De titel zegt het eigenlijk allemaal al. In deze vlog blader ik door de nieuwe biografie over Piet Wijn geschreven door Jan-Willem de Vries. Meer hierover lees je hier.
Tag: Biografie
Marten Toonder De Biografie van Wim Hazeu heb ik uitgelezen in twee weken. Een fascinerend verhaal over het leven van een de belangrijkste stripmakers van Nederland. Toch zit ik nu met een prangende vraag: hoeveel van de Tom Poes-strip maakte Toonder nu eigenlijk zelf? Tonder beweerde altijd dat hij alles zelf deed, maar hij had een hele studio voor hem werken. Veel tekeningen werden in opzet door anderen gemaakt.
Concerto Books is een nieuwe stripuitgeverij in Nederland en is verbonden aan platenwinkel Concerto in Amsterdam. Ze willen vooral stripromans over muziek en popartiesten uitgeven. Hun eerste boek gaat over de Ramones. Het tweede kreeg ik laatst opgestuurd en is een stripbiografie over een muzikant waar ik tot nu toe nog niet over gehoord had. In deze vlog neem ik een kijkje in beide stripalbums.
Een bijzonder bezoek aan de studio van stripmaker Typex, waar hij vijf jaar werkte aan zijn striproman over Andy Warhol. Typex toont zijn schetsboek en vergelijkt de oerversie van zijn stripverhaal met de uiteindelijke versie.
Ook vertelt hij over hoe het boek verder tot stand kwam en wat Warhol nu zo’n fascinerende persoon maakte. Typex’s Andy: Feitelijke fictie. De vele levens van Andy Warhol is een prachtige striproman van 562 pagina’s en een van de beste strips die in 2018 zijn uitgekomen. In deze vlog valt dus een hoop te genieten voor de stripliefhebber. Ik interviewde Typex in opdracht van de VPRO gids, en na het gesprek aan de keukentafel maakten we samen deze vlog in zijn zolderstudio.
Check ook deze vlog waarin Typex het portret van Rembrandt op de etalage van de American Book Center schildert.
De Duitse stripmaker Reinhard Kleist maakte een meeslepende en fascinerende striproman over het leven en het werk van Nick Cave. ‘Mensen die iets duisters in zich meedragen interesseren mij.’
‘Reinhard Kleist, meester-beeldromancier en schepper van mythes heeft – wederom – de conventies van de graphic novel getart met deze angstaanjagende samensmelting van Cave-songs, biografische halve waarheden en verrukkelijke hersenspinsels, waarmee hij een complexe, indrukwekkende en volstrekt bizarre reis door de Wereld van Cave heeft gecreëerd. Dit boek komt dichter bij de waarheid dan elke andere biografie, zoveel is zeker! Maar laat één ding duidelijk zijn: ik heb Elisa Day niet vermoord,’ aldus de flaptekst geschreven door Nick Cave over de nieuwe graphic novel Nick Cave: Mercy on Me. De getekende biografie die begin oktober verscheen bij uitgeverij Scratch.
Stripauteur Reinhard Kleist (Keulen, 1970) is er in zijn nopjes mee, laat hij vanuit zijn huis in Berlijn telefonisch weten. ‘Cave laat hiermee weten dat hij erg blij is met het boek en tegelijkertijd neemt hij er afstand van.’ Zijn striproman over Nick Cave, de Australische singer-songwriter, muzikant, dichter, auteur en acteur, is niet de eerste biografie van Kleist. Eerder verbeeldde hij de levens van onder meer bokser Harry Haft, Fidel Castro, Elvis Presley en Johnny Cash.
Gebroken biografie
‘Ik ben erg geïnteresseerd in waargebeurde verhalen, omdat je daar zoveel uit kunt halen,’ licht Kleist zijn voorkeur voor het genre biografie toe. ‘In het geval van Der Boxer en Der Traum von Olympia waren het die specifieke verhalen die ik aan een strip lezend publiek wilde vertellen. Dat laatste boek ging over de Somalische atleet Samia Yusuf Omar met wie het dramatisch afliep. Er wordt wel gezegd dat ik me aangetrokken voel tot mensen met een gebroken biografie of een beschadigde persoonlijkheid. Mensen die iets duisters in zich meedragen. Zoals Johnny Cash. Die had een duistere visie op de wereld, en was drugsverslaafd. Hij was een lange tijd niet erg aardig voor zichzelf, destructief. Ieder moment kon hem een ramp overkomen. Hoe hij zijn weg daaruit vond, maakt een boeiend verhaal. Wat mij in het bijzonder fascineert aan Nick Cave is dat hij een van de grootste verhalenvertellers in de muziek is. Hij gebruikt de sfeer van de muziek en de songteksten om zijn verhalen te illustreren.’
De inmiddels 60-jarige Australiër trad met zijn Bad Seeds 6 oktober nog op in een uitverkochte Ziggo Dome. De show was onderdeel van de Europese tournee die in het teken staat van het nieuwe album Skeleton Tree.
Ware mythes
Nick Cave: Mercy On Me is geen recht-toe-recht aan biografie, maar een meeslepend relaas, waarin de songs van Cave verweven zijn met zijn gebeurtenissen uit zijn leven en de mythologie rondom zijn personage. ‘Nick is zelf constant bezig met het vormen van zijn legende. Toen ik met hem sprak, praatte hij vaak over zichzelf in de derde persoon. Hij is dus eigenlijk constant een personage genaamd Nick Cave aan het opbouwen. Dat heb ik ook met dit boek gedaan. Op een bepaalde manier heb ik mijn eigen versie van Nick Cave gecreëerd. Tijdens onze gesprekken maakte hij al snel duidelijk dat het boek geen navertelling van feiten en gebeurtenissen mocht worden. Daarom heb ik ervoor gekozen om mij meer op zijn persoonlijkheid te richten en op zijn positie als kunstenaar in relatie tot zijn werk. Ik vertel nu over gebeurtenissen uit Caves leven vanuit het perspectief van personages uit zijn songs en vanuit de hoofdpersoon uit zijn debuutroman.’
Kleist laat de personages uit Caves werk tot hem spreken. In de striproman komen soms dezelfde gebeurtenissen terug, verteld vanuit een ander perspectief. Ieder hoofdstuk bevat een thema, dat vervolgens belicht wordt aan de hand van belangrijke werken uit Caves oeuvre. ‘Het eerste hoofdstuk gaat over de jongen die zijn ouderlijk huis verlaat en de wijde wereld in trekt, maar een flinke klap in zijn gezicht krijgt. Dat is in de basis ook het verhaal van ‘The Hammer Song’. Daarin zitten overeenkomsten met wat Cave op die leeftijd zelf is overkomen. ‘Where The Wild Roses Grow’ is het liefdesverhaal tussen Anita Lane en Cave. Nick heeft ooit in een interview verteld dat hij en het hoofdpersonage in ‘The Mercy Seat’, de veroordeelde die op de elektrische stoel gezet wordt, veel gemeen hadden omdat het toen niet goed met hem ging. Met dat liedje riep hij eigenlijk om hulp.’
Apocalyps
Uiteindelijk leidt deze overdonderende en op prachtige wijze gevisualiseerde reis door de wereld van Cave tot een Apocalyps en een rechtstreekse confrontatie tussen de kunstenaar en zijn creaties. ‘Als Cave verhalen bedenkt, creëert hij werelden en personages. Dat maakt hem tot een God in zijn eigen universum. Maar Cave is niet erg aardig voor zijn personages. Aan het eind van de meeste verhalen sterven ze. Daarom laat ik ze aan Cave vragen waarom hij hen dit aandoet. Zo kon ik het hebben over de relatie tussen de kunstenaar en zijn werk en de verantwoordelijkheid die hij heeft ten opzichte van de mensen die hij creëert. Als ik een strip maak wil ik ook dat de personages echt gaan leven voor de lezer. En als dat gebeurt, heeft dat iets magisch.’
‘Op het waarom van Cave’s moordlust, zijn verschillende antwoorden,’ zegt Kleist. ‘In het geval van Elisa Day van het lied ‘Where the Wild Roses Grow’, antwoordt Cave: “All beauty must die”. Daaruit concludeer ik dat Cave haar doodde om haar onsterfelijk te maken. Iedereen kent het liedje immers, het wordt nog steeds gezongen en naar geluisterd.’
De personages vertegenwoordigen ook facetten van Cave’s persoonlijkheid. Kleist ziet de hoofdpersoon uit het lied Red Right Hand als de duivelse versie van Cave, iemand die een spoor van vernietiging achter zich laat. De mensen in zijn leven en met wie hij samenwerkt zijn als microscopische radertjes in een catastrofistisch plan. ‘Dat spoor van vernietiging verwijst vaak naar zijn persoonlijke relaties. Gedurende zijn carrière was Cave, als bandleider en kunstenaar, niet altijd even aardig voor de mensen in zijn omgeving,’ vertelt de stripauteur.
Kleist voerde meerdere gesprekken met Cave die de stripmaker volledig vertrouwde en de vrije hand gaf. ‘Een keer heeft hij zich uitgesproken. Nick wilde het verhaal over de dood van zijn vader er niet in hebben, want hij vond mijn benadering hiervan niet goed. Dat heb ik toen aangepast, maar uiteindelijk heb ik het helemaal geschrapt omdat het niet bij de rest paste.’
Geluidloos
Cave is als performer nogal theatraal, dus als je werkt met een stil medium met statische illustraties, hoe vertaal je de opwinding van een live-optreden dan naar het papier?
‘Dat dilemma is ook een van de redenen waarom ik graag biografieën over muzikanten maak, juist omdat ik in een medium zonder geluid werk. Het is een enorme uitdaging om muziek hierin te portretteren. In een scène in het boek geeft Cave met zijn tweede band The Birthday Party een concert. Ik heb geprobeerd de ruige energie en agressiviteit van de muziek weer te geven in de tekeningen door de songteksten door het publiek te laten snijden en mensen letterlijk te onthoofden. In een andere scène laat ik het geluid van een trein overgaan in dat van een elektrische gitaar. Op die momenten probeer ik muziek zichtbaar te maken.’
Reinhard Kleist. Nick Cave: Mercy On Me. De getekende biografie. (Vertaling Joost Pollmann)
Scratch.
Geschreven voor en gepubliceerd in VPRO Gids #4.
Intrigerende stripbiografie over Nick Cave
De afgelopen dagen heb ik mij verdiept in het leven en werk van Nick Cave. Er komt 3 oktober namelijk een prachtige striproman uit van Reinhard Kleist over de Australische singer-songwriter, muzikant, auteur en acteur.
Eerlijk gezegd kende ik het werk van Cave maar oppervlakkig. Ik zag de documentaire 20.000 Days on Earth. ‘Where the Wild Roses Grow’ en enkele andere nummers van Cave draai ik wel eens. En ik las ooit zijn tweede roman, The Death of Bunny Munro.
Maar om Kleist te kunnen interviewen en zijn gelaagde striproman goed te kunnen doorgronden, ben ik dus in de wereld van Cave gedoken. Ik wil namelijk weten waar ik het over heb. Dat hoort bij mijn werk. Dat betekende in dit geval parallel aan het lezen van de graphic novel veel muziek luisteren en informatie lezen. Maar in het geval van het werk van Cave is dat geen straf.
Toen er een paar jaar geleden een boek met verstrippingen van songs van Bob Dylan uitkwam bij uitgeverij Silvester, ben ik heel diep in de wereld van Dylan gedoken. Ik kende zijn werk al door onder andere Wonder Boys, maar daarna ben ik echt fan van de man en zijn werk geworden. Ik zou mezelf niet meteen een fan van Cave noemen, intrigerend vind ik hem wel.
Woensdagmiddag sprak ik Kleist telefonisch: hij woont in Berlijn. Tijdens het interview werd de verbinding een paar keer verbroken. Toch werd het een goed gesprek. Ik kende Kleist werk wel al: hij heeft meerdere stripbiografieën op zijn naam staan. Die over Johnny Cash is fantastisch. En dit boek over Cave gaat ook op mijn lijst van een van de beste strips van dit jaar. Het is geen recht-toe-recht aan biografie, maar een meeslepend relaas, waarin de songs van Cave verweven zijn met zijn gebeurtenissen uit zijn leven en de mythologie rondom zijn personage.
Nick Cave: Mercy On Me. De getekende biografie verschijnt dus 3 oktober bij uitgeverij Scratch. Op donderdag 5 oktober om 17 uur is de boekpresentatie in Concerto, Amsterdam. Kleist is daarbij aanwezig en signeert zijn boek. Muziekjournalist Jan Vollaard (o.a. NRC) komt een mooi verhaal vertellen over Nick Cave. Cave geeft die dag erna een concert in de Ziggo Dome.
Een week later verschijnt mijn interview in de VPRO Gids.
Wat: Boekpresentatie Nick Cave: Mercy on Me. De getekende biografie
Wanneer: Donderdag 5 oktober vanaf 17.00 uur
Waar: Concerto, Utrechtsestraat 52-60, 1017 VP Amsterdam
Vrijdag 6 oktober signeert Kleist ook in stripwinkel het Beeldverhaal van 16:30 tot 18:30.
Het tweede deel van Halfdan Piskets trilogie over het leven van zijn vader is uit. Ik vond het eerste deel erg indrukwekkend, al is het geen licht leesvoer.
In Deserteur gaat over de jeugd van de vader van Halfdan Pisket. Die groeit op in een welvarende familie in een klein dorpje in het grensgebied tussen Turkije en Armenië. Zijn vader, een fervent aanhanger van Atatürk, is Turks, zijn moeder is Armeens. Het dorpje lijkt onberoerd door de conflicten tussen Turken en Armeniërs. Toch liggen er nog steeds skeletten langs de wegen uit oude oorlogen. Het Turkse leger bewaakt de nabijgelegen grens, die zich voortdurend verplaatst. Piskets vader dient korte tijd in het Turkse leger. Uiteindelijk deserteert hij en dat heeft fatale gevolgen.
Het tweede deel, Kakkerlak, ligt op mijn bureau te wachten om gelezen te worden.
Kakkerlak begint als Piskets vader uit de Turkse gevangenis ontslagen wordt. Hij besluit zijn bloedige verleden achter zich te laten en opnieuw te beginnen. Hij gaat aan het werk als gastarbeider in het Denemarken van de jaren zeventig. Maar hij kan er niet aarden, wordt tig keer ontslagen en vervalt van de ene lege relatie in de andere. Langzaam glijdt hij af naar een leven vol criminaliteit en geweld. Maar hij ontdekt ook de liefde, vriendschappen en hij krijgt kinderen die het waard zijn om voor te vechten.
Stripauteur Halfdan Pisket (1986) studeerde in 2009 af aan de Royal Danish Academy of Fine Arts. Hij is de eerste striptekenaar die de prestigieuze beurs voor auteurs ontving van de Danish Arts Council. Check hier trouwens zijn interessante Instagramfeed.
De trilogie van Pisket wordt uitgegeven door SubQ, de uitgeverij waar binnenkort ook mijn debuut uit zal komen. Ze geven niet heel veel strips per jaar uit, maar zijn er daarom erg op gebrand om kwaliteitstrips op de markt te brengen. Er zijn immers al genoeg middelmatige beeldverhalen die de schappen vullen.
De Nederlandse versie van Economix kwam in de herfst van 2016 uit bij SubQ. Ik schreef voor de American Book Center ooit deze recensie van dat boek.
Daarom Minneboo leest:
Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een interview, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.
Het eerste deel van de striptrilogie over André Hazes is uit. Bloed behandelt de jonge jaren van de volkszanger en loopt van 1951 tot en met 1976, het moment dat hij zijn eerste singel Eenzame kerst uitbrengt.
Het verhaal van de stripbiografie werd gepend door Jan-Willem de Vries en Ben Westervoorde visualiseerde de geschiedenis van Hazes. Eerder dit jaar sprak ik Westervoorde over het project toen hij nog volop aan het tekenen was. De tekenaar maakt in het interview duidelijk wat hem zo fascineert aan de in 2005 overleden volkszanger:
Weet je, ik ben nooit een fan geweest van André Hazes. Maar in zijn genre was hij wel de top. In tegenstelling tot collega’s als Marco Borsato wist hij met overtuiging te zingen. Als Hazes zong dat hij een beetje verliefd was, dan geloofde je dat. Borsato is mij veel te plastic. Hazes had het hart op de tong en had de ziel van een blueszanger. Zijn teksten blijven hangen en zijn makkelijk mee te zingen. Dat is ook geen geringe prestatie.
Dat neemt niet weg dat ik zijn kist op de middenstip in de Arena altijd wat overdreven heb gevonden. Maar goed, zoals ik al zei: ik ben nooit fan geweest van zijn muziek.
De afgelopen jaren zijn er ook heel wat zaken over André Hazes verschenen, zoals een biopic en een musical. De documentaire Zij gelooft in mij van John Appel uit 1999 heb ik wel gezien trouwens en die gaf een goed beeld van hoe het leven van Hazes er toentertijd uitzag.
En nu is er dus een stripbiografie die ook nog eens in drie hardcover albums uitgegeven zal worden. Van de eerste editie is zelfs een zogenaamde Mokum-versie uitgekomen. Dit eerste deel toont dat André een moeilijke jeugd heeft gehad. Hij had een alcoholistische vader met losse handjes die zijn kinderen graag kort hield. Wanneer Hazes na een reeks kortlopende baantjes achter de bar staat en de zingende barkeeper wordt, heeft hij zijn thuis gevonden.
Het album zal voor de fans een feest zijn. Ik weet nu al dat mijn moeder, die wel dol is op het oeuvre van Hazes, de strip met interesse zal lezen. Zij zal het erg leuk vinden dat de geschiedenis van haar held in stripvorm is gegoten.
André Hazes – De stripbiografie # 1 – Bloed
Uitgeverij Silvester Strips € 19,95.
[hr]
Daarom Minneboo leest:
Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een interview, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.
In de biografische striproman Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938 wordt het leven van blueslegende Robert Johnson verhaald. Mooi op papier gezet door Mezzo, maar het verhaal van J.M. Dupont is helaas oppervlakkig.
Robert Johnson werd slechts 27, liet een twintigtal songs na en heeft slechts twee opnamesessies in zijn leven bijgewoond. Toch wordt hij beschouwd als een van de invloedrijkste bluesartiesten aller tijden. Hij inspireerde onder andere the Rolling Stones, Bob Dylan, Eric Clapton en the White Stripes, die allen veel succes hebben gehad of hebben in de popmuziek.
Over Johnson gaat het verhaal dat hij een deal sloot met de duivel en dat hij in ruil voor zijn ziel uitmuntend gitaar kon spelen. In Love in Vain is het Satan zelf die deze mythe ontkracht – hij is tevens de verteller van deze strip.
De bluesmuzikant werd vergiftigd tijdens een optreden, waarschijnlijk door een rivaal in de liefde. Hoewel hij dat overleefde, stierf hij enkele dagen later aan longontsteking die zijn door drank en syfilis verteerde lijf de das omdeed.
Schoolse samenvatting
Scenarist Jean-Michel Dupont doet verslag van Johnsons relatief korte leven, van de wieg tot het graf. Goed gedocumenteerd en degelijk. De vertelling leunt zwaar op captions die als rode draad de ultrakorte scènes aan elkaar rijgt. Hoewel dit resulteert in een aardige samenvatting, blijft Robert Johnson hierdoor een personage waarover verteld wordt zonder dat hij echt tot leven komt. Dupont observeert Johnson van een afstand en hierdoor wordt hij nooit een personage dat we goed leren kennen of wiens motivaties of zielenroerselen we begrijpen, simpelweg omdat we daar geen toegang tot krijgen. Love in Vain blijft dus aan de oppervlakte zweven, iets waar meer biografische strips last van hebben, zoals de striproman over Robert Moses die ik eerder recenseerde.
Burns
De sterke tekeningen van Mezzo (De vliegenkoning) weten de aandacht vast te houden en zijn bijna allemaal individueel in te lijsten en aan een muur te hangen. Mezzo’s stijl doet mij erg denken aan die van Charles Burns. Die werkt ook in zwart-wit en in zijn tekeningen voeren grote zwarte vlakken ook de boventoon. Achter in het boek zijn songteksten van Johnson opgenomen. Deze teksten worden vergezeld van sfeervolle houtskooltekeningen van Mezzo, zoals deze:
Love in Vain is een mooi verzorgde uitgave van Sherpa die geïnteresseerden in bluesmuziek en Robert Johnson in het bijzonder, niet mogen laten liggen.
J.M. Dupont & Mezzo. Love in Vain – Robert Johnson 1911-1938.
Uitgeverij Sherpa, € 24,95.
Er is ook een editie met gesigneerde ex libris, verkrijgbaar voor €39,95.
https://www.youtube.com/watch?v=qpevZxy5398
Pierre Christin en Olivier Balez maakten een nogal schoolse biografische strip over de man die een duidelijke stempel op New York heeft gedrukt.
Van de jaren twintig tot de jaren zeventig van de vorige eeuw was Robert Moses de stadsplanner van New York. Hij heeft dus een flinke stempel gedrukt op een van de prachtigste steden op aarde. Moses liet talloze bruggen bouwen, liet een aantal van de beroemdste autosnelwegen van de stad aanleggen en verrijkte de stad middels parkways, stranden, tuinen, een dierentuin, zwembaden en speelterreinen. Ook zorgde hij ervoor dat er duizenden woningen bij kwamen.
Moses bekleedde meerdere functies, soms na elkaar, soms tegelijkertijd en werd lang op handen gedragen totdat zijn projecten wel erg megalomaan begonnen te worden. Zijn belangrijkste tegenstander wordt Jane Jacobs, journalist bij een architectenblad die mensen mobiliseert tegen de plannen van Moses omdat zij vindt dat alles lijkt te moeten wijken voor brede autowegen door de stad. ‘Ik denk soms dat Amerikaanse steden psychiatrische inrichtingen worden, bestuurd door de ziekste geesten,’ vertelt ze op het Architectural forum van 1956 en duidelijk doelend op Moses.
Moses sloopt dan ook hele wijken om zijn wegen te kunnen bouwen. Ook wordt de blanke Moses er op een gegeven moment van beschuldigd een racist te zijn omdat hij wel opvallend veel gebouwen sloopt waar Afro-Amerikanen in wonen.
De strip Robert Moses: De man die New York bouwde, is interessant voor iedereen die geïnteresseerd is in de geschiedenis van New York. Balez trakteert de lezer op mooie tekeningen van de stedelijke architectuur. Op zich leent het verhaal van Moses zich voor mooi drama, maar scenarist Christin benut dit helaas op geen enkele manier. De strip volgt chronologisch het leven van Moses en is nogal schools van opzet. Educatief verantwoord, maar geen meeslepende vertelling. Erg jammer.
Pierre Christin en Olivier Balez. Robert Moses: De man die New York bouwde.
Uitgeverij Blloan, € 24,95
Eva Rovers schrijft op dit moment de biografie van Boudewijn Büch. Nog steeds vind ik hem een fascinerende figuur.
De enige keer dat ik Boudewijn Büch in real life zag, was toen hij door de Spuistraat fietste. Hij had een grote doos vol boeken op zijn fiets, afgehaald bij zijn vaste leverancier Atheneum Boekhandel. Ik kon de neiging om hem aan te roepen onderdrukken. Gelukkig maar want dat zou wel een beetje vreemd zijn geweest. De schrijver/dichter/televisiepresentator/fantast kende mij immers niet. Een paar maanden later was hij dood.
Ik heb Büch altijd een fascinerende figuur gevonden en las zijn boeken graag. Al moet ik daar wel bij zeggen dat ik vaak niet vrolijk werd van zijn verhalen. Integendeel. Genieten deed ik ook van zijn tv-programma’s. Een markante figuur als Büch, iemand die gefascineerd naar een botje van een Dodo kan staren of als een kwajongen stiekem de kist van Goethe aanraakt als blijkt dat het alarmsysteem uit staat, mis ik op de Nederlandse televisie. De man leefde met passie en volgde koortsachtig zijn fascinaties.
Er staat geen enkele uitzending van De wereld van Boudewijn Büch op uitzendingvergist.nl, gelukkig is iemand zo aardig geweest om veel afleveringen op YouTube te plaatsen. Over ongecoördineerd media-aanbod gesproken.
Nu we het daar toch over hebben: Wim Brands gaat geregeld op bezoek bij schrijvers en deze interviews staan gewoon op de site van de VPRO. Noem mij gerust een fan van Brands. Boeken is een van de weinige programma’s van de NPO die ik tegenwoordig nog kijk. Een interviewer en een schrijver aan tafel en dan lekker een half uur praten over boeken. Mooier kan bijna niet. In het tijdperk van tweets, snelle facebookberichten en oppervlakkige schreeuwtelevisie is Boeken met Wim Brands een oase van rust en contemplatie.
Recent bezocht Brands Eva Rovers die al twee jaar druk is met het schrijven van de biografie over Büch. Het duurt nog minstens zo lang voordat het boek af is. Nog even wachten dus. Ondertussen vermaak ik me met Boeken en oude afleveringen Büch.
Camerawerk en montage: Menno Kooistra.