Categorieën
Film

Film A-Z: E

Dit wordt alweer de vijfde bijdrage in de rubriek Film A-Z, waarin ik aan de hand van het alfabet mijn favoriete films opnoem en vertel waarom ik ze zo goed vind. Ik ben nog steeds erg verheugd met de reacties die de vorige afleveringen kregen. Dit keer maar drie films in de lijst, maar ongetwijfeld komen jullie nog met andere titels op de proppen.

Ed Wood (Tim Burton, 1994)


Ed Wood mag te boek staan een van de slechtste filmmakers ooit te zijn, het enthousiasme van deze ode aan Wood werkt aanstekelijk. Prachtige film over een filmmaker die geen talent heeft, met prima vertolkingen van Johnny Depp en in het bijzonder Martin Landau die een van zijn mooiste rollen speelt als Bela Lugosi.(Mocht je het je afvragen: de in 1928 geboren acteur werkt nog steeds!)

Tim Burton schetst een beeld van zijn held dat optimistischer is dan de hoe de zaken werkelijk zijn verlopen. Wood stierf als alcoholverslaafde in armoede in 1978, maar dat laat Burton niet zien. Zijn Ed Wood eindigt in 1959, op het moment dat de C-filmmaker Plan 9 From Outer Space heeft gemaakt: het relatieve ‘hoogtepunt’ uit zijn carrière. Belangrijker dan feitelijke onjuistheden en verfraaiingen is het feit dat Burton Woods onvermoeidbare enthousiasme voor het maken van films en het geloof in de eigen expressie weet over te brengen. Je krijgt er zelf ook zin van om films of video’s te gaan maken!

‘I was fascinated by his bizarrely perverted optimism,’ vertelde Burton ooit in een interview, ‘because that was something I had also started out with and which then somehow wore off. Ed Wood had revitalised me.’

Tegenwoordig zit YouTube vol met hedendaagse Ed Woods en wat een kijkplezier, afgrijzen en verwondering heeft dat al opgeleverd. Tim Burtons Ed Wood is een eerbetoon aan alle hoopvolle maar talentloze creatievelingen die ondanks grote tegenslagen maar blijven doorgaan met waar ze niet goed in zijn.

Eternal Sunshine of the Spotless Mind (Michel Gondry, 2004)


Wie zijn hart heeft gebroken, wil nooit meer herinnerd worden aan de degene die het brak. Hoe mooi zou het zijn als we ons geheugen gedeeltelijk konden laten wissen om weer vrolijk verder te leven? Natuurlijk pakt een dergelijke handeling niet zo makkelijk uit als dat we zouden hopen en dat toont Eternal Sunshine of the Spotless Mind dus ook. De gebeurtenissen die we hebben meegemaakt, goed of slecht en opgeslagen in ons brein, maken ons tot wie we tot op heden zijn. Wis een herinnering en raak een deel van jezelf kwijt.

Toch is dat precies wat Joel Barish, een prachtige vertolking van Jim Carrey, wil als hij is gedumpt door zijn vriendin. Maar zoals het script van Charlie Kaufman, verantwoordelijk voor meer mindwarp-films zoals Adaptation en Being John Malkovich, laat zien verdwijnen ook de herinneringen aan mooie dingen, die intrinsiek verbonden zijn aan de pijn.
Oh ja: Kate Winslet, als het vriendinnetje, doet het ook niet onaardig in deze flick.

The Exorcist (William Friedkin, 1973)

exorcist_01
Toen ik van deze film de director’s cut zag in wat ik vermoed 2001 was, viel het mij op dat deze horrorfilm uit 1973 nog niets aan kracht had ingeboet.

Als je droog naar de premisse kijkt dan moet je haast wel in de lach schieten: een jong meisje is bezeten door de duivel en een priester moet hem uitdrijven. Het idee dat een demonische entiteit zich laat verdrijven omdat een priester met een kruis zwaait en roept dat de kracht van Christus hem zal aanpakken, is voor een rasechte atheïst als ik te belachelijk voor woorden. Des te knapper dus dat ik in de film werd gezogen als een stofje in een stofzuiger en ik, ondanks het feit dat het hartje zomer was, de koude rillingen over mijn lijf voelde.

Goed, de plots van de meeste horrorfilms slaan nergens op. Da’s waar. En het merendeel van de horrorflicks van de afgelopen jaren prikkelen eerder de lachspieren dan dat je er ’s nachts wakker van ligt. Sterker nog: het merendeel van wat er uitkomt is slaapverwerkkend voorspelbaar, dus wakker liggen is er sowieso niet bij.

Toch bewijzen films als The Exorcist dat dit genre zeker effectief kan zijn. Dat maakt The Exorcist misschien wel tot de beste horrorfilm ooit.

Categorieën
Film

Film A-Z: D

Zoals iedere liefhebber heb ik zo mijn favorieten. Het leek me tijd om deze met de wereld te delen. Dat doe ik in de vorm van een ABC die ik op vrijdagen publiceer. Vandaag komt de D aan bod.

The Dark Knight (Christopher Nolan, 2008)


Dit was wat mij betreft de beste film van het jaar 2008 en een van de meest meeslepende Batman-films die ik ooit zag. Christopher Nolan heeft met zijn tweede Batman-film een cinematografische opera gemaakt: bombastisch, gewelddadig, met een adembenemende vaart. RIP Heath Ledger die een fantastische, grimmige Joker neerzette. The Dark Knight deed mijn fanboy hart sneller kloppen. Ik schreef er indertijd deze recensie over.

(500) Days of Summer (Marc Webb, 2009)


Een recente film die veel indruk op me maakte en die ik in de nabije toekomst zeker weer een keer zal zien. Tom (Joseph Gordon-Levitt) is het heilige geloof in het bestaan van de Ware nooit ontgroeid, Summer (Zooey Deschanel) vindt dat allemaal maar onzin en zit helemaal niet te wachten op een relatie. Toch krijgen ze ‘iets’ met elkaar en terwijl Tom hier een serieuze relatie in ziet, is Summer zich vooral aan het vermaken. Dat kan natuurlijk nooit goed aflopen, toch?

Toegegeven, bovenstaande samenvatting riekt naar een doorsnee romantische comedy, maar (500) Days of Summer stijgt mijlenhoog boven dit ingeslapen genre uit. De film snijdt een interessant aspect van liefdesrelaties aan: hoe herinneren we ons het verloop van de zojuist gestrande romance? Welk beeld koesteren we van onze ex-geliefde? Regisseur Marc Webb maakte een heerlijke, verfrissende film over de liefde. Ik beschouw (500) Days of Summer dan ook als een liefdesfilm voor mannen die in het rijtje thuishoort waar mijn favoriete films High Fidelity (Stephen Frears, 2000), Almost Famous (Cameron Crowe, 2000) en Chasing Amy (Kevin Smith, 1997) ook in staan. Chasing Amy stond overigens niet bij de C de vorige keer, na lang wikken en wegen viel deze film buiten de lijst, al koester ik Smiths meest persoonlijke film nog steeds.

(Het kan overigens zijn dat deze titel eigenlijk de A voor had moeten gaan in verband met het nummer Fivehundred. Nou ja, hij moest in ieder geval een keer in de lijst genoemd worden. )

Die Hard (John McTiernan, 1988)
Die Hard, nee echt? Jazeker! Die Hard zette een nieuwe, hoge standaard voor het actiegenre. Bruce Willis zette met zijn John McClane een menselijke held neer die ook zijn breekbare kanten had. Daarmee kwam een einde aan de eendimensionale helden van Stallone en Schwarzenegger. Niet dat die weg waren vanaf nu, maar in ieder geval had de kwaliteitsactiefilm een boeiend alternatief voor hen. En Alan Rickman speelde een van de beste schurken van de jaren tachtig.

Donnie Darko (Richard Kelly, 2001)
Het was op een verloren maandagavond in het najaar van 2002 dat ik het plaatselijke filmhuis binnenstapte. De film van de avond was Donnie Darko. Ik had er niets over gehoord, maar de tagline van de poster sprak me erg aan: ‘Dark, Darker, Darko’.

Ik kon toen nog niet vermoeden dat de film die ik ging zien een levensveranderende ervaring zou zijn. Vanaf het moment dat Donnie met zijn fiets de heuvels afreed en de soundtrack ‘The Killing Moon’ van Echo and the Bunnymen de speakers uitkwam, werd ik in de bizarre wereld van regisseur en schrijver Richard Kelly gezogen. Tijdsparadoxen, een man in een konijnenpak, jeugdige rebellie tegen bekrompen christelijke autoriteiten en ontluikende liefde. Een kleine twee uur laten liep ik vol vragen maar met prikkelende energie de zaal uit.


Donnie Darko is zo’n film die je een paar keer moet zien en bij iedere kijkbeurt boeiender wordt omdat je steeds méér ziet. Richard Kelly moest wel een geniaal filmmaker zijn dat hij dit paradoxale verhaal kon bedenken en op deze verpletterende wijze wist te visualiseren. Een bijzonder debuut met een fantastische cast. Jake Gyllenhaal was een ware ontdekking, Patrick Swayze, die kwijlebal die door de generatie van mijn moeder was verheven tot sekssymbool, bleek wonderwel zelfspot te hebben, en veel bandjes uit de jaren tachtig bleken zo slecht nog niet te zijn.

D van Duivel
Een paar films die dit overzicht (net) niet haalden zijn The Devil’s Advocate (Taylor Hackford, 1997) en Do the Right Thing (Spike Lee, 1989). Al Pacino was heel goed als de duivel in The Devil’s Advocate en zelfs Keanu Reeves was een keer te pruimen, omdat zijn houtenklaasacteerstijl perfect paste bij het personage dat hij moest spelen. Daarbij zou ik deze film ook niet als klassieker willen bestempelen. Ik heb ook niet meer de neiging om deze film snel op te zetten nu ik hem al een paar keer heb gezien. En dat is een van de voorwaarden van dit Film ABC.

Do The Right Thing is een typische Spike Lee film over racisme in Amerika. Indertijd indrukwekkend, maar Lee heeft in zijn latere films een bombastisch zeurtoontje aangenomen dat ik bij voorbaat geen zin meer heb om te kijken als er weer een nieuwe film van hem uitkomt. Dieptepunt was toch wel Bamboozled uit 2000. De film 25th Hour uitgezonderd overigens, die film was voor Lee’s doen opvallend subtiel.

En ik zat nog te twijfelen over Dracula uit 1931. Bela Lugosi is de oer-filmdracula wat mij betreft, maar het is niet de mooiste verfilming van Bram Stoker’s roman. Daarom niet onder de D dit keer, maar hij komt vast nog wel een keer langs als ik Dracula-verfilmingen ga behandelen.

Volgende week vrijdag gaan we verder met de E.
Net zoals bij de vorige afleveringen zie ik graag jullie reacties tegemoet. Schroom niet om onder deze post je eigen favoriete films toe te voegen die met een D- beginnen en antwoord te geven op deze vraag: Welke films van mijn rijtje heb je gezien en wat vond je van ze?

Categorieën
Film

Stan Lee spreekt Oscarcommissie toe

Stan – the man – Lee, bedenker en cocreator van een ontelbare hoeveelheid  Marvel-helden als Spiderman, The Fantastic Four en de Hulk, voert een pleidooi voor een nieuwe categorie bij de Oscars, namelijk voor de cameorol.

Cameo-acteurs zijn meestal maar kort in beeld, maar vaak toch herkenbaar omdat het bekende koppen zijn.  Alfred Hitchcock zorgde ervoor dat hij altijd even in beeld was in zijn films. Het was zijn handelsmerk. In zijn latere films kwam Hitcock meestal in de eerste minuten al op omdat mensen het van hem verwachtten en het zoeken naar Hitchcocks bekende profiel anders te veel af zou leiden van het verhaal.

Wegwijzer voor ruimtewezens
Lee is zelf een van de ongekroonde koningen van de cameorollen. In bijna alle verfilmingen van Marvel-strips komt hij wel even langs, als een Hitchcock van de superheldenfilms.Lee speelde in de film Mallrats (Kevin Smith) zichzelf en deed dat overigens heel verdienstelijk.

In zijn nieuwe creatie, Super Seven, heeft Lee voor zichzelf een hoofdrol gereserveerd. Maar het gaat dan ook om een optreden als stripfiguur. In de strip en animatieserie gaat Lee zeven buitenaardse wezens die op aarde zijn gecrasht, wegwijs maken.

Maar deze week, met de aankomende Oscars in het vooruitzicht, breekt de schijnbaar onvermoeibare Lee een lans voor de cameospeler: ‘You can take the actors out of a movie and it still works. You can’t cut the cameo without killing the flick!’ Nuff Said!

Stan Lee’s Oscar Campaign from Stan Lee

Via SuperheroHype.com

Hier een montage van Stan Lee’s superheldenoptredens.

Categorieën
Film

Film A-Z: C

Zoals iedere liefhebber heb ik zo mijn favorieten. Het leek me tijd om deze met de wereld te delen. Dat doe ik in de vorm van een ABC, omdat ik eerlijk gezegd niet een nummer één heb. En als die er al is, dan is het morgen weer een andere film. Daarom presenteer ik de komende weken op vrijdag mijn, geheel particuliere, film ABC.

Vandaag komt de C aan bod. In dit overzicht zit zelfs een documentaire – dat is immers ook film, nietwaar?

Net zoals bij de vorige afleveringen zie ik graag jullie reacties tegemoet. Schroom niet om onder deze post je eigen favoriete films toe te voegen die met een C- beginnen en antwoord te geven op deze vraag: Welke films van mijn rijtje heb je gezien en wat vond je van ze?

Casablanca (Michael Curtiz, 1942)
Casablanca speelt zich af in de gelijknamige stad ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Humphrey Bogart speelt de rol van Rick Blaine, een eigenaar van een nachtclub die de lokale overheid, lees Nazi’s, te vriend probeert te houden. Op dag stapt zijn oude geliefde Ilsa Lund (Ingrid Bergman) door de deur. Oude liefde roest niet, maar Lund is tegenwoordig de geliefde van verzetsheld Victor Laszlo. De vraag is: kiest Blaine ervoor om Laszo te helpen uit Casablanca te ontsnappen of gaat hij voor de liefde? Oftewel: is Blaine daadwerkelijk de opportunist die hij lijkt te zijn of schuilt er nog een echte held in de man? Zo kort samengevat klinkt het verhaal wellicht wat simpel, maar de film Casablanca heeft een hoop sfeer én Bogart en Bergman in de hoofdrol. Ook nu is de film nog prima kijkvoer voor romantische zielen. Daarbij wordt er in enkele hedendaagse romantische komedies verwezen naar deze klassieker.

Persoonlijk kan ik erg genieten van de studiodecors van Warner Bros. uit die tijd. Je weet dat je naar een decor zit te kijken en dat geeft duidelijk het gevoel van Old Hollywood weer.

Capote (Bennet Miller, 2006)


De film Capote is een eersteklas portret van schrijver Truman Capote tijdens het schrijven van zijn bestseller In cold blood‘. Philip Seymour Hoffman geeft overtuigend gestalte aan de excentrieke schrijver en kreeg terecht een Oscar voor zijn vertolking. Capote is een boeiende, gelaagde film die prachtig gefotografeerd is. Zie hier de volledige recensie die ik indertijd schreef.

The Celluloid Closet (Rob Epstein en Jeffrey Friedman, 1995)
Deze documentaire van Rob Epstein en Jeffrey Friedman geeft een uitgebreid en verrassend beeld van homoseksualiteit in de Amerikaanse film. Echt een aanrader. Homo’s werden door de jaren heen in Hollywood gerepresenteerd als de Ander: als afwijking van de norm. De Ander is in de film de komische noot, de crimineel, geesteszieke of dient als spektakel (bijvoorbeeld kussende lesbiennes). Homoseksuele Hollywood-acteurs hielden hun seksuele geaardheid geheim uit angst dat dit hun carrière zou schaden. In dat opzicht is er niet veel veranderd, toch Tom Cruise?

Ik zag The Celluloid Closet toen hij uitkwam in een Amerikaanse bioscoop en werd er zeer door geraakt. Vooral de eindmontage waarin shots uit een reeks oude films voorbijkomen is, mede dankzij de muziek van Carter Burwell, zeer effectief.

Chinatown (Roman Polanski, 1974)


Een prachtig doortimmerd script van Robert Towne werd bijzonder goed verfilmd door omstreden regisseur Roman Polanski. De film is een zogenaamde neo noir film: een film noir gemaakt na de jaren vijftig. (Alleen films uit de jaren veertig tot en met eind jaren vijftig rekenen we tot klassieke film noirs.)

Chinatown speelt in Los Angeles in de tijd van de Grote Depressie. De cynische privé-detective Jake ‘J.J.’ Gittes (Jack Nicholson) wordt ingehuurd om de gangen na te gaan van Hollis Mulwray (Darrell Zwerling), de hoofdingenieur van de afdeling waterbeheer van deze stad. Gittes fotografeert Mulwray terwijl deze een blonde jongedame kust, wat tot een schandaal in de pers leidt. Kort daarop verdrinkt Mulwray. In opdracht van Mulwrays echtgenote (Faye Dunaway) onderzoekt Gilles de toedracht rond diens dood. Hij stuit daarbij op een ingewikkeld complot rond waterrechten en een groot familiegeheim.

Qua sfeer komt deze film dicht in de buurt van de klassieke Noir-films. Jack Nicholson speelt hier een van zijn beste rollen, al stond hij toen nog aan het begin van zijn carrière. Jaren later regisseerde hij de film The Two Jakes dat een officieus vervolg is op Chinatown en het lang niet haalt bij het origineel.

Clerks II (Kevin Smith, 2006)


Een vervolg op de lowbudgetfilm Clerks uit 1993 waar de carrière van debuterend regisseur Kevin Smith mee van start ging. Het script van Clerks baseerde Smith op zijn ervaringen als winkelbediende in de Quick Stop, een kruidenierswinkeltje naast een videotheek, ergens in New Jersey. In deze film volgen we een dag uit het leven van Dante Hicks en zijn sidekick Randal Graves. De humor in de film is typisch Smith: puberaal, hard en oh zo prikkelend.

In Clerks II werken beide heren achter de balie in een fastfoodketen. Memorabele momenten in Clerks II zijn Randals uitbeelding van de Bored of the Rings-films (het meest verschrikkelijke filmavontuur van de afgelopen jaren), een knap staaltje intersoortelijke seks en het ritje in de kartbaan waarmee Randal en Dante laten zien nog niets van hun tienerharen verloren te zijn. Dit tweede deel is verreweg superieur aan zijn voorganger, maar goed, Smith had in die ruim tien jaar tijd ook wel wat bijgeleerd wat het film maken betreft. Het goede aan Smiths films is dat onder de oppervlakte van puberale grollen er een gemeende emotionele lading zit die weet te beroeren. Thema’s als ware vriendschap, echte liefde en familiewaarden worden op verfrissende wijze aangepakt door Kevin Smith.

Kort samengevat: verreweg een van de mooiste en grappigste films over mannenvriendschap. Zie hier de volledige recensie die ik indertijd schreef.

Benieuwd wat mijn eerdergenoemde topfilms zijn? Bekijk aflevering A en B.

Categorieën
Film

Film A-Z: B

Zoals iedere liefhebber heb ik zo mijn favorieten. Het leek me tijd om deze met de wereld te delen. Dat doe ik in de vorm van een ABC, omdat ik eerlijk gezegd niet een nummer één heb. En als die er al is, dan is het morgen weer een andere film. Daarom presenteer ik de komende weken op vrijdag mijn, geheel particuliere, film ABC.

Vandaag deel twee van mijn Film ABC. Er zijn veel goede films die met een B beginnen, dus dit keer maar liefst zeven flicks. Ik vond het leuk om de reacties op de A-films te lezen. Schroom dus niet om onder deze post je eigen favoriete films toe te voegen die met een B- beginnen. En antwoord te geven op deze vraag: Welke van mijn rijtje heb je gezien en wat vond je van ze?

Back to the Future (Robert Zemeckis, 1985)

Het script geschreven door Robert Zemeckis en Bob Gale een schoolvoorbeeld van hoe je in Hollywood een scenario dient te pennen. Alles klopt binnen het verhaal: wat je in de eerste tien minuten ziet aan details en gebeurtenissen, wordt later volledig uitgespeeld. Geen overbodige details of scènes. Ieder zinnetje uit de dialoog staat in dienst van het verhaal. Daarnaast prachtige specialeffects en heerlijk gestoei met tijdsparadoxen. En natuurlijk wonderboy Michael J. Fox en Christopher Lloyd als enthousiaste, gekke professor.

Batman (Tim Burton, 1989)
Ik geef als eerste toe dat deze film niet zonder gebreken is, maar ik hou een zwak voor Michael Keatons Bruce Wayne en de prachtige gothicsfeer die Gotham City in deze film heeft. Mijn oordeel is niet gespeend van enige nostalgie. Burtons eerste Batman-film introduceerde mij met een paar nieuwe dingen die tot de dag van vandaag deel uitmaken van mijn leven: het werk van Tim Burton, de muziek van Danny Elfman, mijn passie voor cinema en natuurlijk een diepgeworteld plezier aan de verhaalwereld van de Batman. Ook de muziek van Prince leerde ik kennen, hoewel ik die tegenwoordig bijna niet meer draai. Sommige dingen ontgroei je. Maar mijn passie voor Batman-strips, Burton en Elfman is gebleven. Ik schreef ooit een paar blogposts over Batman van Burton. The Bat & Prince; De wereld van Tim Burton; Terug naar de bron; Waarom Batman en de Joker niet zonder elkaar kunnen en Nicholson, de Joker op het lijf geschreven.

The Big Lebowski (Coen Brothers, 1998)
Misschien wel de beste film van de Coen Brothers. Dat hij alweer 12 jaar oud is, zie je er niet aan af. Jeff Bridges speelt de rol van zijn leven als hippie of leeftijd Lebowski en John Goodman is goed te pruimen in de rol van Walter Sobchak, de geflipte vriend van Lebowski met een oorlogstrauma. Kijk maar naar deze compilatie (maar ga vooral de hele film zien:)

The Big Sleep (Howard Hawks, 1946)


The Big Sleep
wordt, evenals The Maltese Falcon, in vrijwel elk handboek en door vrijwel iedere filmliefhebber als hoogtepunt van de Film Noir bestempeld. Film Noir refereert naar die Hollywood films uit de jaren veertig en vijftig die zich afspelen in een wereld van donkere natte straten, in steden waar misdaad en corruptie heersen; een wereld vol duistere schaduwen en wanhoop, waar vervreemding en paranoïde gevoelens de actie van de personages bepalen.

Wat maakt deze Noir-film zo goed? Als eerste speelt Humphrey Bogart – een van de meest prominente acteurs uit Hollywood jaren ’40 en ’50 – de rol van Philip Marlowe; een rol waarmee hij de belichaming werd van de filmdetective (niet in de laatste plaats omdat hij tevens de rol van detective Sam Spade op zich heeft genomen in The Maltese Falcon; vaak genoemd als de eerste Film Noir.) Het spel tussen Bogart en Lauren Bacall, een belangrijk element in The Big Sleep, is sterk en straalt dat nu ook nog uit. Bacall is een van de eerste femme fatales van het witte doek en vormde samen met Bogart een van de klassieke romantische koppels van Hollywood.

The Blues Brothers (John Landis, 1980)
Het genre musical is niet aan mij besteed. Toch vind ik dit een van de beste muzikale films ooit. Prachtige gastoptredens van James Brown, Aretha Franklin, Ray Charles en Matt ‘Guitar’ Murphy. Erg grappig verhaal waarin de twee criminelen Jake (John Belushi) en Elwood (Dan Aykroyd) Blues hun band weer samenbrengen om geld in te zamelen voor het Katholieke tehuis waar ze opgroeiden. Ze zijn niet te stoppen, want they are on a mission from God. De laatste achtervolgingsscene is een klassieker. Prachtig om te zien hoe de oude Dodge, na al die lanceringen, uit elkaar valt op het moment dat de twee broers hun doel bereikt hebben. En natuurlijk: de beste film van de onvergetelijke John Belushi.

The Breakfast Club (John Hughes, 1985)

Van de koning van de tienerfilm, John Hughes, die ons vorig jaar is ontvallen. Met films als Pretty in Pink, The Breakfast Club en Ferris Bueller’s Day Off, sprak hij de jongeren van de jaren tachtig aan. Hughes toonde ons innemende, gewiekste tieners met al hun angsten, onzekerheden en rebelsheid. Hij introduceerde acteurs als Molly Ringwald, Anthony Michael Hall, Ally Sheedy en Judd Nelson. Het is ook nu nog boeiend om te zien hoe regisseur John Hughes tieners met uiteenlopende karakters naar elkaar toe laat groeien tijdens een zaterdag nablijven op school.

Butch Cassidy and the Sundance Kid (George Roy Hill, 1969)
Butch Cassidy en The Sundance Kid zijn twee outlaws. Wanneer ze te vaak een trein overvallen wordt er een speciale posse achter ze aan gestuurd. Ze vluchten en belanden uiteindelijk in Bolivia, maar het blijkt lastig bankenovervallen als je de taal niet spreekt.
Wederom een film met Robert Redford in dit overzicht. Dit keer speelt hij met Paul Newman in een van de leukste films uit de jaren zestig. Het klassieke verhaal over Butch Cassidy (Newman) en the Sundance Kid (Redford) wordt lichtvoetig gebracht, maar de vriendschap tussen de twee mannen lijkt er niet minder echt door. Deze acteurs zijn goed op elkaar ingespeeld, alsof ze elkander al jaren kennen. De film is mooi gefotografeerd en bevat maar liefst drie muzikale sequenties, gecomponeerd door Burt Bacharach: toch uniek in die tijd in dit genre. Het nummer ‘Raindrops keep falling on my head’ werd een hit en klinkt nu ook nog prima in het gehoor.

Regisseur George Roy Hill vermengt verschillende filmtechnieken, de middelste muzieksequentie is een fotomontage waarin de acteurs zijn gemonteerd in oude archieffoto’s en de film eindigt op een dramatisch hoogtepunt met een stilstaand beeld. De aanhoudende achtervolging van de posse is adembenemend. En ook bijzonder: geen van de actiescènes heeft filmmuziek. Een uniek juweeltje in het genre van de western.

Categorieën
Film

Film A-Z: A

Zoals iedere liefhebber heb ik zo mijn favorieten. Het leek me tijd om deze met de wereld te delen. Dat doe ik in de vorm van een ABC, omdat ik eerlijk gezegd niet een nummer één heb. En als die er al is, dan is het morgen weer een andere film. Daarom presenteer ik de komende weken op vrijdag mijn, geheel particuliere, film ABC.

Het is een lijst met films die me ooit bijzonder geraakt of vermaakt hebben. Films die ik in mijn jeugd zag en me nooit meer hebben losgelaten en films van recentere datum die op aangename wijze door mijn hoofd spoken. Films kortom, die ik voor altijd met me meedraag en meerdere malen kan zien. Films die ik je graag wil aanraden.

Extra opmerking: Dit zijn mijn favoriete films, niet de films die per se de geschiedenis in moeten gaan als KLASSIEKERS. Per letter noem ik een paar filmtitels en leg uit waarom ik deze cinematografische werkjes zo goed vind.

All the President’s Men (Alan J. Pakula, 1976)

In de jaren zeventig zijn er een paar Amerikaanse films gemaakt in het genre politieke thriller waarin de onbetrouwbaarheid van de overheid centraal staat. Anders gezegd: de paranoïde gevoelens die je hebt jegens je eigen overheid zijn volledig juist, negeer ze niet. All the President’s Men gaat over hoe de journalisten Bob Woodward (Robert Redford) en Carl Bernstein (Dustin Hoffman) van The Washington Post het Watergateschandaal aan het licht brengen. Prachtig spel van Dustin Hoffman en Robert Redford – toch wel twee van mijn favoriete acteurs. Die film biedt een mooi tijdsbeeld en schetst een boeiend verhaal over onderzoeksjournalistiek.

Almost Famous (Cameron Crowe, 2000)

Regisseur Cameron Crowe bewerkte zijn ervaringen als jonge journalist van Rolling Stone Magazine tot heerlijke autobiografische fictie waarin de vijftienjarige William Miller (Patrick Fugit) mee mag toeren met de band Stillwater. Een sfeervolle film over de liefde voor popmuziek in de magische jaren zeventig, volwassen worden en de mythe van Amerika. Kate Hudson was nooit meer in een film zo ontwapend als Penny Lane – de ultieme band-aid, een eufemisme voor groupie. Maar met die term zouden we Penny echt tekortdoen.

Almost Famous was op muzikaal gebied voor mij een openbaring en fungeert in wezen op dezelfde manier als de verzameling LP’s die Williams zus Anita voor hem achterlaat.  De soundtrack zit volgepropt met prachtige evergreens van muzikale kunstenaars als Simon & Garfunkel, The Who, Led Zeppelin, David Bowie, Cat Stevens en Elton John. Sommigen ervan kende ik al jaren, maar vormde de soundtrack een vernieuwde kennismaken, anderen hoorde ik voor het eerst pas echt goed. Zoals Led Zeppelin, waar ik sinds Almost Famous veel waardering voor op kan brengen.

Penny Lane: ‘If you ever get lonely, just go to the record store and visit your friends.’
(Zie hier nog veel meer leuke quotes uit de film en hier een artikel dat ik eerder over de muziek in Almost Famous schreef)

American Beauty (Sam Mendes, 1999)

Kevin Spacey die midden in zijn midlifecrisis zit, een verdord huwelijk met zijn vrouw Annette Bening deelt, verliefd wordt op de middelbare schoolgenoot van zijn dochter en besluit het roer om te gooien. Daar in het midden van de wervelstorm die zijn leven is, danst een plasticzakje in de wind – een beeld van zo’n ongrijpbare schoonheid dat we bijna de blote borsten van Thora Birch vergeten die net als het zakje, met de camera van de buurjongen zijn vastgelegd. Deze film gaat veel verder dan American Beauty, het is mijns inziens een lofzang op de poëzie van het leven. Dat het script door vakman Alan Ball geschreven is, kun je eraan afzien.

Annie Hall (Woody Allen, 1977)
Een van mijn favoriete Woody Allen films (one of his early funny ones) met een dramatische ondertoon: het verloop van de relatie tussen zangeres/fotografe Annie Hall en comediant Alvy Singer. Het is moeilijk om niet te vallen voor de charmante performance van Diane Keaton. Allen gaat hierin erg speels om met het medium: in een scène op het dak praten Hall en Singer met elkaar over koetjes en kalfjes, terwijl we via de ondertitels lezen wat er echt in hun hoofd omgaat. Ook de scène waarin ze beide in de rij staan voor een filmkaartje en Singer zich irriteert aan te luid pratende betweter die zijn semi-intellectuele meningen zijn vriendinnetje probeert te imponeren.

Wat zou het toch prachtig zijn als je in het echte leven opeens Tim Burton te voorschijn kon halen als iemand moet overtuigen van zijn ongelijk. Helaas, only in the movies.

Apocalypse Now Redux (Francis Ford Coppola, 1979)


Voor mij nog steeds de ultieme film over de waanzin van de oorlog. Apocalypse Now draait om de reis van Kapitein Willard (Martin Sheen), een spion van het Amerikaanse leger. Willard wordt op een gevaarlijke missie gestuurd: hij moet de rivier Cambodja afreizen om daar Kurtz (Brando) te vinden en te vermoorden. Kurtz is een voormalig Amerikaans kolonel die is gedeserteerd. Hij is krankzinnig geworden en heerst over een groep Montagnaardse inboorlingen in een afgelegen oerwoudcomplex. De reis die Willard aflegt over de rivier brengt hem in het hart van de duisternis: die van de oorlog, maar ook in zichzelf.

Een tijd geleden schreef ik een uitgebreide analyse over hoe Marlon Brando het personage Kurtz gestalte gaf.

Army of Darkness (Evil Dead 3) (Sam Raimi, 1992)
Dit is een heel ander soort oorlog, maar in tegenstelling tot die in Vietnam, zeer vermakelijk. Nash uit Evil Dead 1 + 2 is samen met zijn uit 1973 afkomstige Oldsmobile getransporteerd naar de middeleeuwen. Daar wordt hij aangezien als degene die volgens de voorspellingen het boek der doden zal ophalen, maar omdat hij de uitspraak van de magische woorden verknalt, komen de doden tot leven. De volledig belachelijke plot is oh zo vermakelijk. Bruce Campbell acteert met flair met een flinke dosis zelfspot. En op het moment dat het dodemansleger aan komt stormen, handgemaakte skeletten die in de lucht worden gehouden door de poppenspelers die net buiten beeld zijn, ben ik helemaal verkocht. Een ode aan stop-motion specialist Ray Harryhausen die hem vast van plezier uit zijn graf zou doen opspringen -als hij dood was geweest. Harryhausen (geboren in 1920 te Los Angeles leeft immers nog steeds).

Meest memorabele quote van de film: ‘Give me some sugar, baby!’

Heb je zelf ook nog wat favoriete Aatjes toe te voegen? Daar is het commentformulier voor. Volgende week vrijdag gaan we verder met de B.

Categorieën
Film

Kort filmnieuws: Sonny Boy & Win/win

Eventjes wat kort filmnieuws, dan hebben we dat ook weer gehad deze week. Dit keer twee berichtjes over Nederlandse producties: Sonny Boy en Win/Win. De grote vraag bij die laatste film is natuurlijk: houdt Halina Reijn het netjes?
Opnamen Sonny Boy van start
Op 15 februari beginnen in Den Haag de opnamen van de verfilming van Annejet van der Zijls bestseller Sonny Boy. De hoofdrollen zijn voor Ricky Koole (Rika van der Lans) en nieuwkomer Sergio Hasselbaink (Waldemar Nods). Maria Peters tekent voor de regie en schreef, in samenwerking met Pieter van de Waterbeemd, eveneens het scenario.
Het boek Sonny Boy is gebaseerd op het waargebeurde verhaal van een verboden liefde. In de herfst van 1928 zien Waldemar Nods en Rika van der Lans elkaar voor de eerste maal. Het is een ontmoeting tussen twee werelden: hij is zwart, zij blank; hij nog geen twintig, zij al bijna veertig; hij is een student uit Suriname, zij is oer-Hollands, getrouwd en moeder van vier kinderen. Kort na hun eerste ontmoeting blijkt zij zwanger te zijn, het schandaal is niet te overzien en de Tweede Wereldoorlog staat op uitbarsten.Dat klinkt als een en al gezelligheid, niet? Dramatische conflicten verzekerd.Regisseur Maria Peters (ze maakte eerder kinderfilms als Kruimeltje, De Tasjesdief en Pietje Bell, zei er het volgende over: ‘Dit is een van de meest indrukwekkende boeken die ik ooit gelezen heb: zó ontroerend en hartverscheurend. Het is een verhaal dat je naar de strot grijpt. En toen ik het uit had wist ik het meteen: dit wil ik verfilmen!’ De opnamen vinden plaats in Nederland (Den Haag en Zeeland), België en Suriname. De film zal begin 2011 in de Nederlandse bioscoop worden uitgebracht door A-Film Distribution.
Win/Win, het speelfilmdebuut van Jaap van Heusden (scenario en regie), is op het Internationaal Film Festival Rotterdam op nummer 17 geeindigd in de Top 100 der publieksfavorieten.De film draait om de vierentwintigjarige Ivan (Oscar van Rompay) die als assistent analist werkt bij een Amerikaanse investeringsbank aan de Amsterdamse Zuidas. Hij is een expert als het gaat om het spelen met getallen en ontdekt al snel patronen. Als een aantal bijzonder winstgevende tips van hem afkomstig blijken te zijn, wordt hij door de doorgewinterde trader Stef (Leon Voorberg) ingelijfd en als junior trader gelanceerd. Terwijl links en rechts banken omvallen, harkt Ivan in de dealing room enorme winsten binnen en maakt een bliksemcarrière. Ineens heeft de receptioniste Deniz (Halina Reijn), die Ivan tot nu toe alleen heimelijk observeerde, oog voor hem. Van buiten bezien gaat het hem voor de wind. Maar werk en omgeving vervreemden hem meer en meer van het werkelijke leven. De eenzaamheid slaat toe.Dit dramatische relaas is vanaf 20 mei te zien in de bioscoop. De grote vraag is natuurlijk of Halina Reijn in deze film wel haar kleren aanhoudt. Zullen we er een gokje op wagen?

Categorieën
Film Filmrecensie

Filmrecensie: The Box

The Box van Richard Kelly bevat een vergezocht plot maar een prachtig tijdsbeeld. Een mysterieuze houten doos met daarin enkel een rode knop wordt bezorgd door de raadselachtige Arlington Steward in het huis van het gezin Lewis (Cameron Diaz & James Marsden). De deal die hij aan hen voorlegt liegt er niet om: als ze op de rode knop drukken krijgen ze 1 miljoen dollar, maar dan zal er ook iemand die ze niet kennen sterven. Het is een simpel maar fascinerend gegeven. Wat zal het stel doen en wat voor consequenties heeft de keuze die ze maken? Wie overtuigt de ander om de knop in te drukken? En vooral: kunnen ze leven met de uiteindelijke beslissing?
Als dramatisch gegeven is dit goud in de juiste handen. Maar regisseur Richard Kelly levert op zijn best slechts chroom af met The Box. In plaats van dat hij dit gegeven maximaal uitbuit en een psychologisch verhaal vertelt, gooit Kelly het over een andere boeg. Hij giet het verhaal in het stramien van een kat-en-muispel en concentreert zich op het onthullen van wie Mr. Steward is, voor wie hij werkt en wat het doel van het experiment is. In tegenstelling tot in Donnie Darko, het spetterende debuut uit 2001 waarmee Kelly naam maakte, kiest hij ervoor het mysterie te onthullen. Vanaf dat moment vervliegt de geloofwaardigheid van het filmverhaal als lucht uit een lekke ballon. Het resultaat is een slappe, ongeloofwaardige scifi thriller. Kelly baseerde zijn script op het korte verhaal ‘Button, button’ van Richard Matheson. Dit verhaal vormde eerder de basis van een aflevering van de tv-serie The Twilight Zone. Kelly liet in een interview weten dat hij met dit relaas de gemakzuchtige maatschappij van nu wil becommentariëren:

‘What fascinates me is the complexity of the instant-gratification, push-button society we live in today, with our handheld devices, TV remotes, computers, and all the ways in which we effortlessly solve our problems or meet our needs, large and small. We toss off messages without much thought to the consequences or ramifications. It was a little different 30 years ago, when the story is set, and that’s one of the reasons why I wanted to keep it in the 1970s, when the story was first published. Pushing a
button was a more deliberate act back then. For Norma and Arthur, it could
be the most deliberate act of their lives.’

That 70s show
Een andere reden om de film in 1976 te situeren is om de plot te verbinden met het Viking project, waarmee de NASA voor het eerst apparatuur op Mars liet landen om metingen te verrichten. Net als in de film Donnie Darko die speelde in midden jaren tachtig, is Kelly erin geslaagd om een overtuigend tijdsbeeld te creëren. The Box werd deels op locatie op de Langley NASA-basis in Richmond, Virginia opgenomen. Die omgeving ziet er grotendeels nog hetzelfde uit. Kelly huurde meerdere adviseurs in, waaronder een oud-lid van het Viking-team om een zo’n kloppend mogelijk beeld te schetsen. De art-direction doet dan ook authentiek aan, inclusief het afzichtelijke behang vol drukke patronen dat men in die tijd aan de muur durfde te plakken. De filmbeelden werden digitaal bewerkt om de look te krijgen van hoe films in de jaren zeventig werden gedraaid. Er werd toen met bepaalde filters en diffuus licht gedraaid, wat een beeld oplevert vol zachte tinten. Visueel is The Box daardoor een feest van herkenning voor een ieder die is opgegroeid met Amerikaanse televisieseries uit die tijd.Een andere reden om de film te gaan zien is het verfijnde acteerwerk van Frank Langella die een levensechte Arlington Steward neerzet. Een groot contrast met Cameron Diaz die denkt serieus te acteren door vooral een zorgelijk gezicht te trekken.De belofte van de jonge geniale regisseur die Kelly leek te zijn door Donnie Darko heeft de regisseur wat mij betreft niet ingelost. Het rommelige Southland Tales, dat ook een pamflet moest zijn tegen de maatschappelijke koers die Amerika vaart (overconsumptie, oorlogvoering, de regering die het volk nauwlettend in de gaten houdt, het onderdrukken van vrije wil en seksuele exploratie en de koortsachtige zoektocht naar alternatieve energiebronnen) viel ook erg tegen. In narratief opzicht kent The Box al meer coherentie, maar is in vergelijking tot Kelly’s eerste film allesbehalve een meesterwerk. Is Kelly dan toch een one-hit wonder?The Box draait vanaf 4 februari in de bioscoop.Lees ook: Van Donnie Darko, naar Southland Tales tot the Box.

Categorieën
Film Strips

Spannende, nieuwe mogelijkheden met Spiderman reboot

De afgelopen tijd buzzde het internet over de nieuwe Spiderman-film. Regisseur Sam Raimi en acteur Tobey Maguire hebben inmiddels de handdoek in de ring gegooid. Er waren wat scriptproblemen zoals de studio het noemde, en waarschijnlijk konden de filmmaker en de filmstudio het niet met elkaar eens worden over de koers die gevaren moest worden voor het vierde deel uit de serie. Dat een film vol compromissen tot een mislukking kan leiden, bewees Spider-Man 3 die het slechtst werd ontvangen van de reeks. En terecht, want het was een janboel van karakters, slecht uitgewerkte plotlijnen en vooral een ongebalanceerde combinatie tussen drama en humor. Inmiddels is er een reboot aangekondigd. Aan de ene kant is dat jammer, aan de andere kant juich ik de vervanging van Sam Raimi voor Marc Webb juist toe.

In plaats van dezelfde koers te blijven varen koos Columbia Pictures ervoor om de serie te rebooten, oftewel, opnieuw te starten. In een persbericht maakten ze bekend dat het verhaal van Peter Parker weer op de middelbare school zal beginnen:

‘Culver City, CA (January 11, 2010) — Peter Parker is going back to high school when the next Spider-Man hits theaters in the summer of 2012. Columbia Pictures and Marvel Studios announced today they are moving forward with a film based on a script by James Vanderbilt that focuses on a teenager grappling with both contemporary human problems and amazing super-human crises.The new chapter in the Spider-Man franchise produced by Columbia, Marvel Studios and Avi Arad and Laura Ziskin, will have a new cast and filmmaking team. Spider-Man 4 was to have been released in 2011, but had not yet gone into production.’

Recent werd aangekondigd dat regisseur Marc Webb – what’s in a name – de reboot van Spiderman onder zijn hoede zal nemen. Webb, wie is dat, vraagt u zich wellicht af. Nou die bracht ons vorig jaar nog het verfrissende (500) Days of Summer.Via een persbericht lieten Columbia Pictures en Marvel Studio’s weten dat Webb erg in zijn nopjes is met zijn nieuwe baan:

‘This is a dream come true and I couldn’t be more aware of the challenge, responsibility, or opportunity. Sam Raimi’s virtuoso rendering of Spider-Man is a humbling precedent to follow and build upon. The first three films are beloved for good reason. But I think the Spider-Man mythology transcends not only generations but directors as well. I am signing on not to ‘take over’ from Sam. That would be impossible. Not to mention arrogant. I’m here because there’s an opportunity for ideas, stories, and histories that will add a new dimension, canvas, and creative voice to Spider-Man.’

Webb en webhoofd.

Aan de ene kant is het te betreuren dat we Tobey Maguire niet meer terugzien als het webhoofd. Zijn performance in de eerste drie films was zeer verdienstelijk. Ook viel er veel te genieten van Raimi’s interpretatie van de Spiderman-strips. Vooral Spider-Man 2 mag genoemd worden als een van de beste superhelden-films ooit, met een solide plot en uitermate overtuigend spel van Maguire, James Franco als Harry Osborn en Alfred Molina als Doctor Octopus. Wat mij ook spijt is dat we Dylan Baker nu niet zullen terugzien. Baker speelde in de trilogie Dr. Curt Conners die in de strip verandert in het monster The Lizard. Zijn vaste aanwezigheid in de serie wees erop dat Conners uiteindelijk het serum in zou nemen dat zijn leven voorgoed zou veranderen. Die verhaallijn had ik nog graag uitgespeeld gezien, in het bijzonder omdat er geen groter contrast kan zijn tussen het vriendelijke voorkomen van Baker en de monsterlijke verschijning van The Lizard.Voordat Spider-Man 4 werd afgeblazen werd bekend dat John Malkovich The Vulture zou gaan spelen. Dat beloofde veel goeds: niet alleen is de oude Vulture een interessante schurk, als zo’n personage wordt vertolkt door een zwaargewicht als Malkovich mag je wat vuurwerk op het witte doek verwachten. Helaas zullen we nu nooit weten hoe hij het er vanaf zou hebben gebracht.Nieuwe ronde, nieuwe Spiderman
Aan de andere kant juich ik een reboot juist toe en niet alleen omdat het derde deel zo duidelijk de plank missloeg. Raimi herhaalde zichzelf vaak in de drie films. Het was irritant dat hij iedere keer Mary Jane weer liet ontvoeren door de schurk om zo Spidey uit zijn web te lokken. Niet alleen werd deze slimme en aantrekkelijke meid daardoor gereduceerd tot het niveau van Lois Lane (die moet van alle geliefden uit de superheldenstrips wel het meeste zijn ontvoerd in haar carrière). Ook is het ontvoeren van het liefje van de held een verschrikkelijk cliché en om hier tot driemaal toe op terug te vallen getuigt van creatieve armoede. Ook het gedweep tussen de aantrekkingskracht tussen Peter en Mary Jane en het daarna geforceerd kreupel laten lopen van de relatie werd ook erg sleets.Kortom, wat mij betreft was het wel meer mooi geweest met het Raimi, Maguire en Dunst-team. Laat Sam Raimi maar weer lekker horrorfilms draaien, want daarin weet hij goed zijn weg te vinden.Er zijn nog een paar andere redenen te bedenken om enthousiast te worden van het idee van een reboot. Hoewel Webb vooral videoclips op zijn naam heeft staan, wist hij zoals gezegd met (500) Days of Summer de filmliefhebber op positieve wijze te verrassen. Hoewel één goede film nog geen garantie is dat Webb klaar is voor een dergelijk groot project.Ervan uitgaande dat hij weet wat hij doet, zal Webb het personage Peter Parker ongetwijfeld door een frisse blik aanschouwen. En er is genoeg materiaal om uit te kiezen. In 2000 begon Marvel met de serie Ultimate Spiderman, een serie gericht op een jong publiek dat een hedendaagse versie van Spiderman kreeg voorgeschoteld. Schrijver Brian Michael Bendis maakte van Parker weer een frisse tiener en herschreef diens geschiedenis naar eigen inzicht. Ongetwijfeld liet scenarist Jamie Vanderbilt, waar Webb mee aan de slag gaat, zich inspireren door de verhalen van Bendis en zal het nieuwe script een combinatie zijn van Ultimate Spiderman en de officiële geschiedenis van het webhoofd.Het is alleen te hopen dat men niet te lang op de oorsprong van Spiderman blijft hangen. Dat verhaal kennen we nu wel. Wat mij betreft kan in een korte flashback worden vertelt hoe Parker zijn spinnenkrachten krijgt. Ook laat Bendis naar mijn smaak Parker te vaak ontmaskeren in Ultimate Spiderman. Ook iets wat Webb beter achterwegen kan laten, daar de vele ontmaskeringen het wel heel moeilijk maakt te geloven dat Spiderman gewoon met zijn werk kan doorgaan.
Een laatste voorlopige kanttekening
Is de wereld klaar voor een reboot van Spiderman? Met het grote aantal superhelden-films dat ons nog staat te wachten is een verzadiging van de markt geen onrealistisch scenario. Misschien is het dan ook te vroeg voor een nieuwe versie van Spiderman in 2012. Persoonlijk kan ik er geen genoeg van krijgen en zie ik tien keer liever een film van dit genre dan de gemiddelde meuk die tegenwoordig in Hollywood wordt geproduceerd (met een beetje pech nog gepresenteerd in 3D ook.) We gaan zien hoe het Webb zich ontvouwt de komende jaren.

Categorieën
Film Strips

Iron Man luistert naar AC/DC

Vanaf 29 april draait Iron Man 2 in de bioscoop. Ik heb er erg zin in want de eerste film met Robert Downey Jr. in de hoofdrol was zeer geslaagd. Ook dit keer regisseert Jon Favreau de film. De schurk wordt gespeeld door Mickey Rourke. Alle songs in de film zijn gemaakt door de Australische rockband AC/DC.
Ik ben zelf geen fan AC/DC, maar heb er ook niets op tegen overigens. Al ligt de keuze voor het rockgeluid van AC/DC bij een hardware superheld als Iron Man erg voor de hand. En ik maar denken dat Tony Stark heel zen naar Vivaldi zit te luisteren terwijl in zijn harnas de schurken te lijf gaat. Sony Music zal de soundtrack uitbrengen: AC/DC: Iron Man 2. Op dit album komen 15 classic AC/DC nummers te staan die zijn geselecteerd uit de 10 albums die de band tussen 1976 en 2008 heeft uitgebracht. Het album ligt vanaf 16 april in de winkel.De eerste video van het album is het nummer ‘Shoot To Thrill’. De videoclip werd opgenomen in Buenos Aires tijdens het AC/DC concert van vorige maand. In de video zijn, naast de concertopnamen, ook enkele niet eerder vertoonde beelden van Iron Man 2 gebruikt. De video mag niet geembed worden, dus hier een linkje.Lees ook:

Categorieën
Film Filmrecensie

Up in the air met George Clooney

Recent zag ik Up in the air met George Clooney in de hoofdrol. Ik had al een aantal interviews met filmmaker Jason Reitman gelezen en enkele recensies. De artikelen maakten nieuwsgierig naar de film, al loop je bij dergelijke uitgebreide persaandacht soms het risico dat de film niets nieuws meer te bieden heeft. Gelukkig was dat niet het geval en bood Up in the air genoeg verrassingen voor een fijne kijkervaring. Sterker nog: ik vind het een heerlijke film en kan me aardig vinden in de levensfilosofie van Ryan Bingham.
Up in the air is de derde film van regisseur Jason Reitman die ons eerder de heerlijk cynische film Thank you for smoking en het originele Juno bracht. Deze derde film is wat mij betreft wederom een schot in de roos. (Jason is de zoon van Ivan Reitman, de man die Ghostbusters regisseerde. En dat naar verluidt dit jaar voor de derde keer gaat doen. Yay!) De beste zet van Reitman was de casting van George Clooney. Clooney is een van mijn favoriete acteurs en daarbij ook nog eens een zeer goede regisseur. Clooney speelt Bingham op charmante en innemende wijze. Hij weet als geen ander het dramatische met de juiste dosis humor af te wisselen. Ster van de film is Ryan Bingham. Een professional die betaald wordt om het hele land door te reizen om mensen te ontslaan. Dat is wat Bingham doet: hij komt een dagje op bezoek bij een bedrijf, doet alsof hij bij P&O werkt en ontslaat mensen, omdat hun bazen te laf zijn om het vuile werk zelf te doen. Daarna stapt hij onaangedaan op het vliegtuig om ergens anders mensen te ontslaan. Vliegen is wat Bingham het liefste doet. Als passagier, niet als piloot welteverstaan.
Zijn doel is om 10 miljoen airmiles te verzamelen. Een prestatie die slechts zes mensen in de hele wereld hebben geleverd. “Er zijn meer mensen die op de maan hebben gelopen!” vertelt hij zijn collega Natalie Keener (Anna Kendrick). Om zoveel airmiles te scoren moet je heel wat vlieguurtjes maken. Dat doet Bingham ook. Sterker nog: in de lucht is hij thuis, op het vliegveld, omringt door vreemden voelt hij zich op zijn plek.Ongebonden
Zijn huis doet net zo onpersoonlijk aan als een gemiddelde hotelkamer. (Bingham heeft zelfs minibarflesjes in zijn koelkast staan.) Bingham heeft problemen met thuis zitten. Die paar schaarse dagen per jaar dat hij er is, komen de kale muren op hem af, en vindt hij slechts vertier in de warme omhelzing van zijn buurvrouw – totdat zij een vast vriendje krijgt. Bingham is vervreemd van zijn familie en het is slechts door de trouwerij van zijn jongere zusje dat hij zijn naaste familie weer eens ziet. Hij zit immers meestal hoog in de wolken, ver weg van de dagelijkse familieperikelen.

Het mag duidelijk zijn dat Bingham lijdt aan bindingsangst, zaken als liefde wuift hij weg met een frivool handgebaar en een cynische blik in zijn ogen. Hij geeft zelfs seminars over zijn levensstijl, waarin de filosofie neerkomt op het zo min mogelijk meenemen in je rugzak des levens. “Leven is beweging, stilstaan is de dood.” Hoe het zo gekomen is, laat Reitman verfrissend in het midden. Uiteraard kan dit niet altijd zo kan blijven, zonder conflict zou er geen verhaal zijn om te vertellen. Up in the air is dan ook een verhaal over een man die ‘het licht’ ziet en zijn levensfilosofie aanpast. (Tom Cruise spon in het begin van zijn carrière garen bij dit soort plots.)Ontslaan 2.0
Bingham wordt deels gedwongen om zich aan te passen als zijn werkomstandigheden drastisch lijken te veranderen: zijn levenswijze wordt bedreigd als bovengenoemde collega Keener een nieuw systeem om mensen te ontslaan bedenkt. In plaats van naar het bedrijf toe te vliegen, kun je mensen ook gewoon via de webcam ontslaan vanuit je eigen kantoor. Kostenefficiënt: ontslaan 2.0 zogezegd. Dit plan zou voor Bingham het einde betekenen van zijn leven in de lucht, en hij kijkt dan ook niet uit naar de dagen die hij ’s avonds gewoon thuis kan doorbrengen. Tot overmaat van ramp krijgt hij de opdracht om Keener op sleeptouw te nemen en in te wijden in zijn methodes. De tweede uitdaging komt van de mooie Alex Goran ( Vera Farmiga). Zij verzamelt net als Bingham zoveel mogelijk airmiles en clubpasjes en lijkt zich net zo thuis te voelen in de vertrekhal als hij dat doet. “Think of me as yourself, only with a vagina,” zegt ze tegen Bingham. Hij denkt zijn zielsverwant gevonden te hebben en, je raadt het al, wordt verliefd op haar. Deze gevoelens stellen echter belangrijke vragen aan de orde: Wordt het niet toch tijd dat hij zich gaat binden en met beide benen op de grond gaat staan? Als het met iemand moet lukken, dan lijkt Alex de juiste kandidaat daarvoor. Hulde aan Reitman dat het verhaal anders afloopt dan je zou vermoeden: Bingham mag dan aan het einde van de film een andere man zijn geworden, en inzien dat zijn levensfilosofie veel leegte met zich meebrengt, zijn wereld is in wezen niet veranderd. Een tragisch en ontnuchterend einde. Earth hopping
Ik herken veel in de levensfilosofie van Bingham: het constant onderweg zijn. Reizen met slechts een beetje bagage, gaan en staan waar je wilt. Geen sociale verplichtingen. Ik zou ervoor tekenen. Ooit bedacht ik het plan earth hopping. Een bepaalde periode zou ik naar locaties willen vliegen wanneer het mij uitkwam. Bijvoorbeeld: vanmorgen werd ik wakker in Londen waar ik gisteravond een concert heb bezocht. Zo meteen neem ik het vliegtuig naar New York om de expositie van Tim Burton in het MoMa te bekijken. En als ik een paar dagen heb rondgehangen in de verschillende coffeebars van Manhattan, geslenterd heb in Central Park en strips heb ingeslagen bij Forbidden Planet, besluit ik om naar San Francisco te vliegen om wat familie te bezoeken. Gaan en staan waar je wilt, ’s ochtends wakker worden in Parijs en ’s avonds je ogen sluiten in Sydney. En ondertussen verblijven in de fijnste hotels die de wereld te bieden heeft.Los van de aarde, los van locatie, tijdzones overstijgend, constant onderweg. Prima plan lijkt me. Maar gezien de hoge kosten die deze levensstijl met zich meebrengt, een tamelijk onuitvoerbaar plan tenzij ik binnenkort de loterij win of een grote erfenis van een tot dusverre onbekend familielid. Op het salaris van een freelance journalist is dit plan tamelijk onbetaalbaar. (Gelukkig heb ik twee uur lang mee kunnen reizen met George Clooney. Dat verzacht de pijn enigszins.) En zoals we van Up in the air kunnen leren moet je uiteindelijk toch weer met beide benen op de grond en het leven gaan staan. Zonder intermenselijke connecties zijn we maar leeg van binnen.

Categorieën
Film Filmrecensie

Filmrecensie: Flashbacks of a fool

Flashbacks of a fool is het speelfilmdebuut van videoclipregisseur Baillie Walsh. Het is een prima debuut met slechts enkele schoonheidsfoutjes. Antiheld Joe Scot (een gedegen acterende Daniel Craig) is een aan lagerwal geraakte acteur die zichzelf heeft verloren in drugs, drank en seks. Wanneer hij krijgt te horen dat jeugdvriend Boots (Max Deacon) is overleden, drijven Scots herinneringen af naar de laatste zomer van zijn jeugd: zijn vriendschap met Boots, zijn eerste liefde Ruth en de relatie met een vriendin van zijn moeder, maar vooral denkt hij na over hoe een reeks van keuzes en een onbezonnen daad leidden tot een tragische dood en hem deden besluiten het ouderlijk huis te ontvluchten. De terugkeer naar huis dwingt Scot om zich te verzoenen met zijn verleden. Regisseur Walsh scheef ook het scenario en bedient zich van enkele herkenbare gegevens: de uitgerangeerde acteur die zich overgeeft aan een hedonistische levensstijl is immers een cliché. Ook zijn sommige wendingen voorspelbaar, de tragische gebeurtenis die Scot ertoe aanzet om te vluchten zie je van tevoren aankomen. Maar dergelijke schoonheidsfoutjes (als je ze al zo mag noemen) zij de regisseur vergeven door het gedegen spel van de cast en de stijlvolle vertelwijze. Walsh neemt de tijd om de gebeurtenissen langzaam te doen ontvouwen en trakteert de toeschouwer – dankzij het vakwerk van cameraman John Mathieson – op prachtige beelden en een fijnzinnige cinematografie. Het romantische kustlandschap van Zuid-Afrika, dat dubbelt voor de Engelse kust begin jaren zeventig, is sfeervol in beeld gebracht. De zee speelt dan ook een terugkerende rol in het verhaal: ze neemt en geeft. IJdeltuit
Het is de visualisatie van Flashbacks of a fool die mij in het bijzonder aantrok aan dit debuut: Wanneer Scot via een telefoontje van zijn moeder verneemt dat zijn oude vriend Boots is overleden weet hij zijn emoties in toom te houden. De filmmakers zetten Scot echter in zijn huis neer, voor een levensgrote foto waarop de acteur met tranende ogen in de lens kijkt. Niet alleen zijn innerlijke gevoelens worden met dit theatrale beeld gecommuniceerd, ook zijn ijdelheid wordt nog eens onderstreept. Het vermoeden rijst al snel dat er meer moet schuilen achter deze schijnbaar ijdele acteur die zich verliest in een hedonistische levensstijl en die aan oppervlakkig menselijk contact de voorkeur geeft. Het antwoord op de vraag hoe hij zo geworden is wordt langzaam onthuld in de terugblik naar zijn jeugd. Maar of Scot werkelijk anders zal zijn na zijn terugkeer, laat Walsh fijn in het midden. Muziek voor de ziel
Muziek van David Bowie (Ziggy Stardust-periode voor de kenners) en in het bijzonder het nummer ‘If there is something’ van Roxy Music spelen een belangrijke rol in Flashbacks of a fool. Natuurlijk zijn herkenbare songs een dankbaar middel om een tijdsbeeld neer te zetten, Walsh geeft ze echter ook een niet geringe rol in de betekenis van de plot. Niet verwonderlijk wellicht voor een regisseur die zijn eerste stappen zette bij het maken van muziekvideo’s voor bands als INXS, Oasis en Massive Attack. Hartverscheurend is de slotsequentie waarin een citaat van de liedtekst van bovengenoemd nummer een stortvloed aan emoties losmaakt bij Ruth, gespeeld door Claire Forlani. Het geluid van de scène is weggedraaid, alleen het liedje is te horen, wat het indrukwekkende optreden van de acteurs extra benadrukt. Flashbacks of a fool is reeds uit op dvd.Flashbacks of a fool, Groot-Brittanie/2008.
Regie: Baillie Walsh. Met: Daniel Craig, Emilia Fox, Claire Forlani, Harry Eden, Helen McCrory, Jodhi May, Olivia Williams.
(DFW)
Deze recensie verscheen ook op het filmblog van Zone 5300.