Categorieën
Minneboo leest Strips Video Vlog

BESTE BOEKEN: Ben Vrankens Dode Varkens | Vlog 116

Dode Varkens is een dik, mooi uitgegeven boek met een selectie van het beste werk van Ben Vranken.

Vranken is een eigenzinnige tekenaar die altijd zijn eigen weg op is gegaan. Hij maakte illustraties voor onder andere De Telegraaf, de Volkskrant, Archeologie Magazine en het Nationaal Historisch Museum. In deze vlog werp ik een blik in Dode Varkens en vertel ik natuurlijk vooral wat ik hier zo leuk aan vind. Het is de eerste van een reeks Beste Boeken-Vlogs die ik wil gaan maken. Bijzondere boeken uit mijn collectie die ik graag onder de aandacht breng. En met boeken bedoel ik natuurlijk ook stripboeken.

 

Categorieën
Spidey's web Strips

Spider-Man bij Donner

Stripmaker Ben Vranken spotte laatst Mijn vriend Spider-Man bij boekhandel Donner in Rotterdam.

Deze winkel bevindt zich op de Coolsingel 119. Twee jaar geleden was ik daar om een middag rondom Eppo bij te wonen. Dat stripblad bestond toen veertig jaar. Nou ja, het was veertig jaar geleden dat het stripblad voor het eerst uitkwam. Het is niet zo dat het blad al veertig jaar wordt uitgegeven. In 2009 is Rob van Bavel met de herstart begonnen.

Ik vind het een leuk idee dat Mijn vriend Spider-Man gezellig naast een verzamelbundel van Barbara Stok staat – al betekent het wel dat men niet veel opheeft met alfabetische volgorde. Want eigenlijk had mijn boek natuurlijk naast die van Scott McCloud moeten staan. Ook goed gezelschap trouwens.

Ik hoop dat het boek van Ben Vranken ook te koop is bij Donner. Dode Varkens kwam een paar weken geleden uit bij Xtra. Ik schreef daar dit stuk over. Als je toch mijn boek gaat halen in Donner, neem dan vooral ook het boek van Vranken mee.

Categorieën
Daily Webhead Minneboo leest Strips Video

Dode Varkens van Ben Vranken

Dode Vakens is een dik, mooi uitgegeven boek met een selectie van het beste werk van Ben Vranken.

Ben Vranken signeert. Foto: Michael Minneboo.

In 1984 stuurde de Zeeuwse stripmaker en illustrator Ben Vranken (Vlissingen, 1962) een strip naar uitgeverij Van Wulften BV in de hoop dat ze zijn werk wilden uitgeven. Bijna een jaar later en toevallig vlak nadat Frits Jonker over Vrankens werk in een column had geschreven, kreeg hij pas een schrijven terug. Een afwijzingsbrief waarin Bens strip werd beoordeeld als ‘nogal mager, weinig boeiend en verrassend. De tekenstijl is overigens veel belovend.’

Ruim 32 jaar later ligt er een vuistdik boek genaamd Dode Varkens, met daarin opgenomen een selectie van Vrankens beste verhalen in stripvorm, met toelichting van de maker. Het boek is verrijkt met een mooi dossier met daarin onder andere bovenstaande brief, en Vrankens correspondentie met Frits Jonker. De uitgever van het boek: Ger van Wulften. Precies, dezelfde, al heet zijn uitgeverij nu Xtra.

Zondag 18 juni werd Dode Varkens gepresenteerd. Tijdens de presentatie in club Akhnaton signeerde de illustrator boeken voor zijn lezers.

Vlak voor de signeersessie maakten Vranken en ik kennis met elkaar. Een sympathieke kunstenaar, die in zijn werk een wereld schept die vooral gekenmerkt wordt door verval en een beklemmende sfeer. Maar ondanks de post-apocalyptische landschappen en de sombere toon, kent het werk ook veel ironie en zwarte humor.

Vranken is een eigenzinnige tekenaar die altijd zijn eigen weg op is gegaan. Hij maakte illustraties voor onder andere De Telegraaf, de VolkskrantArcheologie Magazine en het Nationaal Historisch Museum. Zijn strips en illustraties bewaarde hij jarenlang in natte, kartonnendozen. Voer voor papiervisjes. Een deel van het werk is opgegeten door de papierversnipperaar.

Hiernamaals
De titel van zijn boek verwijst naar een van de verhalen uit de bundel. Een mooi verhaal waarin Vranken een bijzondere visie toont op het hiernamaals. De titel Dode Varkens klinkt weinig commercieel, maar dat zijn z’n strips eigenlijk ook helemaal niet. Wat ze wel zijn is uniek, met een geheel eigen stijl en geluid. Zoals filmregisseur Erik de Bruyn al in zijn voorwoord zegt: ‘De strips van Ben Vranken zíjn kunst. En net als bij een autonoom conceptueel modern werk het geval kan zijn, moet je soms wat moeite doen om het tot je te nemen. Maar dan word je meegezogen in Vrankens wereld.’

Vrankens werk beantwoordt een vraag die me regelmatig te binnenschiet: bestaat er nog steeds underground in Nederland? En dan bedoel ik natuurlijk underground-strips.

De Amerikaanse underground-scene van weleer, met onder andere Robert Crumb, Spain Rodriguez en Gilbert Shelton, spreekt namelijk enorm tot mijn verbeelding. Stripmakers die dwars tegen de heersende consensus in gingen en hun eigen verhalen vertelden. Verhalen vol seks, drugs, surrealistisme en autobiografische elementen. In Nederland denk je dan meteen aan Peter Pontiac. Wasco. Mark Smeets.

Je kunt de Nederlandse stripwereld natuurlijk cynisch bekijken en zeggen dat die eigenlijk helemaal underground is, want het is een kleine niche die door het grote publiek voor het merendeel wordt genegeerd. Maar die stelling kan ik niet verdedigen, ook al komt het toch vaak neer op werk in de marge.

Maar Vranken, da’s wel underground. En dat bedoel ik als compliment: graag zie ik meer van dit soort eigenzinnige makers. Ik besteed er dan ook graag aandacht aan. Sterker nog, door de middag in Akhnaton besefte ik weer eens dat dit eigenlijk mijn werk moet zijn: het aankaarten van makers zoals Vranken, en bloggers zoals de eerdergenoemde Frits Jonker. Laat Van Nieuwkerk de mainstream maar behandelen. Laat anderen meer die rivier van papier van middelmatige strips recenseren. Geef mij maar de tekenaars die krabbelen in de marge, die hun eigen hang-ups en frustraties onder ogen zien en verwerken in verhalen. Ik geef ik graag een podium op mijn blog of in een tijdschrift. Ik ga me vanaf nu nog meer bezighouden met wat mij boeit en de ruis negeren.

Bezwering
Over de opgenomen pagina’s uit zijn schetsboeken schrijft Vranken: ‘Waarschijnlijk was dat hele tekenen een soort bezweringsritueel: door het verbeelden van allerlei ellende hoop je dat die in het echt je deurtje voorbij gaat. Bovendien vormt het een prima uitlaatklep voor je frustraties en voorkomt het tekenen van geweld dat je in de supermarkt oude vrouwtjes ondersteboven rijdt met je winkelwagen.’ De oude vrouwtjes en de lezers mogen Vranken dankbaar zijn.

Op dit moment heb ik het boek nog lang niet uit, maar dat vind ik wel fijn. Het is zo’n boek dat je af en toe moet oppakken om te bladeren of verder te lezen. Tot nu toe vind ik het allemaal inspirerend, net zoals de dikke boeken van Serge Baeken barst Dode Varkens van de creatieve energie. Ook die worden uitgegeven door Xtra. Dat is natuurlijk geen toeval.

Dode Varkens is een mooie uitgeven, dikke bloemlezing met harde kaft. Het werk van Ben Vranken zal lang niet aan iedereen besteed zijn (want hé, underground, dus) maar een aanrader voor iedereen die toe is aan iets anders. Pak het eens op in de winkel en blader erdoorheen. Is het niets voor je, leg het terug, maar waarschijnlijk wil je erin blijven lezen.

Ben Vranken. Dode Varkens.
Uitgeverij Xtra, 384 pagina’s · € 34,90
ISBN 9789490759919

En dan nu nog even een bonusvideo van de eerste tekening die Ben maakte die middag tijdens de signeersessie. De muziek wordt gedraaid door DJ Frits Jonker.

 


Daarom Minneboo leest:
Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een interview, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.

Categorieën
Strips

Exclusief voorproefje van Pulpman #18

Pulpman, het stripblad van Fred de Heij, Esther Gasseling en Ger van Wulften, kortom de mensen van uitgeverij Xtra, heeft al jaren mijn striphartje gestolen. Begin juni ligt eindelijk nummer 18 in de winkel. Hier alvast een voorproefje.

Cover-Pulpman-18Eigenlijk is Pulpman het laatste echte stukje underground strip in Nederland. Het wordt gemaakt door slechts een handjevol mensen die vooral met passie voor strips, pulp en andere visuele lekkernijen iedere keer veel moeite doen om weer een nieuwe Pulpman te maken. De Heij, de sneltekenaar van Nederland, heeft dit keer maar liefst 117 pagina’s strip getekend. (117 dus! Honderdzeventien!).

En naar wat ik daarvan gezien heb, zijn deze weer even smakelijk als altijd. Een groot deel van dat aantal behoort tot de strip Roca Verde, Freds vervolg op De schuilplaats dat 500 pagina’s lang moet worden. Een vraag die daarin wordt gesteld en wordt beantwoord is waar Pulpman eigenlijk voor staat. Ook is het deels een metaverhaal over het maken van een goeie strip. En daar heeft Fred natuurlijk wel een mening over. Eentje die hij overigens geregeld in zijn columns voor Stripnieuws ook laat horen.

Pulpman_detail

Verder in dit nummer onder andere de coproductie van Fred met Frits Jonker (het vervolg van Het koffertje), plus twee nieuwe samenwerkingen: met Anton Bedding en met de Vlaming Rudi Coel.

Geen porno!
Ik sprak Esther Gasseling van de week over deze nieuwe Pulpman en zei vertelde dat we ook dit nummer weer veel seks mogen verwachten. Fred ziet deze scènes overigens niet als pornografie.

Esther:

‘Toen ik het daar onlangs met hem over had, zei Fred: “In bijna alle definities van het woord pornografie gaat men ervan uit dat de bedoeling is de kijker/lezer seksueel te stimuleren. In mijn Pulpman-werk ben ik expliciet, maar het seksueel prikkelen is nooit mijn bedoeling. Wat dan wel? Humor.” ‘

Grappig, want dat blijft een van de dingen waar Fred en ik het niet over eens zullen worden. Zijn intentie is wellicht humor en de seksscènes zijn zeker grappig. De meeste officiële pornografie heeft natuurlijk iets van humor, want standaard porno is vaak zo grotesk dat het op de lachspieren werkt. Hoe leuk de seks in Pulpman ook is, de tekeningen an sich weten ook te prikkelen vind ik. Dus of het nu de bedoeling van de maker is of niet, de tekenpen van Fred is zo vakkundig dat de mooie vrouwen die hij tekent en de dingen die zij doen, zeker wel een stimulerende werking kunnen hebben.

pulpman-18-KoffertjeHier nog even de gehele inhoudsopgave, om je alvast een beetje lekker te maken:

INLEIDING
FRED DE HEIJ
Waarin Pulpman zich afvraagt waar zijn blad eigenlijk precies voor staat.

SNUFFELSTAGE
FRED DE HEIJ
Welke stagiaire mag tijdens de komende Pulpman-vergadering haar ideeën komen pitchen? Birgit, Amber of Miriam? De proefopdracht zal het uitwijzen.

pulpman-Vampirella_introVAMPIRELLA
FRED DE HEIJ
Bob Jusko jaagt op groot wild. En zij is zijn gevaarlijkste prooi ooit: Vampirella.

DE REDACTIEVERGADERING
FRED DE HEIJ
Hoofdredacteur Pulpman bespreekt het komende nummer met de rest van de redactie: Kapitein Rob, Groenhaar, Max Havelaar en Giulia, plus de andere bemanningsleden van het ruimtestation… eh… eiland Roca Verde.

pulpman-Kapitein-Rob

DE EERSTE KEER
DAV GUEDIN
Voorpublicatie van De eerste keer: openhartige verhalen van Dav Guedin over meisjes, gierende hormonen, onwennige intimiteiten, onhandig gedoe, allerhande geëxperimenteer en een geliefde die een onuitwisbare indruk maakte: Lulu.

HET KOFFERTJE (2)
FRITS JONKER & FRED DE HEIJ
Na het koffertje met 78 onbekende opnames van de Beatles levert een rondje langs het huisvuil opnieuw iets op: de vondst van de eeuw.

DE BEUL
BEN VRANKEN
In zijn confectieatelier De Beul hanteert pastoor Herman het evangelie als verdienmodel. Het paradijs lonkt immers alleen voor wie noeste arbeid verricht. En daar kun je niet jong genoeg mee beginnen.

ROCA VERDE (vervolg)
FRED DE HEIJ
Corruptie en spionage. Verdeel en heers. Overwerk en overspel. Op zoek naar de politiemol als tipgever van de criminele Osborn-bende sneuvelt er weleens een slipje. Dit en meer stinkende zaken in het uitgebreide Pulpman-feuilleton Roca Verde.

NATTE MAAN
SOPHIE CAMBELL
Fragment uit Gisteren is niet meer: het zesde deel uit de Natte Maan-reeks, waarin Audrey uit de kast komt, gek wordt van de zorgen om haar comateuze vriendin Trilby en heeft gefaald als oppas…

DE BIECHT
RUDI COEL & FRED DE HEIJ
Een priester in gewetensnood gaat te biecht bij een collega over de ongebruikelijke biecht van een uitzonderlijke vrouw in zijn parochie.

LIEBESTOD
ANTON BEDDING & FRED DE HEIJ
Johnny Rowdan was een crimineel van het zuiverste water, die ijskoud carrière maakte over de rug van anderen. Maar toen er liefde in zijn leven kwam, knapte er iets.

EN VERDER O.A.

Rudi Coel over het genre van het erotische korte verhaal. “Omdat schrijven over seks letterlijk opwindend is en omdat seks altijd zoveel meer is dan seks.”

Preview van het derde deel (en slot) van Claire DeWitt: De vader, de dochter & de duivel door Willem Ritstier en Fred de Heij.

De coming out van Sophie (voorheen Ross) Campell als transgender.

PULPMAN #18
Fred de Heij & anderen
130 pag. (€ 14,90) · ISBN 978-94-90759-85-8
Uitgeverij Xtra
Verschijningsdatum: 4 juni (Stripdagen Haarlem)