderen onder de zes verstaan natuurlijk geen Engels en hebben dan wel genoeg aan de goedkopere gecensureerde versie. Boven de zes mogen ze in Duitsland gewoon genieten van de oorspronkelijke muzikale visie van de artiest. Dat is nog eens klantvriendelijk!

Categorieën
Media

Interpret historie: de eerste webcast in NL

Persbericht: 4 mei 2007 is het exact 12,5 jaar geleden dat in Nederland de eerste ‘webcast’ plaatvond. Toen werd vanuit cultuurcentrum Simplon in Groningen live een concert uitgezonden via het internet.Op 4 november 1994 keken maar liefst vier vroege internetters via hun PC naar het Metal concert in de Simplon. Twee waren er speciaal voor thuisgebleven en twee onbekenden volgden het concert vanuit Amsterdam. “Dat wil zeggen: de beelden, want geluid kon nog niet,” licht Stef van der Ziel, de initiatiefnemer van de webcast en oprichter van Jet-Stream, lachend toe. “De techniek faciliteerde bovendien slechts één beeld per seconde, dus alleen de echte internetgelovige zou hier hoop uit putten!” Streaming video wil zeggen dat er realtime gekeken kan worden en dus niet tussentijds gedownload hoeft te worden. Dat was uiterst vernieuwend in een tijd dat er in Nederland nog maar een handvol websites bestond en allemaal ‘text only’ zoals dat heet.Eén beeldje per seconde klinkt nogal prehistorisch, internet has come a long way zou ik zeggen. Tegenwoordig zit ik vaker een avondje te YouTuben dan dat ik televisie kijk. En hoe zit het met jou? Zit je vaker achter de monitor gekluisterd of ben je nog steeds een beeldbuis-addict?

Categorieën
Film Filmrecensie Strips

Spider-Man 3 stelt teleur

Spider-Man 3 draait eindelijk in de bioscoop. In dit deel worden de draadjes van Sam Raimi’s web samengeknoopt. Hier en daar laat de regisseur echter behoorlijke steken vallen.

Toen Sam Raimi’s Spider-Man vijf jaar geleden uitkwam, ging mijn jongenshart sneller kloppen. Eindelijk een volwassen interpretatie van mijn favoriete superheld, gemaakt door een filmmaker die het materiaal begreep en de strip vol enthousiasme geloofwaardig naar het witte doek wist te vertalen. Goede vertolkingen van een uitstekende cast en een schilderachtige cinematografie brachten de creatie van Stan Lee en Steve Ditko uit 1962 tot leven. Met het vervolg gooide Raimi daar nog een schepje bovenop en leverde hij een evenwichtige en spectaculaire film af. De verwachtingen voor de derde episode waren dan ook hooggespannen. Helaas worden die verwachtingen maar voor een deel waargemaakt.Spider-Man 3 begint nagenoeg waar deel twee ophield. Mary Jane en Peter hebben elkaar gevonden, zij accepteert dat hij een dubbelleven leidt als webhoofd en New York juicht de held toe. Het gaat Peter Parker dus eindelijk eens voor de wind. Dat mag natuurlijk niet te lang duren. De schurken Sandman en Harry Osborn als de Green Goblin draven daarom al snel op om roet in het eten te gooien.

Peter is er maar druk mee en zo vol van zichzelf, dat hij geen oog heeft voor de problemen van Mary Jane. Als een symbiotisch wezen uit de ruimte zich probeert te hechten aan Parker, komt zijn duistere kant boven en laat hij zich van zijn allerslechtste kant zien. Als Sandman ook nog eens de echte moordenaar van oom Ben blijkt te zijn, heeft Peter alle reden om te handelen naar wat de duisternis hem dicteert. Ondertussen drijft de komst van Gwen Stacy ook nog een wig tussen het geluk van Peter en MJ.

Overvloed
De plot van de film klinkt veelbelovend, maar maakt tevens duidelijk dat er heel wat draadjes samen moeten komen in het web dat Raimi en zijn team hebben gesponnen in de afgelopen twee films. Het stripmateriaal van Marvel is een nogal rijke bron en het lijkt wel alsof de scenaristen (Raimi schreef het script samen met broer Ivan en Alvin Sargent) er te veel van in één film wilden proppen. Na het zien van Spider-Man 3 heb je het gevoel dat je twintig comics achter elkaar hebt gelezen.

Het probleem hiervan is dat er die 2 ½ uur filmduur niet genoeg tijd biedt om alles goed uit te werken; de filmmakers hebben er flink de kantjes van afgelopen. Dat is jammer, want de duistere kant van Peter (Tobey Maguire) als thema had een boeiende film kunnen opleveren. Van alle personages komt Harry Osborn (James Franco) – na Peter uiteraard – nog het beste uit de verf: de ontwikkeling van zijn karakter werd al op gang gebracht in de voorgaande delen en komt nu tot een boeiende slotsom.

Hetzelfde kan helaas niet gezegd worden voor Sandman (Thomas Haden Church) of Venom (Topher Grace). Raimi past het verhaal van de moord op oom Ben aan om deze in Sandmans schoenen te kunnen schuiven. Kenmerkend aan zijn Spiderman-films is dat het conflict met de schurk altijd een persoonlijke strijd is. De Green Goblin en, in mindere mate, Doc Ock werden neergezet als alternatieve vaderfiguren voor Peter. Dit keer krijgt hij dus te maken met de echte moordenaar van zijn pleegvader oom Ben (Cliff Robertson). De makers wringen zich onnodig in allerlei bochten om een persoonlijke connectie tussen Peter en Sandman te bewerkstelligen.

De shots waarin Sandman zijn krachten krijgt zijn weliswaar een spectaculair staaltje CGI, de manier waarop hij het slachtoffer wordt van een wetenschappelijk experiment had beter toegelicht mogen worden. De ontwikkeling van Venom wordt stelselmatig opgebouwd en zijn motivatie is duidelijk. Toch maakt ook deze schurk zijn potentie niet geheel waar. Purist
Waarom Gwen Stacy (Bryce Dallas Howard) een rol speelt in het verhaal is echter het grootste raadsel. Stripliefhebbers zullen weten dat Peter een relatie met Gwen had voordat hij Mary Jane ontmoette. In Amazing Spider-Man #121 is het Gwen die door de Green Goblin van de Brooklyn Bridge wordt gegooid waardoor ze sterft. In Spider-Man is de geschiedenis met Gwen overgeslagen en is zij vervangen voor Mary Jane. Prima, want in hervertellingen van Spiderman-verhalen is Gwen ook out of the picture. Waarom Gwen nu dus geïntroduceerd wordt als rivaal voor Mary Jane (Kirsten Dunst) is vreemd, want Felicia Hardy (alias Black Cat) zou bijvoorbeeld een logischer keuze zijn geweest. Het grote bioscooppubliek zal het echter worst wezen, de strippurist in mij echter niet.

Suikerzoet en disco-moves
Raimi heeft in de vorige films een aardige balans gevonden tussen de emotionele lading in het verhaal en de actiescènes, de kenmerkende mix van de Spiderman-strips. In deze aflevering is hij die balans echter kwijt. Veel van de scènes slaan te veel door in suikerzoete emoties. Hierdoor dreigen ze pathetisch te worden.

Dit staat in schril contrast met de meer humoristische elementen. Wanneer Spidey slecht wordt door de invloed van de symbiont, laat hij ook als Peter Parker zijn duistere kant vrij. Raimi verbeeldt dit echter door Peter een emo-kapsel te geven – een iconografie die niet geheel bij het personage past. In combinatie met de disco-moves die Peter op straat demonstreert, wordt het allemaal net iets te belachelijk.

Los daarvan herhalen Raimi en de zijnen net te vaak trucjes uit de eerste twee films. Tante May (Rosemary Harris) fungeert wederom als moreel centrum in Peters leven en brengt hem door een monoloog op het rechte pad – dat hebben we nu wel vaak genoeg gezien. En kunnen de scenaristen niets beters verzinnen dan het ontvoeren van Mary Jane om Spidey in de val te lokken? Het ziet ernaar uit dat de Raimi-Spiderman-formule na drie films wat sleets begint te raken.En toch…
Tot zover de minpunten van deze film, want je moet dit derde deel natuurlijk wél gaan zien. Er wordt een hoop goed gemaakt in het laatste kwart van de film, al had de climax wel wat – wederom – beter uitgewerkt mogen worden. In de laatste akte van Spider-Man 3 weet Raimi alle elementen toch nog bij elkaar te brengen en wordt duidelijk waarom er zoveel personages in de film rondlopen. Visueel ziet de film er fantastisch uit en is voor digitaal Hollywood de lat wederom een stukje hoger gelegd. Met het visuele spektakel en actie zit het dus wel goed.

Christopher Youngs soundtrack weet hier en daar de emoties de juiste hoeveelheid kracht bij te zetten zonder de aandacht op zichzelf te vestigen (en heeft veel weg van Danny Elfmans score voor de andere Spidey-flicks). Ook is Bruce Campbell weer van de partij in misschien wel zijn beste cameo ooit.

Ondanks de onevenwichtigheid en volheid van de film, (en als je als purist de ergernissen buiten beschouwing laat) is deze toch onderhoudend. Al is Spider-Man 3 niet zo goed als zijn voorgangers. Tot slot is het een fijn idee dat er na vijf jaar een (soort van) einde is gebreid aan een trilogie die de film- en stripgeschiedenis zal ingaan als een van de meest boeiende superhelden-stripadaptaties ooit.

Categorieën
Mike's notities

Nog niet dood

‘I was thirty. Before me stretched the portentous, menacing road of a new decade.’
– The Great Gatsby, F. Scott FitzgeraldVandaag word ik dertig. Nu heb ik nooit veel waarde gehecht aan leeftijd en vier ik mijn verjaardag al jaren niet meer – toch hield de laatste weken een akelig gevoel huis in mijn ziel. Een gevoel van onvrede en het voorzichtige besef dat ik als een stuurloos bootje over de zee des levens vaar. De jaren tikken door, maar welke kant gaat het op?Ik heb me altijd voorgehouden dat ik rond mijn dertigste maar eens ‘volwassen’ moest worden. Het feit dat ik sinds zes maanden een vaste baan heb (na een periode van freelancen) is daarmee alvast een stap in de goede richting. Gelukkig maak ik daarnaast vooral tijd voor leuke dingen: afspreken met vrienden, bloggen, films kijken. Het is dan ook al weer een tijdje geleden dat ik met een langdurig creatief project bezig was. Er gingen laatst wat projecten niet door (onder andere een strip- en een filmproject) en daardoor had ik even genoeg van het gezeul met concepten. Ik geniet dan ook van de luwte, terwijl er stilletjes wel ideeën beginnen te broeien. Keuzes
Ik begin zo langzamerhand wel te beseffen dat ik bepaalde keuzen steeds uitstel: blijf ik in dit huis wonen, en als ik ga verhuizen, waar naartoe? Er is veel wat ik uitstel en voor me uit schuif, alsof het leven eeuwig duurt. Wat natuurlijk niet het geval is. Maar het uitstellen van keuzes is in zekere zin ook een manier van kiezen: je kiest er immers voor nog even geen beslissing te nemen. Bij nader inzien blijkt de status quo dus constant in flux. Iedere dag maak je onbewust bepaalde keuzen opnieuw: ‘nog even deze baan en dan’, ‘morgen boek ik die vakantie écht’, ‘ik ga haar nu echt bellen, zodra ik tijd heb’, ‘vandaag begint een frisse start’ etc… De paradox die ik vandaag voel, wordt mooi verwoord door Bob Dylan:

I was born here and I’ll die here against my will
I know it looks like I’m moving, but I’m standing still
Every nerve in my body is so vacant and numb
I can’t even remember what it was I came here to get away from
Don’t even hear a murmur of a prayer
It’s not dark yet, but it’s getting there.

Bob Dylan – Not Dark Yet

Hoe het ook zij, vandaag maak ik maar één keuze: ik doe niet mee met de oranjegekte buiten mijn huis; ik sluit me af van de wereld en duik in een stapel goede strips en geselecteerde cd’s. Je mag op je verjaardag immers doen wat je wilt – ook als je het niet viert. Next: recensie Spider-Man 3

Categorieën
Strips

Stripbeurs in Arnhem: De poster was beter

Omdat de stripbeurs in Rijswijk laatst een plezierig gebeuren was, keek ik al een paar dagen uit naar de stripbeurs in Arnhem die dit weekend plaatsvond. Geen van de verwachtingen werden echter ingelost: dit tafereel was de naam stripbeurs niet waardig.Het team van Nieuw Gehoer was aanwezig op de beurs. Ik had de snelweg gedeeld met Sjitske en Ziekehond, twee tekenaars die geregeld een bijdrage leveren aan de tekenbattle Nieuw Gehoer. Aangekomen in Arnhem viel het ons op dat het cultureelcentrum ‘De Coehoorn’ er van buiten wat aftands uitzag. Binnen was het niet veel beter: het pand had veel weg van een muf schoolgebouw en de deelnemers van ‘de beurs’ waren dan ook verspreid over verschillende lokaaltjes. Het was in een blik duidelijk: we zaten in de culturele rimboe. Toen de heren van Nieuw Gehoer vol goede moed hun spullen aan het uitstallen waren, had het geheel iets weg van zendelingen die cultuur kwamen brengen aan de massa. Helaas bleef die massa achterwege. Want dankzij de warmte, onbekendheid van de beurs en wellicht ook wel de locatie, was er de hele dag slechts sprake van binnendruppelend publiek. De meeste bezoekers bij de stands waren stripmakers die collega’s kwamen opzoeken. Van de frisse garde werden onder andere Aimée de Jongh, Stephan Brusche, Flo, Johan de Rooij, Rutger Ockhorst en Emma, Mrs. Falling Monkey, gesignaleerd.Het leek een lange dag te worden. Gelukkig werd de middag gered doordat ik samen met Mattt Baay een nieuw seizoen animaties Bunbun gaat Forward, voor de website IntermediairForward.nl, heb uitgestippeld. Een plezierige samenwerking die al een paar grappige animaties heeft opgeleverd. Ook maakte de aanwezigheid van stripmakers Jean-Paul Arends (Scribbly) en Merel Barends een hoop goed: interessante conversatiepartners met wie ik de namiddagzon deelde. De gesprekken over onder andere foute Hobbits (zijn er andere dan?), het tekenwerk van Sal Buscema en John Romita Jr., Batman Begins, Frank Millers 300 en het freelancerbestaan passeerden de revue. (Begon het toch nog een beetje op een stripbeurs te lijken.) Hallie Lama mixte daar nog interessante input bij over popmuziek, waardoor het toch een geheel onderhoudende middag werd. Zoals zo vaak bepaalt het gezelschap de sfeer, niet de locatie (Kerkhoven en gerechtsgebouwen uitgezonderd, uiteraard). Toen ik aan het einde van de dag samen met de mensen van Nieuw Gehoer het pand verliet om ergens wat te gaan eten, had ik geen enkele strip gekocht. Ik had niets kunnen vinden van het lijstje dat ik in mijn hoofd had. Een stripbeurs waar je met lege handen uitkomt, is eigenlijk zijn naam niet waardig. Volgend jaar kan Arnhem wat mij betreft dus worden overgeslagen.

Categorieën
Mike's notities

Afwezig aanwezig

Soms heb je gewoon je dag niet en kun je maar het beste faken dat alles lekker gaat. Gisteren was echt zo’n dag dat ik beter in mijn bed had kunnen blijven. De dag begon aardig en vol enthousiasme stapte ik de trein in. Toen ik echter twintig minuten op Haarlem CS op de bus moest wachten, begon er een klein groepje donkere wolken boven mijn hoofd te formeren. In de loop van de dag werd mijn humeur er niet beter op. Ik had een deadline voor een heel kort artikel. Zoals het vaak gaat: hoe korter een stukje tekst moet zijn, hoe moeilijker het is om te schrijven en dus ook hoe langer het duurt om iets fatsoenlijks af te leveren. Ondertussen kwam ik maar niet achter de gereserveerde edit-set te zitten waar ik nog vier filmpjes moest afmonteren. Ik kampte met grote concentratieproblemen en vond alles op mijn bureau interessanter dan de computer voor mijn neus. Misschien kwam het door de onverwachte verschijning van een spook uit mijn verleden vorige week, wat een beerput aan slechte herinneringen naar boven had gebracht. Misschien kwam het doordat de koffieautomaat al uren defect was. Of was misschien toch de tropische temperatuur in het kantoor en erbuiten, waardoor de processors in mijn hoofd oververhit aan het raken waren, de oorzaak van mijn arbeidsverzaking. Hoe dan ook, er kwam niets fatsoenlijks uit mijn vingers. Toen ik nog freelancer was en voor mezelf werkte, had ik ook wel eens zo’n dag, maar dan stopte ik gewoon met werken en ging ik wat anders doen. Die luxe had ik nu natuurlijk niet. Dat is het nadeel als je in loondienst bent – je wordt geacht acte de presens te geven, ook als je hoofd er even niet naar staat. Zodoende was ik afwezig aanwezig. Hard fakend dat ik drukdoende mijn werk deed. Gek genoeg was dat de juiste formule, want door het faken ging ik vanzelf aan de slag en kwam het artikel – weliswaar met pijn en moeite – toch af. En ik was meteen even van de spoken in mijn hoofd verlost.Lees ook (of niet): Schrijfblokkade.

Categorieën
Film

Filmzomer!

Persbericht: Bioscoopbranche verwacht filmrecord zomer 2007De Nederlandse filmbranche bereidt zich voor op de grootste filmzomer in de geschiedenis. Vanaf mei volgt de ene “blockbuster” de andere op waarbij ook de liefhebbers van “Spiderman”, “Shrek”, “Pirates of the Caribbean” en “Harry Potter” weer volop aan hun trekken zullen komen. Deze grote films van de afgelopen jaren komen in de zomer met een nieuw vervolg, respectievelijk: “Spiderman 3”, “Pirates of the Caribbean: At World’s End”, “Shrek the third” en “Harry Potter en de Orde van de Feniks”. Ook zal de langverwachte animatiespeelfilm van “The Simpsons Movie” in diezelfde periode uitgebracht worden.Andere grote zomerreleases zijn: “The Transformers”, in de categorie sequels: “Live Free or Die Hard”, “Evan Almighty”, “Fantastic Four: Rise of the Silver Surfer”, ‘The Bourne Ultimatum’. In het comedy segment: “Knocked up” en “Licence to Wed”, in het horror en sci-fi genre: “Hostel’ en “Vacancy”. Overige titels: “Becoming Jane’, ‘Ratatouille” (animatie) en “Lucky You”.Met het ontbreken van een groot sportief evenement zoals het EK, WK of Olympische Spelen dat gebruikelijk veel mensen binnenshuis houdt, ziet de filmbranche deze zomer zonnig tegemoet.“Op papier lijkt deze zomer de sterkste in de geschiedenis te worden”, aldus Wilco Wolfers, Voorzitter van de Nederlandse Federatie voor de Cinematografie (NFC) die de belangen behartigt voor de filmbranche. “Als we uitgaan van een voorzichtige voorspelling, verwachten we een groei van 3% ten opzichte van het aantal bezoekers in dezelfde periode vorig jaar. Dit komt neer op ongeveer 200.000 bezoekers meer dan in 2006. Bij een optimistische voorspelling zal dit uitkomen op 7%, wat neerkomt op een half miljoen meer bezoekers deze zomer!” Ten opzichte van de eerste 14 weken van vorig jaar is de totale recette met ruim 4% gestegen. Er verschenen dit jaar tot nu toe vier nieuwe Nederlandse films die samen 1,8 miljoen bezoekers trokken en haalden daarmee een marktaandeel van 9%. De Nederlandse zomerfilms die voor een toeloop gaan zorgen naar de bioscoop zijn: “Zoop in Zuid-Amerika” en “Wolfsbergen”.
En movielover: welke film denk jij dit jaar te gaan zien? Waar kijk je echt naar uit? En vind jij die bioscoopkaartjes ook niet vreselijk duur tegenwoordig?!

Categorieën
Strips

Leven met een webhoofd

Ze zeggen wel eens dat de dingen die je ontdekt in je jeugd, je altijd op een bepaalde manier bijblijven. Mijn passie voor strips en bepaalde stripfiguren zijn daar een schoolvoorbeeld van.

Ik moet een jaar of acht, negen zijn geweest toen ik geïnteresseerd raakte in Spiderman-strips. Een vriendje van school, Peter, had een stapel Spektakulaire Spidermans thuis liggen. Ergens tussen de nummers dertig en zeventig. (Ongeveer Amazing Spider-Man # 210 t/m 266.) Mooie verhalen geschreven door Roger Stern, Denny O’Neil en Tom DeFalco en vaak getekend door John Romita Jr. en Ron Frenz. Ze zeggen wel eens dat de dingen die je ontdekt in je jeugd je altijd op een bepaalde manier bijblijven; in het geval van Spiderman-strips gaat dit geheel op. Dat eerste stapeltje, waar ik later eigen exemplaren van kocht, gevolgd door honderden andere comics, behoren nog steeds tot mijn favoriete strips.

Vindingrijk
Bij het herlezen besef ik dat de verhalen ook nu nog aardig overeind blijven. Roger Stern had er een handje van Spider-Man tegen atypische schurken te zetten. Dus in plaats van voor de zoveelste keer Doc Ock uit de kast te trekken, zette hij het Webhoofd tegenover Juggernaut – in principe een onmogelijke vijand voor Spidey omdat hij een paar klassen te sterk is. Hierdoor benadrukte Stern twee belangrijke kwaliteiten van Spider-Man: zijn doorzettingsvermogen en vindingrijkheid – hij pareert de brute kracht van Juggernaut met intelligentie en weet daarmee de kolos te verslaan. (Een wijze les voor de jonge lezertjes.)Ook bedacht Stern de schurk Hobgoblin. Op zich is dit een recycling van de Green Goblin (Hobbie stal de spullen van de Goblin en bracht enkele verbeteringen aan), maar is harder dan zijn voorbeeld en je kunt harder om hem lachen (Omdat de Green Goblin geestesziek is, is zijn kwaadwillendheid gedeeltelijke geëxcuseerd, terwijl de Hobgoblin een heerlijke wraaklustige eendimensionale schurk is.)

Uitgebleekt pak
Voor Stern schreef Denny O’Neil de verhalen, na Stern kwam Tom DeFalco. De drie heren zetten de traditie van Stan Lee voort en mengden de actie met een flinke dosis humor. Wanneer Peter Parker in Amazing Spider-Man # 213 zijn Spider-Man-pak wast met eigengemaakte zeep, komt het pak geheel verbleekt uit de was. Omdat hij geen ander kostuum meer heeft, slingert Spidey enkele comics lang rond in een uitgebleekt pak. Dat overkomt andere superhelden nu nooit.In al deze verhalen woont Peter in een armoedig appartement in de wijk Chelsea. Zijn grootste zorgen in het leven zijn het combineren van studie en het superheldenwerk, de contant om huur zeurende huisbazin Mrs. Muggins (die eruitziet als Ma Flodder, inclusief sigaar) en levenspest J. Jonah Jameson, zijn baas en eigenaar van The Daily Bugle. Kortom, het leven van Peter Parker in die comics lijkt erg op het standaardleven van een student (afgezien van de superschurken) en is daardoor wederom heel herkenbaar. (Nog niet h erkenbaar toen ik negen was natuurlijk, toen kickte ik vooral op het pak en de krachten van Spider-Man, maar later bleken er andere echo’s van de strips in mijn leven door te galmen.)

Jeugdelixer
Op dit moment herlees ik deze comics. Misschien probeer ik de schok dat binnenkort mijn vierde decennium op deze aardkloot ingaat te ontwijken door me terug te trekken in een sfeer van nostalgie. Misschien werd het gewoon weer eens tijd om te (her)ontdekken waarom ik überhaupt met het verzamelen van strips ben begonnen. De Schone Schrijfster schreef me laatst dat het koesteren van de passies uit je jeugd het enige jeugdelixer is dat bestaat. Ik voel me nu niet precies weer negen jaar oud, maar er komen wel een hoop goede herinneringen boven door het lezen van comics. En ergens ben ik nooit volwassen geworden, dus gaat haar verhaal wel degelijk op. In ieder geval zolang als ik strips blijf lezen.
Ongetwijfeld ’to be continued’…Lees ook: De charme van Spider-Man en Stripbeurs in Rijswijk: Goths & Cultuurfetisjisten.

Categorieën
Mike's notities

Column: Koffie & Jezus

Over koffie doen verschillende geruchten de ronde – de een zegt dat het geen kwaad kan en een stimulerende werking heeft, de ander beweert dat je na een tijdje juist slaperig wordt van koffie. Ik heb het allemaal wel een keer gehoord en mijn eigen conclusies getrokken. Wanneer ik na vijf kwartier forensen eindelijk op mijn werk aan kom, ben ik, door al het lezen onderweg, weer behoorlijk duf geworden. Na het opstarten van mijn computer is de volgende stop de koffieautomaat om mezelf weer te verkwikken. Nou moet ik zeggen dat we alleen automatenkoffie tot onze beschikking hebben en dat ik in mijn leven wel beter heb geproefd. Toch, voor kantorenkoffie is het een redelijk bakkie. Ik heb een voorkeur voor cappuccino, maar drink anders mijn oppepper graag met melk en suiker. De zwarte koffie is niet op en top uit de automaat. Toch kan ik echt uitkijken naar die eerste kop in de ochtend; in het aroma ligt de belofte van een mooie dag verscholen.Na de eerste kop beginnen de radertjes in mijn hoofd weer te werken en ga ik aan de slag. In de loop van de dag wordt deze routine geregeld herhaald. Naast het beoogde effect heeft koffie ook een sociale functie. Ik ontmoet geregeld collega’s bij de automaat en soms komen daar gezellige en nuttige gesprekken uit voort. Daarbij is een rondje koffiehalen voor je collega’s een goede manier om een goede kant van jezelf te laten zien, of een goede kant te faken. Of de mythe van cafeïne nu waar is of niet, maakt eigenlijk niet zoveel uit. Als je gelooft dat iets werkt, dan werkt het negen van de tien keer ook. Het placebo-effect blijft niet beperkt tot nepmedicijnen, het geldt zowel voor koffie als voor de meeste religieuze levenshoudingen. Wat dat betreft is het vertrouwen in koffie en het geloof in Jezus gelijk aan elkaar. Als je er maar hard genoeg in gelooft, werkt alles.

Categorieën
Film Mike's notities

Column: Goddelijke ellende

Het wel of niet geloven in een hogere macht blijkt iedere keer weer een heet hangijzer te zijn en mensen snel in een voor of tegen kamp te brengen. Wat mij betreft hadden ze de idee God zo snel mogelijk mogen vergeten.‘God is a concept, by which we measure our pain’, zong John Lennon in het nummer The Dream is Over. De uitvinding van het concept God is wat mij betreft gevaarlijker dan de uitvinding van de atoombom. Hoewel de fall-out van een atoomexplosie voor decennia grote schade aanbrengt aan een relatief beperkt gebied, brengt het geloof in een God al millennia niet te berekenen schade aan over de gehele wereld. Op zich is het geloven in iets hogers dan jezelf niet slecht. Een individu kan er veel troost en kracht uit halen. Zolang deze overtuiging een individuele bezigheid blijft. Het gaat echter mis zodra er rondom een godsidee een collectief ontstaat en mensen voorwaarden aan je overtuiging gaan stellen – het zogenaamde dogmatisch denken komt immers altijd met geboden, beperkingen en uitsluitsels. Zodra iemand claimt de ware versie van de almachtige te kennen, betekent dit automatisch dat de andere versies fout zijn. En dan begint het gelazer. Onderdrukking, uitsluiting, zelfmoordaanslagen, oorlog – allemaal in de naam van het goddelijke gelijk.Dogma
Wat dat betreft had Kevin Smith het met zijn film Dogma naar mijn idee bij het juiste eind. Smith, zelf katholiek, wil met de film uitdragen dat het soms beter is om een vermoeden of een aardig idee te hebben van iets goddelijks, zonder dit gelijk te gieten in een geloofsstructuur. Dit wordt duidelijk gemaakt in de dialoog tussen Rufus (Chris Rock), de dertiende apostel, en Bethany (Linda Fiorentino), de laatste telg uit de Jezus-familie:

Rufus: He [God, red.] still digs humanity, but it bothers Him to see the shit that gets carried out in His name – wars, bigotry, televangelism. But especially the factioning of all the religions. He said humanity took a good idea and, like always, built a belief structure on it.

Bethany: Having beliefs isn’t good?

Rufus: I think it’s better to have ideas. You can change an idea. Changing a belief is trickier. Life should malleable and progressive; working from idea to idea permits that. Beliefs anchor you to certain points and limit growth; new ideas can’t generate. Life becomes stagnant.

Alanis
Natuurlijk ontkwam Smith niet aan het probleem dat op het moment dat God daadwerkelijk een personage werd in zijn Dogma, hij het concept vaste vormen moest laten aannemen. God moest gecast worden. De hele film wordt naar God verwezen als Hij en Zij, maar uiteindelijk neemt de goddelijke aanwezigheid de vorm aan van Alanis Morissette. Je zou je een slechtere casting kunnen voorstellen dan een getalenteerde zangeres uit Canada die bovendien een esthetisch verantwoorde uitstraling heeft. Ze zet een ontwapenende god neer die niet gespeend is van een flinke dosis humor, speelsheid en compassie. (Als God werkelijk Alanis zou zijn, had ik dit stukje natuurlijk niet hoeven schrijven en had ik me graag overgeleverd aan haar genade. ;))Veel christenen in de States vonden de film natuurlijk aanstootgevend, want er was iemand anders die zijn interpretatie op ‘hun’ collectieve idee losliet. Zodra God geclaimd wordt begint immers het gedonder. Daarom zou het goed zijn als iedereen zijn god lekker voor zichzelf houdt en voor de rest niemand lastig valt met zijn visie. Tenzij die visie een goede film oplevert natuurlijk.

Lees ook (of niet): GvD!

Categorieën
Boeken Film

A case of High Fidelity

Eindelijk heb ik het klassieke boek High Fidelity in huis en kan ik de woorden van Nick Hornby tot me nemen.

De film vond ik een van de beste films over break-ups en popmuziek; de filmbeelden lijken echter de leeservaring te overheersen. Het boek van Hornby is een feest van herkenning, want ik heb de film van Stephen Frears meerdere malen gezien. Hele scènes en dialoog zijn woord voor woord uit het boek overgenomen. Daarmee is de film getrouw aan het bronmateriaal. Ook al is de setting in de flick Chicago en niet Londen. Mijn enthousiasme neemt met iedere bladzijde toe. Maar terwijl ik bekende scènes teruglees, kan ik me niet aan het feit ontrekken dat ik tijdens het lezen de film voor me zie. Wanneer Rob, Barry en Dick vol bewondering naar Marie LaSalle kijken die haar nummers op het podium zingt, zie ik niet Marie maar Lisa Bonet voor me die de rol speelt in Stephen Frears’ film. Rob, Barry en Dick zijn ook John Cusack, Jack Black en Todd Louiso. Het maakt dus niet uit hoe Hornby ze heeft omschreven, het is Frears’ visie die zich aan mijn geestesoog opdringt. (Zelfs bij scènes die niet in de film voorkomen.)

Hornby beschrijft Marie LaSalle als volgt: ‘Marie is pretty, in that nearly cross-eyed American way – she looks like a slightly plumper, post-Partridge Family, pre-LA Law Susan Dey’(links). Ze ziet er dus eigenlijk helemaal niet uit als Lisa Bonet (rechts). Niet dat ik het erg vind om Bonet voor me te zien overigens. Geen echt hoogstaande actrice, maar een mooie en sympathieke vrouw.

Mensen klagen vaak dat ze liever eerst het boek lezen voordat ze de verfilming zien, want dan kunnen ze het verhaal vormen in hun hoofd. Een plaatje zegt meer dan duizend woorden, en maakt bovendien alles 100% concreet. Dat mag dan waar zijn, ik heb er in het geval van High Fidelity geen problemen mee. Ik leg het boek naast me neer en bedenk me dat het eigenlijk niet uitmaakt dat ik in mijn hoofd iets anders construeer dan Hornby ooit heeft geschreven. Wat ik zie is het verlengde van zijn visie, vermengd met de elementen die de filmregisseur heeft toegevoegd. Het ervaren van een boek is altijd een collaboratie tussen auteur en lezer. Die neemt het geschrevene en maakt er zijn eigen ding van. Daar is nu alleen de filmtekst bijgekomen, wat het materiaal – wat mij betreft – alleen maar rijker maakt.

Zie ook: Tenacious D in The Pick of Destiny.

Categorieën
Mike's notities

Geestelijk ongesteld

Het is weer zover en ik herken ’t meteen…De zon schijnt, mensen lopen met lekkende ijsjes, met elkaar of beschilderde eieren over straat. Maar dat kan me niet deren. Het is weer zover, ik weet ‘t. Zo nu en dan heb ik er last van en daar is niets aan te doen. Ik geef me eraan over en weet dat het wel weer over zal waaien. Ik heb geen zin om iets te doen, geen zin om buiten te zijn, mensen te zien, de telefoon op te nemen. Laat mij maar even sololeven. Geen puf om op te ruimen, verhalen te schrijven, het nieuws te vernemen. Het enige wat ik kan doen, is rustig binnenblijven, cd’tje draaien en in mijn eigen sop gaar koken tot het weer voorbij is. En dat gaat het uiteindelijk ook wel – niet vandaag, dan maar morgen. ‘Geestelijk ongesteld’ noem ik het. Zo’n moment dat je genoeg hebt van alle prikkels en signalen van buiten, van vluchtige contacten die verwaaien, loze woorden, beloftes en lauwe passies. Genoeg van het nadenken over toekomst en verleden – ik verblijf liever even in een passief heden. Niet meer denken aan…; niet meer dromen van… Even niets, behalve mezelf en de rauwe stem van David Pirner (Soul Asylum) die een poëtisch verhaal zingt over de schaduwzijde van het leven. Daar wil ik even in blijven, die schaduw die me aan het zicht van anderen onttrekt. De muziek biedt troost, warmte en doet me langzaam beter voelen.Langzaam komt de zin weer terug in mijn leven. Nog even… nog even…