Bovenstaande bijdrage is van Claire Schumacher. Precies, van dit interview. Wie zich niet meer kan herinneren wie Hasselhoff is, zie deze link naar de Encyclopedia Dramatica of een oude column van mij: God bless the Hoff!
Met de vreemde droom van Claire is op eigenzinnige wijze (voorlopig) een einde gekomen aan de rubriek de perfecte zondag. Terugkijkend op de inzendingen, mogen we voorzichtig concluderen dat voor de meeste mensen de perfecte zondag een dag is van luiheid, waarin verplichtingen buiten de deur worden gehouden en je volledig de vrijheid hebt om te doen, maar vooral te laten, wat je wilt. En een dag om door te brengen met je geliefde – wanneer die beschikbaar en aanwezig is natuurlijk.
Bij deze wil ik iedere gastblogger nogmaals bedanken voor zijn bijdrage. Namens de feestcommissie: prettig weekend!
Categorie: Strips
Interview Claire Schumacher: Passie voor Manga
Claire Schumacher doet een opleiding aan de Academie voor Beeldende Vorming in Amsterdam, illustreert in opdracht en geeft mangaworkshops. Door die workshops wordt ze de laatste tijd steeds vaker geïnterviewd door de pers. Desondanks ziet ze zichzelf niet als ambassadeur voor manga en anime in Nederland. ‘Ik wil mensen er niet mee lastigvallen, maar als iemand interesse heeft dan heb ik wel een stortvloed aan verhalen voor hem of haar’, belooft Claire. En dat klopt: als Claire eenmaal over manga begint te praten, is ze niet te stuiten. Wat is manga?
‘In twee zinnen: als je in Japan woont, je bent Japanner en je tekent strips, dan maak je manga. Ik teken dan ook geen manga, maar strips die hevig door manga zijn geïnspireerd. Manga’s die populair zijn in Japan hebben een herkenbare, overheersende stijl. Figuurtjes met grote ogen, diverse kleuren haar – een Europese benadering. De stijl kan wat overdreven zijn om op die manier emoties duidelijker te verbeelden.’ ‘Mangaverhalen gaan vaak over opgroeiende personages. Het verhaal begint op het punt dat ze nog zwak zijn. Dan komen ze met iets nieuws in aanraking en krijgen ze een andere manier van leven. Manga gaat vaak over tieners die heldendaden verrichten. Gewone personages die ongewone dingen doen en kleine meisjes die heel krachtig blijken te zijn.’ Vanwaar de voorkeur voor dat soort personages?
‘Veel Japanners staan niet sterk in hun schoenen, ze zwoegen onder werkdruk en je mag niet vaak jezelf zijn. Ze leven in een keurslijf zonder al te veel vrijheid. Manga geeft hen wel die vrijheid. Het is een manier voor Japanners om uit het keurslijf te breken. Mensen willen zichzelf erin herkennen, daarom is het vaak een fragiele persoon die veel weet te overwinnen. Daar putten ze kracht uit.’ Wat vind je leuk aan manga?
‘Dat is niet echt makkelijk uit te leggen. Ik vind de verhalen leuk en de link met Japan interessant. Japanse cultuur is mystiek, mensen hebben respect voor elkaar. Ik voel vaak een link met de hoofdpersoon, juist omdat het geen ideale figuren zijn. Ook hebben ze daar een interessante manier van vertellen. De algemene tekenstijl vind ik bijzonder. Het is een filmische stijl. In de jaren vijftig had je bijvoorbeeld Astro Boy (door stripmaker Osamu Tezuka, waarvan later nog een tekenfilmserie is gemaakt, red.) – een van de meest beroemdste manga’s. De tekenaar maakte gebruik van filmische camerahoeken, wat uniek was voor die tijd.’ Hoe begon je passie voor manga?
‘Vroeger zat ik altijd naast mijn broer als hij met zijn Nintendo zat te spelen. Ik ging daar helemaal in op en gaf hem aanwijzingen. Daarna kocht ik zelf een Nintendo 64. Ik was gek op Zelda. De doos had mooie illustraties met mangafiguurtjes. Die fascineerden mij. Ik begon ze na te tekenen. Ook zag ik films als Akira (Katsuhiro Ôtomo, 1988). Het waren cartoons, maar met tragische verhalen – er gingen mensen in dood. Die serieuze toon sprak me aan en de vrijheid die manga uitstraalde. Op internet ontdekte ik hoe groot manga eigenlijk was; ik printte plaatjes uit en tekende die na. Ik wilde die stijl beheersen.’ Wat is jouw tekenstijl?
‘Ik heb een strakke lijn, teken graag grote ogen en veel haar. De standaard manga-stijl dus.’ (lacht). Vind je de manga-stijl, die toch aardig wat stilistische conventies kent, niet juist beperkend?
‘Ik kies er zelf voor om in mangastijl te tekenen. Manga is een ideaalbeeld – je kunt alles tekenen wat je wilt. Manga is vaak cartoonesk, waar het emoties betreft. Figuurtjes worden dan opeens met een groot hoofd en een klein lijf getekend. Dit heet ‘chibi’, wat ‘klein’ betekent. Dat is om op een komische manier emoties weer te geven. Tegenwoordig teken ik veel naaktmodellen op school. Hierdoor verschuift mijn stijl meer naar het realistische op.’ Manga in Nederland
Wie regelmatig een stripbeurs bezoekt, heeft een grote kans om daar de stand van Mangafique tussen de andere stripverkopers te zien staan. Mangafique is een collectief van mangagroepen (ook wel ‘circles’ genaamd). De Aniway is een kwartaaltijdschrift dat uitgegeven wordt door de gelijknamige stichting. Het magazine is gewijd aan anime, manga en Japanse cultuur. Het werk van Claire is daarin regelmatig te bewonderen. Ook schrijft ze columns en recensies van strips, films, games en artbooks voor de Aniway. Hoe groot is manga in Nederland?
‘Manga is erg in opkomst. Dat merken we op beurzen waar we steeds meer Nederlandse manga’s verkopen. Uitgaven van Aniway liggen tegenwoordig ook bij de Bruna en de AKO. Vooral jongeren komen er via televisie steeds mee in aanraking. In Frankrijk en Duitsland lopen ze vóór op ons. Daar is manga al veel groter. Anime-cartoons zijn daar door de jaren heen al op televisie geweest. Daar worden ook anime uitgezonden voor de wat oudere kijkers.’ ‘In Nederland heeft anime wel een slechte reputatie. Ongeveer tien jaar geleden werden er animefilms uitgebracht onder de naam mangafilms. Een foute term overigens, want manga slaat op de strips, niet de animatiefilms. Het mangafilm-label bracht films als Akira (Otomo Katsuhiro, Japan, 1988) uit, maar ook geweldadige en pornografische films als Urotsukidoji, wat hentai genoemd wordt. Dit gaf een verkeerd beeld van het genre.’ Door die slechte reputatie komen er ook wel vreemde snuiters op de Aniway-stand af. Wat is het vreemdste dat je ooit is overkomen op een stripbeurs?
‘Dat was tijdens een stripbeurs in België. Er kwam een linnentasjestype naar me toe. Hij zei tegen me “Hey, jij tekent toch manga?” Ik zei van ja. Hij wilde dat ik een jongetje van tien jaar in een korte broek en kaplaarzen tekende. Het jongetje moest op een stoel met een boek zitten. “Liever niet,” zei ik. Hij bleef bij de stand staan en keek zielig. Toen heb ik maar heel snel iets gekrabbeld en ging hij gelukkig weer weg. Heel freaky…’ Welke manga zou je anderen aanraden?
‘De serie Deathnote, waarin een middelbare scholier een bovennatuurlijk notitieboekje vindt, waarmee hij mensen kan laten sterven door simpelweg hun naam erin op te schrijven. Hij besluit dit boekje te gebruiken om de namen van criminelen te noteren, om hiermee het kwaad in de wereld uit te bannen. Ik vind het een heel spannende misdaad-thriller.’ ‘Fullmetal Alchemist is een manga uit 2003 geschreven door Hiromu Arakawa. Als de moeder van twee broers sterft proberen ze naïef om haar met alchemie weer tot leven te wekken. Menselijke transmutatie is in de wereld van alchemie echter een onvergeeflijke zonde. Dat ervaren Edward en Al op tragische wijze: als ’tol’ verliest Al zijn hele lichaam en Ed zijn linkerbeen. Om de ziel van Al nog te redden, offert Ed ook nog zijn rechterarm op, zodat Als ziel zich kan huisvesten in een toevallig aanwezig stuk meubilair: een harnas. De ontbrekende ledematen van Ed worden later met metalen prothesen uitgerust (zogenaamde ‘automail’). De broers horen over de Philosopher’s Stone, een steen die ervoor kan zorgen dat alchemie ook werkt zonder gelijkwaardige ruil. Deze kan ervoor zorgen dat de broers hun eigen lichaam terugkrijgen, en ze gaan op reis om de steen te vinden. ‘En ik zou Azumanga Daioh aanraden. Het gaat over een stel meisjes die van alles beleven op de middelbare school. Alles wordt verteld in vier panel stripjes. Heel simpel maar echt heel leuke humor.’
Striprecensie: Baudelaire
Gastauteur Natasja van Loon – aka de Schone Schrijfster én groot stripliefhebber – geeft haar visie op het album Baudelaire van Noël Tuot & Daniel Casanave.De literatuurgeschiedenis heeft een vergissing gemaakt want Victor Hugo is eerder overleden dan Baudelaire en die is daar niet blij mee omdat hij het ultieme absoluut perfecte gedicht nog niet geschreven heeft. Daarom slaat hij op de vlucht, voor iedereen die hem op de begrafenis wil hebben – en dat zijn er nogal wat. Hemel, hel en aarde worden – letterlijk – bewogen. Aldus Baudelaire tenminste, van de Franse tekenaar Tuot en zijn scenarist Casanave. Hun succesvolle stripalbum is onlangs opnieuw vertaald en uitgebracht door uitgeverij Silvester – dat hiermee, naar mijn bescheiden mening, meteen een van de mooiste albums van het jaar op de markt heeft gebracht. Baudelaire staat bol van grappen en dialogen die van grote schoonheid en – als je er even over nadenkt – diepgang zijn. Zo brengt zijn vlucht voor zichzelf Baudelaire eerst naar de hemel: een desolaat landschap waarin het onafgebroken regent (en dat akelig veel aan ons eigen kikkerlandje doet denken) alwaar hij wordt opgewacht door Sint Pieter. Dat de hemel helemaal niet lollig is, constateert Baudelaire.‘Alles is voor altijd en eeuwig kalm’, antwoordt Sint Pieter onbewogen.Donkere wolkjes vormen zich boven het hoofd van Baudelaire. ‘Ik houd niet van kalm… Daardoor moet ik aan de provincie denken.’ En dan een woest springende Baudelaire. ‘Ik wil eeuwige onrust!’‘Alles is voor altijd en eeuwig beschouwing’, antwoordt Sint Pieter onverstoorbaar.Je begrijpt: Baudelaire houdt het hier niet lang uit (zou ik ook niet kunnen) en wil naar de hel. En de hel… is een skipiste. Baudelaire wordt er opgewacht door de zonde die eruitziet als een skileraar in dat archetypische rode pak omdat de duivel in zijn kantoor zit om het idee van het kwaad te overpeinzen. ‘Grotere eenzaamheid bestaat niet’, zegt de zonde – een grap die aan kracht wint als je je bedenkt dat het gedicht dat Baudelaire wereldfaam bezorgde Les Fleurs du Mal was: de Bloemen van het Kwaad.En dan komt Sartre langs die weliswaar in de hemel verblijft (‘ik heb zo vaak bewezen dat God niet bestaat dat deze dat wel leuk vond’) maar als groot filosoof het voorrecht heeft om af en toe een rondje hel te maken. Hij komt Baudelaire demonstreren wat de zonde is. En de zonde… is soep eten met een vork. En hoe langer je daarover nadenkt des te aannemelijker dat klinkt.Foto: Charles Baudelaire‘De zonde is niet lollig’, constateert Baudelaire en hij keert terug naar de aarde om alsnog naar de begrafenis van Victor Hugo te gaan. Overigens weet hij het ultieme absoluut perfecte gedicht aan het eind van het album wel te vinden – maar wat de kern ervan is, houd ik voor me omdat iedere geïnteresseerde lezer dat voor zichzelf moet lezen. Wel kan ik vertellen dat ik slap lag (lach) toen ik het las. Wat wellicht niet verbazingwekkend mag heten als je weet wat de strekking van mijn debuutroman is omdat de kern van dat gedicht daar min of meer aan verwant is. Alleen is Baudelaire een stuk moediger dan de hoofdpersoon van Bemint eer gij begint.Natuurlijk: Goscinny staat nog altijd op eenzame hoogte. Maar de absurdistische en tegelijk diepzinnige humor van Baudelaire komt dichtbij. Wat de grootmeester van de stripscenario’s met geschiedenis deed, doen Tuot en Casanave met literatuur en filosofie. In de Nederlandse vertaling is het album bovendien uitgebreid met handige historische achtergrondinformatie die fraai omschreven en prachtig geïllustreerd is. Kortom: een album dat uit louter redenen bestaat om het aan te schaffen. Want de zonde mag niet lollig zijn, Baudelaire is dat des te meer. Sterker: het is briljante humor. Naar mijn (niet zo) bescheiden mening dan tenminste.
De perfecte zondag van Mattt Baay
Lees ook het interview met Mattt Baay en de andere perfecte zondagen. Meer Bunbun vind je natuurlijk op Illumatie.nl.
De perfecte zondag van Hallie Lama
Grafstemming: Vro-Lijk
Happy Halloween! ‘Grafstemming’ is een serie cartoons over dood en verderf. Concept: Michael Minneboo, tekening: Merel Barends.
24 Hour Comics Day in Lambiek
Dit weekend vond voor de derde keer de 24 Hour Comics Day plaats in stripwinkel Lambiek te Amsterdam. Meer dan 20 stripmakers zaten een etmaal lang te tekenen, te zweten, koffie te drinken en onderling te keuvelen in de hoop aan het einde van de beproeving een volledige strip van 24 pagina’s te kunnen presenteren. Zaterdagmiddag 17 uur waren de stripmakers nog vol goede moed aan het pennen. In het collectief zag ik de bekende gezichten van Menno Kooistra, Hallie Lama, Mattt Baay, Sandra Kleine Staarman en Jaap Rozema. Van het collectief Lamelos waren Aleks Deurloo en Jeroen Funke van de partij. (Voor een meer volledige deelnemerslijst, klik hier). Menno Kooistra, die samen met collega’s Lama, Baay en Rozema vorige maand net naast een ‘Group-clickie’ greep met de tekenbattle Nieuw Gehoer, had zojuist even pauze genomen van zijn tekenproject: vierentwintig strippagina’s over evenzoveel songs. Mattt Baay was druk zijn passie voor games en strips te combineren in een Bunbun-avontuur waarin het witte konijn allerlei gamefiguurtjes tegen het lijf loopt en in door games geïnspireerde scènes terechtkomt.
Foto: Lambiek.net
Productief
De productiefste van het stel tekenaars was wederom heer Lama. Na slechts vijf uur tekenen was hij al aan zijn twaalfde pagina bezig (!). Naar verluid was Hallie zelfs één uur later dan de rest begonnen aan de vierentwintiguursmarathon. Met grote trefzekerheid tekende Lama met een Big-fineliner zijn A4-pagina’s vol. Van tevoren had hij niet echt nagedacht over het verhaal dat dus vanaf het eerste plaatje nog alle kanten kon opgaan.Sandra Kleine Staarman, winnares van de ‘Medium Clickie’ (voor wie het zich afvraagt, dat is een webcomicprijs voor het beste gebruik van het medium internet, niet een honorering van de Jomanda Society) zat ook in het gezelschap. Kleine Staarman was rond vijf uur al twee pagina’s achter, zei ze. Net als veel van haar collega’s inkte ze haar werk. Wie dus een stel onafgewerkte pagina’s verwacht in een 24 Hr Comic-strip, komt bedrogen uit. In dit stadium van de race waren de stripmakers nog drukdoende een zo goed mogelijk resultaat te bereiken.
Recentelijk werd de Lamelosveiling in Lambiek gehouden. Eerder dit jaar was er een expositie van werk uit Bloeddorst te zien. Lambiek-eigenaar Boris zat rustig de situatie te overzien met een kopje koffie in de hand. Hoewel de winkel ook de gehele nacht geopend zou zijn, verwachtte hij niet veel klandizie, grapte hij. Het personeel zou in ploegendiensten de stripmakers verzorgen met koffie en gesponsorde maaltijden.
Toen ik de koude avondlucht in stapte – op weg naar een gezellige avond en daarna mijn warme bedje – hadden de stripmakers nog een lange nacht te gaan…Concept
Het idee van 24 Hour Comics werd bedacht door stripgoeroe Scott McCloud. Stripmaker, theoreticus en auteur van Understanding Comics, Reinventing Comics en Making Comics. Dit jaar werd het event voor de vierde keer gehouden. In totaal deden 18 landen mee. Behalve stripwinkel Lambiek, zaten er in Het Stripmuseum te Groningen ook mensen te tekenen. Voetnoot
Enkele linkjes naar 24 Hour Comics:
Mattt Baay
Little Starman
Aleks Deurloo
Jeroen Funke
Hallie Lama
Lees ook (of niet):
Stripdagen in Houten,
Bloeddorst in Lambiek,
Gothicmeisje met zonnebank.
Intermezzo
Een warme cappuccino staat links van mij. Lou Reed draait in de cd-speler. Dit is het laatste weekend van mijn drie weken vakantie. Mijn eerste echte vakantie in een lange tijd. Ik had allerlei plannen. Allemaal dingen die waren blijven liggen en om aandacht vroegen. Nieuwe kleren kopen, achter enkele laatbetalers aan, een nieuwe telefoon regelen… Dat soort zaken. Maar zoals John Lennon al zei ‘Life is what happens while you’re busy making other plans…’. (Hm, ik vraag me af op hoeveel blogs op deze wereld dit citaat al is aangehaald.) Drie weken later blijkt dat er weinig van die plannen terecht is gekomen. Ach, afwijken van de geplande paden is ook wel eens lekker.In mij schuilt een Big Lebowski en die heeft de afgelopen tijd de ruimte gekregen.Edinburgh was een fantastische ervaring (de komende week de tweede aflevering van de limitedserie Colour locale.) En ik ben verslaafd geraakt aan Californication – de televisieserie, niet het liedje, al is wat mij betreft niets mis met de Red Hot Chili Peppers. (Een recensie van deze comedy serie volgt ook volgende week. En nu ik toch aan het pitchen ben: vanaf volgend weekend de reeks De Perfecte Zondag waarin gastbloggers hun perfecte zondag beschrijven.) Wat verder gedaan de afgelopen tijd? Beetje gestruind op de Stripdagen en verder een paar gezellige vrienden gezien. Ook weer eens tijd gehad om lekker te schrijven, films te kijken en geestelijk wat orde op zaken te stellen. De tijd goed besteed – voor een slacker.Volgende week weer werken. Ik zie er tegenop. Niet tegen het werk op zich, maar tegen de Ov-Hell waar ik me iedere dag weer in zal bevinden. Duffe koppen, lange vertraging, koude perrons, een kudde die in & uit de trein stapt. Drie uur per dag. Iedere dag.Maar nu nog niet. Nu is het weekend. Ik denk dat ik maar eens ga duiken in de deeltjes van Marvel Civil War die zojuist in mijn brievenbus zijn afgeleverd. En verder ziet het ernaar uit dat dit een van de laatste mooie zaterdagen van het jaar gaat worden. Tijd om daar eens van te gaan genieten.
Couleur locale: Edinburgh (1)
Girls, Ghosts & WarholsIn de laatste week van september heb ik vijf dagen in Edinburgh doorgebracht. Op zoek naar Schotten, geesten en frisse lucht. De komende tijd op Mike’s Webs daarom een reeks afleveringen van de nieuwe limited serie Couleur locale.
Als de wielen van de Easyjet de vaste grond in Schotland raken, houdt het meisje naast me nog krampachtig haar handen vast. Marie is bang om te vliegen en heeft de afgelopen tachtig minuten ook niet veel bewogen. Zij is nu weer terug in haar geliefde Schotland. Terwijl we afscheid nemen op de luchthaven van Edinburgh, vraag ik me af wat ik hier eigenlijk kom doen.Wanneer mensen mij dezelfde vraag stellen, zeg ik gekscherend dat ik hier kom om spookverschijningen te zien, want daar staat Edinburgh om bekend. Je zult van mij nooit direct horen dat spoken niet bestaan, maar ik moet bekennen dat ik er nog nooit een heb waargenomen. Misschien komt daar in de komende dagen verandering in.
Quantum leap
Vijf dagen in de Schotse hoofdstad. Ik vraag me af of ik deze vakantiebestemming heb geselecteerd of dat Edinburgh mij heeft uitgekozen. Enkele weken geleden zat ik na mijn werk in de bus samen met een collega te praten over mijn vakantieplannen. Het zou New York worden voor een paar dagen of wellicht Edinburgh. Er zat een Schot in de bus die ons onderbrak. Hij begon vol enthousiasme de schoonheden van de hoofdstad der Schotten te pitchen. Toeval of niet, ik zag dit als een duidelijk teken. Ik zou naar Edinburgh op vakantie gaan…Toch voel ik mij in de eerste uren als Sam Beckett zonder Al. Ik ben in een vreemde wereld geleapt, maar weet niet precies wat ik hier moet doen. Nadat ik in mijn hotel ben ingecheckt loop ik dan ook doelloos door High Street – de hoofdstraat van de historische binnenstad – mijn ogen doen zich te goed aan de schoonheid van het decor.
High Fidelity
Ik besluit mezelf een kleine opdracht te geven. Al een tijdje ben ik op zoek naar de solo-cd van David Pirner genaamd Faces & Names. In Nederland is de cd niet te krijgen. Hij is zelfs niet te downloaden. Ik besluit de eerste middag dan ook op zoek te gaan naar de cd. In de platenzaak Avalanche tekent de jonge verkoper enkele punten waar ik nog meer cd-winkels in de stad kan vinden.Mijn tweede stop is Backbeat Records, een kleine winkel in het centrum van Edinburgh. Binnenin staan kratten vol vinyl en cd’s mensenhoog opgestapeld. Tussen de kratten is een corridor, net breed genoeg voor één persoon. Aan het einde van de corridor zie ik de verkoper staan. Hij zet enkele cd’s in een bak. Ik vraag hem naar de cd en hij kijkt me meewarig aan. Geen herkenning wat betreft artiest of titel. ‘Zeldzame platen kosten al gauw 50 tot 100 pond,’ vertrouwt de verkoper mij toe. ‘Daarvoor moet je op Ebay zijn. Alle zeldzame dingen zijn tegenwoordig op Ebay te koop!’ herhaalt hij nog. Ik bedank vriendelijk en verlaat de vreemdste platenzaak waar ik ooit in ben geweest.
Rookverbod
Aan het begin van de avond eet ik een grillburger in een eetcafé vlakbij de universiteit van Edinburgh. Het eetcafé zit vol met knappe studentes die diep in discussie zijn verwikkeld of verstopt zitten achter hun laptop. Ik voel me er dus wel thuis.Overigens is het algemene rookverbod in Schotland een zegen. Het is heerlijk om van je maaltijd of cappuccino te kunnen genieten zonder in een alles verstikkende rook te zitten. Je komt veel mensen tegen in steegjes, voor winkels en cafés die in de kou staan te roken. Hun sigaret een klein puntje warmte en comfort in het frisse Schotse weer. Wat mij betreft kan het rookverbod in Nederland niet snel genoeg worden ingevoerd. (Over een paar dagen zal ik nóg een groot voordeel van deze buitenrookpauzes ontdekken, maar daarvan heb ik op dit moment nog geen weet.)Na de maaltijd is het tijd om op spokenjacht te gaan.Wordt vervolgdFilmpje
Een impressie van de stad in deze ietwat schoolse documentaire van Lewis Carmichael. In zeven minuten krijg je een aardig beeld van de schoonheid van de stad en haar geschiedenis.
Film: Alles is liefde
Kitscherige liefdesperikelen in geslaagde Nederlandse Love ActuallyAlles is liefde is een Nederlandse romantische comedy, duidelijk gestoeld op Love Actually. Wat die Engelsen kunnen, kunnen wij ook, moet het filmteam gedacht hebben. Maar omdat in Nederland kerstmis niet zo met de volksaard is verbonden als in Engeland en om de flick een Nederlands tintje te geven, draait de film om Sinterklaas en de Prins op het Witte Paard. Kim van Kooten pende een script waarin de levens van diverse personages elkaar kruizen, simpelweg doordat ze op professioneel vlak, door familiebanden of door toeval iets met elkaar te maken hebben.Verbindende factor is de dood van de televisie-Sinterklaas, die in allerijl wordt vervangen voor de rondzwervende Jan. Sint Jan wordt de ster van de Nederlandse televisie door zijn eigenzinnige optreden – een anti-Klaas (in Love Actually ging het onder andere om een parodiërende versie van Love is All Around, van een uitgerangeerde popartiest die een kersthit scoorde). Ondertussen zit het homostel (tot voorkort toch ook een heel normaal Nederlands verschijnsel) Kees Tromp (Daan Schuurmans) en Victor Jollema vlak voor hun huwelijk. Als een van de twee koude voeten krijgt voor het altaar, verzandt de liefde in crisis. In crisis verkeert het liefdesleven van Kiki Jollema (de zus van Victor wordt gespeeld door Carice van Houten) al jaren. Ze slijt haar dagen hangend over de vitrinekasten van de Bijenkorf terwijl ze droomt van de Ware. Die ware blijkt prins Valentijn (Jeroen Spitzenberger) te zijn. Het cliché van de prins op het witte paard wordt in deze film dus erg letterlijk genomen.De grote Mythe
Het genre van de romantische comedy staat niet bekend om zijn onverwachte wendingen of verrassingen. Het gaat erom of het voorspelbare verhaaltje vakkundig wordt verteld zodat de harten van de romantische zielen in de bioscoopzaal sneller gaan kloppen. De mythe van de liefde wordt in dit soort verhaaltjes immers bevestigd: ja, de liefde kent vele obstakels, maar uiteindelijk komt alles weer goed, worden harten herenigd en vindt ook het muurbloempje haar levenspartner. Geliefden zien in dit soort verhalen een legitimatie van hun relatie, de solo levenden onder ons krijgen hernieuwde hoop dat er ook voor ergens een verwante ziel ronddoolt.In het bevestigen van die mythe slaagt Alles is liefde wat mij betreft wel, al wordt het op het laatst wel heel erg zoetsappig. Ook worden sommige verhaallijntjes net iets te gemakzuchtig afgewikkeld. De sprookjesachtige sfeer die de Decembermaand voor sommigen heeft, wordt tot in de puntjes uitgewerkt: er valt zelfs een dikke laag sneeuw op 5 december. Dat alles is natuurlijk niet te veel van het goede, want subtiliteit hoort niet bij de rom com. Wel een warme sfeer, een soundtrack vol met goed in het gehoor liggende luisterliedjes, een wirwar van relatie perikelen en onmogelijke liefdes die toch tot bloei komen: de formule van Richard Curtis (scenarist van Four Weddings and a Funeral, Love Actually en Notting Hill) is goed gevolgd.Geen toeval
De makers hebben niets aan het toeval overgelaten en een groot deel van het acteursregister in Nederland opengetrokken. De gehele cast brengt het er goed van af. Michiel Romeyn speelt misschien wel zijn beste rol ooit. Hij speelt op ingetogen wijze een nukkige Sinterklaas – gedesillusioneerd, maar eerlijk en daardoor een vers symbool voor de natie. Daarnaast is het vooral Paul de Leeuw die zich van zijn goede kant laat zien: hij zet Victor Jollema geloofwaardig neer als een zorgzame dromer. Een mooi contrast met zijn hyperaanwezige televisiepersoonlijkheid.Het is de combinatie van herkenbaarheid, voorspelbaarheid en de toespitsing op de Nederlandse situatie die Alles is liefde tot een geslaagde warme deken maken.Vanaf 11 oktober in de bios.
Met: Carice van Houten, Daan Schuurmans, Chantal Janzen, Jeroen Spitzenberger, Peter Paul Muller, Wendy Van Dijk, Eric Schneider, Thomas Acda en Paul de Leeuw.
Kijktip
Alles is Liefde is vooral een film voor mensen die ervoor in de mood zijn. Wie dat niet is of zich tóch mocht vervelen, kan altijd nog op de vele continuïteitsfouten letten bij de buitenopnames. Dat het weer veranderlijk is in Nederland is bekend, maar in Alles is liefde is in ieder shot van de buitenscènes het licht anders.
Stripdagen in Houten
De stripdagen in Houten werden dit jaar in het laatste weekend van september gehouden. Hoewel de leukste stripdagen voor mij nog altijd die in Haarlem zijn, is de beurs in Houten toch een goede tweede in de ranglijst der stripbeurzen. Het programma van de beurs bood voor alle leeftijdscategorieën wat interessants: van een Plintkabouterspeurtocht voor de kleintjes tot mangatekenlessen van tekenares Marie Claire Schumacher voor iedereen die het aandurfde een potlood vast te houden. Het merendeel van de bezoekers kwam natuurlijk om menig stripwerk in te slaan en krabbeltjes van tekenaars te scoren. Of gewoon om door te zakken aan de bar met collega’s. Strips? Ja natuurlijk!
Wie voor de strips kwam, had niet te klagen. De verschillende uitbaters van het beeldverhaal waren ruim vertegenwoordigd. Het begrip beursprijs werd helaas niet gehonoreerd en de meeste strips kosten dan ook wat je ervoor in de winkel moet neertellen. Tegenwoordig is het voordeliger om je beeldverhalen online aan te schaffen. Dat maakt dat de gerichte koper eigenlijk niet meer naar een stripbeurs hoeft. Tenzij die natuurlijk graag verrast wil worden door onverwachts werk. Ik vond enkele deeltjes van de klassieke underground comic The Freak Brothers van Gilbert Shelton. Zo te ruiken hebben deze originele exemplaren jarenlang op een muffe zolder doorgebracht. Maar dat mocht de pret niet drukken. Ook een expressief getekend Batman-verhaal, The Secret door Sam (The Maxx) Kieth, wist mijn dag te verblijden.Smallpress, yes please!
De heren van het stripcollectief Nieuw Gehoer maakte voor de tweede keer hun opwachting op een stripbeurs. Hun eerste standhouderschap was in de teleurstellende beurs in Arnhem eerder dit jaar. Nu zaten de Nieuwe Hoeren knus tussen de andere smallpressers waaronder de Clickburgstand en Mangafique. Nieuw Gehoer bracht ter ere van Houten een tweede smallpressuitgave uit (met een voorwoord van ondergetekende). Goed getimed aangezien de site zich mocht verheugen op een Clickienominatie dit jaar.
Prijzen? Ja, prijzen
Traditiegetrouw werden er de Stripschapsprijzen uitgereikt. De Stripschapprijs is een oeuvreprijs die sinds 1974 jaarlijks wordt toegekend aan een striptekenaar of tekstschrijver die zich buitengewoon verdienstelijk heeft gemaakt voor het beeldverhaal in het algemeen en het Nederlandse beeldverhaal in het bijzonder. Door de verschillende prijsuitreikers werd het feit dat strip toch vooral een kunstvorm is nog eens benadrukt. Een legitimering die volgens mij overbodig is. Het predicaat kunst is immers niet nodig om iets als volwaardig aan te zien. Bovendien kent ieder medium kunststukjes en minder geslaagde uitingen.
Wie zijn werk of uitingsvorm in de spotlight wil zetten en gewicht wil geven aan het medium, organiseert een prijsuitreiking. (De Clickies, de prijs voor webcomics, zetten voor de lage landen het medium drie jaar geleden op de kaart. In dat opzicht hebben prijzen een positieve functie, al blijft de verkiezing van het ene album boven het andere een ietwat arbitraire bezigheid.) Toch kan het geen kwaad om de albums die boven het maaiveld uitsteken onder de aandacht te brengen.
Ik was erg blij met het feit dat S1ngle: Glamour de prijs kreeg in de categorie Nederlands Avontuur en Vermaak. Het album van Peter de Wit en Hanco Kolk liet Een avontuur van Havank 1: Hoofden op Hol, door stripmaker Danier achter zich. Helaas betekende dit dat de horrorbundel Bloeddorst (redactie Menno Kooistra) daarmee ook prijsloos bleef op de Stripdagen. En dat is jammer, want er valt natuurlijk te beargumenteren dat Bloeddorst een origineler project is dan het zesde deel van een stripserie en dat de bundel daarom al een prijs verdient, ook al hebben Kolk en De Wit met S1ngle: Glamour een mooi uitgevoerd en vermakelijk album afgeleverd.Muziek? Ja, soort van…
De prijsuitreiking werd “opgeluisterd” door een solo-optreden van stripmaker Robert van der Kroft (Sjors en Sjimmie, Claire) die een liedje zong ter ere van zijn stripfiguurtje Claire. Na enkele noten was duidelijk dat Van der Kroft nooit de voorrondes van Idols had gehaald wanneer hij daarin op de middenstip had gestaan. Don’t give up your day job, Robert. De tekst van het liedje was geschreven door Ger Apeldoorn (Gé Apeldé voor aficionados). De man die voorheen de X-Men comics van JuniorPress vertaalde en tegenwoordig vooral veel als schrijver van televisieseries actief is.Clickies
Op zondag werden de Clickies voor de derde maal uitgereikt. Spijtig genoeg zagen de Nieuwe Hoeren hun nominatie voor de Group Clickie niet verzilverd worden. Ook Flo greep wederom naast de prijs voor de beste gag webcomic, al kreeg hij wel de publieksprijs. Tot mijn vreugde kreeg de site Little Starman door Sandra Kleine Staarman wel de clickie voor het gebruik van het medium. Dit keer was er een oeuvreprijs voor René van Densen. Volgens de jury had ‘zonder René van Densen de term ‘webcomics’ in Nederland nauwelijks weerklank gevonden. Zonder zijn inzet in Probeersel, Clickburg, Kermis Comics en het inmiddels gestopte Strips.blogo.nl was internet nog voor menig tekenaar niet meer geweest dat een kanaal voor doorplaatsing van je papieren portfolio. Er kan echter zo veel meer met het medium en René heeft dat allemaal ook nog eens geprobeerd.’ (Voor de volledige uitslag van de Clickies zie hier en voor Renés eigen verslag van de Stripdagen hier.)
Zaterdagmorgen signaleerde ik een vermoeide Van Densen die tot in de kleine uurtjes de laatste hand had gelegd aan zijn e-book van The Grim Dot Com. Na vier jaar weekenlijkse updates stopt Van Densen met zijn magnum opus. May the Grim rest in Peace.Lees ook (of niet): Stripbeurs in Rijkswijk, Stripbeurs in Arnhem, Stripbeurs in Kampen, Striprecensie S1ngle: Glamour, Striprecensie Bloeddorst en Striprecensie Nieuw Gehoer en Hallie Lama.
Striprecensie: Meccano, De ruwe gids
Het sluitstuk van de reeks Meccano ligt vanaf 21 september in de schappen. Hanco Kolk toont zijn meesterschap in een van de beste graphic novels van het jaar. Meccano is een vorstendommetje aan de Middellandse Zee, waar een decadente levensstijl de boventoon voert. Het is de westerse samenleving op satirische wijze weergegeven. Kolk richt zijn tekenpen op een select groepje personages en weet op het niveau van details het grote plaatje te schetsen. Kolk vertelt een doortimmerd en origineel verhaal. Op Tarantino-eske wijze speelt Kolk met de chronologie van de gebeurtenissen en verweeft hij de plotlijnen van verschillende levens met elkaar. De belangrijkste scènes worden bij herhaling vanuit een ander perspectief belicht. Op deze manier onthult meesterverteller Kolk hoe de acties van de personages elkaars situatie beïnvloeden. Satire
Het leven in Meccano is een uitvergrootte weergave van de decadente levensstijl van de westerse samenleving; dientengevolge schuurt de vertelling tegen het absurde aan. Wanneer Miss Meccano in het openbaar bruut wordt verkracht door een winnende wielrenner die gekgeil van de anabolen niet meer weet wat hij doet, raakt ze zwanger van Céline. Vanaf de geboorte zijn moeder en dochter onafscheidelijk: letterlijk, want moeder weigert de navelstreng door te laten knippen. Ze stelt alles in het werk om haar dochter het perfecte leven te bieden. Deze blinde ambitie zet taxichauffeur Hafid ertoe aan om een diplomaat te vermoorden. De aanslag betekent het einde van een verdrag tussen christenen, joden en moslims. (Een verdrag dat in werkelijk moeilijk is voor te stellen.) Indirect veroorzaken de acties van moeder ook het uiteenvallen van het gehele vorstendommetje in duizenden kleine staatjes. Waar het streven naar geluk en vrijheid allemaal niet toe kan leiden. Trefzeker
Kolk zet de swingende, naar abstractiehangende, lijnenstijl uit eerdere delen voort. Ieder plaatje is met treffende zekerheid neergezet. De monochrome inkleuring van de prenten is sfeerbepalend. (Kleur biedt een meerwaarde die we moesten missen bij de zwart-wit uitgaven van de losse deeltjes.)Meccano: De Ruwe Gids is het vierde en afsluitende deel van een reeks waar Kolk vijftien jaar aan werkte. Toch is dit deel goed op zichzelf te lezen. Voorkennis is niet vereist. Al is de reisgids over het vorstendom (dat ongetwijfeld geïnspireerd is door plekken als Monaco, Koeweit en Dubai) aan het begin van het album een aardige toevoeging. Hanco Kolk heeft een van de origineelste graphic novels van het jaar afgeleverd.Meccano: De ruwe gids
Kolk, Hanco
Uitgeverij de Harmonie
ISBN: 9789061698289Lees ook de striprecensies over Burka Babes en S1ngle: Glamour