Categorieën
Mike's notities

De perfecte zondag van René van D.

Ik knipperde wat met mijn ogen. Wreef er even goed in met gebalde vuistjes. Keek nog een keer naar mijn beeldscherm. Naar het mailtje dat binnengekomen was. Bevriend freelance-schrijver Mike van Mike’s Webs had wat mensen aangeschreven of ze niet iets over hun ideale zondag konden schrijven, en ik was een van de geadresseerden. Het bevreemdende besef zonk in dat mijn weekenden in een jaartje nachtburgemeesterschap toch nogal drastisch veranderd zijn. Evenement na evenement loop ik inmiddels in het Tilburgse nachtdomein af, om dan daarna nog in het holst van de nacht geschoten foto’s en filmpjes te bewerken en een, doorgaans kritisch getint, verslagje te tikken.Uitgaan is al een vrij lange tijd geen ontspannende bezigheid meer
geweest. En de dag dat onze Schepper zogezegd de voetjes op tafel en een biertje in zijn schoot zette, is ook allang geen rustdag meer. De risico’s van in een goedbewaard geheim-bruisende stad wonen, natuurlijk, maar af en toe mis ik de rustigere zondagen
uit het verleden wel.De ene zondag zit ik op het voor mij volstrekt onchristelijke tijdstip van twaalf uur, met een biertje tegen het roestig kreunen van het gestel op dit vroege tijdstip, in theater Zaal 16 naar de culturele stand van zaken te luisteren in Café Carré. De andere zondag in een nazomerzonnetje middenop het Tilburgse Heuvelplein omgeven door zotte vaudeville-acts. Weer een andere zondag sta ik zelf malle streken uit te halen door het literair geïnteresseerd volk wijs te maken dat de gemeente een half miljoen euro steekt in het installeren van 34 Wijkdichters.Nee, met de titel verdween vlot edoch ongemerkt het weekend zoals ik het voorheen kende. Zeg maar de twee of drie dagen die menig ander juist gebruikt om opnieuw ‘op te laden’ voor de onvermijdelijk volgende werkweek. De rustdag, het cliché-beeld van grasmaaien, familie bezoeken en rustig wat voetbal kijken is spurlos uit mijn universum verschwunden. Rust krijg ik pas doordeweeks, als ik op de werkplek zit, waar ik me juist voor de avonden en weekenden zit op te laden. Met veel koffie, dat wél.Er was echter één zondag recentelijk die in een dergelijk daglicht flink heeft geschitterd. Één klein zondagje heeft zich dapper verzet tegen de overheersende cultuurdrift. Dat zondagje had namelijk een toverdrank, pardon, een flinke hoeveelheid roodharigen. Ik moest er wel even voor ‘vreemdgaan’ want het was in Breda. Een stadje dat ik nooit heb gemogen. Een echt VVD-paradijsje met een centrum waar ik nog nooit leuke stapervaringen gehad heb, een uitstraling die me niet kan bekoren en een logistieke indeling die volstrekt onbegrijpelijk is voor buitenstaanders en tot schier hopeloos verdwalen leidt. Nee, enkel de belofte van honderden roodharigen kon mij naar Breda lokken.Maar eerlijk is eerlijk, ik heb een echt rustgevoel te pakken gekregen die zondagmiddag. Zittend op een zonnig terrasje, omgeven door mooie roodharige en anderskleurige jongedames, met fraaie schilderwerken in de grote kerk, een grappige lezing over de voordelen van roodharig zijn, en een fijn braderie’tje eraan gekoppeld. Mijn camera heeft prachtige foto’s geschoten die helaas online verkleind en niet zo indrukwekkend meer staan, en een merkwaardige rust streek over me heen. Er was zo weinig voor nodig.. de aanblik van mooie rosse jongedames die zichzelf in een strelend daglicht gesteld zagen, een bescheiden middelgroot Brabants evenementje, en wellicht ook even de afstand van het Tilburgse culturele- en nachtleven. Ik heb nog een volledige dag erna een humeur gehad dat met massavernietigingswapens niet kapot te krijgen was.De perfecte zondag had plaatsgevonden in een stad waar ik ‘m nooit gezocht had. Ze verraste me uit het niets en liet me een heerlijke innerlijke rust na. Soms overkómt je zo’n dag zomaar.Een gastbijdrage van René van D.
Volgende week een snufje Halloween, de laatste aflevering van Couleur Locale: Edinburgh en in het weekend natuurlijk weer een perfecte zondag.
Lees de andere perfecte zondagen hier.

Categorieën
Media

Expositie Lou Reed’s New York

Amateurkiekjes van een popheldIn de Amsterdamse galerie Serieuze Zaken Studioos te Amsterdam is de expositie Lou Reed’s New York te zien. Recentelijk was de oude rocker in Amsterdam om zijn expositie en de Warhol-tentoonstelling in het Stedelijk Museum te openen. De openingen kregen veel aandacht in de pers. Volgens de berichtgeving liet Reed zich toch vooral van zijn nukkige kant zien. Kennelijk houdt hij niet van het geven van interviews of van zelf gefotografeerd worden. Foto’s maken daar houdt Reed wel van. Ruim 28 jaar legde hij zijn tournees vast op camera. Fotograaf of niet, het meest bekend is de 65-jarige Reed toch als het gezicht van de invloedrijke rockband The Velvet Underground. Als soloartiest had hij succes met nummers als ‘Walk on the wild side’ en ‘Perfect day’. Empty Apple
Het New York dat Lou Reed laat zien, bevat bijna geen inwoners. Reed toont lege straten, skylines, wolkenbeelden en neonverlichting. De serie bestaat uit verstilde weergaven van de metropool waarin vooral het contrast tussen architectuur/techniek en natuur wordt gezocht. Strakke gebouwen tegen de achtergrond van dreigende onweerswolken; of een helikopter tegen de avondrode wolkenlucht. Sommige foto’s zijn wat onscherp en lijken vluchtige impressies. Een paar foto’s zijn typische sluitertijdstudies die de beginnende fotograaf uitvoert: kolkend water bevroren in de tijd, een autoweg in de nacht met gekleurde strepen van voorbijgereden koplampen. Ook kent de serie enkele panoramashots van de skyline die niet zouden misstaan op een ansichtkaart. Herhaling en variatie
Net als zijn grote voorbeeld Andy Warhol maakt Reed variaties op enkele thema’s. Er zit dus aardig wat herhaling in deze relatief kleine collectie foto’s. Het bevroren water kent twee varianten en ook het beeld van de helikopter wordt – met een kleine variatie in het beeld – een keer herhaald. De expositie is niet bepaald een walk on the wild side te noemen. De foto’s ontstijgen het niveau van de enthousiaste amateurfotograaf eigenlijk niet. De vraag rijst dan ook of deze foto’s geëxposeerd zouden zijn als de maker een onbekende was geweest. Waarschijnlijk niet. Leuk detail is dat de boekenkasten van Serieuze Zaken Studioos vol staan met interessante boeken over Warhol, popart en het werk van schrijvers als Truman Capote. De cultuurwereld van de jonge Reed is dus ruimvertegenwoordigd op de boekenplanken. Wat de foto’s van de nukkige popheld betreft, hou ik het liever bij de muziek van Reed. Voetnoot
De expositie is te zien t/m 15 november in Serieuze Zaken Studioos. Bilderdijkstraat 66 Amsterdam. Een foto-impressie door Jan van Breda van de opening is hier te zien. Lees ook over de Warhol-expositie in Edinburgh.

Categorieën
Mike's notities

Couleur locale: Edinburgh (6)

Dag 4: Arthur, Dante, Rose en Bobby
Waarom beklom Mike de berg? Omdat ie er was. Of nu ja, het is eerder een heuvel dan een berg, want voor die laatste kwalificatie is hij niet hoog genoeg. Het topje van de berg heet Arthur’s Seat vanwege de vulkaan die eronder zit. Schotland heeft zijn heuvelachtige landschap aan deze vulkaan te danken. Dit verklaart meteen het harde lavagesteente aan de top. En heuvel of niet, het beklimmen ervan is nog een hele klus merk ik vandaag. Dante Hicks
Aan de voet van de heuvel loopt er een Italiaan op me af: Manuel heeft me gezien in het hotel. Manuel ziet eruit als de gladde tweelingbroer van Dante Hicks: wilde zwarte krullen en een ringbaardje. Hij loopt graag en beklimt regelmatig heuvels. Ik heb daar iets meer moeite mee. Ook om hem te verstaan overigens; Manuel praat gebroken Engels met een dikke Italiaanse tongval. Maar we begrijpen elkaar. Meestal. Denk ik.Terwijl we langzaam maar zeker de heuvel beklimmen, vertelt Manuel dat hij hier voor een paar dagen is. Londen was te duur, dus daarom Edinburgh. Hij heeft het niet zo op ghosttours en gaat het liefste naar Portobello Beach – al zit het weer hem niet mee. Het is droog, maar wel fris. Vandaag drinkt hij het liefste een biertje en beklimt hij bergen. Dan heeft hij een goed uitzicht over de stad. En dat is waar. Als we uiteindelijk Arthur’s Seat bereiken is het uitzicht adembenemend. De snijdende wind overigens ook, dus het euforische moment van het bereiken van de top duurt niet lang. Welk hoogtepunt wel? Run Forrest, run…
Tijdens de afdaling komen we opvallend veel joggers tegen. Ze schieten voorbij in hun shorts en T-shirts. Taaie jongens die Schotten. Als ik een uur later de High Street weer in loop, loopt Manuel met me mee. Het is alsof ik ongemerkt geadopteerd ben. Dat is echter niet helemaal de bedoeling. Als we in The Black Medicine zitten, vertel ik hem rustig in gebroken Engels dat het gezellig was, maar dat ik graag nog een paar uurtjes alleen wil doorbrengen. Bij mijn derde poging valt het kwartje: ‘Iz not a problem,’ zegt Manuel. Waarschijnlijk zien we elkaar toch nog wel. Hij weet immers waar mijn hotelkamer woont.Black Medicine
The Black Medicine is me aangeraden door een gezellig meisje van een reisbureau. Dit is waar alle ‘coole’ studenten rondhangen. En cool is het. Het café met warmbruine tinten ingericht; de muren zijn gebouwd met brede stenen alsof we in een kasteel zitten. Er staat een totempaal in de hoek. Studenten zitten aan de houten tafeltjes te leren, of verschuilen zich achter hun laptop in de nisjes bij de ramen. Simon & Garfunkel zingen ‘Homeward Bound’ op de radio. Ik ben blij dat ik morgen weer terugvlieg. Niet dat ik nu zo’n zin heb in de dagelijkse routine, maar weer eens makkelijk kunnen douchen lijkt me wel fijn. Bovendien kijk ik erg uit naar de Stripdagen in Houten dit weekend. Bobby
Later die middag sta ik wederom op Greyfriars Cemetery. In het daglicht ligt alles er vredig bij – de geluiden van de omringende stad zijn slechts heel ver op de achtergrond te horen. Ik sta bij het graf van John Gray – het baasje van Greyfriar’s hondje Bobby. Volgens de legende lag het hondje Bobby veertien jaar lang, elke dag op het graf van zijn baasje omdat hij die zo miste. In werkelijkheid ligt de échte John Gray op een andere plek. Dit graf is leeg. Wel komt er warme lucht vandaan, wat waarschijnlijk verklaart waarom het hondje hier zo graag lag. Al zal de slagerij die toen naast Greyfriars stond er ook iets mee te maken hebben. De grafsteen ziet er verdomd goed uit na al die jaren. Dat kan kloppen, want de steen is pas enkele jaren geleden neergezet door Amerikaanse fans van Bobby. De grafsteen is dus net zo authentiek als het verhaal over Bobby. Er komt een vrouw op me af lopen. Ze is van Schots-Afrikaanse afkomst en dolblij om het graf van John Gray te zien. Ze woont al jaren in Edinburgh, maar ziet Grays laatste rustplaats nu voor het eerst. Ze is een grote fan van Bobby en heeft de Disneyfilm over het hondje vele malen gezien. Dolgelukkig kust ze de toppen van haar wijs- en middelvinger en drukt deze liefkozend tegen de koude grafsteen. Dan huppelt ze weer naar haar man toe.Rose
Een half uurtje later zit ik wederom in The Elephant House – het lijkt wel alsof ik mijn eigen voetsporen naloop. Ik vind het prettig om bekende plaatsen opnieuw te bezoeken. Om iets bekends te zien in een vreemde stad. De tafels zitten vol, maar aan eentje zijn nog drie stoelen vrij. Er zit een meisje aan te tekenen. Ze heeft de twee meisjes aan de tafel links van ons getekend. Rose is pas sinds zondag in Edinburgh. Ze studeert illustratie aan de universiteit, maar is tevens archeoloog. Rose komt net uit Rome waar ze druk bezig was met het opgraven van geschiedenis. Ik vertel haar over mijn stripverhaalplannen en dat er nog ergens een filmscript ligt stof te verzamelen. Na vijf minuten moet Rose helaas weg. Ze logeert bij een vriend en is op zoek naar een huis. Met een lieve glimlach neemt ze afscheid.Solotour
Ik besef nu dat alleen op reis gaan zo zijn voordelen heeft. Je bepaalt zelf waar je heengaat, ook kom je zo makkelijk in contact met anderen. Dat irriteerde me misschien aan Manuel: doordat we de hele tijd zo met elkaar zaten te praten, was er geen ruimte voor iemand van buitenaf. Hij zat dus nieuwe ontmoetingen in de weg. Wanneer ik alleen ben heb ik volledig de vrijheid om mijn omgeving te observeren, met mensen contact te zoeken, een praatje te maken. De vraag is alleen waarom dit bijna nooit gebeurt als ik in Nederland ben. Dan reageren mensen vaak niet positief op nieuw contact. Is dat een mentaliteitsverschil? Staan mensen in Schotland meer open voor vreemdelingen? Of straal ikzelf iets uit waardoor het leggen van contact soepeler verloopt? Misschien straal ik uit dat ik graag contact wil en reageren mensen daar op? Wordt besloten
Next: Feitelijke fictie en de serveerster from heaven
Lees ook:
Deel 1: Girls, Ghosts and Warhols,
Deel 2: City of the Dead
,
Deel 3: Polen, Nieuw-zeelanders en Onzichtbare Vrienden,
Deel 4: Serpenten, tombes en Sherlock Holmes,
Deel 5: Andy Warhol & Harry Potter
.

Categorieën
Strips

24 Hour Comics Day in Lambiek

Dit weekend vond voor de derde keer de 24 Hour Comics Day plaats in stripwinkel Lambiek te Amsterdam. Meer dan 20 stripmakers zaten een etmaal lang te tekenen, te zweten, koffie te drinken en onderling te keuvelen in de hoop aan het einde van de beproeving een volledige strip van 24 pagina’s te kunnen presenteren. Zaterdagmiddag 17 uur waren de stripmakers nog vol goede moed aan het pennen. In het collectief zag ik de bekende gezichten van Menno Kooistra, Hallie Lama, Mattt Baay, Sandra Kleine Staarman en Jaap Rozema. Van het collectief Lamelos waren Aleks Deurloo en Jeroen Funke van de partij. (Voor een meer volledige deelnemerslijst, klik hier). Menno Kooistra, die samen met collega’s Lama, Baay en Rozema vorige maand net naast een ‘Group-clickie’ greep met de tekenbattle Nieuw Gehoer, had zojuist even pauze genomen van zijn tekenproject: vierentwintig strippagina’s over evenzoveel songs. Mattt Baay was druk zijn passie voor games en strips te combineren in een Bunbun-avontuur waarin het witte konijn allerlei gamefiguurtjes tegen het lijf loopt en in door games geïnspireerde scènes terechtkomt.

Kooistra en Baay (die recentelijk zijn lange blonde lokken inwisselde voor rode stekelige coup).
Foto: Lambiek.net

Productief
De productiefste van het stel tekenaars was wederom heer Lama. Na slechts vijf uur tekenen was hij al aan zijn twaalfde pagina bezig (!). Naar verluid was Hallie zelfs één uur later dan de rest begonnen aan de vierentwintiguursmarathon. Met grote trefzekerheid tekende Lama met een Big-fineliner zijn A4-pagina’s vol. Van tevoren had hij niet echt nagedacht over het verhaal dat dus vanaf het eerste plaatje nog alle kanten kon opgaan.Sandra Kleine Staarman, winnares van de ‘Medium Clickie’ (voor wie het zich afvraagt, dat is een webcomicprijs voor het beste gebruik van het medium internet, niet een honorering van de Jomanda Society) zat ook in het gezelschap. Kleine Staarman was rond vijf uur al twee pagina’s achter, zei ze. Net als veel van haar collega’s inkte ze haar werk. Wie dus een stel onafgewerkte pagina’s verwacht in een 24 Hr Comic-strip, komt bedrogen uit. In dit stadium van de race waren de stripmakers nog drukdoende een zo goed mogelijk resultaat te bereiken.

Iedereen hard aan het werk en aan de soep.
Foto: Lambiek.net

Recentelijk werd de Lamelosveiling in Lambiek gehouden. Eerder dit jaar was er een expositie van werk uit Bloeddorst te zien. Lambiek-eigenaar Boris zat rustig de situatie te overzien met een kopje koffie in de hand. Hoewel de winkel ook de gehele nacht geopend zou zijn, verwachtte hij niet veel klandizie, grapte hij. Het personeel zou in ploegendiensten de stripmakers verzorgen met koffie en gesponsorde maaltijden.
Toen ik de koude avondlucht in stapte – op weg naar een gezellige avond en daarna mijn warme bedje – hadden de stripmakers nog een lange nacht te gaan…Concept
Het idee van 24 Hour Comics werd bedacht door stripgoeroe Scott McCloud. Stripmaker, theoreticus en auteur van Understanding Comics, Reinventing Comics en Making Comics. Dit jaar werd het event voor de vierde keer gehouden. In totaal deden 18 landen mee. Behalve stripwinkel Lambiek, zaten er in Het Stripmuseum te Groningen ook mensen te tekenen. Voetnoot
Enkele linkjes naar 24 Hour Comics:
Mattt Baay
Little Starman
Aleks Deurloo
Jeroen Funke

Hallie Lama
Lees ook (of niet):
Stripdagen in Houten
,
Bloeddorst in Lambiek,
Gothicmeisje met zonnebank.

Categorieën
Mike's notities

De perfecte zondag van Frommel

De wind huilt om het huis de regen slaat tegen de ramenDe ideale zondag. De ideale zondag word ik wakker na een avond, waarin ik een waanzinnig concert heb gezien. De oren nog natutend van dit geweld of het hart en de emoties nog vol van zoveel prachtigs op een podium, is er na geborreld in mijn favoriete café. De tent waar ik niet alleen al 18 jaar kom, maar ook jaren achter de bar heb gestaan en zelfs een aantal jaren tot het meubilair hoorde. Er is in de nacht van deze ideale zondag gedronken en gedanst. Gepraat en gelachen en gepraat en gedronken en gelachen.De ochtend van de ideale zondag word ik wakker en hoor ik de wind om het huis huilen en de regen tegen de ramen slaan. Geen zon en warmte voor mij. Ik hou van herfst en nog meer van winter. De wind huilt om het huis en de regen slaat tegen de ramen. Ik draai me nog een keer om en kruip tegen haar aan. Haar, want zij hoort bij mijn ideale zondag. Zij is mijn lief. De vrouw waar ik iedere ochtend naast wakker wil worden, maar zeker deze ideale zondag.We kruipen lekker tegen elkaar. We besluiten lekker lang in bed te blijven liggen. Knus samen villa achterwerk of een filmpje kijken. Lekker lang in bed blijven liggen. We vrijen nog een keer. We vrijen, want we kunnen geen genoeg van elkaar krijgen. Het is een vrijen vol lust en geilheid, maar ook een vrijen van liefde en intens houden van elkaar. We kruipen voldaan tegen elkaar en vallen langzaam weer in slaap. Zij eerst en ik hoor haar adem rustiger worden. Ik voel de ontspanning in haar lichaam tegen me aan. Ik ben gelukkig zegt mijn hoofd en langzaam wordt het donker.Als we ontwaken, voor de tweede keer deze ideale zondag, staan we op. Ik bak een gebakken ei voor haar. Op mijn ideale zondag bak ik een ei. Een ei voor haar. Met een kopje thee erbij. We lummelen wat op deze ideale zondag. Op de bank. Uit de boxen klinkt muziek. Onze muziek. We lezen de krant van zaterdag en lezen elkaar stukken voor. Later in de middag nemen we een borrel. We vertellen elkaar verhalen over tijden van voor wij samen waren, kijken elkaar aan en zeggen hoe ideaal deze ideale zondag tot nu toe is.Als de avond begint te vallen begeven we ons naar de stad. We eten in ons favoriete restaurant. Dat kan elk restaurant zijn, als ze er maar een Surinaamse zaligheid schenken. Bij deze ideale zondag hoort een Surinaamse zaligheid. Eentje, want als we een tweede nemen zakken we langzaam onder tafel. Ik weet een hoop te doen onder tafel, maar deze ideale zondag is nog niet voorbij. We houden het dus bij eentje.Als we het restaurant verlaten besluiten we pas wat we doen. Gaan we nog even wat drinken of gaan we naar huis en genieten we het laatste beetje van deze ideale zondag van elkaar thuis?Besluiten we om nog wat te gaan drinken dan zullen we dat niet zomaar in een willekeurig café doen. We zullen daar heen gaan waar de mensen die wij liefhebben zijn. Bij het binnenkomen worden wij hartelijk begroet en nog een paar uurtjes zullen wij praten en lachen en praten en drinken en lachen. Moe maar voldaan zullen wij vlak voor twaalf uur weer samen in bed liggen. Nog niet te moe voor vrijen, want deze ideale zondag hoort, om een ideale zondag te zijn, vrijend met haar te eindigen.Besluiten we naar huis te gaan dan zullen we samen met een goed glas wijn en/of een lekker biertje op de bank zitten. Uit de boxen klinkt muziek. Onze muziek. We zullen praten en lachen en praten en drinken en lachen. Moe maar voldaan zullen wij vlak voor twaalf uur weer samen in bed liggen. Nog niet te moe voor vrijen, want deze ideale zondag hoort, om een ideale zondag te zijn, vrijend met haar te eindigen.Zal een zondag zo zijn dan zal die zondag mijn ideale zondag zijn, maar misschien is dit alles helemaal niet nodig om van een zondag mijn ideale zondag te maken. Als ik de zondag maar met haar doorbreng. Dan kan ik zelfs een dagje familie aan. Dan wil ik best in de file staan. De kattenbak verschonen en kleren strijken. Als ik de zondag met haar doorbreng dan is iedere zondag mijn ideale zondag.Een gastbijdrage van Frommel. Volgend weekend René van D.
Lees de andere perfecte zondagen hier.

Categorieën
Fotoblog

Herfst…

Veel mensen associëren de herfst met de nadagen van het leven, neerslachtigheid en kou (de winter nog meer trouwens). Voor mij is de herfst een van de fijnste jaargetijden. In de maanden september en oktober zit ik vaak het beste in mijn vel. Ik voel dan frisse energie door mijn lijf stromen en zit boordevol ideeën.Ik kan ook erg genieten van de kleurschakeringen die de natuur voortbrengt. En wat te denken van een flinke oostenwind op zijn tijd? Die giert rond het huis en brengt alles in beweging. De wind blaast oud zeer weg, maakt ruimte voor nieuwe dingen. Voor mijn gevoel begint het nieuwe jaar juist nu.

Categorieën
Media Mike's notities

Couleur locale: Edinburgh (5)

Dag 3: Andy Warhol & Harry PotterMet de dagpas die ik gisteren heb gekocht, ga ik vandaag maar liefs vijf bezienswaardigheden af: De camera obscura biedt een aardig beeld van de stad en is de live reality tv uit de 19e eeuw. De Vault Tour brengt me onder de straten van Edinburgh waar mensen in de kelders werkten, stiekem woonden, waar lijken werden opgeslagen door bodysnatchers en ook goede wijn een plaatsje vond. In de middag zie ik een tegenvallende (bijna) 3-D film over Loch Ness; en in de avond volg ik een inspirerende tour langs de kroegen waar beroemde Schotse schrijvers hun gelag haalden. Hoogtepunt van de dag (en wellicht van de gehele trip) is de Andy Warhol expositie in de National Gallery of Schotland.

Edinburgh bovengronds…

…en onder de straat.

Lachen met Andy
Het roert mij om het werk van Andy Warhol eindelijk eens ‘live’ te zien. Ik ben al jaren een grote fan van zijn zeefdrukken en het is dan ook moeilijk om de grijns van extatisch plezier op mijn gezicht te onderdrukken. Het werk van Warhol bevat van zichzelf al veel humor. Een stapel Brillodozen in het museum en een muur vol gezeefdrukte soepblikken zijn niet anders te interpreteren als een dikke middelvinger naar verkrampte eliteopvattingen over wat kunst hoort te zijn. Het is erg interessant om de zijdezeefdrukken van Marilyn Monroe van dichtbij te zien. De nuanceringen in het werk zijn veel duidelijker te onderscheiden dan wanneer je een reproductie in een boek bekijkt. Je ziet duidelijk dat de oorspronkelijke foto door de dunne laag verf schijnt. Het doorgronden van de textuur van de schilderingen is een avontuurlijke ontdekking. Geen enkele afbeelding van Marilyn is hetzelfde: in ieder portret lopen de kleurvlakken anders en vaak buiten de lijnen. Warhols muze
Warhol maakte een serie screentest van de mensen uit zijn sociale cirkel. Hij richtte de lens van de camera op hun gezicht en draaide zo’n drie à vier minuten film. Deze werd vervolgens met eenderde vertraging afgedraaid, zodat iedere beweging in het gezicht nauwgezet wordt getoond. Een studie naar expressies, maar ook Warhols manier om nieuwe sterren te vinden. In de expositie is onder andere de screentest van Lou Reed te zien – toen nog de zanger van de Velvet Underground, de huisband van Warhols Factory. In een van de zalen maak ik kennis met Warhols muze Edie Sedgwick – zijn eigen Marilyn. Van de drie screentests die er van Sedgwick worden getoond, vind ik haar als zigeunermeisje het mooiste. Misschien omdat dit de eerste test is die ik van haar zie. Misschien omdat de dikke wenkbrauwen perfect passen bij de donkere ogen die oneindig diep lijken te zijn. Misschien is het ‘t ∫-vormige lidteken tussen haar ogen wat haar gezicht net dat beetje éxtra levenservaring geeft. Het is heerlijk om minuten lang ongegeneerd naar haar schoonheid te kijken. Ik ben een voyeur. Maar zij kijkt net zo goed terug in de camera – uitdagend, brutaal en bloedmooi. The Elephant House
The Elephant House is het eetcafé waar J.K. Rowling haar eerste Harry Potter-boek schreef. Toen was ze bijstandmoeder, tegenwoordig de wereldberoemde schrijfster van de meest populaire kinderboekreeks aller tijden. Ik kan me goed voorstellen waarom ze deze plek koos om haar gedachtenkronkels op papier te stellen. Het is warm en gezellig in The Elephant House. Aan de muur hangen schilderijen en posters van olifanten. Krantenknipsels verhalen over het uitsterven van de olifant. Toch hebben de meeste toeristen meer interesse in het tafeltje waar Rowling haar tovenaarsleerling op papier pende. De ober vertelt me dat ze waarschijnlijk aan een klein rond tafeltje vlakbij de toiletten zat. Misschien had ze een kleine blaas, maar het is waarschijnlijker dat ze graag uit het raam keek om zich te laten inspireren. Door het venster ingelijst zijn duidelijk Edinburgh Castle (ongetwijfeld de inspiratiebron voor Hogwards) en Greyfriars Cemetery te zien.Flashforward: overmorgen zie ik twee toeristen in The Elephant House die op zoek zijn naar het betreffende tafeltje. Serveerster Imogen wijst ze een tafeltje in de hoek aan. Maar aan mij vertelt ze met een knipoog dat alle tafeltjes de zitplaats van Rowling zijn. Toeristen krijgen er gewoon lukraak eentje aangewezen. Nu dompelt de ondergaande zon Edinburgh onder in een gouden gloed. Greyfriars ziet er vredig uit, alsof de doden nog even rust krijgen voordat ze weer mogen spoken om de toeristen te vermaken. Als er magie te vinden is in Edinburgh, dan is het zeker tijdens magic hour (een filmterm die slaat op het uur dat de zon ondergaat, red.) Ik voel me op dit moment heerlijk rozig, vredig bijna. Het is goed dat ik hier naartoe ben gegaan.Wordt vervolgd.
Next: bergopwaarts & Black MedicineLees ook:
Deel 1: Girls, Ghosts and Warhols,
Deel 2: City of the Dead
,
Deel 3: Polen, Nieuw-zeelanders en Onzichtbare Vrienden,
Deel 4: Serpenten, tombes en Sherlock Holmes.

Categorieën
Mike's notities

Couleur locale: Edinburgh (4)

Serpenten, tombes en Sherlock HolmesIk besluit de tweede dag rustig aan te doen en duik bioscoop The Filmhouse in.The Serpent
Daar zie ik de film The Serpent. Aangezien de poster Engelstalig is en ik geen van de acteurs herken, ga ik ervan uit dat het hier om een kleine Engelse flick gaat. Niets is minder waar. Wanneer er Franse titels op het scherm verschijnen begin ik nattigheid te voelen. Het blijkt een Franse thriller te zijn uit 2006 van regisseur Eric Barbier. The Serpent gaat over fotograaf Vincent Mandel, een familieman die kampt met huwelijksproblemen. Wanneer een vroegere klasgenoot, Joseph Plender, na jaren opduikt, verandert zijn leven in een echte hel. Vincent wordt gemanipuleerd en gechanteerd door Plender die op persoonlijke wraak uit is. Hij gijzelt het gezin van Mandel. Mandel slaat hard terug door het gebalsemde lijk van Plenders moeder te ontvoeren. (De film slaat dus goed aan bij alle verhalen over de doden in Edinburgh.) Hoewel de climax iets te lang wordt uitgerekt, blijkt The Serpent – euh ik bedoel Le Serpent – een boeiende en goed gemaakte flick. I smell dead people
Aan het einde van de middag loop ik in de buurt van King’s Stables Road onverhoeds een kerkhof op. De stilte midden in de stad voelt onnatuurlijk aan en is meer creepy dan rustgevend. Wederom zie ik alleen oude graven; ook dit kerkhof is onderdeel van de historische collectie waar Edinburgh uit bestaat. Je vraagt je af waar men de recente doden laat met al die museumstukken die de ruimte opslokken. Een paar dagen later hoor ik dat aan de rand van de stad de moderne doden liggen begraven. Omdat Edinburgh te maken heeft gehad met de pest liggen onder de straten ontelbare zielen begraven. Een goede voedingsbodem voor spookverhalen dus. Iedereen lijkt vriendelijk in Edinburgh. Ik ga me er zelf ook vriendelijker door opstellen. Ik begin zelfs zwervers gedag te zeggen. Iets wat ik in Amsterdam niet snel zou doen. ’t Moet ook niet te gek worden natuurlijk.Sir Arthur Conan Doyle
In de avond blijf ik in de buurt van mijn hotel. Enkele deuren verderop, op de hoek van de York Place, staat The Conan Doyle. Een Café-restaurant vlakbij het standbeeld van Sherlock Holmes. Geestelijk vader Sir Arthur Conan Doyle werd in de buurt geboren.In The Conan Doyle hangen beeltenissen van de schrijver en zijn creatie aan de muur. Ook staan er boekenkasten vol oude boeken. Behalve die van Doyle, zie ik delen van Meyers z’n Conversation Lexicon staan, samen met de Encyclopedia Britannica en deeltjes Reader’s Digest. Er hangen tevens grote flatsquare televisies aan de muur waar sport en videoclips op te zien zijn.De verschillende elementen in The Doyle vormen een vervreemdend contrast tussen oude en nieuwe media. Even waan ik mezelf op het holodeck van The Enterpise. (In Star Trek: The Next Generation speelde Data graag voor Sherlock Holmes.)Wordt vervolgd. Next: Andy Warhol & Harry PotterLees ook:
Deel 1: Girls, Ghosts and Warhols,
Deel 2: City of the Dead
,
Deel 3: Polen, Nieuw-zeelanders en Onzichtbare Vrienden

Categorieën
Mike's notities

De perfecte zondag van Aukje

Het weekend. Welk hardwerkend mens verlangt er niet naar? Maar hoe vaak komen onze spannende plannen voor het weekend uit? Vaak zit je zondagmiddag toch weer bij je (schoon)ouders op de koffie terwijl je eigenlijk wel beter weet wat je met je tijd wil doen. Daarom vanaf vandaag de nieuwe rubriek De Perfecte Zondag op Mike’s Webs. In de komende weekenden zullen verschillende gastschrijvers en ondergetekende hun perfecte zondag beschrijven of verbeelden. Aukje (van Aukje.net – check it out – bijt het spits af met haar versie van de perfecte zondag.Zonnestralen vallen op mijn gezicht. Warm is het niet buiten, maar de zon maakt het aangenaam. Op het moment dat ik me omdraai, verandert mijn lief ook van ligzijde. Onze hoofden draaien naar elkaar toe, de ogen slaperig geopend om te kijken of de ander al wakker is. Om dan weer verder te slapen.Mijn katten voorkomen dat ik in diepe slaap val. De één duwt zijn natte neus in mijn gezicht, de ander wacht tot ik ga aaien, voor haar hét teken dat ze tegen me aan mag liggen. Wanneer ze niet bij me komen, liggen ze gebroederlijk op een kussen in de andere kamer. Dan knuffel ik ze wanneer ik ben opgestaan.Opstaan doe ik het liefst rond half negen. Ook op zondag. Ik hou van de ochtend. Ik hou van de sfeer van een pas aangebroken dag die me vertelt dat er nog vele lege uren op mijn manier opgevuld kunnen worden. Mijn agenda is leeg. Ik ben vrij om te doen en laten wat ik wil.’s Ochtends is het stille huis mijn domein. De computer breekt de stilte met een zacht zoemend geluid. Ik open de deur naar het balkon. Het geluid van razende auto’s op de A10, de kerk die zijn klokken luidt en tsjirpende vogels komt me tegemoet. Ik verheug me op wat ik met deze lege dag kan doen. Ik nestel mij achter de computer en leg mijn voeten op de stoel tegenover mij. Ik laat de stilte de stilte zijn, of luister naar de radiozender Groove Salad on Soma FM (‘a nice chilly plate of ambient beats and grooves’) of een nieuwe cd.De uren in de ochtend vliegen voorbij. Het liefst wil ik elke minuut op de klok kijken om de tijd zo langzaam mogelijk te laten gaan. Wanneer het vroeger is dan ik denk maak ik van binnen een sprongetje. De dag is nog steeds lang, leeg, en van mij.De middag voelt anders. Minder mysterieus. De dag is niet meer kaal, uren zijn al opgevuld met bezigheden. Een beperkt aantal uren is nog over. Mijn lief en ik bezoeken een tentoonstelling of gaan naar Fame om dvd’s te kopen. Maar net zo lief zitten we samen thuis. Elk bezig met onze eigen dingen. De boodschappen zijn op zaterdag al gehaald. Eén van ons kookt een maal, voor de televisie eten we het op. De avond leidt me naar het eind van de dag. Vergezeld van een film, de computer of de Playstation. Wanneer ik om tien uur naar boven ga, pleeg ik een telefoontje of lees nog wat. Rond elven heb ik het licht uitgeknipt en maak ik mij op voor een volgende dag.Volgend weekend de perfecte zondag van Frommel

Categorieën
Media

Column: No more Hyves

Het mag dan een rage zijn, persoonlijk vind ik Hyves niet veel aan.Ik vind de site traag en omslachtig. Als je door iemands vriendenbestand bladert, en met je muis op een foto blijft hangen, duurt het een eeuwigheid voordat je de basisinformatie over die persoon krijgt. Wanneer iemand mij een berichtje stuurt, of ‘krabbelt’ zoals dat heet in Hyves-jargon, krijg ik een e-mail die me daarvan op de hoogte stelt. Om de krabbel te lezen, word ik geacht eerst in te loggen. Bovendien heb ik niet de behoefte om zoveel mogelijk vrienden in mijn sociale harem te linken en deze tentoon te stellen. E-mail, telefoon en weblogs zijn wat mij betreft genoeg digitale communicatie. Ouderwets afspreken is overigens ook zeer plezierig. En dan te bedenken dat je eigen vrienden je hebben uitgenodigd voor deze netwerkmaffia. En een handige manier om oude bekenden terug te vinden? Dat werkt ook averechts: probeer die vage kennissen die je liever niet meer ziet maar eens te ontlopen in het doolhof van contacten.
Nee, ik hou niet van Hyves. Daarom zojuist mijn Hyves-profiel in de digitale prullenbak gedumpt. Wie echter zijn profiel wil wissen is eerst verantwoording schuldig aan het Hyves-bestuur. Spanjar wil namelijk dat je in een e-mail uitlegt waarom je je deelname aan het netwerkwalhalla van Nederland wil opzeggen. (Bij deze dus Raymond…) Zelfs opzeggen is dus omslachtig. Het valt me overigens nog mee dat dit überhaupt mogelijk is. Wel probeert het Hyves-team je met een zelfingenomen waarschuwing van je beslissing af te bregen:

“Er moet een vergissing in het spel zijn, want als we niet beter wisten zouden we denken dat je je account permanent wilt verwijderen. Hiermee verwijder je ook al je foto’s, video’s, vrienden en deel je je sociale leven een klap toe die niet zelden fataal blijkt…”

Ongetwijfeld sarcastisch bedoeld, maar ondertussen…Voor mij vanaf vandaag No more Hyves… What a Wonderful World. Het werd toch eens tijd voor een MySpace-account.Lees ook: Opa en de digitale revolutie.

Categorieën
Mike's notities

Couleur locale: Edinburgh (3)

Dag 2: Polen, Nieuw-zeelanders en Onzichtbare Vrienden
The Osbourne Hotel heeft niets met zijn zingende en vleermuisetende naamgenoot te maken. Sterker nog: het is lastig om daar ook maar een Engels- of Schotsman te vinden daar het voltallige personeel uit Polen bestaat. (Behalve de eigenaar overigens.)Kamermeisje Martina spreekt vloeiend Engels, en ik hoor dan ook met verbazing dat ze uit Polen komt. Martina vertelt dat ze zes dagen per week werkt en bij haar vader woont. Maar ze vindt Edinburgh fantastisch, zegt ze. Een werkweek van zes dagen doet vragen bij me oprijzen, maar ik stel ze niet. In plaats daarvan ga ik zitten in de eetkamer tussen alle andere toeristen.Het Osbourne Hotel kent een kleine ontbijtselectie. De bonen in tomatensaus, het geklutste ei en de flensjes zijn okee, doch wat zwaar op de maag. Ik prefereer de toast met jam.Monoloog interieur
Waar je ook komt hij zit er altijd: die man die tegen zichzelf praat. Dit keer zit hij links van mij. Hij is midden vijftig, draagt een bril en is aan de bovenkant van zijn hoofd kaal. Een wat dikkere versie van Woody Allen zonder joodse neus. Met enige regelmaat mompelt hij iets tegen zijn onzichtbare partner. Alles op vakantie gaan is zwaar, maar ik hoop niet dat ik over 25 jaar net zoals hem ben. Dialoog
Russel, die ik de vorige dag in de lounge heb ontmoet, komt bij me zitten. Hij is een paar dagen in de stad vanwege de rugbywedstrijd Schotland versus Nieuw-Zeeland. Russel komt uit Nieuw-Zeeland, maar woont en werkt in Amsterdam als software-ingenieur. Hij schrijft tools voor applicaties. Ons gesprek verloopt ongeforceerd en na het ontbijt geeft hij me zijn nummer. Kunnen we in Amsterdam het gesprek voortzetten. In de stad loop ik Russel weer tegen het lijf. Hij doodt nog een paar uur voordat hij weer naar Nederland vliegt. We gaan samen ergens lunchen. Russel is goed op de hoogte van politieke ontwikkelingen. Ik heb nog moeite om mezelf duidelijk uit te drukken in het Engels en om mijn argumenten goed over te laten komen. Als het gesprek echter op graphic novels komt, valt de taalbarrière volledig weg. Het is goed om even met iemand de diepte in te gaan. Tijdens het gesprek wordt me wederom duidelijk dat ik een metgezel op deze reis mis. Het is waar dat je in je eentje sneller contact legt, maar echt beklijven doen de meeste contacten niet. Tenminste, zo denk ik er op dat moment over.Stranger in a strange land
Ik ben uit mijn element en voel me hier wel volledig uit mijn eigen context. Het kost me bijvoorbeeld vijf minuten om de douche aan de praat te krijgen. Een slap straaltje druppelt uit de waterbesparende douchekop. Er komt alleen water uit als hij kokendheet staat. Het ontbijt smaakt vreemd; ik mis mijn boterham met pindakaas. Ook heb ik nog moeite om mezelf goed uit te drukken in het Engels, alsof de talenknop nog omgezet moet worden. Maar dat allemaal is niet het echte probleem: ik besef dat ik volledig in de ban ben van mijn routinematige levensstijl. Het is goed om dat eens te beseffen. Op vakantie, of liever gezegd wanneer je buiten je eigen context verkeert, leer je jezelf pas goed kennen. Wordt vervolgd
Next: The Serpent & Sherlock Holmes

Lees ook:
Deel 1: Girls, Ghosts and Warhols,
Deel 2: City of the Dead
.
Categorieën
Media

TV: Lachen met Duchovny en LA Women in Californication

‘I probably won’t go down in history,
But I will go down on your sister.
And while I am down there,
It might be nice to see a hint of pubes.
I am not talking about a huge ‘70s Playboy bush or anything,
just something that reminds me
that I am performing cunnilingus on an adult.’

Hank Moody (David Duchovny) is een beroepsschrijver in de stad Los Angeles. Hij mist zijn ex (Natascha McElhone) met wie hij een twaalfjarige dochter heeft. Maar wat Hank nog meer mist, is een doel in zijn leven. Dat doel was schrijven, maar na een reeks boeken waarvan de laatste – God Hates Us All – is verfilmd tot de slappe rom com A Crazy Little Thing Called Love, krijgt de getormenteerde schrijver geen letter meer op papier. Writer’s block
Schrijvers zijn immers alleen interessant verhaalmateriaal als ze een writer’s block hebben en dus in feite niet schrijven. Zonder zijn muze, zijn ex die op het punt staat om te gaan trouwen met een Saaie Eikel, lijkt hij niet te kunnen schrijven. Wanneer hij zijn sekscapades als uitgangspunt neemt voor een blog van HelLA Magazine, blijkt hij dat zijn schrijfpen toch niet helemaal droog staat. Hank is met zijn drankzucht en writer’s block natuurlijk een wandelend cliché. Toch kan enig charme hem niet worden ontzegd. Hank is een droogkloot eerste klas, maar hij weet zijn beledigingen en cynische opmerkingen in mooi proza te verwoorden. Hij is immers een auteur. Uitspraken als ‘I’ve never dated a woman who had a job before…’ en ‘You’ve been fucking a married guy for five years, you got a dog named Cat Stevens and I am weird?’ rollen zonder schijnbaar enige moeite van zijn tong. Ook is hij stiekem wel een heer: als zijn ex in op een benefietfeest voor kut wordt uitgemaakt, komt de rechtse hoek van Hank op voor haar eer. LA Woman
Hank heeft een zeer actief en divers seksleven: hij hoeft weinig moeite te doen om de dames tussen de lakens te krijgen, maar weet ze met een paar goedgeplaatste beledigingen er de volgende ochtend wel weer uit te krijgen. Al had hij de zestienjarige dochter van de Saaie Eikel misschien beter niet tot zijn harem kunnen rekenen. Goed, hij wist niet dat ze zó jong was en ook niet wiens dochter ze was, maar toch. Zij weet hun slippertje overigens goed uit te buiten door Hank te chanteren: wanneer ze een kort verhaal nodig heeft voor school, plundert ze gewoon Hanks voorraad van probeersels. Tom Kapinos is de bedenker en schrijver van de serie. In het verleden schreef hij afleveringen van de tienerserie Dawson’s Creek. In Californication komt hij in ieder geval veel grappiger uit de hoek. Californication is Sex and the City voor mannen. Een satire op de cultuur in LA, waarin Hank op eigenzinnige wijze van de ene bizarre ontmoeting in de andere struikelt. Zich verbazend over het soms vreemde gedrag van LA vrouwen, vult hij zijn dagen vooral met zelfbeklag. Pijpende non
In Amerika stootte de seksueel geladen comedy serie op enige ophef bij sommige conservatieve critici. (De titel Californication is een verwijzing naar het nummer van The Red Hot Chilli Peppers, maar ook een woordspeling op het woord ‘fornication’ dat slaat op seksualiteit die tegen de norm indruist.) De serie begon wat dat betreft al goed: in de eerste aflevering beklaagt Hank zich bij God dat hij niets meer op papier krijgt. Vervolgens loopt een non hem tegemoet die daar wel wat op weet. Ze doet haar habijt af en zakt op haar knieën om de schrijver oraal te stimuleren. Ondanks deze losse seksuele moraal die de personages hanteren, is het wel opvallend dat Hank stiekem toch verlangt naar zijn oude gezinnetje. Zelfs in LA is het gezin de hoeksteen van de samenleving. Net als in de rest van christelijk Amerika. De afleveringen duren een klein half uur en zijn licht verteerbaar. Het is fijn om David Duchovny weer eens in een rol te zien waar wat te lachen valt. Tot slot is aan vrouwelijk schoon ook geen gebrek. Het eerste seizoen bestaat uit twaalf afleveringen. Het tweede seizoen is inmiddels aangekondigd.

‘I love women,
I have all their albums.’

Vanaf maandag 12 november is Californication elke maandag om 22.30 uur bij Comedy Central te zien.Lees ook (of niet): Writer’s Block en de recensie van Wonder Boys.