Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: De worstelrepubliek van Nicholas de Crécy

Je kunt niet van Nicholas de Crécy zeggen dat hij een luie stripmaker is. De worstelrepubliek, zojuist in Nederlandse vertaling bij Scratch verschenen, is een verhaal van 224 pagina’s. En wat een verhaal!

De-Crecy-De-worstelrepubliek_cover_NL-page-001-179x300De kleine pianohandelaar Mario is een vreemde eend in de bijt. In tegenstelling tot de rest van de familie heeft hij niets met hun maffiazaken te maken en runt op een rustige wijze de pianowinkel die hij van zijn ouders erfde. Zijn familie wordt gerund door zijn neefje, een grofgebekte baby. Dat is niet het enige opmerkelijke in de wereld die De Crécy schetst: Mario’s beste vriend is een zwijgende pinguïn die altijd op de piano speelt en het muziekinstrument door zijn klanken in beweging brengt. Als Mario wordt verraden door zijn neef en moet rennen voor zijn leven en probeert de kogels van een hoofd op een cybernetische constructie te ontwijken, krijgen ze hulp van een groep spoken en andere creaturen. Pruik is een wandelende pruik met een oog die bestaat uit het verzamelde haar van alle ongelukkige vrouwen. De mislukte wielrenner heeft lange, elastieke armen. En prinses. Zij ziet eruit als een klassiek witlakenspook en in haar lijf hopen alle ziekten van de wereld zich op. Deze creaturen en hun vreemde krachten komen goed van pas als de handlangers van de familie, een groep worstelaars, het tegen Mario en zijn vrienden opnemen.

Vreemde wezens en surrealistische taferelen zijn we wel van De Crécy gewend. Eerder maakte hij Dagboek van een spook en IJstijd. In dit laatste album lopen welbespraakte,genetisch gemanipuleerde honden rond.

Euro-manga?
De Franse stripmaker maakte De worstelrepubliek  in opdracht van het Japanse blad Ultra Jump waar het in delen werd voorgepubliceerd. Een unieke kans om een manga-achtige strip te maken. ‘Tot dan toe waren de Japanners vooral exporteurs van hun eigen manga’s geweest. Ik kreeg nu de kans de verhoudingen om te keren en te laten zien waartoe de Franse strip in staat is. Het is natuurlijk maar een experiment op bescheiden schaal, maar het geeft wel aan dat Japan zich meer openstelt voor invloeden van buitenaf,’ vertelt De Crécy in het nawoord. Hoewel het een relatief dik boek betreft, blijft De Crécy dicht bij de tekenstijl die we van hem gewend zijn. Hij heeft dus niet echt gebruik gemaakt van de grammatica van de manga-strip. Niet dat dit erg is. Inhoudelijk heeft De Crécy wel rekening gehouden met de Japanse cultuur door gebruik te maken van de shinto-mythologie van geesten en godheden en door de maffia een prominente rol in het verhaal te geven. De yakuza is namelijk groot in Japan. Toch, als het niet vermeld stond in het nawoord, had ik De worstelrepubliek nooit met manga geassocieerd.

De-Crecy-De-worstelrepublie

De spoken en geesten die aan de kant van Mario staan, fungeren als spiegelbeeld voor de worstelaars in dienst van de maffia. Het is zwakheid versus kracht en het is verrassend om te lezen hoe zwakheid uiteindelijk zegevierend uit een strijd kan komen. Toch stemde het einde van het boek mij bedroefd. De Crécy biedt een hoofdpersonage dat schijnbaar niets van zijn ervaringen leert, noch een afgerond einde, wat een onaf gevoel geeft.

Toch heb ik me vermaakt met deze striproman. Ik kan namelijk erg genieten van de vrolijke kolder die De Crécy de lezer voorschotelt. De zwart-wittekeningen, in een krasserige snelle stijl, zijn lekker dynamisch en geven het verhaal vaart. Daarbij zijn de spookachtige creaturen leuk ontworpen en vermakelijk om in actie te zien. Dat alles compenseert wat mij betreft een gebrek aan diepgang.

Kortom, De worstelrepubliek is prima leesvoer voor wie eens zin heeft in iets anders.

Nicholas De Crécy. De worstelrepubliek.
Uitgeverij Scratch, € 24,90. Er is ook een luxe-editie van €49,90

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: In Real Life

There’s more than meets the eye in In Real Life, a little moral story about online gaming.

In-Real-Life-cover_02Teenager Anda just moved from San Diego to Flagstaff but has no problem fitting in with the other smart and nerdy kids in high school. Anda loves playing Coarsegold, an online multiplayer role-playing game where she spends most of her free time. Within the game-environment she can be a very skilled female warrior and meet people from all over the globe. At first she teams up with Lucy aka Sarge to make extra money by stopping and killing gold farmers: players that collect valuable objects and then sells them to other players for money. This behavior is against the rules of Coarsegold, but when Anda befriends one of these gold farmers, she discovers he’s a poor Chinese kid who works 12-hour days within the game to make some money. All of a sudden the questions about what is considered right or wrong are not as clear as they used to be.

Cory Doctorow, Boing Boing editor and writer of successful science fiction books, shows with In Real Life that actions within the virtual world are connected to what happens to us in the real world. As he explains in the introduction: ‘I hope that readers of this book will be inspired to dig deeper into the subject of behavioral economics and to start asking hard questions about how we end up with the stuff we own, what it costs our human brothers and sisters to make those goods, and why we think we need them […] It’s not surprising that gamespace has become a workplace for hundreds of thousands of “gold farmers” who undertake dreary, repetitive labor to produce virtual wealth that’s sold to players with more money and less patience than them.’

in_real_life_02
Anda as her game persona.

All this may sound a bit preachy and although In Real Life might be considered what we call a moral story, Cory Doctorow and artist Jen Wang never stuff their message down your throat. Instead they’ve created an entertaining comic book that will appeal to young adults, and especially gamers. I believe it will create a superficial awareness of the workings of behavioral economics. However, it would have been nice if the book included some suggestions for further reading.

Writer/Artist Jen Wang (Koko Be Good) uses a very recognizable and accessible drawing style that could be characterized as Disney meets Manga for In Real Life. The book is actually an adaptation of a short story by Doctorow. He and the artists worked very closely on the script for the comic.

in_real_life

Wang contrasts the real world and the fantastical environment of the online game by using earthly, brownish and reddish colors for the former and bright colors for the latter. In an interview with Comics Alliance she explained her approach to the coloring of the story: ‘Since I was drawing the real life and Coarsegold scene similarly, the best way to separate the two was to color them differently. From Anda’s perspective her real life is dull and uninteresting, so all those scenes have a brown filter over it. It’s not so gross or depressing as to be a grey or blue, but definitely something that’s down to earth and homogeneous. The Coarsegold scenes, in contrast, have a multi-colored layer on top of the normal color layer, so everything’s just a little extra saturated and textured.’

This review was written for and published on the wonderful blog of the American Book Center.

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: Low, vol. 1 – The Delirium of Hope

If we can believe Rick Remender’s and Greg Tocchini’s Low, vol. 1: The Delirium of Hope, the future of mankind seems bleak. The sun’s premature expansion has irradiated Earth, and humanity has fled to the lowest depths of the seas, hiding within radiation-shielded cities.

For millennia mankind has been hiding in the cities with no hope of finding a new planet to inhabit. People have given up hope that one of the probes in outer space will ever find another place to stay. Except for Stel Caine, who believes there is a life-supporting planet out there. Stel never gives up hope.

Low_coverStel’s husband Johl Cain is the last helmsman of the city of Salus. When the family goes out in their ship so Johl can train his two daughters to become helmsmen as well, they are raided by a group of pirates. Their leader is the infamous Rolm who has a personal score to settle with the Cains. The pirates leave Johl for dead, steal the helm suit and kidnap the daughters, for only the Cain family’s DNA will activate the helm. Now, ten years later only Stel and her son are left. When a probe returns from space and crashes on Earth’s surface, Stel is convinced it contains information about a inhabitable planet. Determined she sets out to travel to the surface to reclaim the probe, taking her reluctant son with her on what is basically a suicide mission.

In a few months the air in the city will be toxic because of being recycled too many times, and therefore all inhabitants are dead meat anyway, so they haven’t got a lot to lose. At least, that’s what Stel thinks.

Rick Remender, scribe of titles such as Black Science, Deadly Class, Venom and Uncanny X-Force, gives us a bleak picture of humanity. Being on the brink of dying of bad air, the Senate has resorted to a lifestyle full of debauchery and self-indulgency, waiting for the coming end. Meanwhile, in the third underwater city the doomed population is entertained by gladiators fighting in the arena, while being controlled by their dictator Rolm. Even Stel’s son Marik turns out to be a bad seed, he’s a junkie cop that abuses prostitutes. Within all this despair, Stel keeps believing there is a better future and mankind can be saved. This element in the story I particularly liked: a female protagonist that remains positive against all odds.

As Remender explains in his foreword: ‘Now I realize that in fifteen years I’ve never once written an optimistic character. […] A perfect character to examine the notion of that it’s not what happens in life that defines us, but how we choose to deal with it.’ To make this philosophical point concrete, Remender is joined by frequent collaborator Greg Tocchini. Tocchini’s art looks like the figures are put to paper in just a couple of well-placed strokes, giving the work an impressionistic quality and vivacity. The bright, warm colors contrast with the bleak picture of humanity that Tocchini depicts making all the harsh occurrences of this science fiction tale a little bit easier to stomach.

‘Low’ page, taken from Greg Tocchini’s blog
‘Low’ page, taken from Greg Tocchini’s blog

I recommend this comic for anyone who wants to read a science fiction story that is somewhat different, that has captivating twists and turns that keep the reader on his toes, an arresting visual approach, and an interesting female lead character. Low, volume 1: The Delirium of Hope contains the first six episodes and was recently published by Image Comics. The monthly series still continues. The tenth issue is scheduled for a September release.

This review was written for and published on the wonderful blog of the American Book Center.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Het paradijs verloren

Pablo Auladell maakte een overbluffende en meeslepende stripbewerking van Paradise Lost van John Milton. Een aanrader voor de liefhebber van prachtige stripromans.

Dichter John Milton (1608-1674) geldt als een van de belangrijkste schrijvers uit de Engelse literatuur. Zijn Paradise Lost is een beroemd gedicht uit de zeventiende eeuw dat hij schreef tussen 1658 en 1663. Dit epische gedicht bestaat uit 10.000 versregels en behandelt het verhaal van de zondeval: de uitdrijving van Adam en Eva uit het paradijs, nadat ze de vruchten van de boom der kennis hebben genoten, juist datgene dat God hen verboden heeft. Zoals iedere westerling met oppervlakkige kennis van de Bijbel wel weet, was het Satan die Eva ertoe verleidde om de appel uit de boom te eten, waarna Adam al snel in de voetsporen van zijn geliefde trad. Milton maakte Satan tot de hoofdrolspeler van zijn epische gedicht en eigenlijk maakte hij een soort antiheld van hem en de drijvende kracht in de plot. Paradise Lost is dus vooral het verhaal van Satan, en het is daarom dat critici zich toentertijd afvroegen of Milton wellicht vraagtekens zette bij de macht van de kerk.

Hoed op voor Satan.
Hoed op voor Satan.

Pablo Auladell (Alicante, 1972) illustreerde sinds 2001 al een vijftigtal boeken die voornamelijk in het Spaans zijn verschenen. In 2006 won hij tijdens de Saló del Cómic in Barcelona de prijs voor nieuw talent voor zijn strip La Torre Blanca. Het paradijs verloren is zijn belangrijkste werk tot nu toe.

Lange geschiedenis
In 2010 kreeg Auladell van uitgeverij Huacanamo, die voornamelijk poëzie uitgeeft, de opdracht een beeldroman te maken van het beroemde gedicht van John Milton. Die strip is het eerste hoofdstuk Satan geworden. Daarna stond het project een tijdje stil totdat de digitale uitgeverij Minos de illustrator vroeg verder te gaan. Auladell deed nog eens drie jaar over de resterende drie hoofdstukken. Het resultaat van al die moeite, mag er zijn.

Ik geef toe: het origineel van Milton heb ik nooit gelezen, maar mijns inziens kan ik het boek daarom volledig op zijn eigen merites beoordelen zonder mezelf genoodzaakt te zien om een de bron met de adaptatie te vergelijken. Poëzie is nu eenmaal niet mijn afdeling, noch is de Bijbel mijn favoriete boek. In tegendeel zelfs: de wereld zou beter zijn zonder al die heilige boeken, daarvan ben ik overtuigd. Die overtuiging wordt alleen maar versterkt door de striproman van Auladell, die een prachtig verhaal vertelt op een meeslepende wijze gevisualiseerd dat je tot de laatste bladzijde geboeid blijft lezen.

Hemeltje.
Hemeltje.

Meeslepend
Auladell weet niet alleen abstracte begrippen als hemel en hel effectief en concreet te visualiseren, hij maakt ook echte personages van de hoofdrolspelers. Je kunt niet anders dan met Satan meeleven: de aartsengel komt in opstand nadat God zijn engelen aan zijn zoon heeft voorgesteld. De maat is vol wat Lucifer betreft en hij heeft geen zin om zich ook nog eens aan de zoon te moeten onderwerpen. Samen met zijn leger trekt hij ten strijde tegen het leger van God. Lucifer en zijn aanhangers worden verslagen en naar de hel verbannen. Daar verzint Satan/Lucifer op wraak en besluit een wig te drijven tussen God en zijn creatie de mens.

De mens, Adam en Eva, zijn door God geprogrammeerd om hem lief te hebben en gehoorzaam te zijn, alleen dan zullen ze geluk ervaren. Gelukkig hebben ze nog wel van hem vrije wil gekregen, en als Satan Eva verleidt tot het eten van een vrucht van de boom der kennis, kiest ze daar dus voor. Eigenlijk zou je kunnen zeggen dat de mensheid beter af is. God straft Adam en Eva weliswaar door ze uit het paradijs te laten smijten en sterfelijk te maken, maar daarmee zet het duo ook een stap richting onafhankelijkheid. Alsof de kinderen het ouderlijk huis verlaten en daarmee de verstikkende invloed van een veeleisende vader de rug toe keren.

paradijs_verloren_pagina_152

Het uiterlijk van de personages deed mij denken aan acteurs uit klassiek theater of de opera, maar met dit verschil dat de visuele vertelling niet theatraal aanvoelt, maar juist zeer meeslepend en levendig is, bijna alsof je naar een (Hollywood)film kijkt. Bij het lezen lijken de platen tot leven te komen. Een knappe prestatie. Auladell is geen slaaf van Miltons tekst: die tekst zien we alleen terug waar dat nodig is, verder volgt de illustrator juist de klassieke regel show don’t tell.

Dictator
God beeldt hij uit als een wat vadsige dictator die heerst over zijn rijk en absolute devotie eist. Gods wil is duidelijk wet, wie dat niet bevalt, krijgt met zijn leger te maken. Over zijn zoon zegt hij: ‘Vandaag heb ik mijn enige zoon verwerkt! Ik heb hem aangesteld als jullie leider en heb gezworen dat iedereen in de hemel voor hem zal knielen en hem als meester zal erkennen! Wie hem niet gehoorzaamt, gehoorzaamt mij niet en zal uit de gelukzaligheid worden geworden en eeuwig zonder verlossing in de duisternis doorbrengen.’ Saddam Hoessein had het waarschijnlijk niet beter kunnen zeggen.

Je krijgt hierdoor veel sympathie voor Satan die de opstand tegen God verpakt als een strijd voor zelfbeschikkingsrecht. De heilige oorlog die in de hemel wordt uitgevochten is spectaculair en zou het storyboard kunnen zijn voor een film van Peter Jackson (Lord of the Rings) of Wolfgang Petersen (Troy).

Auladell gebruikt zwart houtskool en zacht potlood. In deze video kun je zien hoe hij te werk gaat als hij Adam en Eva in de beruchte appel-eet-scène visualiseert:

en deze:

Het paradijs verloren is in een prachtige harde kaft uitgegeven door uitgeverij Sherpa. De luxe uitgave is inclusief leeslint.

Hardcover, 320 pagina’s kleur | ISBN 978-90-8988-082-6 | € 39,95

Het album is ook verschenen in een gelimiteerde oplage van 75 exemplaren met afwijkende cover, linnen rug en piezografie gesigneerd door de auteur. | ISBN 978-90-8988-084-0 |
€ 75,00.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Hara Kiwi #11

Al eerder heb ik de loftrompet over Lectrr gestoken, maar ik moest door Hara Kiwi #11 weer zodanig schaterlachen, dat ik deze cartoonbundel toch even zal bespreken.

Over humor schrijven is lastig: het fenomeen is moeilijk te duiden en bovendien hangt het helemaal van je smaak af of je iets leuk vindt of niet. De Vlaamse cartoonist en stand-upcomedian Lectrr heeft echter met Hara Kiwi #11 een ijzersterke bundel afgeleverd die zelfs de grootste zuurpruim zal verzoeten. Iedere cartoon is raak.

Lectrr maakt droge woordgrappen, slimme filmverwijzingen, interessante grafische punchlines en soms komt hij met lekker ouderwetse, seksistische gekheid. En dat alles in één plaatje waarin alleen het nodige getekend is, en een beetje tekst: Lectrr is een waar vakman.

lectrr_periscoop lectrr_ingebeelde_vriendHij is dan ook heel wat jaartjes al de huiscartoonist van de krant De Standaard, waarvoor hij actuele cartoons maakt waarin hij heilige huisjes niet schuwt en vaak de vinger op zere plek legt en dan nog even doorduwt, zoals het een goed cartoonist betaamt. Deze cartoons worden overigens niet in de Hara Kiwi-bundels opgenomen. Deze over Sinterklaas moet je dus missen:

lectrr_sinterklaasCheck daarom vooral ook Lectrrs website en twitteraccount, want daar publiceert hij geregeld vers werk. En mocht je de bundel aanschaffen, koop er dan meteen twee, want die uitgaven zijn bij uitstek een slim cadeautje voor feest- en verjaardagen.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Tin Lizzie #1 – De mooiste van Ponchatowla

Het stripalbum Tin Lizzie #1: De mooiste van Ponchatowla biedt fijn en onschuldig vermaak.

tin_Lizzie_01De bewoners van Ponchatowla, Mississippi kijken in de zomer van 1908 hun ogen uit als de eerste automobiel van het dorp van de radarboot wordt getakeld. De nieuwste aanschaf van kolonel Lebey wil hij laten ombouwen tot tractor om dienst te doen op zijn plantage. Een taakje dat zijn voorman Rhod moet uitvoeren, maar zodra de kolonel en zijn vrouw een weekje weg zijn, reist deze samen met Jake Lebey, de 11 jarige kleinzoon van de kolonel, met de auto af naar New Bay. Daar woont een oude geliefde van Rhod die inmiddels een rijzende ster is. Het wordt voor Rhod, die tamelijk onhandig is wat vrouwen betreft, nog een hele klus om haar hand te winnen. De auto, die van Rhod de naam Tin Lizzie heeft gekregen, speelt hierin een cruciale rol.

Tin Lizzie: De mooiste van Ponchatowla ontbeert weliswaar grote verrassingen, maar is verder een vrolijk en aangenaam avontuur dat met name jonge lezers goed zal aanspreken. Tekenaar Dominique Monféry hanteert een geanimeerde, karikaturale tekenstijl die mij deed denken aan de stijl van Disney-animaties. Niet zo gek, want de tekenaar en scenarist Thierry Chaffoin hebben in het verleden voor Disney gewerkt. De inkleuring van Julia Weber geeft de illustraties een enigszins schilderachtig tintje en verhogen de nostalgische sfeer.

Tin Lizzie_01_paginaHet verhaal beslaat twee albums waarvan het eerste recent werd uitgegeven door Gorilla Avonturenstrips, het label van Strip2000. Deel 2 verschijnt in september.

Thierry Chaffoin & Dominique Monféry. Tin Lizzie #1
Strip2000, Hardcover €14,95

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: De onwetenden

Stripmaker Étienne Davodeau weet niet veel van de wijnwereld en zijn vriend Richard Leroy, een wijnbouwer, weet eigenlijk niets over het beeldverhaal. Daarom stelt Davodeau het volgende voor: hij loopt een jaar mee in de wijngaard van Leroy om te leren wat erbij het wijn maken allemaal komt kijken. Leroy krijgt strips als huiswerk te lezen en samen bezoeken ze de uitgeverij en collega’s van Étienne en enkele stripbeurzen. En passant leert de lezer door De onwetenden dus ook over beide werelden een hele boel.

Dat is voor mij de meerwaarde van het lezen van deze striproman. Ik weet eigenlijk niets over wijn. Als ik een fles of glas van dat spul zie moet ik aan Fransen denken die met hun blote voeten in emmers druiven stampen, en dan heb ik eigenlijk geen trek meer. Inmiddels weet ik na het lezen van deze striproman veel meer. Onder andere dat de druiven tegenwoordig gewoon door een machine geperst worden, maar ook hoe ambachtelijk het verbouwen van wijn eigenlijk is, zeker als je dat zoals Leroy op een biologisch-dynamische wijze doet. Dat is net zo ambachtelijk als het maken van stripverhalen. In hun passie en doorzettingsvermogen vinden de twee mannen elkaar dan ook.

Als stripliefhebber vind ik het natuurlijk erg interessant om de gesprekken tussen Leroy en stripmakers als Jean-Pierre Gibrat, Marc-Antoine Mathieu en Emmanuel Guibert te volgen. Die gesprekken leveren inzichten op in de methodiek en denkwijzen van de makers en dat is natuurlijk smullen.

De_Onwetenden_CoverNiks
Niet alles wat Leroy te lezen krijgt, valt bij hem in de smaak. Watchmen van Alan Moore en Dave Gibbons vindt hij maar niks en het werk van Moebius doet hij af als: ‘Het is niks. Ik vind het niet goed. Zijn planeten, zijn beesten, zijn hersenspinsels, al dat gedoe, pfff… Het is… vermoeiend…’ Een opmerking waar ik hartelijk om moest lachen, want daar zou de goegemeente toch wel even van schrikken. Eigenlijk zou wijnbouwer Leroy een blog over strips moeten beginnen, dat zou de boel aardig opschudden, vermoed ik. Het is fijn om eens ‘van een gewone’ man te horen wat hij vindt van klassieke strips en hun makers, dat haalt de kenners weer even uit hun tunnelvisie en vastgeroeste aannames.

Het is jammer dat Davodeau naast het opvoeren van zijn collega’s niet ook hun werk toont. Nu wordt er gesproken over strips, terwijl we er geen voorbeelden van zien. Dat maakt de boeken van Scott McCloud namelijk zo goed, dat hij het over strips heeft en dan ook een of twee plaatjes laat zien, wat zoveel meer duidelijk maakt. Alleen het werk van Moebius en Lewis Trondheim komen in het boek voor. Trondheim stuurde namelijk zelf een pagina in om Leroy uit te leggen waarom hij zichzelf in zijn autobiografische strips met een snavel tekent. Als Davodeau wat meer van het andere stripwerk had laten zien, had dit een nog beter en completer boek gemaakt.

Maar los daarvan, heb ik me bij het lezen van De onwetenden goed vermaakt. Het boek is een onderhoudend en informatief relaas voor iedereen die meer over wijn en strips wil weten.

Étienne Davodeau. De onwetenden
Uitgeverij Scratch Books, 272 pagina’s, € 27,90

Categorieën
Boeken Striprecensie Strips

Recensie: Pelgrim of niet?

Judith Vanistendael maakte de voetreis naar Santiago de Compostela die ieder jaar wordt afgelegd door duizenden pelgrims, gelukzoekers en wandelaars. Haar dagboekaantekeningen zijn nu door Oog & Blik/De Bezige Bij uitgebracht.

Wie zijn vakantie thuis viert, kan altijd reisboeken gaan lezen om in de voetsporen van andere reizigers weg te dromen. Zelf ben ik nogal gecharmeerd van Carnet de voyage, het reisdagboek van Craig Thompson dat hij in 2004 bijhield toen hij drie maanden lang door Frankrijk, Barcelona, de Alpen en Marokko reisde. Er staan prachtige tekeningen in en een persoonlijk verslag van zijn reis dat het particuliere overstijgt en dus ook voor de lezer interessant is. Ik heb het reisverslag van Maaike Hartjes en Mark Hendriks over Hong Kong ook met veel plezier gelezen, evenals de boeken van Guy Delisle, die geregeld in andere oorden in de wereld verblijft. Door die boeken leer je andere culturen beter kennen en leer je iets over vreemde landen. Dat is bij Pelgrim of niet? Een voettocht naar Santiago niet het geval.

Judith Vaninstendael is een getalenteerd stripmaker. Ik vond haar De maagd en de neger goed, en Toen David zijn stem verloor vind ik een prachtige strip over wat het effect is als een naaste doodziek wordt. Ze vertelt hoe ieder op zijn eigen wijze omgaat met de naderende dood. Toen ik haar over dit boek interviewde vertelde Judith: ‘Ik ben niet zo van “De Grote Waarheid”. Wat ik boeiend vind aan fictie is dat je verschillende waarheden kunt weergeven, verschillende realiteiten en visies. Ik denk dat het me daarom zo aanspreekt. Maar in het volgende boek doe ik dat niet meer, want het is heel veel werk.’

Je zou kunnen zeggen dat Pelgrim of niet? Een voettocht naar Santiago een kleine waarheid is, Judiths waarheid. Het is een verzameling van indrukken en introspecties van Vaninstendael, die zich op haar reis voornam iedere dag een illustratie te maken.

Soms leidt dat tot een belangrijk inzicht:

pelgrim-1Ik had soms wel moeite om Vanistendaels schoolschrift te lezen. Vooral de aantekeningen in de illustraties.

Pelgrim of niet? Een voettocht naar Santiago geeft een aardige indruk van wat je meemaakt als je een wandeling van 900 kilometer onderneemt. Sommige illustraties vind ik mooi, anderen vooral functioneel: ze zijn er om een detail van de reis weer te geven, maar springen er qua compositie of uitvoering niet uit.

Deze illustratie bekoort mij in het bijzonder omdat het enerzijds zo alledaags tafereel is, maar door de bergen op de achtergrond iets romantisch of dromerigs krijgt:

pelgrim-waslijnDat gezegd hebbende en zonder Vanistendaels ervaring te willen bagatelliseren, vind ik het resultaat voor mij als lezer enigszins mager. De vertelling blijft mijns inziens te veel in het particuliere hangen en heeft voor deze lezer daarom weinig zeggingskracht. Het is vooral een leuk boekje voor bekenden van Vanistendael en mensen die zelf deze tocht hebben ondernomen. Ik hoop daarom ook dat Vaninstendael binnenkort weer met een goed stripverhaal komt.

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: MPH by Mark Millar and Duncan Fegredo

Mark Millar is one of my favorite current comic book writers. The Scottish scribe (born 1969) always comes up with promising high concepts that deliver most of the time. Millar is the co-creator behind titles such as Kick-Ass (which I reviewed earlier), Wanted, The Secret Service and Marvel’s Civil War. If some titles sound familiar to you that may be because most of his creator-owned series have been adapted for the silver screen or will be in the near future.

mph-coverMPH is a five-part limited series recently collected in one trade paperback published by Image Comics under Millar’s own label Millarworld. The science fiction comic revolves around Roscoe, a 19 year-old drugs runner that hopes to get out of the slums of Detroit and build himself a business. During a drug deal Roscoe gets busted and goes to jail. He’s a model prisoner, counting on his good behavior to reduce his sentence. However, when Roscoe discovers he’s been framed, he takes a special drug he has been offered. This special drug, called MPH, gives Roscoe the power to move really fast. While under the influence of the drug, it seems time and everyone else stands still which makes escaping the high guarded prison easy.

Roscoe, together with his best friend, his girlfriend, and her younger brother decide to use the remaining pills to rob as many banks as possible. This isn’t just their ticket out of the slums of Detroit, it is also their way of getting back at the bankers and other bastards that bankrupted the city in the first place: ‘We knew it was wrong but it felt so good to pick the pockets of all of those fat cats that crippled Detroit. The banks that stopped our lines of credit, the crooked politicians that sold us down the river, the car companies that outsourced jobs and left us with nothing but drugs and American Idol. They took us from being an industrial powerhouse to half the city upping and leaving us with over eighty thousand empty buildings. It’s only right we got a little payback for those three generations of corruption and neglect,’ are Roscoe’s thoughts on their actions. And really, who could blame them?

By anchoring MPH in contemporary America, in which a lot of regular folks are crippled financially by the economic crisis, Millar not only tells a relevant story, he also writes characters whose motives are understandable and hard to argue with, especially when the thieves act like modern-day Robin Hoods and start to distribute part of their takings amongst the poor and jobless.

Of course, there’s trouble on the horizon: not only will they run out of pills, the teens will also have to fight Uncle Sam and a mysterious guy who seems to know an awful lot about the drugs and Roscoe and his partners. I don’t want to spoil the story too much, so let’s just say Millar has some nice twists and turns in store before this adventure comes to a well-rounded end.

MPH_page

British artist Duncan Fegredo is MPH‘s co-creator and delivers realistic and vibrant art for the comic. Fegredo really gets across the contrast between the fast-moving thieves and the world around them, which is not an easy feat in a medium consisting of static images.

MPH reads like a fast-moving and very enjoyable movie, so I wouldn’t be surprised if we can revisit these characters in the cinemas soon.

This review was written for and published on the wonderful blog of the American Book Center.

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review: Locke & Key, vol. 1 – Welcome to Lovecraft

Locke & Key #1: Welcome to Lovecraft is a quality book. Joe Hill and Gabriel Rodriguez treat the reader to a captivating and well-executed supernatural thriller that you’ll want to read in one reading session because it’s a real page-turner.

locke_key_coverReader, be warned, though: this series is very addictive. Most comic book stories seem to be never-ending. Such is the nature of comics. Sometimes this annoys me, because I like to have closure from time to time. Maybe that’s why I like graphic novels so much because, when you reach the end of the book, it usually also means the story is finished. The series Locke & Key was published in comics format from 2008 through 2013. Right now it is finished. Welcome to Lovecraft is the first trade paperback of six. So basically Locke & Key reads like a graphic novel in six installments.

The series revolves around the Locke family. After the brutal murder of the father, the three siblings and their mother move to their ancestral home in Lovecraft, New England. The mansion is called Keyhouse and has magical keys and doors, giving the bearers of the keys magical powers. For instance, one of the keys gives you the power to temporarily die and turn into a ghost. Another key changes your sex. The Locke family will soon will find out that a devious demon, kept captive on the grounds, also has its eyes on the keys and is willing to shed blood to get them.

locke&KeyAuthor Joe Hill (yes, Stephen Kings’ son and author of Wraith, which I reviewed a while ago) gives an original twist to the haunted house theme and treats us to very rounded and likable characters. The three Key kids have a hard time dealing with the murder of their father and all of them do this in their own way. These characters imbue the horror story with a lot of heart.

The horror and violence in Locke & Key feel real and are not for the faint of heart. Gabriel Rodriguez‘s art style is very lively, consisting of stark, clear lines. It’s just cartoony enough to take some of the edge off of the depicted violent actions.

Locke-and-Key-demonI wonder if an adaptation of the comics will be as graphically violent. Several years ago, Fox ordered a TV series pilot based on Locke & Key. The pilot was made, but the network decided to pass on the series. However, Universal is developing a movie adaptation at the moment. Locke & Key has won numerous awards, including an Eisner Award in 2011 for Joe Hill as Best Writer and the 2012 British Fantasy Award for Best Comic or Graphic Novel.

The Locke family might live in a harsh world, but it also contains a lot of magic. To me, Locke & Key is just that: comic book magic. I’d like to recommend you step through the door to enter this dark, but fascinating world. I enjoyed every page.

A special Locke & Key Master Edition, collecting the first two story arcs, was published earlier this month.

This review was written for and published on the wonderful blog of the American Book Center.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: De krabbenmars van Arthur de Pins

Mocht je deze zomer aan het strand wat willen lezen, dan is De krabbenmars lekker luchtig en thematisch verantwoord leesvoer.

In de kloeke uitgave De krabbenmars trakteert stripmaker Arthur de Pins de lezer op een smakelijk verhaal waarin de krabbensoort Cancer Simplicimus Vulgaris, oftewel de platkrab, de hoofdrol speelt.

De soort is door een vreemde gril van de evolutie niet in staat zich te draaien en kan dus maar één kant uitlopen. Een krabje is dus zijn hele leven tot dezelfde route veroordeeld en zal zich voor altijd zijwaarts voortbewegen. Tenminste, totdat een van hen in een moment van pure doodsangst een draai maakt en ontdekt dat hij niet langer is verbonden aan die eeuwige rechte lijn. Dat veroorzaakt nogal rumoer onder de krabben: er zijn er die voor verandering zijn, maar er zijn er ook die alles bij het oude willen houden. Er ontstaat een heftige onderlinge strijd, die niet alleen de evolutie van deze soort bepaalt, maar ook gevolgen heeft voor het ecosysteem van het kustplaatsje Royan in Frankrijk. De kleine krabbenrevolutie heeft uiteindelijk ook invloed op de menselijke bewoners aan de kust en die mensen spelen ook een rol in de strip. We volgen onder andere twee documentairemakers die gefascineerd zijn door de krabben en actievoerders van Greenpeace die protesteren tegen een oliepijpleiding.

krabbenmars_cover

Animatiefilm
De graphic novel komt voort uit een plan voor een animatiefilm en begon als storyboard voor die film. En die lange animatiefilm komt weer voort uit enkele korte films die De Pins maakte. Achterin het boek is een aardig dossier opgenomen met achtergrondinformatie, schetsen en archiefmateriaal, waarmee De Pins het een en ander toelicht over zijn luchtige, sociale satire:

‘Iedereen kan in mijn krabben projecteren wat hij wil; zo hoorde ik sinds de tekenfilm al heel wat verschillende interpretaties: sommigen zien er een verwijzing in naar de klassenstrijd; anderen interpreteren het als een reflectie op religie… En in Japan blijken mensen het te zien als een parodie op de arbeidsverhoudingen in hun land, zo vertelde een Japanse me. Voor mij symboliseren de krabben die in een rechte lijn lopen een soort van mentale starheid, of luiheid. En tot overmaat van ramp blijken sommigen ook trots te zijn op die rechtlijnigheid!’

krabbenmars_01
Contourloos en kleurrijk
Misschien ken je het werk van Arthur de Pins van strips als Schatjes en Zombillenium. De Pins hanteert een toegankelijke tekenstijl met doorgaans schattig uitizende, geanimeerde personages. De Pins tekent digitaal en gebruikt het programma Illustrator. Zijn tekeningen zijn contourloos en zitten vol met levendige kleuren. In De Krabbenmars probeerde hij een retrosfeertje te creëren die verwijst naar het werk van Saul Bass, Edmon Kiraz en Miroslav Sasek. Het verhaal speelt dan ook in het verleden, namelijk de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, waar hij tot in zijn zeventiende jaar al zijn vakanties aan de kust van de Charente doorbracht.

Uitgeverij Silvester Strips bracht een mooie, hardcover editie uit van De krabbenmars met een prima vertaling van Frederik Van Wonterghem.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938

In de biografische striproman Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938 wordt het leven van blueslegende Robert Johnson verhaald. Mooi op papier gezet door Mezzo, maar het verhaal van J.M. Dupont is helaas oppervlakkig.

Robert Johnson werd slechts 27, liet een twintigtal songs na en heeft slechts twee opnamesessies in zijn leven bijgewoond. Toch wordt hij beschouwd als een van de invloedrijkste bluesartiesten aller tijden. Hij inspireerde onder andere the Rolling Stones, Bob Dylan, Eric Clapton en the White Stripes, die allen veel succes hebben gehad of hebben in de popmuziek.

Over Johnson gaat het verhaal dat hij een deal sloot met de duivel en dat hij in ruil voor zijn ziel uitmuntend gitaar kon spelen. In Love in Vain is het Satan zelf die deze mythe ontkracht – hij is tevens de verteller van deze strip.

De bluesmuzikant werd vergiftigd tijdens een optreden, waarschijnlijk door een rivaal in de liefde. Hoewel hij dat overleefde, stierf hij enkele dagen later aan longontsteking die zijn door drank en syfilis verteerde lijf de das omdeed.

love_in_vainSchoolse samenvatting
Scenarist Jean-Michel Dupont doet verslag van Johnsons relatief korte leven, van de wieg tot het graf. Goed gedocumenteerd en degelijk. De vertelling leunt zwaar op captions die als rode draad de ultrakorte scènes aan elkaar rijgt. Hoewel dit resulteert in een aardige samenvatting, blijft Robert Johnson hierdoor een personage waarover verteld wordt zonder dat hij echt tot leven komt. Dupont observeert Johnson van een afstand en hierdoor wordt hij nooit een personage dat we goed leren kennen of wiens motivaties of zielenroerselen we begrijpen, simpelweg omdat we daar geen toegang tot krijgen. Love in Vain blijft dus aan de oppervlakte zweven, iets waar meer biografische strips last van hebben, zoals de striproman over Robert Moses die ik eerder recenseerde.

Burns
De sterke tekeningen van Mezzo (De vliegenkoning) weten de aandacht vast te houden en zijn bijna allemaal individueel in te lijsten en aan een muur te hangen. Mezzo’s stijl doet mij erg denken aan die van Charles Burns. Die werkt ook in zwart-wit en in zijn tekeningen voeren grote zwarte vlakken ook de boventoon. Achter in het boek zijn songteksten van Johnson opgenomen. Deze teksten worden vergezeld van sfeervolle houtskooltekeningen van Mezzo, zoals deze:

love_in_vain_2Love in Vain is een mooi verzorgde uitgave van Sherpa die geïnteresseerden in bluesmuziek en Robert Johnson in het bijzonder, niet mogen laten liggen.

J.M. Dupont & Mezzo. Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938.
Uitgeverij Sherpa, € 24,95.
Er is ook een editie met gesigneerde ex libris, verkrijgbaar voor €39,95.

https://www.youtube.com/watch?v=qpevZxy5398