In Enigma (Michael Apted, 2001) draait het allemaal om het oplossen van puzzels. Als de Nazi’s de communicatiecodes voor onderzeeërs veranderen, is het aan het team van Tom Jericho om deze te kraken voordat een geallieerd konvooi door de Duitsers ontdekt wordt. Jericho (Dougray Scott) heeft zelf een persoonlijk raadsel op te lossen: alles wijst er op dat zijn voormalige vriendin een spionne is. Samen met Hester Wallace (Kate Winslet) probeert hij de feiten te achterhalen.Michael Apted heeft van Enigma ook een puzzel gemaakt, al is deze niet moeilijk op te lossen. Herinneringen en scènes uit het heden wisselen elkaar vloeiend af en vormen de puzzelstukjes. Apted heeft de film gedraaid volgens het boekje: mooie shots in soft focus, warme kleuren en muzikale cues scheiden het verleden van het heden. Bekende filmische middelen worden uit de kast getrokken om de spanning op te voeren. Toch wil het nergens echt spannend worden: daarvoor bevat de film te veel voorspelbare plotwendingen. Het vuur dat een onderhoudend verhaal van een meeslepende thriller onderscheidt, ontbreekt.Daar staat tegenover dat de acteurs overtuigend hun rol neerzetten. Kate Winslet speelt opnieuw de rol van de geëmancipeerde vrouw die haar tijd ver vooruit is. Jeremy Northam speelt met flair en enige ironie, wat een welkome verlichting is in deze oorlogsthriller.Deze recensie schreef ik indertijd voor het filmtijdschrift Skrien. Aangezien Enigma vanavond te zien is op de Vlaamse zender Eén om 23.55, leek me dat een mooie gelegenheid om de recensie uit het archief te halen en online te zetten.
Categorie: Film
Let the right one in: Beste film 2009
De beste van iets… het is maar een arbitraire bedoening wat mij betreft. In de laatste dagen van het jaar word je om je oren geslagen met best-of-lijstjes. Iedereen heeft de behoefte om voor zichzelf de numero uno te definiëren. Toch kan ik me goed vinden in het feit dat de Zweedse horrorfilm Let the right one in door de Nederlandse filmjournalisten dinsdag is uitgeroepen tot de beste bioscoopfilm van 2009.
De tweede plaats is voor de animatiefilm UP van producent Pixar. Op de derde plek staat Slumdog Millionaire, de grote Oscarwinnaar van 2009, waarvan ik het bestaan alweer vergeten was.Om even je geheugen op te frissen: Let the right one in vertelt over een eenzame twaalfjarige jongen die gepest wordt op school. Hij vindt vriendschap bij zijn nieuwe buurmeisje, dat hem bekent bloed te moeten drinken om in leven te blijven. De film won eerder zowel de jury- als de publieksprijs op het 25e Imagine: Amsterdam Fantastic Film Festival. De jury stelde toen dat de Zweedse productie “het horrorgenre ver, ver ontsteeg en laat zien dat elke pispaaltje een vampier als vriendin zou moeten hebben”. Overigens kijk ik met veel plezier terug op Imagine dit jaar. Veel films gezien en aardig wat stukjes over geschreven.Hier een van de prachtige scènes uit Let the right one in:Vampieren zijn weer ‘hot’. Niet alleen in de bioscoop, met de Twilight-reeks en een stel andere films rondom het thema van de bloedzuigende levende doden, maar ook op televisie gaat het er heet aan toe in Vampierland, zoals in de tv-serie True Blood. (Aukje van EeuwigWeekend.nl schreef twee recensies over Twilight. Ze mag dan ook een echte fan van de boeken genoemd worden.)
‘De beste’ Nederlandse films
De critici kozen Kan door huid heen van regisseuse Esther Rots als beste Nederlandse film van het jaar. Het verhaal over een vrouw die op het platteland hoopt een verkrachting te verwerken won eerder al drie prijzen op het Nederlands Filmfestival.Op de tweede plaats eindigde Nothing Personal van regisseuse Urszula Antoniak en op de derde plaats, geheel onterecht wat mij betreft, staat de verfilming die Reinout Oerlemans maakte van het boek Komt een vrouw bij de dokter van schrijver Kluun. Dat de film diverse gevoelens losmaakte, bleek uit de reacties die mijn recensie van deze film kreeg.Uit wie bestond de jury dan? vraag je je wellicht af. Nou, aan de verkiezing deden meer dan zestig filmjournalisten van onder meer alle grote landelijke dagbladen, Revu, Veronica Magazine, Tros Kompas, Film1, Vrij Nederland, het ANP, Schokkend Nieuws en de Filmkrant mee. Het was de zevende keer dat de Nederlandse critici de beste film van het jaar kozen. Eerder werden Finding Nemo (2003), Gegen die Wand (2004), Sin City (2005), Caché (2006), Das Leben der Anderen (2007) en The Dark Knight (2008) bekroond. Met de verkiezing van The Dark Knight ben ik het wederom eens, dat vond ik ook de beste film van 2008.Lees ook: De Hollywood-films van 2009 gemixed.
Dit jaar doe ik geen lijstje van wat, naar mijn mening, de beste films van dit afgelopen jaar waren. Ik ben moe van lijstjes. Daarbij heb ik veel films gezien, maar veel ook niet gezien. Gelukkig zijn er altijd liefhebbers die de moeite steken in een video-compilatie. Mensen als Kees van Dijkhuizen bijvoorbeeld. Die mixte de oogst aan – voornamelijk Amerikaanse – cinema samen in een 7 minuten durende video.
Hoewel ik een deel van de in de compilatie voorkomende films niet heb gezien, herken ik ze wel. In dit multimediale tijdperk van teasers, trailers, blogs en virals herken je al beelden van films voordat je de bioscoop binnen bent. En wat betreft de meeste films kun je het bij de trailer wel laten. Ik vind bijvoorbeeld de film Paranormal activity niet heel bijzonder; de trailer dekte volledig de lading. Concept en uitwerking waren na het zien van de trailer meteen duidelijk. En het daadwerkelijk kijken van de flick voegde weinig toe aan de vertelling. (Dat ik me evengoed prima heb vermaakt had meer te maken met het feit dat ik de film zag met een goede vriendin, dan met de film zelf.) Drag me to hell van Sam Raimi gaf mij eerder dit jaar veel meer kijkplezier. Het verhaal was ook niet bijster origineel en redelijk voorspelbaar, maar werd met veel aanstekelijk plezier uitgevoerd.
Ik vind een boeiend verhaal een belangrijk bestaansrecht van een film. Al moet ik bekennen dat ik ook een film kan uitzitten omdat ik er puur op visueel niveau van geniet. Laatst zag ik bijvoorbeeld Spider-Man 3 nog eens op dvd. Werkelijk de slechtste film van de drie omdat de scenaristen het volledig verprutst hebben. Maar wie de film beziet als een reeks beelden zonder samenhang, krijgt toch een prachtig visueel palet voorgeschoteld. Voor mij als Spiderman-liefhebber des te leuk om de stripplaatjes die de filmmakers als inspiratie hebben gebruikt, te herkennen. Daarom kan ik ook genieten van een compilatievideo zoals die van Kees van Dijkhuizen. Mooie plaatjes achter elkaar geplakt zonder dat er een boeiend verhaal achter lijkt te zitten. (Een mooie metafoor voor wat Hollywood doorgaans uitbrengt.) Al schemeren hier en daar natuurlijk wel de menselijke emoties die centraal staan in de films in de reeks beelden door. Zelfs op dit basale niveau blijven die immers herkenbaar. Cinema is een visueel medium en prachtige plaatjes schieten kunnen we de filmmakers uit Hollywood wel toevertrouwen. Ook deze mix bevat enkele prachtige, overrompelende beelden. De verhalen verzinnen we er zelf wel bij. Al hoop ik van harte dat Hollywood volgend jaar zich weer wat meer concentreert op het vertellen van boeiende verhalen, want voor meeslepende epossen en interessante personages kon ik naar mijn gevoel vooral voor de (gedownloade) beeldbuis terecht. (Ik zeg: Dexter! en ook wel True Blood.)Oké, tot slot dan een paar films die mij zeker wisten te boeien dit jaar: Let the Right one in, Millennium 1: Mannen die vrouwen haten, 500 Days of Summer, Watchmen (ook zeer mooie stripplaatjes). En verder: Wristcutters, de dvd recenseerde ik dit jaar, maar hij werd al in 2006 gemaakt; en Towelhead.
Of heb er volgens jou nog eentje vergeten op te noemen?
Ik werd op de video gewezen via De Ultieme filmblog.
Millennium 1: Mannen die vrouwen haten
Het is niet Mikael Blomkvist, onderzoeksjournalist bij het blad Millennium, die de hoofdrol vertolkt in Millennium 1: Mannen die vrouwen haten. Hoewel hij het voortouw neemt in het onderzoek, is het zijn tegendraadse partner, hacker Lisbeth Salander die de spotlight steelt. Salander is een van de sterkste vrouwenrollen sinds jaren.Het eerste deel van de Millennium-trilogie is reeds op dvd verschenen in een drie uur durende versie. De film is dan ook over twee schijfjes uitgesmeerd, als ware het een miniserie. Het zal de fans van de boeken alleen maar meer bekoren, want die zien immers de verfilming van hun geliefde boek het liefst zo trouw mogelijk. Maar ook ik, hoewel geen letter gelezen van Stieg Larssons-reeks, heb gefascineerd gekeken naar de wrange en cynische wereld die hij schetst in Mannen die vrouwen haten.Grimmige visie
Mikael Blomkvist (Michael Nyovist), journalist en eigenaar van het blad Millennium, wordt benaderd door oud-zakenman Henrik Vanger. Veertig jaar geleden is de zestienjarige Harriët Vanger op mysterieuze wijze verdwenen en vermoedelijk vermoord. Vanger hoopt dat Blomkvist in staat is om het mysterie rondom Harriëts verdwijning op te lossen. Blomkvist schakelt de hulp in van hacker Lisbeth en samen komen ze op een bloedig spoor van vrouwenmoorden. Het gaat er ruig aan toe in Millennium 1: het expliciete geweld zal ook niet ieders kopje thee zijn. Toch is het prijzenswaardig dat regisseur Niels Arden Oplev er niet voor terugdeinst dit te tonen. Het is de eerlijke, grimmige blik op de wereld waarin deels de aantrekkingskracht van Larssons schrijfwerk schuilt. Regisseur Oplev neemt de tijd: de eerste anderhalf uur van de film bouwt hij nauwgezet het verhaal op. Pas wanneer Blomkvist en Salander elkaar voor het eerst ontmoeten komt de film in een hogere versnelling en breekt de actie los. Toch verveelt Millennium 1: Mannen die vrouwen haten geen seconde: Michael Nyovist, ook wel de Scandinavische George Clooney genoemd, weet in één blik een hele gedachtewereld te communiceren. Maar de spotlight is voor Noomi Rapace, de autodidacte theateractrice die Salander gestalte geeft. Salander is een getraumatiseerde vrouw die ondanks de mishandelingen die ze heeft ondergaan weigert een slachtoffer te zijn. Zij geeft de regie van haar leven niet snel uit handen en ‘bijt’ een ieder die haar probeert vast te ketenen. Communicatietechnologie
In het onderzoek van Blomkvist en Salander speelt diverse communicatietechnologie een belangrijke rol. Voor hacker Salander zijn computers uiteraard het belangrijkste gereedschap. Ze stelt in opdracht van haar baas een heel dossier over Blomkvist samen op basis van de gegevens die ze steelt van zijn pc. Wanneer ze zich wil bevrijden van de handtastelijke voogd bij wie ze onder curatele staat, zet ze videotechnologie in. Technologie is als het ware haar wapen, maar blijkt ook een handig gereedschap voor Blomkvist. Hij vindt zijn eerste grote aanwijzing door een reeks oude foto’s van Harriët digitaal achter elkaar te plaatsen om op die manier het verleden tot leven te wekken. Maar ook ouderwetse communicatietechnieken bieden een bron van aanwijzingen: Harriëts dagboek, haar Bijbel, het krantenarchief en de administratie van het Vanger-concern bieden onmisbare gegevens. Uiteindelijk draait goed detectivewerk niet alleen om het verzamelen van gegevens, maar om welk verhaal daarmee geconstrueerd wordt. De gegevens over de verdwijning van Harriët waren, voor de slimme speurneus, immers al veertig jaar beschikbaar. Het is het analytisch vermogen van Blomkvist en het talent van Salander om codes te kraken waarmee het mysterie wordt opgelost. Hierin vullen held en heldin elkaar goed aan. En waar Blomkvist tekortschiet als actieheld, compenseert Salander dit ruimschoots met haar vechtlust. Een minpuntje aan deze eerste van drie films is het einde waarin alle eindjes nog even snel aan elkaar worden geknoopt op een Hollywoodachtige wijze waardoor de cynische blik op de wereld die centraal stond enigszins teniet wordt gedaan door de goede afloop. De erfenis van Larsson
De dvd bevat interessante extra’s zoals een documentaire over de Zweed Stieg Larsson. Bijna even opmerkelijk als de Millennium-reeks zelf is het verhaal van de schrijver van de trilogie. Larsson was een journalist die schreef over extreemrechts en het antifascistische tijdschrift Expo oprichtte. Larsson overleed voordat het eerste boek naar de drukker ging en liet een succesvolle erfenis achter. De boeken zijn in 25 talen op de markt gebracht en de eerste film oogstte veel succes, deel 2 en 3 draaien vanaf januari en maart in de Nederlandse bioscopen. De vele miljoenen die Larsson daarmee heeft achtergelaten zijn voor zijn vader en broer. De vrouw met wie hij 32 het leven deelde en met wie hij niet wilde trouwen uit angst voor bedreigingen van de neonazi’s ziet er vooralsnog geen cent van terug. Dat heeft alles te maken met de Zweedse wet en het feit dat Larsson geen testament heeft opgesteld. Vol verbijstering keek ik naar pa en broer die in de documentaire vertellen niet te weten wat ze met al het geld moeten doen en deze erfenis eigenlijk maar als last zien. Kennelijk kunnen ze zelf niet bedenken dat ze er een deel van aan de weduwe van Larsson kunnen schenken. (Over Mannen die vrouwen haten gesproken. Al is die conclusie waarschijnlijk een brugje te ver.) De dood van een auteur die zelf niet kon genieten van het succes van zijn werk en wiens erfenis leed veroorzaakt: het is een droevige noot in een verder succesvol verhaal. Millennium 1: Mannen die vrouwen haten, Zweden/2009.
Regie: Niels Arden Oplev. Met: Michael Nyqvist, Noomi Rapace, Lena Endre, Peter Haber. (Lumière)Deze recensie staat ook op het filmblog van Zone 5300.Lees ook: De hype rond Stieg Larssons Millennium.
De verfilming van Komt een vrouw bij de dokter wordt ongetwijfeld een kaskraker. Toch ben ik er niet erg over te spreken. De debuutfilm van Reinout Oerlemans mag dan gaan over een man die vreemdgaat terwijl zijn vrouw sterft aan kanker, veel diepgang heeft de film niet. Laat ik vooropstellen dat ik de gelijknamige bestseller van Kluun waar de film op gebaseerd is niet heb gelezen. Tijdens het kijken van de film werd ik dus niet gestoord door beelden die ik tijdens het lezen van de roman zelf had voorgesteld. Vanuit technisch oogpunt valt er weinig aan te merken op de eersteling van succesvol tv-producent Oerlemans (die voor de gelegenheid zijn baard liet staan tijdens de productie, zoals echte filmregisseurs dat doen). Het camerawerk van Lennert Hillege is stijlvol. De cast bestaat niet uit de minste acteurs: Carice van Houten, Anna Drijver, Barry Atsma en Jeroen Willems slaan zich kranig door het scenario dat het verloop van de relatie tussen Carmen (Van Houten) en Stijn (Atsma) en de ziekte van Carmen behandelt.Stijn is een notoire vreemdganger en als Carmen kanker krijgt en ernstig ziek wordt zoekt hij troost, seks of afleiding (dat is mij niet helemaal duidelijk geworden) bij Roos (Drijver). Onbeantwoorde vragen
Ondanks de veelvuldig voorkomende voice-over die ons de gedachten van Stijn laat horen, wordt er eigenlijk maar verdomd weinig duidelijk van zijn motivatie. Eigenlijk zijn de beweegredenen van Stijn ook helemaal niet zo interessant. Die zoekt afleiding van zijn zieke vrouw en vreemdgaan is zijn hobby, dus wat valt er eigenlijk te raden? Interessanter is de vraag waarom Carmen besluit bij hem te blijven als ze achter zijn eerste slippertje komt. Op dat moment is ze nog niet ziek en is het stel net gaan samenwonen. Ook vraag ik me af waarom Roos het aanpapt met Stijn terwijl ze weet dat hij een doodzieke vrouw thuis heeft. Niet dat ik hier de rechtschapen christen wil uithangen, geenszins, maar een beetje onderbouwing van het handelen van de personages was wenselijk geweest. Nu zien we vooral het vreemdgaan en heel veel functioneel naakt in beeld. Lijven zonder inhoud. Oerlemans contrasteert de scènes vol lust met het ziektebeeld van Carmen en toont hoe de kanker haar meedogenloos sloopt. Deze scènes zijn aangrijpend, puur door het feit dat we zien wat deze ziekte een mens aan doet, het is alleen jammer dat we niet de kans hebben gekregen Carmen beter te leren kennen vóórdat we haar zien doodgaan. Als pamflet voor KWF Kankerbestrijding is Komt een vrouw bij de dokter zeker geslaagd. Als relatiedrama scoort de film matig. Gezien het succes van het boek en het aantal bezoekers dat de film in korte tijd zag, verwacht ik desondanks dat dit een van de best bezochte Nederlandse films van het jaar zal worden.
Het is soms erg balen dat New York niet naast de deur ligt. Op dit moment is er namelijk een retrospectief van filmmaker/kunstenaar Tim Burton te zien in the Museum of Modern Art (MoMa). Behalve schilder- en tekenwerk van deze bijzondere filmmaker, zijn er ook props te zien van zijn films. Zoals maskers van Batman Returns en het bij elkaar geraapte sm-pakje van Edward Scissorhands.
Gelukkig biedt internet in dit soort gevallen uitkomst. Behalve filmregisseur en animator/tekenaar is Burton producent en conceptueel artiest, fotograaf en schrijver van fictie. Een duizendpoot die van zijn eigen gothicachtige sprookjeswereld een niche heeft gemaakt binnen de wereld die Hollywood heet.Gelukkig biedt internet uitkomst. In dit geval was de redactie van MTV online zo vriendelijk om foto’s van de expositie online te zetten. Natuurlijk is dat niet hetzelfde als zelf met je neus tegen het glas gedrukt staan, of zelfs stiekem de oortjes van het Batman-masker aan te raken als de suppoost even niet kijkt, maar ik moet het er maar mee doen op dit moment. Toch, MoMa heeft twee video’s op hun site staan die een ieder die nieuwsgierig is naar Burtons werk een introductie geeft. In onderstaande video vertelt Burton dat hij door het zien van de expositie weer vernieuwde energie heeft gekregen; dat zijn inspiratie komt van het Duits expressionisme en de sciencefiction films van George Méliès. Opmerkelijke uitspraak is dat The Omega Man met Charlton Heston een van zijn favoriete films is! Ook vertelt hij waarom hij in zijn tijd bij Disney zwartwit gestreepte sokken droeg. Kennelijk zorgde dit design ervoor dat hij zich meer geaard en rustiger voelde. Het design komt trouwens vaak voor in de artdirection van zijn films. Vooral in Beetjejuice, een van zijn vroegere films, en de animatie The Nightmare before Christmas zien we de zwartwit-strepen veelvuldig terugkomen. De video bevat ook veel voorbeelden van Burtons tekenwerk.
De trailer van de expositie:
Nog meer zin in Burton? Een interviewer van MTV ondervroeg de kunstenaar kort. De video daarvan is hier te zien. Ook is van het retrospectief een aardig boek verschenen. De expositie loopt van 22 november tot 26 april, dus wie weet ben je rond die tijd nog in de Big Apple om fysiek de wereld van Burton binnen te wandelen.
Foto’s: MTV.com
Deze tekst is ook op het filmblog van Zone 5300 verschenen.Lees alle blogposts over Tim Burton.
Ditteke Mensink, die eerder een portret maakte van Vestdijk-biograaf Wim Hazeu, heeft met behulp van archiefmateriaal een film gemaakt over de eerste Zeppelintocht rond de wereld (1929). Aan boord van de Graf Zeppelin was journaliste Lady Grace die voor de Hearts-kranten de vlucht versloeg. Het verhaal wordt vanuit haar perspectief verteld.
Onderstaande video van Volkskrant.tv, gemaakt door Willum Morsch, laat de filmmaakster aan het woord en toont wat van de archiefbeelden. Mensink dingt mee met de Joris Ivens Award, de hoofdprijs van het International Documentary Filmfestival Amsterdam (IDFA).
Ik vind dat erg interessant: een filmmaker die uit archiefmateriaal een geheel nieuwe film construeert. Ze gebruikt daarbij archiefmateriaal om haar verhaal vorm te geven. De grote hoeveelheid filmmateriaal is als het ware een puzzeltje waar een verhaal in verborgen zit. Daarbij spreekt zo’n luchtschip als de zeppelin tot de verbeelding. Het doet me denken aan het geloof in industriële vooruitgang, aan spannende spionageverhalen met nazi’s, gangsters en nou ja… kennelijk heeft Mensink er ook romantische associaties bij. Wat is er ooit geworden van dit bijzondere vervoermiddel? Uit de wikipagina kan ik opmaken dat het ongeluk met de Hindenburg, die vol zat met waterstof en in de brand vloog, ervoor heeft gezorgd dat men een einde maakte aan de vluchten.
Arnoud Rijken en Michiel Snijders zijn de drijvende krachten achter productiehuis il Luster. Nu zijn de animatieproducenten aan hun eerste lange speelfilm toe.‘Animatiefilm is fenomenaal anders dan een live-action of vleesfilm zoals ik hem graag noem. Bij een speelfilm is er al een werkelijkheid, dus dan is het de vraag in hoeverre je deze gaat manipuleren. Bij animatie is er in beginsel helemaal niets. Alles moet worden bedacht. Dat brengt zoveel denkwerk met zich mee dat je vanzelf een heel nieuw universum creëert. Daarin heb je een eindeloze vrijheid, want in animatie kan alles. En dat maakt het zo interessant,’ vertelt een begeesterde Michiel Snijders, mededirecteur van il Luster Producties en animatieproducent. Sinds 1997 produceert dit, naar eigen zeggen, meest actieve productiehuis vrije kunstzinnige animaties, opdrachtfilms en tv-series. En met succes want menig animatie valt in de prijzen.
Op dit moment is il Luster in de ontwikkelingsfase van DierenSinterklaas. Dit moet de eerste lange speelfilm sinds Als je begrijpt wat ik bedoel (1983) en Beertje Sebastiaan (1990) worden. Van de nieuwbakken animatie-intendant van het Filmfonds hebben de producenten subsidie gekregen om een moving storyboard, ook wel animatic genoemd, te maken. Op basis van het moving storyboard kan het project begroot en uitgedacht worden. ‘Er zijn ook andere producenten een lange speelfilm aan het ontwikkelen, maar tenzij iemand als Endemol op dit moment heel commercieel een film in China aan het maken is, zijn we de eerste als DierenSinterklaas in december 2011 uitkomt. Ik hou wel van dat wedstrijdgevoel.’
Wat doet een animatieproducent?
‘We zijn niet de studio die daadwerkelijk de animatie uitvoert. De regisseur komt met het goede idee en wij als producenten bedenken dan een concrete creatieve invulling. Wij maken de vertaalslag om van een leuk idee een realiseerbaar project te maken. Soms zoeken we de financiën erbij. In het geval van een tv-serie onderzoeken we of een omroep partner wil zijn of dat we het project met een buitenlands productiehuis kunnen coproduceren. Er komt een hoop bij een animatieproductie kijken: je moet een team samenstellen, keuzes maken over de soundtrack en de distributie regelen. Met een korte film doen we die zelf, maar bij lange films heb je daar een distributeur voor. We doen het altijd samen met de creatief, het is teamwerk.’Wat is kenmerkend aan een il Luster productie?
‘Onze projecten hebben altijd een hoge production value. Of je de film nu mooi, leuk, stom of fantastisch vindt, hij is altijd technisch in orde. Daarbij communiceert iedere film een verhaal, ook abstracte animaties zoals Barcode of Display doen hun best om begrepen te worden. Voordat we aan een abstracte animatie beginnen moet de maker altijd kunnen beargumenteren waarom de film hier begint, waarom hij daar eindigt en waarom dit het midden is.’
Hoekje op zolder
Arnoud Rijken en Michel Snijders ontmoetten elkaar tijdens de studie Theater, film en televisiewetenschap aan de Universiteit Utrecht waar ze beide het dramaturgisch profiel volgden en filmproducties maakten. Rijken begon met il Luster toen filmmaker en animatieproducent Nico Crama, waar hij stage bij had gelopen, hem vroeg om de fakkel van de korte animatieproductie over te nemen. Snijders voegde zich al snel bij Rijken. Crama introduceerde de jonge honden bij het Filmfonds en leerde hen het vak. ‘Toen was de productie van animatie in Nederland redelijk amateuristisch: de vrouw van de animator produceerde de film bijvoorbeeld. Alles ging heel individueel. Crama was een van de weinige producenten die meerdere animators produceerde.’Animators die vers van de kunstacademie afkwamen hadden geen flauw idee met wie ze hun animatiefilm moesten gaan produceren. Rijken en Snijders zagen de mogelijkheid om het braakliggende landschap te ontginnen: ‘We hadden de ambitie om binnen vijf jaar de grootste producent van korte animatiefilms te worden. Dat hadden we eigenlijk al heel snel bereikt omdat er geen concurrentie was.’
Toch bleek de praktijk een harde leerschool. ‘We hebben het vak echt over de ruggen van onze eerste paar films geleerd,’ bekent Snijders. ‘Overigens hebben we ook projectmanagementtrainingen gevolgd en animatie masterclasses gedaan. Er was immers geen opleiding tot animatieproducent.’Het eerste kantoor van il Luster was gehuisvest in een hoekje op de zolder van filmtheater ’t Hoogt in Utrecht. Eens per twee jaar deelden ze de zolder drie maanden met de staf van het HAFF die daar al sinds het begin van het festival zijn hoofdkwartier heeft. ‘Zo hebben we het festival van dichtbij leren kennen. Arnoud en ik hebben vaak hand en spandiensten aan hen verleend. Wij keken in de lunchpauze ook naar alle inzendingen en zagen zo ontzettend veel animatiefilms. Overigens betekende die nabijheid niet dat onze films meteen ook op het festival draaiden. Het heeft 12 jaar geduurd voordat ik in de jury zat en Arnoud gast is in het programma Heartstrings.’
Hoe belangrijk is een vertoning op een animatiefestival voor jullie?
‘Door digitale media is het heel makkelijk geworden om te publiceren, maar dat garandeert nog geen publiek. Mensen moeten je films wel online kunnen vinden. Een festival als het HAFF selecteert voor je het beste wat animatie te bieden heeft. Daarbij is er door de massamedia de trend ontstaan dat mensen weer samen met gelijkgestemden een ervaring willen delen. Festivals zijn op dit moment dus een van de beste manieren om een geïnteresseerd publiek te vinden voor je korte animatiefilm.’
Je was dit jaar jurylid van de competitie studentenfilms. Welke criteria hanteer je?
‘Ik kijk naar elke film naar wat hij wil en ik probeer me te verplaatsen in de maker. Een professional moet gewoon een goede film maken, maar bij studentenfilms neem ik in de beoordeling mee dat het een eerste poging is. Ik wil graag dapperheid belonen, dat de maker die iets durft of probeert. Daarbij vind ik het belangrijk dat de filmmaker iets te melden heeft.’
Wat zijn in grote lijnen de huidige ontwikkelingen of trends in de wereld van de animatie?
‘Animatie wordt nu betaalbaar voor Europese makers, of anders gezegd: makers buiten Hollywood die iets anders maken dan de publieksvriendelijke film zoals Disney of Pixar die al jaren produceren. Er ontstaat een soort van arthouse-genre. Denk maar aan films als Waltz with Bashir (Ari Folman, 2008) en Persepolis (Vincent Paronnaud en Marjane Satrapi, 2007).
En in Nederland?
‘Professionals uit andere filmhoeken gaan zich ook met animatie bezighouden. Submarine bijvoorbeeld, een mediabedrijf dat documentaires, speelfilms, games en dus ook animaties maakt. Ik juich dat toe omdat het goed voor de sector is, tegelijkertijd ben ik heel voorzichtig omdat ik weet dat animatie produceren een heel moeilijk vak is.’
Dit artikel is gepubliceerd in VPRO Gids#44.Lees ook:
HAFF winnaars: Jesus 2000 en Zachte planten
Met al het geneuzel over blogprijzen zou je haast vergeten dat er ook nog een leuk animatiefestival was vorige week waar een paar interessante animaties in de competities eruit sprongen.Bovenstaande animatie heet Jesus 2000 en is de winnaar van de competitie Webanimatie HAFFTube.Uit de shortlist van vijftig films is Jesus 2000 van Rémi Bastie, Jean-Baptiste Cumont, Clément Desnos, Jonathan Djob Nkondo, Nicolas Pegon door de jury gekozen tot winnaar van de internationale competitie voor webanimatie. De filmmakers zijn als speciale gast uitgenodigd voor het Holland Animation Film Festival. De jury bestond uit filmmakers met een film in de competitie voor onafhankelijke animatie. De jury was aangenaam verrast door het aantrekkelijke en hoge niveau van de films in de shortlist. Jesus 2000 komt uit het productienest van Wizzdesign.De animatiefilm Zachte Planten is winnaar Studentencompetitie Nederland en België. De film werd gemaakt door Emma De Swaef van Hogeschool Sint-Lukas Brussels. De winnaar van de studentencompetitie krijgt een stipendium van €13.500, ter beschikking gesteld door het Filmfonds. De jury laat het volgende weten:
The winner of this year’s competition for student films from the Netherlands and Belgium, goes to a film that has created a completely new universe in a way that only animation can. It did not only make the audience laugh during the screening it also made the jury feel really good. It is almost a therapeutic film that proves that sweet is not always childish.
The film’s strong authentic design and especially its pure quality of imagination makes the jury want to see more work from this filmmaker and hopes the director will make good use of the award, so she will grow even more as an independent filmmaker, animation designer and animation scriptwriter. For showing us that within every fat lazy Belgian desk-clerk there is a sweet soft and Buddhist world, we award first prize and an amount of 13,500 Euros to: Zachte Planten (Soft Plants) by Emma De Swaef (Hogeschool Sint-Lukas Brussels).
Zie voor meer prijswinnaars de site van het HAFF.En zie hier een artikel over het programma van het HAFF dit jaar.
Op Zaterdag 7 november vindt in de Janskerk de Kunststripbeurs plaats georganiseerd door stripintendant Gert Jan Pos van het Fonds BKVB en Albo Helm in samenwerking met het HAFF. Striptekenaars, animatoren, illustratoren en beeldend kunstenaars zullen daar zelf, dus zonder hun uitgevers of vertegenwoordigers, hun originelen, zeefdrukken, boeken en merchandise aan de man brengen.Hans van de Meulengraaf (cKoe), Han Hoogerbrugge, Joost Swarte en Theo van de Boogaard zijn enkele namen van een lange lijst creatieven die reeds hebben toegezegd. Zie voor een meer volledige lijst het blog van de kunststripbeurs. Die middag zal ook de animatie-intendant van het Filmfonds een presentatie houden waarin hij zijn beleid nader toelicht. Willem Thijssen is vanaf 1 september aangesteld om de animatiesector te stimuleren. Hij richt zich op de lange speelfilm, een genre waar ons land geen traditie in heeft. ‘Nederland was tot voorkort een land waar alleen korte animatiefilms werden gemaakt, maar daar bouw je geen industrie mee op. Het zou mooi zijn als we over twee jaar ieder jaar een animatiefeature kunnen uitbrengen’, zegt Thijssen.De intendant wil zijn budget vooral aan ontwikkelingssubsidies voor interessante projecten besteden. Daarmee kunnen producenten een concreet voorstel en een moving storyboard, een ruwe animatieversie, produceren. Daarnaast wil de intendant onder meer internationale coproducties stimuleren. Thijssen is voor twee jaar aangesteld. ‘Als er aan het einde van mijn termijn een lange animatiefilm in de bioscoop draait, dan zou dat al heel mooi zijn.’
Dit artikel stond in VPRO Gids #44.Lees ook: HAFF 2009
4 t/m 8 november staat Utrecht weer in het teken van de animatiefilm, want dan vindt voor de dertiende maal het Holland Animation Film Festival (HAFF) plaats. Dat betekent aandacht voor animatie in al haar verschijningsvormen, van lange speelfilms tot korte non-narratieve films. En speciale evenementen zoals een vj-optreden van Motomichi Nakamura en een kunststripbeurs.
Het HAFF wil het beste van het beste vertonen op animatiegebied. Het festival kent dan ook zes competities: van de internationale competitie voor shorts tot en met MovieSquad HAFF Junior, waar een kinderjury de scepter zwaait. Vanaf nu zal het HAFF, dat sinds 1985 om de twee jaar geprogrammeerd stond, jaarlijks plaatsvinden. De organisatie heeft hiervoor gekozen om op die manier beter op trends in te kunnen spelen. ‘Op het vlak van animatie gebeurt er heel veel,’ vertelt Gerben Schermer, directeur en samen met Erik van Drunen verantwoordelijk voor de programmering van het festival. ‘Om dat bij te kunnen houden en te presenteren moet je jaarlijks een editie hebben. Nu kunnen we een nieuwe film als Panique au village (Stéphane Aubier en Vincent Patar, 2009) meteen vertonen in plaats van dat we een jaar moeten wachten.’ Met ruim 1.300 inzendingen komen er in ieder geval genoeg films uit om jaarlijks een uiteenlopende selectie te maken.
Publiekstrekkers
Naast een divers aanbod van korte animaties, reikend van kleine experimentele producties tot en met opdrachtfilms, toont het festival ook grote publieksfilms als Up! (Pete Docter en Bob Peterson, 2009) van de bekende animatiestudio Pixar en 9 (Shane Acker, 2009), geproduceerd door Tim Burton en Timur Bekmambetov. Een fijnzinnige film in het speelfilmaanbod die een speciale vermelding verdient is de Tsjechische film One night in the city van Jan Balej. Een stop-motion animatie waarin in drie verhalen vol verbeeldingskracht nachtelijke taferelen in de stad worden belicht: de rare hobby’s van de bewoners van een appartementengebouw, de vriendschap tussen een boom en een vis en het laatste segment waarin de wensdromen van twee dronkaards worden gekoppeld aan de lotgevallen van een mislukte straatmuzikant.
4K
Dit jaar ontbeert het festival een speciale gast waar de spotlight op gericht wordt. Voorgaande edities waren onder meer animator Peter Lord (medeoprichter van de Aardman Animations en co-creator van Wallace & Gromit) en Stephen Hillenburg (SpongeBob) speciale gast. Matt Groening, bedenker van de animatieserie The Simpsons, stond dit keer op het wenslijstje, maar het lukte de organisatie van het festival uiteindelijk niet om zijn bezoek rond te krijgen. ‘Hopelijk kunnen we hem de volgende keer wel verwelkomen,’ zegt Schermer. Wel bijzonder is de aanwezigheid van de Japanse kunstenaar/animator Motomichi Nakamura die de leader maakte voor het festival. Hij zal zaterdagavond 7 november een vj-show geven als onderdeel van het evenement en vertoningen van het Berlijnse Pictoplasma-project dat zich richt op hedendaags character-design.In themaprogramma’s wordt de focus op een bepaalde ontwikkeling in de animatiebranche gelegd of een stroming uitgelicht. Zo besteedt het HAFF traditiegetrouw aandacht aan Japanse animatie en nieuwe ontwikkelingen in de sector. Het festival opent bijvoorbeeld met de wereldpremière van de short Red-End and the Seemingly Symbiotic Society van filmmaker Robin Noorda en de fotografe en beeldend kunstenares Bethany de Forest. Deze stop-motion film is volledig digitaal geproduceerd in het nieuwe 4K format: een nieuwe digitale standaard met een zeer hoge resolutie. De productie ervan in live-action is nogal kostbaar, maar in de animatiesector relatief eenvoudig. De filmmakers geven vrijdag 6 november een seminar What the 4K! waarin dieper wordt ingegaan op deze techniek.
Slapstick
In het programma ‘Accidents & Disasters’ staan cartooneske missers, fatale wendingen en slapstick centraal. Het kan geen toeval zijn dat er tijdens de dertiende editie van het animatiefestival een programma is samengesteld rondom het thema ongelukken. Toch is volgens Schermer nummer dertien maar bijzaak voor het samenstellen van het programma: ‘De meeste jonge animators hebben de neiging om sociaalgeëngageerde films te maken. Er worden nog relatief weinig grappige films gemaakt, daarom wilde we de focus leggen op toegankelijke films waar om gelachen kan worden.’ In ‘Accidents & disasters’ zijn onder andere twee films van grootmeester Tex Avery opgenomen en 3 Misses van de Nederlander Paul Driessen, waarin drie luchtige verhalen door elkaar verweven zijn: een flatbewoner, een ridder en een cowboy zijn door hun onkunde niet in staat om respectievelijk drie dames in nood, waaronder Sneuwwitje, te redden.
Om te laten zien wat de bovengenoemde nieuwe garde animators zoal maakt zijn er de competities studentenfilms uit Nederland en België en de vrije korte film. Door digitale technieken is het maken van animaties voor een groot publiek toegankelijk geworden. Dat is een trend die een paar jaar geleden werd ingezet en die een stroom aan producties heeft voortgebracht. Met HAFF Tube kunnen animators zelf hun films van maximaal vijf minuten uploaden en zichtbaar maken. Uiteindelijk kiest een jury, bestaande uit de filmmakers die met hun film zijn geselecteerd voor de competitie voor shorts, uit de shortlist van 50 films één winnaar die als gast van het festival wordt uitgenodigd. Wie zijn werk liever op een groot scherm geprojecteerd ziet, kan zijn werk aanmelden voor het programmaonderdeel Digitale Art Directie.
Naughty
Animatie is een medium waarin de grens van de mogelijkheden vooral ligt bij de creativiteit van de makers. Zoals iedere kunstvorm heeft het medium ook met fatsoensgrenzen te maken en die worden soms overschreden. Medewerkers van Stash dvd magazine – gespecialiseerd in animatie, visual effects en motion graphics – stelde het programma ‘Naughty, Naughty, Naughty’ samen en bundelde 23 commercials, opdrachtfilms, videoclips en korte films waarin de seks, geweld en grove taal de grenzen van het toelaatbare in de media worden verlegd. Zo is in de Durex-reclame Get it on te zien hoe drie ballonhondjes gemaakt van condooms in verschillende standjes met elkaar copuleren. In een spot voor de kinderslotfunctie van een erotisch tv-kanaal, vloeien in een schetsboek inktvlekken langzaam over van afbeeldingen van geslachtsdelen naar beeltenissen die meer geschikt zijn voor kinderogen, zoals beertjes en vogels.
http://youtu.be/Uqt3Zb7BItA
Zie voor meer informatie: www.haff.nl
Dit artikel stond in VPRO Gids #44.
Halloween Horror Show in Tuschinski
Even een pretvertorial tussendoor, omdat ik zoals u weet gek ben op horrorfilms en Halloween in het bijzonder. Dit jaar organiseert Mr. Horror Jan Doense op 31 oktober namelijk een ‘Horrornacht met Halloween in Tuschinski theater in Amsterdam.De Halloween Horror Show is een marathon van vier nieuwe horrorfilms die tijdens dit evenement hun Nederlandse première beleven. Op vrijdag 30 oktober is het programma ook te zien in Trianon, Leiden tijdens het Leids Film Festival. Initiatiefnemer van de Halloween Horror Show is Jan Doense, voormalig directeur van het Imagine/Amsterdam Fantastic Film Festival. Doense, alias Mr. Horror, zag in het in Nederland steeds populairder wordende Halloween een goede aanleiding om de oude traditie nieuw leven in te blazen. ‘In Amerika doen horrorfilms het rond deze tijd van het jaar heel goed’, legt de organisator uit. ‘Die trend is ook in Nederland steeds duidelijker waarneembaar.’ Het is de bedoeling dat de Halloween Horror Show een jaarlijkse traditie wordt.Op het programma van de Halloween Horror Show staan vier Nederlandse premières: Trick ‘r treat, Orphan, Triangle en The Tripper. De eerste en de laatste zijn tijdens de Halloween Horror Show eenmalig in de bioscoop te zien, de andere twee krijgen later nog een reguliere release. Verder zullen enkele korte horrorfilms worden vertoond – waaronder het Nederlandse Zombeer van Barend de Voogd en Rob van der Velden, waar ik in dit stuk al uitgebreid over schreef, het Spaanse Mamá en het Amerikaanse Treevenge. Bezoekers worden aangespoord om verkleed naar Tuschinski te komen.Vrijdag 30.10 – 23.00u: Leids Film Festival. Trianon Theater, Leiden
Zaterdag 31.10 – 24.00u: Pathé Tuschinski 1, AmsterdamLees ook:
- Nieuwe producent Nederhorrorfilms
- Alles over Halloween op dit blog