De expositie 5348 lijnen van Hanco Kolk laat een dwarsdoorsnede zien van het werk van stripmaker/illustrator Hanco Kolk (1957).
Naast de dagelijks verschijnende strip S1ngle, die hij samen met Peter de Wit maakt, produceert Kolk hoogst divers werk, zoals de grafische roman Van Istanbul naar Bagdadmet Arnon Grunberg, de meermalen bekroonde serie Meccano en Tot Ziens, Justine Keller met de muzikant Spinvis.
Sinds dit jaar experimenteert Kolk met driedimensionale toepassingen van zijn stijl in de vorm van levensgrote draadfiguren waarin de kenmerkende soepele lijn duidelijk te herkennen is.
Voor Galerie De Etage in Gorinchem heeft Kolk een selectie gemaakt uit zijn vrije en toegepaste werk. Ook zal op de expositie een voorproefje te zien zijn van zijn nieuwe prentenserie rond Casanova, die in juni als printcollectie zal verschijnen.
5348 lijnen van Hanco Kolk is een eerbetoon aan het vakmanschap van Hanco Kolk.
De tentoonstelling wordt op zaterdag 3 maart om 16.00 uur (inloop vanaf 15.30 uur) geopend met een soort getekende speech van de kunstenaar/stripmaker zelf.
Galerie De Etage is gevestigd boven Boekhandel Cursief, Kruisstraat 4, 4201 GE Gorinchem.
De expositie van Hanco Kolk is nog te zien tot en met woensdag 28 maart, en geopend op maandag, dinsdag en vrijdag van 9.00-17.30 uur, donderdag van 9.00-21.00 uur en zaterdag van 9.00-17.00 uur.
Zie hier de meester aan het werk tijdens Manuscripta 2010:
Gerard Leever is een van de pioniers in de Nederlandse stripwereld als het om dagboekstrips gaat. Met veel humor en een flinke dosis zelfspot maakt de sympathieke tekenaar stripverhalen over episodes uit zijn eigen leven. Van 1 tot en met 11 maart krijg je gratis het album Gleevers dagboek bij aankoop van twee stripalbums of besteding van €12,12 aan strips.
Gratis strips? Hoezo dan? Nou, die periode zijn de Stripboekgeschenkdagen die dit jaar voor de zevende keer worden georganiseerd. Eerdere geschenken besteedden aandacht aan Henk Kuijpers, Jan Kruis, Peter de Wit, Gerrit de Jager, Don Lawrence en Studio Vandersteen. Het is een initiatief van Stichting Stripboekgeschenk. Het doel is om de Nederlandstalige strip te promoten en klanten van stripspeciaalzaken een extraatje te geven.
Maar goed, Gleevers dagboek.
Leever begon met zijn dagboeken in dummy’s te tekenen toen hij zijn dienstplicht moest vervullen. ‘Uit verveling,’ zegt de stripmaker. ‘Het waren in eerste instanties meer cartoons dan strips waarin ik de gebeurtenissen van mijn diensttijd optekende.’ Toen hij dit werk liet zien aan de redactie van het stripblad Stripofiel, mocht Leever zijn belevenissen daarin verstrippen. ‘Het idee was om eerst iets te gaan ondernemen en er daarna een strip over te maken. Ik heb bijvoorbeeld een nacht bij het Leger des Heils geslapen en heb met een vriend uit dienst allerlei homobars bezocht.’ Toch bleek deze journalistiek in stripvorm niet helemaal zijn ding te zijn en al snel ging Leever strips maken over zijn eigen gevoelens en problemen. Deze strips, die vaak uit twee pagina’s bestaan, verschenen later ook in Stripschrift en tegenwoordig in de Eppo. Sterker nog, ik vind het een van de leukste strips in dat blad.
In dit Stripboekgeschenk worden de dagboeken aangevuld met een uitgebreid dossier boordevol achtergrondinformatie. Er is ook een uitgebreide hardcover editie beschikbaar, Deze luxe uitgave heeft een andere omslag met daarop het echte dagboek van Gerard Leever, een prent en is gesigneerd door de auteur. De hardcover heeft een winkelwaarde van €19,95.
De Vlaamse stripmaker/illustrator Judith Vanistendael (Leuven, 1974) brak door met het semi-autobiografische tweeluik De maagd en de neger. Nu is er de striproman Toen David zijn stem verloor waarin het titelpersonage kanker krijgt. Op indringende wijze vertelt Vanistendael hoe David, zijn vrouw en twee dochters omgaan met deze slopende ziekte.
Waarom wilde je dit verhaal vertellen?
‘Ik wilde uitdrukken hoe mensen omgaan met een naderende dood en ik wilde een soort analyse maken van hoe mensen van verschillende leeftijden reageren als ze geconfronteerd worden met iets heftigs als kanker. Die thematiek ligt me zeer nauw aan het hart. Toen ik een verhaal zocht voor het nieuwe boek, was er in mijn naaste omgeving sprake van een soort kettingreactie van kanker. De directe aanleiding was het feit dat de vriend van mijn moeder overleed aan keelkanker, maar het verhaal is volledig bedacht en niet autobiografisch.’
Hoe heb je je ingelezen?
‘Een KNO-oncoloog in Brussel heeft me veel geholpen. Hij verschafte mij achtergrondmateriaal, legde het hele ziekteproces uit en de operaties. Bijvoorbeeld hoe een strottenhoofd operatief wordt verwijderd. Daarnaast heb ik veel op het internet opgezocht en heb ik tijdens mijn bezoeken in het ziekenhuis veel geobserveerd en geschetst.’
Je hebt als research ook een voetreis ondernomen naar Santiago de Compostela.
‘De oudste dochter Miriam maakt die pelgrimstocht, ik wilde ervaren hoe dat was. Uiteindelijk is het een minder groot element in het verhaal geworden dan gepland. De tocht was niet relevant voor hetgeen ik uiteindelijk wilde vertellen. Reizen is wel een belangrijk thema in het boek. De hele striproman is eigenlijk een grote reis naar de dood; daarnaast maakt ieder personage een bepaald soort reis. David maakt bijvoorbeeld alleen reizen in cirkels, die zeilt altijd op de meren van Berlijn. Zijn jongste dochter Tamar maakt een reis in haar fantasie.’
Judith Vanistendael door Judith Vanistendael.
Wederom heb je een verhaal gemaakt dat uit verschillende perspectieven verteld wordt.
‘Ik ben niet zo van “De Grote Waarheid”. Wat ik boeiend vind aan fictie is dat je verschillende waarheden kunt weergeven, verschillende realiteiten en visies. Ik denk dat het me daarom zo aanspreekt. Maar in het volgende boek doe ik dat niet meer, want het is heel veel werk.’
Waarom letter je de tekstballonnen zelf?
‘Omdat bij het beeldverhaal de tekst een integraal deel uitmaakt van de tekening. Ik vind dat je die twee niet los van elkaar kunt zien. Ik letter ook vaak de buitenlandse versies zelf. Dat vind ik heel belangrijk, omdat tekst bijna een soort tekening wordt. Daar kun je niet een willekeurig lettertype op smijten. Maar volgens mijn uitgever ben ik ook wel een controlefreak.’
Het Stripschap heeft de nominaties voor de stripschappenningen van het jaar 2011 bekendgemaakt. Net als voorgaande jaren zijn er albums genomineerd in de categorieën Avontuur en Vermaak, Literair, Jeugd, en naar het beste oorspronkelijk Buitenlandse Album. De Productiejaarprijs wordt toegekend aan iemand uit de wereld van het beeldverhaal die grotendeels achter de schermen werkt.
Beste striplezer, welk van onderstaande albums zie jij graag met de prijs naar huis gaan en waarom? En, misschien nog belangrijker: mis je een bepaalde titel op onderstaande lijst?
Hier het lijstje titels met de motivatie van de jury.
De categorie Nederlands Jeugd:
Elsje 5: Probeer ze maar eens allemaal op een rijtje te hebben, door Eric Hercules (tekst) en Gerben Valkema (uitgeverij Don Lawrence Collection)
Niet echt een kinderstrip en toch ook weer wel. Voor ouders en kinderen met pit.
Jump 12: De kop van Kiekeboe, door Charel Cambré (uitgeverij Standaard)
Een ouderwetse actiestrip met een moderne cast en een modern tempo.
Mon en Tuur 1: Een goed begin, door Pieter van Oudheusden (tekst) en Mario Boon (tekeningen) (uitgeverij Ballon Media)
Aanstekelijke strip voor de allerjongsten over een timide mol en een klussende bever.
De categorie Nederlands Avontuur en Vermaak:
Apostata 3: Argentoratum, door Ken Broeders (uitgeverij Standaard)
Geschilderd meesterwerk over de strijd om Straatsburg in de 4e eeuw na Christus.
Esther Verkest: Roodheidswaanzin, door Kim Duchateau (uitgeverij Oogachtend)
Al tien jaar lang de meest sexy en absurde strip van het Nederlands taalgebied.
Haas 3: Biechtvader, door Rob van Bavel (tekst) en Fred de Heij (tekeningen) (uitgeverij Don Lawrence Collection)
Met het eerste album al een klassieker. Een spannende actiestrip met complexe personages. (In 2010 was Haas ook al genomineerd,) Maar toen won S1ngle: Trio.)
De categorie Nederlands Literair:
Afspraak in Nieuwpoort, door Ivan Petrus Adriaenssens (uitgeverij Lannoo)
Waargebeurd verhaal over de Eerste Wereldoorlog brengt de mensen dichterbij.
Binnenskamers, door Tim Enthoven (uitgeverij De Harmonie/Bries)
Kunstzinnige strip met een meeslepend verhaal.
Stad van klei, door Milan Hulsing (uitgeverij Oog & Blik/De Bezige Bij)
Een grafisch hoogstandje met een echt verhaal.
De categorie Buitenlands:
Geestenburg, door Doug TenNapel (uitgeverij Silvester)
Meeslepend magisch avonturenverhaal voor alle leeftijden.
Polina, door Bastien Vivès (uitgeverij Casterman)
Aangrijpende wordingsroman van één van de meest innovatieve Franse stripmakers.
Zombillenium 2: Werk zat!, door Arthur de Pins (uitgeverij Dupuis)
Een fantasy/comedy over een kermis van ondoden. Dupuis gaat met z’n tijd mee.
De categorie Productie:
Lode Devroe, voor de vormgeving van Painted Desert 1: Vesica Piscis, door Lode Devroe (uitgeverij Sherpa). Sciencefiction-epos met filmachtige trekjes die mooi zijn doorgetrokken in de vorm.
Peter Pontiac en Borinka, voor de vormgeving van Rhythm, door Peter Pontiac (uitgeverij Oog & Blik/De Bezige Bij). Het verzameld stripwerk van een inspirerende tekenaar, handzaam en perfect uitgegeven.
Erik Thé, voor de vormgeving van Thé Tjong-Khing – Van strip tot sprookje, door Joukje Akveld en Annemarie Terhell (uitgeverij Gottmer/Lannoo). Een schitterend overzicht met uniek materiaal van één van de grootmeesters van Nederland.
De Stripschapjaarprijzen worden toegekend door Het Stripschap op voordracht van een onafhankelijke commissie. Met uitzondering van het Album van het jaar in de categorie Nederlands Jeugd. Deze Stripschapjaarprijs wordt toegekend op voordracht van leerlingen van de Katholieke Basisschool Mariëngaarde in Gorinchem, maar de genomineerde albums zijn de keuze van de commissie.
De commissie van de Stripschapprijzen bestaat in 2012 uit de volgende leden:
Tineke Oosterveer – namens de winnaar van de Stripschapprijs 2011, Minck Oosterveer, die op 17 september bij een motorongeluk om het leven kwam
Kurt Morissens – hoofdredacteur van Brabant Strip Magazine en medewerker van Strip Turnhout, Stripgids en Stripelmagazine
Siebe Huizinga – hoofdredacteur en striprecensent van de Boekenkrant
Ineke Horst – stripwinkelier te Dordrecht
Kees-Willem Bruggeman – lid van Het Stripschap en daarmee de stem van het volk
De commissie staat dit jaar wederom onder voorzitterschap van tekstschrijver Ger Apeldoorn, tevens eindredacteur van Eppo Stripblad en hoofdredacteur van Mad.
Illustrator en schrijver Glen Baxter spreekt zich met zijn absurdistische tekeningen uit tegen autoriteit. ‘Ik wil een wereld creëren die aan de oppervlakte gewoon lijkt maar onderhuids nogal afwijkend en grappig is.’
Van de Britse illustrator en schrijver Glen Baxter hangen zeven tekeningen in de expositie A Perfect Day. Baxter (Leeds, 1944) maakt tekeningen waarin cowboys, gangsters, ontdekkingsreizigers en schoolkinderen vaak de hoofdrol spelen. De tekeningen lijken qua stijl en onderwerp op illustraties bij oude avonturenverhalen in jeugdboeken. Boeken waar Baxter mee opgroeide en die hem tot op heden inspireren. ‘Wat mij zo aanspreekt aan die oude boeken is dat die spannende fantasieverhalen in een zeer rechttoe-rechtaanstijl zijn getekend. Deadpan, zoals de humor van Buster Keaton. Duizenden tekenaars illustreerden op dezelfde emotieloze manier. Ik wilde middels die tekenstijl een wereld creëren die aan de oppervlakte gewoon lijkt maar onderhuids nogal vreemd, afwijkend en grappig is,’ vertelt de illustrator telefonisch vanuit zijn huis in Londen.
Baxters tekeningen worden geregeld geëxposeerd in prestigieuze galeries. Ze zijn gepubliceerd in boekvorm, in kranten en tijdschriften als The Observer, Le Monde en The New Yorker.
Geen cartoons
Vaak zit de twist bij Baxters tekeningen in het onderschrift, dat geenszins rijmt met hetgeen is afgebeeld. Cowboys die intellectuele uitspraken doen over kunst of filosofie bijvoorbeeld. Of een boekanier die een collega zeer indringend aankijkt en volgens het onderschrift geestdriftig vertelt over zijn toekomstplannen voor een keten pannenkoekenrestaurants. Zo vertelt de illustrator dikwijls een absurd, surrealistisch verhaal, niet gespeend van humor. Maar wie Baxters platen cartoons noemt, heeft het volgens hem mis: ‘Ik noem ze liever tekeningen, dan kun je mensen nog verrassen. Ik hou niet van het woord cartoon. Bij die term denken mensen tegenwoordig meteen aan politieke cartoons en die hebben me nooit geïnteresseerd. Ook verwacht men dan een grap, terwijl mijn tekeningen eigenlijk niet grappig zijn bedoeld. Ze passen niet in een bepaalde categorie. Ze zijn niet politiek of actueel. Ze zijn vooral vreemd en ongewoon.’
Collagemoment Baxter gaf jarenlang tekenles en begon zijn carrière met het maken van tekeningen en het schrijven van korte verhalen en gedichten. Toen hij op een gegeven moment stuitte op de combinatie beeld en tekst was dat voor hem een openbaring. ‘Op de een of andere manier zijn het tekenen, de verhalen en gedichten tegen elkaar aangebotst waardoor ze samensmolten. Fantastisch vond ik dat. Een collagemoment, zoals de collageromans van Max Ernst die mij inspireerden. Door dingen uit hun context te halen, creëer je iets behoorlijk vreemds. De kijker moet zelf chocola maken van wat hij ziet. Een situatie die vergelijkbaar is met toen ik nog jong was. In galerieën en musea zag ik schilderijen en tekeningen en ik wist niet waar ik precies naar keek. Ik probeerde ze te begrijpen. En soms werden dingen daardoor compleet krankzinnig en gek. Heerlijk! Dat moment was voor mij zo krachtig en fantastisch! Hetzelfde gevoel probeer ik met mijn tekeningen bij de toeschouwer op te wekken.’
Baxter tekent graag iconografische figuren omdat het hem in staat stelt om zeer direct met de lezer te communiceren: ‘Iedereen kent cowboys en ontdekkingsreizigers. Je komt meteen een gebied binnen waar je kunt spelen met clichés die je volledig op hun kop kunt zetten.’
Haring In een tekening in de expositie houdt een agent een motorrijder aan om hem vervolgens zijn tepel te laten zien. Autoriteitsfiguren moeten het vaak ontgelden in Baxters werk. Baxter vindt dat je iedere gelegenheid moet aangrijpen om autoriteit in twijfel te trekken: ‘De mensen die zeggen wat juist is, blijken het vaak fout te hebben. Eigenlijk is mijn werk een pleidooi om voor jezelf te bepalen hoe de wereld in elkaar zit. Mensen moeten niet alleen maar luisteren en kijken zonder zelf na te denken.’
Baxters Europese debuut is Atlas, in 1979 uitgegeven door De Harmonie. Bij dezelfde uitgever verschijnt in maart Colonel Baxter’s Dutch Safari, een bundeling tekeningen met Nederlandse thema’s. Voelt hij, los van dat debuut, een speciale band met Nederland? ‘Eigenlijk wel. Ik hou van Amsterdam, van de schaal van de stad. Je kunt er fietsen door het Europa van de zeventiende eeuw. En ik hou van haring. Die hebben we natuurlijk ook in Londen, maar ik ben van mening dat je een haring pas echt kan waarderen als je bij een gracht staat met je fiets in de hand.’
Het werk van meer dan zestig internationale tekenaars is in de Westergasfabriek samengebrachtop de expositie A Perfect Day.
Op de tekenshowA Perfect Day zijn 220 tekeningen van zo’n 65 tekenaars te zien. Werk van cartoonisten, muzikanten, filmmakers en kunstenaars uit binnen en buitenland. Van de speelse, iconografische covers die Saul Steinberg tekende voor het tijdschrift The New Yorker tot het absurdistische werk van Kamagurka, maar ook maatschappijkritiek van Dan Perjovschi.
Illustratie: Paul Faassen
Wat al dit uiteenlopende werk met elkaar verbindt is dat het allemaal observaties, gedachten en ideeën over het leven zijn. De titel A Perfect Day moeten we volgens organisator en samensteller Olga Scholten ironisch interpreteren: ‘De meeste onderwerpen van deze tekeningen zijn vrij triest, maar door er met humor een draai aan te geven, wordt het wat leefbaarder. Er zitten veel dingen in waar je direct om kunt lachen, maar de meeste tekeningen zijn wat cynischer of poëtischer van aard. Bijvoorbeeld de tekening van Kurt Vonnegut. Op een grafzerk staat “Life is no way to treat an animal” geschreven.’
Leonard Cohen
Zelfportret: Leonard Cohen
Grafisch ontwerper Scholten nam het initiatief voor de tekenshow en stelde de collectie met illustrator Paul Faassen samen. Ze baseerden zich deels op de Apexart-tentoonstelling Lots of Things Like This die in 2008 in New York plaatsvond en waar auteur Dave Eggers curator van was. Scholtens werk werd daar ook tentoongesteld. De collectie van Eggers werd voor de expositie in Amsterdam deels overgenomen en verder aangevuld met meer dan veertig namen uit binnen- en buitenland.
Een zelfportret van de Canadese singer-songwriter Leonard Cohen, met daaronder de tekst “One of those days, when the hat doesn’t help”, is wel uit New York meegenomen. ‘Cohen heeft veel zelfportretten gemaakt waarin hij een hoedje draagt. Voor mij is het essentieel dat hij er tussenzit. Het gaat ons er niet om dat hij een bekende naam is waar mensen op af zouden komen of dat het vanuit de kunsthistorie belangrijk is dat hij ook tekent, maar wel omdat je hierdoor op een andere manier naar Cohen gaat kijken.’
Tekst én beeld
Wat de tekening van Cohen ook mooi illustreert is hoe tekst en tekening een onlosmakelijk geheel met elkaar vormen en een verhaal vertellen, een belangrijk criterium waarop alle werken zijn geselecteerd. ‘Het gaat ons om die combinatie van tekst en beeld en wat die samenkomst met elkaar doet,’ licht Faassen toe. ‘In dat opzicht bewegen we ons op een grens tussen cartoon en autonome kunst. Daarin zijn verschillende vormen mogelijk, maar belangrijk voor ons was dat tekst en tekening een totaalbeeld vormen.’
Soms ontstaat er door die combinatie een surrealistisch geheel zoals in het werk van de Britse illustrator en schrijver Glen Baxter. Hij maakt tekeningen in de stijl van oude jeugdboeken, vaak met gangsters, cowboys en ontdekkingsreizigers in de hoofdrol. Het onderschrift rijmt niet met hetgeen is afgebeeld. In de absurde wereld van Baxter kunnen cowboys bijvoorbeeld intellectuele uitspraken doen over kunst of filosofie.
Droedels
De samenstellers willen met de tekenshow ook het plezier dat tekenen biedt vieren. Naast gedetailleerde tekeningen hangen er ook veel prenten die er eenvoudig uitzien. ‘Het gaat ons niet om de techniek of om mooi gemaakte tekeningen,’ vertelt Scholten. ‘Veel van wat we geselecteerd hebben ziet eruit als een snelle krabbel, als droedels die iedereen wel eens maakt, tijdens het telefoneren bijvoorbeeld.’
Volgens Scholten zorgt de directheid van het handschrift ervoor dat de toeschouwer op een laagdrempelige manier wordt uitgenodigd om op het werk te reageren. ‘Kunst wordt altijd op zo’n hoog voetstuk gezet. Met deze tentoonstelling willen we laten zien dat iedereen met dit soort ideeën over het leven leeft. Nu kan men direct reageren op het werk zonder belemmerd te worden door de gedachte dat ze voor een Andy Warhol staan, waar ze iets kunstzinnigs over dienen te zeggen.’
Een lege plek
Cartoon: Bandirah
Er zijn allerlei evenementen georganiseerd om het publiek te betrekken bij A Perfect Day. Zo is één plek in de tentoonstelling gereserveerd voor tekenwerk dat iedereen mocht insturen. Meer dan 50 inzendingen kwamen binnen. Een animatie die wordt vertoond is deels door het publiek gemaakt: eind januari zaten vrijwilligers in de Posthoornkerk ieder een van de 360 frames van de film in te kleuren. Scholten: ‘De hele avond was iedereen zoet aan het kleuren, met ranja en een muziekje op de achtergrond. Dat doe je als volwassene eigenlijk ook nooit meer.’ Om de aandacht te trekken reed er een invalidenwagen door de stad met een miniversie van de tentoonstelling.
Bij de expositie hoort op 10 en 11 februari ook een A Perfect Night, een avondprogramma waarin optredens worden afgewisseld met animaties, muziek, eten en drinken. Met onder andere Gummbah, Michiel Romeyn, Tjitske Jansen & Markus Vater, Tin Men & The Telephone, Han Hoogerbrugge en Micha Hamel. Maxim Hartman presenteert.
A Perfect Day: 10 tot 24 februari, Westergasfabriek (Openbare Verlichting) Amsterdam. Zie ook: www.aperfectday.info
Dit artikel is 9 februari in Het Parool gepubliceerd.
De Bommel-strips zijn in vele talen uitgebracht maar, zo blijkt uit de reportage, niet alle fantastische termen en woorden die Toonder bedacht, laten zich makkelijk vertalen.
En hier nog de reportage die TV Brussel maakte, met daarin een optreden van Dick Matena die jarenlang voor de Toonder Studio’s werkte.
Het tv-programma Beeldverhaal, waarin stripmaker Jean-Marc van Tol op reis door de stripwereld gaat, krijgt helaas geen vervolg. Jammer, want het was het eerste inhoudelijke televisieprogramma over strips sinds jaren.
Volgens Pieter Klok, eindredacteur en initiatiefnemer van het programma, zag de VPRO een tweede seizoen wel zitten, maar heeft de Netcoördinator van Nederland 2, Bart Römer, er een streep ondergezet.
‘De VPRO gaf al vrij snel aan dat ze een tweede serie wilde hebben. Het programma kreeg goede reacties. In eerste instantie was de netmanager ook blij met de serie. Begin februari worden de uitzendschema’s van het najaar bekendgemaakt en bleek dat Beeldverhaal er niet tussen zit. De reden waarom de coördinator een vervolg niet ziet zitten is op dit moment nog niet helemaal duidelijk.’
Kijkcijfers
De acht afleveringen van Beeldverhaal werden op zaterdagavond rond 11 uur uitgezonden. Een ongelukkig tijdstip voor een dergelijk programma. De kijkcijfers vielen ook wat tegen, dus misschien dat dit een overweging is geweest van de netcoördinator. Klok: ‘We moesten 8 procent marktaandeel halen, maar daar zaten we bij lange na niet op. Maar niets rond dat tijdsstip.’
Een kwestie van kiezen
Volgens Karen de Bok, hoofdredacteur televisie bij de VPRO, heeft het niet aan de kijkcijfers gelegen. Het schrappen van Beeldverhaal was een overwogen keuze. ‘Het heeft niets met de kijkcijfers te maken. We delen dit cultuur timeslot in de programmering met de NTR en de AVRO dus de beschikbare tijd moet over drie omroepen verdeeld worden. Römer vond Beeldverhaal een mooie serie, waarin een mooi beeld van de strip werd gegeven, maar zag niet meteen een tweede seizoen. Daar leggen we ons bij neer, want we willen ook graag andere cultuurprogramma’s in dat timeslot aan bod laten komen. We hebben nu acht mooie afleveringen aan de strip besteed, nu is er weer iets anders aan de beurt. Wie weet gaan we over een of twee jaar weer verder, maar nu dus even niet.’
Zou Beeldverhaal niet naar een andere zender kunnen, vraag je je af. Klok: ‘Sowieso niet het komende seizoen. Ned 1 en Ned 2 hebben weer andere netcoördinatoren. Je moet intekenen met je programma’s en er wordt altijd veel meer ingetekend door de omroepen dan er geplaatst kan worden. Op Ned 1 wordt veel groot amusement geprogrammeerd, daar past Beeldverhaal niet tussen. Ned 3 zou wel kunnen. We gaan nog wel overleggen met de VPRO maar dit jaar is onmogelijk, want de schema’s zitten al vol. En als eenmaal iets is afgewezen wordt het erg moeilijk.’
Italiaanse horror
De redactie van Beeldverhaal had al plannen voor het tweede seizoen. ‘Ik wilde de Waalse kant van de strip behandelen. We wilden ook naar Frankrijk om Asterix te behandelen en Rabaté. De Italiaanse horrorstrip was ook interessant geweest,’ aldus Klok.
Dat gaan we nu dus missen. Vooralsnog, want wie weet schijnt er nog licht aan de horizon. In Hilversum weet je het nooit.
Een schrale troost: vanaf zaterdag 16 juni worden er op Ned 2 vijf afleveringen van de serie herhaald om 13.10. Welke afleveringen het zijn is nog niet bekend. Wie niet kan wachten, kan altijd terecht bij uitzending gemist.
Vind jij het ook jammer dat Beeldverhaal niet terugkomt?
Eerder was er al een teaser-trailer die veel tongen losmaakte op het web. Je mag je ook afvragen of een reboot niet te snel is na de vorige trilogie van Sam Raimi. Al geeft deze trailer wel de indruk dat men een andere weg inslaat dan de avonturen met Tobey Maguire. Dat komt deels omdat het verhaal gebaseerd is op Ultimate Spider-Man, de moderne versie van het webhoofd. Maar ook omdat we in andere tijden leven dan een paar jaar geleden en omdat de filmmakers zich met hun product moeten onderscheiden van de vorige versie. Er moet immers grof geld verdiend worden.
Ik krijg door de trailer wel zin om Marc Webbs interpretatie van Spider-Mans oorsprong te gaan zien. Waarom niet? Verschillende versies van hetzelfde verhaal kunnen heel goed naast elkaar bestaan. Kies zelf de editie uit die je het meeste bevalt.
Zelf ben ik niet zo fan van het kostuumontwerp van deze Spidey-versie, om maar iets te noemen. Ook is de Lizard niet een van mijn favoriete schurken. Met de casting van Andrew Garfield ben ik vooralsnog meer tevreden. Ik denk dat hij een interessante interpretatie van Peter Parker zal neerzetten. Ook Dennis Leary als Captain George Stacy lijkt me boeiend, al wijkt deze behoorlijk af van de stripversie. Maar een purist is met geen enkele adaptatie tevreden.
Eigenlijk heeft het niet zo heel veel zin om te speculeren over trailers, want de gemonteerde beelden geven slechts een indruk van de film die de lading van het geheel niet hoef te dekken. Hoewel het een amusante bezigheid is, beoordeel ik de film liever als hij in de bios is te zien en troost me met de gedachte dat deze vierde film niet slechter kan zijn dan het vorige deel. De lat der verwachting ligt dankzij Spider-Man 3 ook heel laag, de trailer wil ik dan ook als veelbelovend kwalificeren. Laat maar komen die 4 juli.
Maandag 6 februari werd bekend gemaakt dat stripverspreider Ron Poland, maarliefst twee keer in de prijzen valt: hij krijgt dit jaar de P. Hans Frankfurtherprijs én de Hal Foster Award.
Eén van de grote problemen van de afgelopen jaren is die van de distributie. Strips vinden steeds minder goed hun weg naar de boekhandel en zelfs de stripspeciaalzaken moeten veel moeite doen om hun voorraad op peil te houden. Met het wegvallen van distributeur Het Raadsel in 2005 leek het alsof de laatste grote pijler onder de uitgevers was verdwenen. Gelukkig sprong de winnaar van de P. Hans Frankfurtherprijs in dat gat. In zijn eentje nam Ron Poland (Alkmaar, 7 oktober 1956) met zijn bedrijf ‘Strips in voorraad’ de verspreiding van strips aan alle stripspeciaalzaken op zich. Sindsdien is hij een welkom gezicht geworden bij alle winkeliers, iemand die met enthousiasme en ter zake doende kennis meer doet dan alleen boekjes rondbrengen. Met zijn bestelbus tuft hij van winkel naar winkel en houdt op die manier de pijplijn van uitgever naar klant overeind. Het is overduidelijk. Zonder Ron Poland zouden een hoop strips in Nederland niet meer worden uitgegeven.
Heel veel strips
De P. Hans Frankfurtherprijs wordt ieder jaar uitgereikt aan een persoon of personen die zich in het afgelopen jaar op bijzondere wijze heeft/hebben ingezet voor het medium strip. De prijs is vernoemd naar de oprichter van Het Stripschap, P. Hans Frankfurther (1932-1996). Het bestuur van Het Stripschap besloot hem te eren door vanaf 1997 de Jaarprijs voor Bijzondere Verdiensten naar hem te vernoemen.
Op zaterdag 10 maart ontvangt hij de P. Hans Frankfurtherprijs 2012 uit handen van Tamar en Guido Frankfurther tijdens De Stripdagen in Gorinchem.
Ron Poland van stripdistributeur Strips in Voorraad krijgt vrijdag 10 februari de Hal Foster Award uitgereikt uit handen van Mat Schifferstein, de winnaar van 2011. De Hal Foster Award wordt (bijna) jaarlijks uitgereikt aan mensen die zich verdienstelijk maken in de periferie van het beeldverhaal.
Volgens de Hal Foster-jury maakt
Ron Poland zich als distributeur sterk voor strips van de kleinere uitgevers. Na het faillissement van Het Raadsel richtte Ron Poland het eenmansbedrijf Strips in Voorraad op, waarmee hij het gat in de distributie weer wilde opvullen. Een gigantische taak voor één man, maar het is hem gelukt ,want Ron is iemand die keihard en nauwgezet werkt en een grote passie heeft voor strips.
De commissie van de HFA wil Ron Poland in het zonnetje zetten voor zijn dagelijkse, belangrijke bijdrage aan het Nederlandse stripverhaal, want zonder een goede verspreiding kunnen er geen strips gemaakt en verkocht worden!
De Hal Foster Award wordt aanstaande vrijdag 10 februari om 17,30 uur uitgereikt in de galerie van Stripantiquariaat Lambiek, Kerkstraat 132, Amsterdam.
Tot slot..
een persoonlijke noot: ik ken Ron Poland als een hartelijke man, met een groot hart voor het beeldverhaal. Wat mij betreft zijn deze prijzen en de eventuele aandacht die ze me zich meebrengen, welverdiend. Geniet ervan, Ron!
Brecht Evens genomineerd voor de Gouden Boekenuil
De Vlaamse stripauteur Brecht Evens is met zijn graphic novel De Liefhebbers genomineerd voor de Gouden Boekenuil, een van de belangrijkste literaire prijzen in België. De winnaar van de Gouden Boekenuil wordt op 5 mei 2012 bekend gemaakt. Aan de prijs is een geldbedrag van 25.000 euro verbonden. Dat meldt Strip Turnhout deze week.
Angoulême: Spiegelman gidst in stripgeschiedenis Met Art Spiegelman had het stripmuseum in Angoulême een gedroomde ambassadeur voor de oude strip in huis. Zijn persoonlijke keuze uit de stripgeschiedenis was de beste tentoonstelling van het festival. Aldus Knack Focus.
Zevenvoudige aftrap Before Watchmen
Prequel-verhalen uitbrengen die zich afspelen voor de klassieker Watchmen van Dave Gibbons en Alan Moore is natuurlijk een vorm van vloeken in de kerk. Toch draaien de mensen bij DC Comics daar hun hand niet voor om. Verschillende hoofdpersonages uit de reeks Watchmen krijgen elk hun prequelreeks onder de gemeenschappelijke reeksnaam Before Watchmen. Deze zomer wordt de aftrap gegeven met wekelijkse releases. Deze week gaf DC Comics de volledige auteurslijst prijs van de heren en dame die aan de zeven verschillende, eerder aangekondigde Watchmen-prequels werken. Ook de covers circuleren al veelvuldig op het internet. Deze zomer wordt de aftrap gegeven met wekelijkse releases. Stripspeciaalzaak.be geeft een overzicht.
Artbook Jorg de Vos in de maak De redactie van Eppo laat weten dat in maart een artbook van tekenaar Jorg de Vos wordt gepresenteerd. Hierin wordt een goede indruk gegeven van het werk dat hij naast Storm maakt. Onvertelde verhalen in prachtige beelden, uitgewerkt in diverse technieken. Dit boek wordt gelijk met de dossier editie van De koffers van Raz Fadraz uitgebracht op de Stripdagen in Gorinchem.
Het eerste avontuur van Jodocus de Barbaar van stripmaker Marq van Broekhoven is eindelijk in albumvorm verschenen. Een ongewone, maar vermakelijke avonturenstrip.
Jodocus is de sukkel van het dorp: klein van stuk komt de jonge barbaar net met zijn neus boven de rand van de bar uit, raakschieten met pijl en boog ligt niet in zijn vermogen. Als zijn ouders door zijn onhandigheid hun veestapel kwijtraken aan het dorpshoofd, vlucht hij uit schaamte het bos in. Ondertussen ontsnapt prinses Yazine uit het kasteel van koning Azaroth, die haar gevangen houdt in een torenkamertje. Al tijden correspondeert ze met prins Folio. Ze hoopt haar geliefde bij de waterval te treffen, zodat ze hem voor het eerst in de armen kan sluiten. Als ze daar kennismaakt met onze barbaar, denkt ze dat hij Folio is. Jodocus laat haar graag in die waan. Ondertussen trekt Folio eropuit om zijn prinsesje te gaan bevrijden, stuurt de koning zijn leger op pad om zijn dochter terug te vinden en wordt het dorp waaruit Jodocus is verbannen opgeschrikt door een geheimzinnig geluid.
Prinses met ballen
Ouderwetse duivenpost met een twist.
Van Broekhovens held mag dan een sukkel zijn, de andere personages zijn niet veel intelligenter dan Jodocus. Van Broekhoven schetst een vreemd universum, met barbaren, prinsen, koningen en magiërs en neemt met zijn strip een loopje met de conventies van het Sword & Sorcery-genre. Maar ook een sprookjesconventie als de prinses die gevangen wordt gehouden in de kasteeltoren, wordt in een bizar daglicht gesteld, als Yazine hint naar een incestueuze relatie met haar vader. Door de wol geverfd, is de soms vlijmscherpe Yazine geen prinsesje om zonder handschoenen aan te raken. Deze dame wacht niet tot de prins haar redt, maar bevrijdt zichzelf wel.
Purno de purno
De oorsprong van Jodocus ligt bij een hoorspel dat Van Broekhoven met een vriend maakte voor een radiopiraat. Jodocus was een tegenhanger van Conan de Barbaar, maar dan met een stemgeluid dat het meest in de richting kwam van Purno de Purno. Uiterlijk heeft hij nog het meeste weg van een speelgoedversie van Rambo.
In een interview vertelde Van Broekhoven mij dat dit de strip is die hij al jaren wilde tekenen. Het plezier van het strip maken straalt dan ook van de pagina’s af en werkt bij deze lezer enthousiasmerend.
Van Broekhoven hanteert een losse narratieve structuur: de scènes draaien vooral om droge, soms wat flauwe, soms wat ondeugende grappen. Qua humor op en top Marq van Broekhoven dus, de stripmaker die jarenlang Peer de Plintkabouter tekende. Van Broekhoven speelt met de scèneovergangen, waar hij vaak tekstrijm en soms beeldrijm voor gebruikt. Wel spijtig dat de stripmaker de chronologie op een gegeven moment een beetje kwijtraakt: hij snijdt heen en weer tussen dag- en nachtscènes die duidelijk tegelijkertijd spelen.
Strip2000 Jodocus de Barbaar: Een prinses ontsnapt is in 2010 als vervolgstrip voorgepubliceerd in de Eppo. Het album wordt echter niet uitgegeven door de Don Lawrence Collection, maar door Strip2000. Een jonge uitgeverij die zich vooral richt op humorstrips. Plunk en Tom Carbon worden ook door Strip2000 op de markt gebracht. Binnenkort mogen we er ook een album van Jeroen Funke verwachten en het derde deel van Van Broekhovens autobiografische reeks Marq Denkt.
Op dit moment is Van Broekhoven druk bezig met het tweede avontuur van Jodocus: De blauwe wijven. Ik ben benieuwd!
Marq van Broekhoven – Jodocus de Barbaar #1: Een prinses ontsnapt Strip 2000, €8,95