Laatst vertelde een goede vriend van me wat zijn favoriete Spider-Man-verhaal is. Dat soort dingen vind ik altijd leuk om te horen, want Spider-Man is mijn favoriete fictiefiguur. In mijn boek heb ik een lijst met 15 van de beste Spidey-comics ooit opgenomen.
Deze vlog gaat over dat bijzondere Spider-Man-verhaal geschreven door Bill Mantlo en getekend door Ed Hannigan. De tekeningen zijn fantastisch, en verder zit deze Peter Parker, the Spectacular Spider-Man vol met boeiende verhaalelementen, inclusief cosplayers die een superschurkenclub beginnen.
Ik heb het nog even opgezocht: Hannigan lijdt tegenwoordig aan multiple sclerose. Volgens mij maakt hij helemaal geen strips meer. Dat is heel spijtig, het is een fantastische tekenaar en coverdesigner. Zie zijn site voor meer tekenwerk.
We hebben het trouwens over nog veel meer gehad, onder andere over vloggen op YouTube en stripverhalen, maar Marcel heeft dat wijselijk bewaard voor een eventuele andere vlog. Ik vind het erg leuk dat Marcel aandacht aan mijn boek wilde besteden. Dus, Marcel, hartelijk dank!
De eerste Amazing Spider-Man-comic van Nick Spencer stelde niet teleur. Na 8 jaar Dan Slott lijkt Peter Parker weer een beetje op zichzelf. We hebben nog een lange weg te gaan en een comic is nog niet genoeg om mij gerust te stellen, maar ik heb goede hoop.
Minpunt van Amazing Spider-Man #1 (of #802) vond ik het tekenwerk van Ryan Ottley. Hoewel hij beter tekent dan Humberto Ramos, vind ik zijn stijl toch wat te cartoonesk.
Ook vind ik het idee dat Peter Parker de schurk Boomerang als huisgenoot zou hebben een beetje ongeloofwaardig. Hij is wetenschapsredacteur bij de Bugle en heeft toch twee huisgenoten nodig om de huur te kunnen betalen? Spencer geeft als reden dat Peter Boomerang zo in de gaten kan houden, maar een erg slimme oplossing lijkt me dit niet. De kans dat Boomerang ontdekt dat zijn huisgenoot Spider-Man is, lijkt me behoorlijk groot en niet op te wegen tegen de andere reden.
Verder ben ik blij dat Spencer snel lijkt af te willen rekenen met plotlijnen die door Slott zijn uitgezet. Peters leven ligt in duigen. Kingpin is de nieuwe burgemeester van New York en laat alle superhelden opjagen behalve Spider-Man. Dit zet kwaad bloed bij zijn collega-superhelden. Ook heeft Peter problemen vanwege het feit dat Doctor Octopus een tijdje Spider-Man en Peter Parker is geweest. Peter heeft dankzij Octopus zijn doctorstitel gehaald, maar omdat Octopus zijn onderzoek op zijn eigen werk baseerde, lijkt het alsof Peter plagiaat heeft gepleegd. Hierdoor verliest Peter zijn baan bij de Bugle als wetenschapsredacteur en is tante May erg in hem teleurgesteld.
In tegenstelling tot de Peter van Dan Slott, neemt deze versie de verantwoordelijkheid hiervoor zelf op en is daarmee een stuk volwassener. Peter beseft dat hij de oneerlijk verkregen titel had moeten teruggeven op het moment dat hij zichzelf weer was. In plaats daarvan hield hij de doctorstitel en het bedrijf dat Octopus oprichtte.
Peter die zich niet als mankind gedraagt zoals bij Slott is een stap in de goede (oude) richting. Dat hij zijn superkracht en slimmigheid gebruikt om erachter te komen wie er achter de invasie van ruimtewezens zit die New York bedreigt, vind ik ook erg positief. De Spider-Man van Slott kon bijna niets zelf en mindere personages moesten hem altijd uit de brand helpen. Nu is Spider-Man weer het focuspunt van de comic. En maar goed ook: de strip heet immers Amazing Spider-Man, niet Amazing bijpersonages die eigenlijk niet boeien.
Ook vond ik het tof om dit moment tussen Peter en MJ mee te maken:
Of dit werkelijk betekent dat Peter en Mary Jane weer bij elkaar komen is natuurlijk nog maar de vraag. Waarom ze weer bij elkaar brengen als Brand New Day niet teruggedraaid wordt? Nou ja, het hield de mensen van Spider-Man Crawlspace ook bezig deze week. De recensenten op die site zijn ook blij met Nick Spencer als schrijver. Net als zij kijk ik uit naar het volgende nummer.
Vroeger had Juniorpress de slogan: ‘Superhelden, maak er geen geheim van!’ En eigenlijk geldt dat voor geeks nog steeds: kom uit voor wat je tof vindt en wie je bent.
En, heb je mensen in je omgeving waar je niet jezelf kunt zijn, of die niet open staan voor andere ideeën, dan zijn dat je vrienden niet. Een les die ik recent zelf leerde.
Hoe uit jij jezelf als geek? Draag je T-shirts met je favoriete personages? Vlog of blog je? Of heb je een andere manier gevonden om je geekness te uiten?
De Amerikaanse stripmaker Steve Ditko creëerde samen met Stan Lee de superhelden Spider-Man (1962) en Doctor Strange. Recent overleed Ditko, een belangrijke tekenaar voor de Amerikaanse stripwereld. Hij werd 90 jaar.
Spider-Man is mijn favoriete fictiefiguur en Steve Ditko daarom een belangrijke stripmaker voor mij. Deze vlog gaat over het Spider-Man-werk van Steve Ditko en waarom hij na drie jaar stopte met het tekenen van deze held.
Een ode aan Steve Ditko dus. Het is altijd naar en droevig als een van je helden overlijdt. Ook al zijn ze dan 90 geworden.
Enkele vloggers volg ik met heel veel plezier. Zoals Olav Beemer en de Stripvlogger. Beide heren besteedde laatst aandacht aan de Stripdagen Haarlem.
In de aflevering van de Stripvlogger kom ik ook nog even voorbij. Marcel liep namelijk langs de stand van SubQ toen ik daar aan het signeren was. Nadat mijn sessie erop zat, zijn we met Tobi Dahmen nog even gezellig een kopje koffie gaan drinken in het festivalcafé. Wanneer Marcel in Amsterdam is, doen we vaak ook even een bakkie.
Olav Beemer maakte de Stripdagen onderdeel van zijn nieuwe WeeklyDose. Ook erg leuk aan deze aflevering is dat hij uitlegt waarom de verschillende Spider-Man-series van Juniorpress in de jaren negentig gebundeld werden tot een comic. Wie Mijn vriend Spider-Manheeft gelezen, weet ik dit al. Toch vind ik het erg interessant om Beemer hierover te horen spreken, want hij was toentertijd direct bij de operatie betrokken.
Indirect is dit dus wéér een blogpost over Spider-Man. Maar ja, dat blijft ook gewoon mijn favoriete fictiefiguur. En ik blog nu eenmaal graag over dingen die ik tof vind.
Toen de mannen van Moker Ontwerp de cover voor mijn boek Mijn vriend Spider-Man maakten, kwamen ze al snel met een hele mooie. Toch konden we die uiteindelijk niet gebruiken. In deze vlog vertel ik waarom.
Ook geef ik enkele leestips voor niet te missen boeken.
Oktober 1989 werd mijn eerste brief in een comic van Juniorpress gepubliceerd. Dat leidde uiteindelijk tot de oprichting van een superheldenclub.
Hoe dat allemaal precies gegaan is vertel ik in Mijn vriend Spider-Man, en in deze vlog toon ik de betreffende comic. Nog een goede ook, want Spektakukaire Spiderman #119 bevat een tof verhaal van David Michelinie en Todd McFarlane over Venom.
Vanwege de NUR-code staat het boek heel vaak op de stripafdeling. Dat is niet erg, maar Mijn vriend Spider-Man gaat natuurlijk over veel meer dan alleen strips. Het gaat vooral over fancultuur en wat het fan-zijn in je leven kan betekenen. Het boek zou dus ook mogen staan tussen andere non-fictie boeken over maatschappelijke thema’s of popcultuur.
Nieuwsgierig geworden naar het boek? Lees hier de flaptekst.
Op de Stripdagen Haarlem signeer ik op de stand van SubQ op zaterdag en zondag. Niet de hele dag, maar de tijden maak ik binnenkort bekent. (Zodra ik ze ook weet.) Mijn boek is dus ook daar te koop.
Vandaag is mijn 42ste levensjaar begonnen en ben ik 41 jaar oud geworden.
Ik vier mijn verjaardag eigenlijk weinig en als ik er wel iets aan doe, is dat een behoorlijk bescheiden aangelegenheid. Vanavond ga ik met Linda en Paul gezellig eten in een restaurant om de hoek waar ze goede hamburgers serveren.
Vorig jaar was 30 april de laatste dag dat ik nog aan mijn boek kon werken voordat het manuscript naar de opmaak moest de volgende dag. Er was een duidelijke en strakke deadline omdat het boek voor een bepaalde datum naar de drukker moest om de boekpresentatie te kunnen halen.
Overwerk Linda en ik hebben op mijn verjaardag achter mijn computer gezeten en de laatste hand aan de tekst gewerkt. Omdat ik van de redacteur dat weekend nog haar aantekeningen had gekregen voor de twee bijlagen in het boek, moesten die ook nog doorgenomen en gecorrigeerd worden. Het was dus een behoorlijk hectische werkdag van zo’n 12 uur. Aan het einde ervan was ik kapot, maar erg blij dat we de deadline hadden gehaald.
Toch was Mijn vriend Spider-Man: Superhelden, geeks en fancultuurhet beste verjaardagscadeau dat ik mezelf had kunnen geven. Nog steeds ben ik erg gelukkig met het feit dat het lukte dit boek te schrijven en er een uitgever voor te vinden. Mijn vriend Spider-Man maken is een van de belangrijkste dingen die ik in mijn leven heb gedaan.
Nieuw boek
Deze week begin ik met een project dat uiteindelijk mijn volgende boek zal worden. Dat hoop ik tenminste. Er zitten enkele ijzers in het vuur, maar het is nog even de vraag welke van mijn voorstellen als eerste groen licht krijgt. Net als bij Spider-Man wacht ik daar niet op, maar begin alvast met schrijven. Ik kan niet alles van tevoren plannen en dingen worden voor mij concreter door er simpelweg mee aan de slag te gaan.
Leefplezier
Een belangrijk voornemen voor de komende 365 dagen is samen te vatten met het woord leefplezier. Of levenslust. Concreet betekent dat voor mij dat de focus moet liggen op het beleven van plezier in het leven en positieve zaken. Ik wil mezelf bezighouden met projecten en dingen die me geluk brengen, in plaats van alleen maar energie kosten en mij somber stemmen.
Een stripplaatje dat dit goed voor mij representeert is deze van Spider-Man. De held neemt een ruziemakend stel mee naar een hoog uitzicht in New York om ze te laten zien in wat voor bijzondere stad ze wonen.
Het grappige aan de scène vind ik hoe Ron Frenz hier New York visualiseert. We zien niet een heel glamorous beeld van de stad, maar juist heel alledaagse, staatse dingen. Toch ziet Spider-Man juist daar de schoonheid van in. Waar je ook woont en hoe je ook leeft, maak er het beste van. De scène helpt me eraan te herinneren dat ik mijn zegeningen niet moet vergeten en dat het goed is om geregeld om mij heen te kijken naar mijn omgeving en het leven dat ik leid. En met wie ik dat doe.
Amazing Spider-Man Vol. 1 #252
Script: Tom DeFalco.
Art: Ron Frenz, Brett Breeding.
Zondag waren mijn vriendin Linda en ik in Hoorn, de stad waar ik opgroeide en waar Mijn vriend Spider-Manzich deels afspeelt.
Sinds 2009 mag ik dan in Amsterdam wonen, ik kom nog geregeld en graag naar Hoorn. Mijn moeder en een paar vrienden wonen er. En alle geesten en herinneringen van vroeger. En die moet je soms ook bezoeken.
Mijn moeder had een verrassing voor me: ze had het interview dat vorig jaar in het Noord-Hollands Dagblad stond, ingelijst. Nou had ik vorig jaar sowieso leuke interview-ervaringen, maar het gesprek met Jaap Stiemer is wel een van mijn favorieten. Een reden is dat ik Jaap al een tijd ken en dat de rollen nu eens omgedraaid waren. Een paar jaar geleden had ik Jaap namelijk geïnterviewd voor een vlog:
Het was een zomerse middag en we zaten niet ver van waar een scène van het boek zich afspeelt, namelijk vlak bij de Tuibrug waar ik als kind probeerde als Spider-Man tegen de muur te klimmen. We eindigden het gesprek op het dak van een strandtent aan het IJsselmeer waar een groot Spider-Man-beeld staat.
Op de bar van dezelfde tent kom je Spidey overigens ook tegen:
Ik vond het een erg lief cadeautje van mijn moeder. Zo liet ze zien dat ze trots is op het feit dat haar zoon een boek had geschreven.
Old Skool
Op weg naar de binnenstad liepen Linda en ik langs mijn oude middelbare school. Je raadt het al: ook een van de locaties uit Mijn vriend Spider-Man. Ik zag dat ze er een hele vleugel bij aan het bouwen zijn. Kennelijk hebben ze meer leerlingen dan ooit. Nu was de OSG geen verkeerde school om op te zitten – van alle scholen in Hoorn had je daar de meeste vrijheid, gok ik – maar ik ben blij dat ik nooit meer die tijd hoef over te doen. Al die uren in die suffe lokalen zitten, en iedereen die hetzelfde onderwijs kreeg voorgeschoteld. Volgens mij moet dat anders kunnen, waarbij je sterke punten gestimuleerd worden in plaats van dat iedereen maar hetzelfde moet kennen en weten.
Later die middag zat ik met Linda en Paul, die ik al sinds de middelbare school ken, bij het Filmhuis aan het IJsselmeer te genieten van een uitsmijter. Het is tegenwoordig een van mijn favoriete tentjes om af te spreken in Hoorn. Je zit er lekker rustig, buiten en je kunt over het water kijken. Kabbelend water heeft altijd een rustig gevend effect op mij. Gelukkig hebben we voor ons huis in Amsterdam een kanaal, waar ik dan ook graag naar kijk terwijl ik een koffie drink.
Onderweg naar het Westfries Museum liepen we langs het pand waar vroeger Videotheek West was gevestigd. Als tiener werkte ik daar parttime. Mijn liefde voor film was en is groot, en dus is de videotheek een prima werkplek. De videotheek zit tegenwoordig in een pandje tegenover het oude, en het oude pand was gevuld met rommel. Het is natuurlijk een verdwijnend verschijnsel.
Withoos
We sloten het bezoek af met de bezichtiging van de expositie Withoos meets Withoos. De 17e eeuwse kunstschilder Matthias Withoos was internationaal bekend. Zijn verre achterkleinzoon, de Rotterdamse fotograaf Hans Withoos (1962), maakte voor de expositie Withoos meets Withoos fotografische beeldbewerkingen geïnspireerd door het werk van zijn betovergrootvader. Dit uitgangspunt leverde vaak mooie nieuwe kunstwerken op. Ook fijn dat er een korte documentaire draaide waarin de kunstenaar aan het woord kwam en je hem aan het werk zag. Dat soort audiovisuele middelen verrijken een tentoonstelling zeer.
Zondag was een letterlijke trip down memory lane. Net als de expositie Withoos meets Withoos vermengde ik met dit bezoek nieuwe belevenissen in het decor van oude herinneringen. Goed leven is een kunst.