Categorieën
Boeken Mike's notities

Schrijfblog: Schrijvers zijn asociaal

Terwijl ik de Schone Schrijfster door de lens van mijn camera aankeek en haar scherp stelde, zat zij op de bank in de woonkamer. Zo schreef ze altijd: zij op de bank, de laptop op de salontafel voor haar. Haar debuutroman Bemint eert gij begint was op die plek ook tot stand gekomen. Ik interviewde de Schone Schrijfster over haar nieuwe romanvoor een korte teaservideo op het web. (De video komt binnenkort online, red.)Ze vertelde dat een schrijver zich eigenlijk asociaal moet gedragen om aan het werk te kunnen. ‘Als ik een afspraak heb later op de dag, kom ik daarvoor nooit aan schrijven toe. Ik moet me volledig kunnen concentreren op de tekst. Daar mag niets tussenkomen. Heel slecht voor je sociale leven,’ zei ze. Daarom werkte ze vooral ’s nachts, in de rust en bescherming van de duisternis. Bouwstenen
Logisch dat er bijna niets meer dan korte blogteksten en artikelen uit mijn vingers waren gekomen in de afgelopen jaren. Sinds ik een 9 tot 5-functie vervulde als webredacteur, waren alle grote schrijfplannen blijven liggen. Recent besloot ik daar verandering in te brengen, door Project Manic uit de la te halen. (Zie het eerdere schrijfblog). Toch werkt het voor mij beter om een paar maanden aan een project te kunnen werken en mezelf figuurlijk onder te dompelen in de verhaalwereld die ik beschrijf. De dagelijkse wereld zit de fictie maar in de weg en biedt tegelijkertijd de bouwstenen voor die verhalen. Een paradoxale situatie, ware het niet dat je afzonderen van de wereld het juiste perspectief kan bieden om die bouwstenen op de goede plaats te krijgen en in de juiste vorm te gieten. Schrijvende kroegtijger
Dat geldt overigens niet voor alle schrijvers. Ilja Pfeiffer schrijft bijvoorbeeld in zijn stamkroeg. Daarbij werkt hij aan verschillende teksten tegelijk. Maar goed, hij is dan ook dichter, romancier, essayist, criticus en polemist. Soms vind ik het ook prettig om juist de drukte op te zoeken in een café of eetgelegenheid. Doordat het daar zo rumoerig is, word ik gedwongen mij extra te concentreren op de tekst. Dat kan soms heel goed uitpakken. Al ben ik het meest productief in afzondering, net als de Schone Schrijfster. Veel schrijvers schuilen overigens om aan hun oeuvre te werken. Afzondering gecombineerd met een gedisciplineerd leven. Schrijver Ian Fleming schreef zijn James Bond-boeken altijd volgens een vast stramien: in na het ontbijt schreef hij een paar uur, daarna ging hij snorkelen, lunchen en slapen. Na het middagdutje zat hij achter zijn typemachine tot het diner. Terwijl Fleming bezig was met de eerste versie las hij nooit iets terug. Dat deed hij pas als hij de laatste punt van die versie op papier had gezet. Fleming schreef wel in afzondering: in zijn vakantiehuis Goldeneye op Jamaica, om het koude Engelse winterweer te vermijden. Ieder zijn eigen plek om te schrijven. Ieder zijn eigen plek om te publiceren. In officiële uitgaven, smallpress of interpret. Maar voor het zover is, moeten er heel wat woorden op papier worden gezet. Laat ik de agenda daarom de komende tijd maar zo leeg mogelijk houden.

Vraag: Waar schrijf jij het liefst?
Lees ook het interview met Ilja Pfeiffer over zijn avonturen als vrouw op Second Life.

Meer Schone Schrijfster.

Categorieën
Mike's notities

Ikea ja!

Van de week was ik voor het eerst van mijn leven in meubelparadijs Ikea. Vandaag mijn eerste Ikea-kast in elkaar gezet. Nu hoor ik ook bij de groep Ikea-adepten. Goliat heet het ladekastje naast mijn bureau. Een grote naam die contrasteert met de slechts 58 centimeter dat hij hoog is. In elkaar zetten kostte zo’n twee uur. En dat terwijl de handleiding die volledig uit plaatjes bestaat, toch simpel lijkt. Maar ja, een echte doe-het-zelver ben ik niet, dus dan kom je automatisch op prefabmeubels uit. Van de week liep ik met Paul door de huiskamers van Ikea. Op zoek naar een bankstel, cd-kasten en een bureaukastje. Alles was makkelijk en snel te vinden. Vandaag de Goliat en een tafeltje in elkaar gedraaid (letterlijk). Volgende week begin ik dan wel aan de drie Benno’s. Wat een namen eigenlijk. Alsof je vreemde vrienden in huis haalt. Overigens was er recent nog een grappig relletje over de namen van de koopwaar. De Denen voelden zich beledigd omdat het Zweedse concern alle goedkope spullen een Deense naam had gegeven. Dure meubels hebben Zweedse namen, bedden hebben Noorse namen, stoelen en eettafels worden naar Finse plaatsnamen vernoemd. Maar de deurmat heet Roskilde, vernoemd naar een Deense stad. Er was een onderzoek van de Universiteit van Kopenhagen voor nodig om deze subtiele belediging aan het adres van de Denen te ontdekken. (Zie dit artikel in Elsevier over deze kwestie.)Hoe het ook zij, ik kan het niet langer ontkennen. Mijn Ikea-ontmaagding is een feit. Weer een stap verder op het pad van de burgertrut. Waar gaat dat heen in G-name? 🙂
Lees ook (of juist niet):

Categorieën
Mike's notities

Vliegend tapijt

Eigenlijk was het de schuld van de nieuwe televisie. Die moest in een andere hoek gezet worden, omdat het beeldscherm te veel licht weerkaatste van het dakraam aan de andere kant van de kamer. Samen met vriend Paul de breedbeeldtelevisie anders neergezet. Ja, maar nu zou de nieuwe zithoek tegenover de tv precies terechtkomen op de plek waar een lelijk gat in het tapijt zat. Zaterdagmiddag, 16:00 uur
Tijd voor nieuwe vloerbedekking. Zaterdagmiddag staan Paul en ik in de plaatselijke Leenbakker. Stofjes snuffelen, meubels kijken. Een rol met een aangename kleur is in de aanbieding. Ter plekke besluit ik deze te kopen. Dus vier meter afsnijden, de tapijtrol op twee plaatsen dubbelvouwen en in de auto proppen. We zetten de auto in het centrum neer. Twee vroeg-dertigers lopen met een rol tapijt langs de koopverslaafden op de markt. Net als het zachtjes begint te sneeuwen lopen we mijn huis binnen. Mazzel. Thuis aangekomen overzien we de situatie. De woonkamer moet namelijk nog leeg. In twee uur trekken we alle kasten leeg, slopen we een bureau en een kast, zetten we het zeil in de keuken vol met spullen. Ik maak tijdens een het inpakken een snelle schifting tussen wat kan blijven en wat permanent mag verdwijnen. De helft van mijn videocollectie zal het niet overleven. We leven immers in het tijdperk van dvd. Vergane glorie
Een snelle snackmaaltijd later trekken we het oude tapijt eruit. Zo gepiept: de stof lijkt al half vergaan en springt bijna spontaan van de vloer af. Het is een uur of negen ’s avonds als we het nieuwe tapijt over de vloer uitrollen. Staat wel mooi zo. Gek eigenlijk: al een paar jaar heb ik weinig tot niets aan het huis gedaan. “Binnenkort verhuis ik toch, dus dan zet ik alle meubels bij het grofvuil”, dacht ik altijd. “Ja, maar voor je het weet woon je tussen het grofvuil”, zegt Paul tijdens het straktrekken van het tapijt. Daar heeft hij natuurlijk een punt. Je leeft immers nu en niet later. Je kunt zaken uitstellen in de hoop op een nieuwe wending, maar zolang deze uitblijft kun je er maar beter het beste van maken. Zelfs al woon ik nog maar een paar maanden in dit appartement, dan woon ik in ieder geval weer lekker en knus. Bier!
We plakken de randen vast met dubbelzijdig plakband, maar het afsnijden blijkt nog een heel secuur werkje te zijn. Tja, daar zijn niet voor niets professionals voor. Die mag het dan ook afmaken van de week. We zetten een deel van de spullen terug en gaan het nieuwe tapijt vieren in mijn stamkroeg. Lees ook: Grote opruiming

Categorieën
Mike's notities

De perfecte zondag reprise









Categorieën
Mike's notities

Schrijfblog: Het script in de la

Ik zat tegenover Jo in eetcafé De Beiaard. Zij smikkelde van een verse salade, terwijl ik mijn tanden zette in de beroemde Beiaard Burger. Het gesprek kwam op mijn schrijfwerk en bijna terloops kwam een oud project ter sprake dat al sinds 2004 niet meer uit de la was geweest.Laten we het schrijfwerk voor het gemak even aanduiden met de naam ‘Project Manic’. Een filmscript dat het best te omschrijven valt als een kruising tussen Tim Burtons wereld en Evil Dead, met een vleugje Buffy The Vampire Slayer. Terwijl ik Jo de grote lijnen van het verhaal probeerde te vertellen, merkte ik dat mijn hart sneller ging kloppen. Het viel me op dat hoewel veel was weggezakt in het moeras van ideeën, bepaalde details weer gemakkelijk boven water kwamen. Het begint met een beeld
Project Manic ontsproot aan mijn brein in de vroege dagen van het nieuwe millennium. Verhalen beginnen bij mij meestal met een beeld, of een scène waar een reeks van scènes uit voortvloeit. Hoewel ik in scenarioles heb geleerd dat je eerst de gehele plot moet opschrijven nadat je karakteromschrijvingen van de personages hebt gemaakt, werk ik zelden op die manier. De eerste versie ontstaat meer in een stream of consciousness. Pas na het schrijven van een eerste versie ga ik goed kijken naar de opgeschreven verhaalelementen en zoek ik daar de krenten uit waarmee ik verder ga. Pas dan ga ik echt goed nadenken over structuur, personages en andere belangrijke zaken. Omslachtig wellicht, maar zo werk ik het liefst. Eerste versie
In de zomer van 2001 ontstond zo de eerste versie. Een versie waar nog veel aan gedaan moest worden. Terwijl het script een paar weken op mijn bureau lag, kreeg ik allerlei ideeën voor een vervolg. Wat is er immers interessanter dan weten hoe het de hoofdpersonen vergaat nadat de eindcredits in beeld verschijnen? Een paar maanden later begon ik met het schrijven van een tweede versie, waarmee ik halverwege stopte. Het leek me beter om de sequel en het beginverhaal te vermengen tot één script. Ondertussen studeerde ik af en begon het echte werkende leven.
Treatment
Een treatment zag het licht, gevolgd door een betere versie.

Een treatment is langer dan een synopsis, en bevat de basiselementen van het script. Dat wil zeggen een beschrijving van:

  • de hoofdfiguren
  • de belangrijkste scènes
  • de gehele verhaallijnen de sfeer en thematiek van het script.

Het treatment is vooral bedoeld om mensen enthousiast te maken voor het project daarmee mag een schrijver meer een meer poëtische of dramatische schrijfstijl gebruiken dan in een filmscript. (Zie ook wikipedia en Explore writing.com.)

Een bevriende producent las dit treatment en werd nieuwsgierig naar het script – wat er niet was. Hij overtuigde me er wel van dat ik het script moest gaan ontwikkelen.Drie maanden
Fictie schrijven vereist veel aandacht. Ik kan die aandacht het beste geven als ik me volledig op dat ene verhaal concentreer. Ik had toen niet de tijd om me drie maanden af te zonderen om het script volledig te schrijven. Een paar jaar later besef ik dat het bijna nooit voorkomt dat ik drie maanden aaneengesloten aan het script kan werken. Tenzij ik ontslag neem van mijn werk. Hoewel dat een zeer verleidelijk idee is op dit moment, weerhoudt mijn verantwoordelijkheidsgevoel mij van deze stap.Aan de slag
En toch: na de maaltijd met Jo heb ik het treatment uit 2004 uit de la gehaald. De tijd is aangebroken om ermee aan de slag te gaan. Al is het alleen maar om aan mezelf te bewijzen dat ik het kán. Zelfs als er uiteindelijk niets meer dan slechts een nieuwe versie uit voortkomt.

Categorieën
Media Mike's notities

Column: Fuck multitasken!

Multitasken: Ik voel me als versnipperd, ik ben overal maar nergens écht aanwezig. Mijn hoofd schakelt van het ene op het andere en loopt zelden een gedachtengang helemaal door voordat er weer een ander deurtje met ideeën opengaat.

Concentratieproblemen, vermoeidheid en het gevoel hebben niets gedaan te krijgen. Wie denkt effectief te werken door te multitasken vergist zich schromelijk. Ik ga vanaf nu in ieder geval zoveel mogelijk proberen me met één taak tegelijk bezig te houden. Als ik aan het werk ben achter mijn laptop, heb ik gemiddeld iets van twintig tabbladen/browserwindows openstaan. Ondertussen check ik geregeld de statistieken van mijn website, luister ik naar muziek en als er een nieuw mailtje binnenkomt, moet ik deze lezen. Wanneer ik op kantoor bezig ben, komen daar nog omgevingsgeluid en de activiteiten van collega’s bij. Om over het prachtige uitzicht op de weg nog maar te zwijgen. Ik word vaak onderbroken door de telefoon of mensen die langs mijn bureau lopen. Allemaal een heel normale gang van zaken, maar ondertussen heb ik dikwijls het gevoel dat ik niets meer af krijg en dat het to-do lijstje steeds langer en langer dreigt te worden.

Thuis is het al niet veel anders: terwijl de koffie in mijn kopje druppelt, er een was en cd draaien, en de ratelende ventilator van mijn laptop overuren maakt, check ik de post, telefoneer ik of zoek ik die ene schone spijkerbroek. Hoezo mannen zijn niet in staat om te multitasken?

Breinzappen
Multitasken lijkt dé manier om veel dingen gedaan te krijgen, maar in de praktijk komt daar weinig van terecht. Hoewel ons brein makkelijk een moeilijke taak tegelijkertijd met een geautomatiseerde opdracht aankan, zoals bijvoorbeeld praten en lopen, gaat dat niet op wanneer beide handelingen veel concentratie vergen. Op dat moment zal het brein een keuze maken en onwillekeurig een van de taken laten voortrekken. Het gevolg hiervan is dat de andere taken slechter worden uitgevoerd en dat het geheugen de informatie slechter opslaat. Wanneer het moeilijk of zelfs onmogelijk is om te kiezen tussen taken, dan kan het brein gaan zappen. Dat voortdurend verleggen van de concentratie kost veel tijd en energie: het brein moet almaar andere hersendelen activeren en informatie uit het geheugen opdiepen. Het duurt ongeveer anderhalf keer langer om meerdere taken tegelijk te doen dan om die taken na elkaar af te werken. (vrij naar Elsevier).Meer door minder
Hoe om te gaan met de vele informatiestromen die ons constant bombarderen met prikkels? De site lifehacking.nl geeft in korte artikelen tips over hoe je je workflow kunt verbeteren. Voor mezelf heb ik de volgende (voor de hand liggende) handelingen voorgenomen:

  • Ik zet applicaties uit die afleiden, zoals e-mail, een tabblad met statistieken, maar desnoods gaat ook mijn telefoon op stil. Tot slot gaat last.fm ook uit.
  • Als ik aan het surfen ben, stel ik van tevoren vast wanneer ik ermee ophoudt. Veel tijd gaat immers verloren aan doelloos surfen. Dat vind ik een leuke bezigheid, maar het loopt wel vaak uit de hand. Hier mee samenhangend: mijn netvibes-pagina vaker aanzetten in plaats van fysiek surfen.
  • Ik ga me voornemen bepaalde taken uit te voeren. Dit geldt niet alleen voor werk en schrijven, maar ook voor ontspannende zaken als strips lezen en films kijken. Kortom, het wordt meer een kwestie van plannen.

Ben benieuwd hoe het zal gaan. Dit stukje is immers nog in multitaskmodus tot stand gekomen.Lees ook het vervolg: Fuck multitasken – een paar maanden later.

Categorieën
Mike's notities

Gebakken lucht op de carrièrebeurs

Vrijdag was ik voor mijn werk de hele dag aanwezig op de Nationale Carrièrebeurs. De werkgerelateerde bijenkorf waar de koninginnen bijtjes hard hun best doen nieuwe werkbijen voor zich te winnen. “Kom vooral bij ons werken, want hier is het leuk/dynamisch/spannend, krijg je veel geld en elke dag verse honing.” Wespennest
Bijenkoningin, ik bedoel gastvrouw dit jaar was Nicolette van Dam (van de series Zoop en Voetbalvrouwen). Het gaat immers vooral om imago en uiterlijk vertoon. Overal staan strakopgemaakte dames in pakjes mooi te zijn. En natuurlijk veel mannen in pak. (Daar loop je dan als journalist met je baseballcap op je hoofd.) Eigenlijk heeft het geheel meer van een wespennest dan van een bijenkorf. Iedereen wil de high potentials (ook wel hipo’s genoemd) als nieuwe werknemer.
Interview
Samen met collega B. heb ik bezoekers geïnterviewd. Zij trouwens meer dan ik. Het was namelijk de bedoeling dat ik tevens de websites van onze uitgeverij zou beheren vanaf de stand. Technische ongemakken zorgden ervoor dat ik een deel van de tijd vooral koortsachtig met draadjes bezig was, dan dat ik daadwerkelijk op de beursvloer vragen kon stellen. (Doen we dus ook niet meer op die manier volgend jaar.) Dromen…
Wel leuk om de frisse gezichten van netafgestudeerden aan te spreken en te vragen naar hun carrièreplannen, toekomstdromen en arbeidswensen. Mensen zitten vaak nog vol verwachtingen, maar ook met net zo veel vragen. Want: wil ik nu eigenlijk wel die functie waar ik tig jaar voor gestudeerd heb, of wil ik toch iets anders? Vragen die je je de rest van je leven blijft stellen en die volgens mij niet op een carrièrebeurs beantwoord zullen worden…
Gelukkig prikten veel studenten die ik sprak door de mooie praatjes van de standhouders heen. Op zo’n dag wordt toch vooral veel gebakken lucht verkocht. Ach, de wereld van de hipo’s is gewoon niet de mijne. En wat beurzen betreft loop ik liever rond op een stripbeurs, want daar spreekt men meer mijn taal. Bovendien komt de gebakken lucht daar gewoon van de frietkraam. Zoals het hoort.

Categorieën
Mike's notities

Puberteit

Hij dacht dat hij alles kon ontdekken,
maar raakte al verdwaald in haar bezemkast
Strompelend door ideeën, theorieën
Als een renaissanceman met een handicap;

Een lefgozer zonder zelfvertrouwen
Een vergeefse sprong in het diepe;
Zijn muze reeds vertrokken

Meer gepuber:

Categorieën
Fotoblog Mike's notities

De eeuwige forens: Er is wachten

Donderdagavond, 21:37
Vanavond vrienden bezocht. Ik kijk terug op een gezellig samenzijn. Nu sta ik met onbekend meisje en wat Amerikaanse toeristen bij de tramhalte. Wachten op tram 25 is wat ons bindt. We bevinden ons in een tijdsvacuüm waarin we niets anders kunnen dan afwachten en hopen dat de tram op tijd komt. Het meisje tuurt richting trambaan. De koude wind prikt in onze gezichten.
De tram arriveert volgens schema om kwart voor. Ik haast me naar binnen en vind een plaats. Een snelle blik op de klok: nog een kwartier voordat mijn trein vertrekt. Ga ik die halen?Iedere halte waar mensen instappen wordt die hoop kleiner. Te veel rode stoplichten, te veel verkeer, te veel oponthoud. Waarom rijdt de chauffeur niet door? Ik besef dat ik geen controle over de situatie heb en laat me lijdzaam leiden door het centrum van Amsterdam. Het CS komt in zicht; twee minuten te laat. Story of my life.

Categorieën
Mike's notities

Column: Puberen in de kroeg

Ze staat wat onwennig tussen haar vrienden bij de gokkast. Iets jonger dan mijn zusje, een jaar of zeventien gok ik. Blond haar, lelieblanke huid, een spitsig neusje en breekbaar lijfje. Een model in de wording – als ze ten minste leert op commando zelfverzekerheid uit te stralen. Nu lijkt ze vooral zoekende naar een houding, worstelend met de aandacht die ze van de anderen krijgt.De tienerjongens beginnen uitbundig te springen op de beat. In verlegenheid gebracht lacht ze plichtmatig naar een van de jongens. Ze checkt even of er niet te veel mensen naar hen kijken. Opgelucht laat ze haar schouders zakken als de aanwezigen in de kroeg met hun eigen ego bezig blijken. Zoals het meisje dat aandachtvragend op de vloer danst. Begin twintig, kort krullend haar. Haar armen schudden mee met de muziek. Als ze een bekende ziet, schreeuwt ze hem gedag en stormt op hem af. De mensen die de krullenbol uit de weg duwt, kijken haar nog even geïrriteerd na voordat ze zich weer op hun vrienden en bier richten. Aandachtsjunkie met krullen omhelst de jongen en glimlacht. Ik zie het vanaf mijn kruk gebeuren en zucht: ‘Zo kan het natuurlijk ook’. Ik hoop dat het blonde meisje het in de toekomst anders aanpakt.Lees ook: Uitgaan na het uitgaan.

Categorieën
Mike's notities

Column: Pasfoto van een terrorist

Paspoortverlenging betekent vaak een nieuwe pasfoto laten maken. ‘Dit keer niet’, dacht ik hoopvol, toen ik in de la nog één foto van de vorige sessie vond. Ik ben niet zo fan van pasfoto’s: ik zie er vaak knullig uit met een flauwe grijns op mijn gezicht. Maar de vorige keer waren ze wel geslaagd.Dus fietste ik fluitend naar het stadhuis. Toen ik echter drie kwartier had zitten wachten op mijn beurt, wist de jonge ambtenaar me te vertellen dat de foto niet aan de huidige eisen voldeed: ‘Hij is bijna te klein en de achtergrond is niet egaal. Ook kan ik zien dat hij niet recent is,’ zei ze bits. Om haar punt te onderstrepen wees ze nog eens op mijn huidige paspoort waarin dezelfde foto verwerkt zat. Ik vond dat ik er niet veel anders uitzag dan vijf jaar geleden, dus wat zat deze ambtenaar nu weer moeilijk te doen? ‘Ik vind mezelf anders prima herkenbaar’, wierp ik nog tegen. ‘Regels zijn regels,’ was het antwoord. Voodoopoppetje
Als ik denk aan de overheid dan voel ik meestal het maagzuur al opborrelen. Nederland kent een bureaucratie van Kafkaiaanse proporties. Een burger moet zich geregeld in allerlei bochten wringen om aan de verzoeken van overheidsinstanties te voldoen. Instanties vol ambtenaren die er zelf een potje van maken. Vorig jaar moest ik vijf keer mijn digiID-nummer aanvragen voordat ik eindelijk eens fatsoenlijk mijn zaakjes kon geregelen; de administratie bij de belastingdienst loopt zelden goed. Ambtenaren – het is niet mijn favoriete soort mensen. En als ze zaken afdoen met een kinderachtig credo als ‘regels zijn regels’, is het opeens niet meer moeilijk voor te stellen dat sommige mensen rood voor de ogen zien als ze kostbare levenstijd kwijt zijn door alle redtape waar ze mee te maken krijgen. Soms zou ik willen dat voodoopoppetjes wél werkten.

Crimineel
Een paar dagen later poseerde ik tóch voor de fotograaf. De nieuwe richtlijnen voor pasfoto’s zijn strenger dan ooit (in navolging van de Verenigde Staten, die de richtlijnen hebben opgesteld om terroristen makkelijker te kunnen herkennen):

  1. ogen op een horizontale lijn
  2. hoofd gekanteld
  3. schouders recht
  4. neutrale blik
  5. recht in de camera kijken en
  6. mond gesloten houden

De laatste regel maakt zelfs een kleine glimlach haast onmogelijk. Als je lacht worden namelijk je ogen iets smaller, waardoor je moeilijker herkenbaar bent. Daarom mag er niet meer gelachen worden op de foto’s. Door deze strenge regels kun je een beetje ontspannen blik op je pasfoto dus wel vergeten. Iedereen ziet er bij voorbaat uit als crimineel. Je bent verdacht totdat het tegendeel bewezen is. Ook ik kijk op mijn identiteitsportret chagrijnig, alleen het nummerbord onder mijn kin ontbreekt nog. Ergens biedt die foto ook wel troost: iedere ambtenaar die in het vervolg in mijn paspoort kijkt, krijgt die blik toegeworpen.En daar word ik dan wel weer vrolijk van.

Categorieën
Mike's notities

De eeuwige forens: Good morning

Donderdagochtend, 8:01Op weg naar het station valt mijn oog op de lucht rechts van mij. Licht rood-blauw. De ochtend voelt lekker fris, maar wordt al warmer. Veel beter dan al het water van de afgelopen dagen. Een kleine voorbode van de lente. Ik heb geen zin om te werken vandaag. Het vooruitzicht van acht uur gevangen op kantoor doet me rillen.Gelukkig heb ik nog even. Nog even buiten, nog even frisse lucht. En dan nog een uurtje lezen in de trein. De dag begint goed.