Laatst vertelde een goede vriend van me wat zijn favoriete Spider-Man-verhaal is. Dat soort dingen vind ik altijd leuk om te horen, want Spider-Man is mijn favoriete fictiefiguur. In mijn boek heb ik een lijst met 15 van de beste Spidey-comics ooit opgenomen.
Deze vlog gaat over dat bijzondere Spider-Man-verhaal geschreven door Bill Mantlo en getekend door Ed Hannigan. De tekeningen zijn fantastisch, en verder zit deze Peter Parker, the Spectacular Spider-Man vol met boeiende verhaalelementen, inclusief cosplayers die een superschurkenclub beginnen.
Ik heb het nog even opgezocht: Hannigan lijdt tegenwoordig aan multiple sclerose. Volgens mij maakt hij helemaal geen strips meer. Dat is heel spijtig, het is een fantastische tekenaar en coverdesigner. Zie zijn site voor meer tekenwerk.
Van de week belde maatje Chris me op: ‘We zijn de studio aan het opruimen en hebben een berg comics liggen die wegmoeten. Wil jij ze misschien hebben?’
Nu is mijn huis al een behoorlijk magazijn aan het worden en de stripkasten beginnen ook aardig vol te raken. Toch was ik nieuwsgierig naar wat er in de stapel te vinden zou zijn. ‘Veel Nederlandse comics van Juniorpress en wat Amerikaans spul,’ vertelde Chris.
Op Nederlandse vertalingen zat ik niet echt te wachten. De Nederlandse comics die ik vroeger kocht, koester ik, maar tegenwoordig lees ik liever de oorspronkelijke versies.
Uiteindelijk ging ik overstag en een paar uur later stond Chris in mijn woonkamer met een enorme Ikea-tas vol comics. Chris is behalve stripliefhebber en Star Wars-nerd in het dagelijks leven een heel goede illustrator die samen met een stel vrienden Moker Ontwerp runt. Ze maken onder andere illustraties en omslagen voor boeken en de VPRO gids. Net als ondergetekende is Chris ook een Spider-Man-fan, dus we hebben altijd wel wat te bespreken als we elkaar zien. De rest van de avond hebben we dan ook zitten praten.
De volgende dag heb ik de Ikea-tas rustig uitgepakt, nieuwsgierig naar welke schatten deze allemaal herbergde. Ik legde de comics per serie op tafel en kwam al snel tafel te kort.
Er zat inderdaad veel Juniorpress tussen: veel X-Men, Spawn, Generation X en Wolverine. Ook Amerikaanse versies hiervan. Comics met Wolverine in de hoofdrol lust ik graag. X-Men is lange tijd een van mijn favoriete series geweest. Er zaten ook enkele deeltjes Wonder Man tussen waar ik meteen zin in kreeg. Ik heb van Wonder Man namelijk nog nooit een solo-avontuur gelezen.
Al de comics zijn afkomstig uit de jaren negentig – niet echt bepaald het beste tijdperk met de beste verhalen, wat de reeks X-Force van Rob Liefeld goed demonstreert. Ook was ik verbazend enkele deeltjes Tomb Raider tegen te komen: nooit geweten dat JP die ook uitgaf.
De meeste comics staan inmiddels in de kast. Wanneer ik eraan toe kom om ze te lezen, weet ik nog niet, maar ik vind het een fijn idee dat ze bij mij onderdak hebben gevonden. Mijn werkkamer is een soort weeshuis voor strips geworden, of Weeshuis van de strips, vrij naar het radioprogramma Het weeshuis van de hits, dat tot 1991 te horen was en wat ik vaak luisterde als ik mijn huiswerk deed.
Toch moest ik bij het uitzoeken het meeste aan Frits Jonker denken, die allerlei dingen van mensen krijgt opgestuurd. Vaak zijn dat dingen die ze niet meer willen hebben, maar die Frits met open armen ontvangt: postzegelverzamelingen, oude boeken, spaarzegels of reclameplaatjes.
Ik wilde nog een foto nemen van de tafel vol met strips, maar ik dacht daar pas weer aan toen ze al in de kast stonden. Hoe dan ook: ik ben blij dat Chris aan me dacht en de comics bij mij onderbracht. Ze staan nu gezellig bij de andere X-Men comics en strips van Juniorpress.
Er zouden in deze tekst spoilers kunnen zitten, dus als je Star Wars Episode VII: The Force Awakingsnog wilt gaan kijken, zou ik deze blogposts pas later gaan lezen. Niet dat ik een recensie van deze film zal geven, want na de enorme mediahype van de afgelopen drie jaar, heb je allang beslist of je wel of niet naar deze film zal gaan. Recensies zijn dus vooral leuk om achteraf te lezen en te kijken of je het met de recensent eens bent.
Eerlijk gezegd weet ik nog niet precies wat ik wil zeggen, behalve dan dat ik blij ben dat ik The Force Awakens in de bioscoop heb gezien met een stel vrienden.
Woensdag 16 december stond ik samen met drie vrienden in de rij voor de bioscoopzaal in de Hallen in Amsterdam. Jeroen was zo aardig geweest om voor ons allemaal kaartjes te kopen. Dat deed hij meteen toen ze beschikbaar kwamen, zo’n anderhalve maand geleden. Jeroen zat dan ook al vier jaar op deze film te wachten. Hij is een echte Star Wars-fan. Eentje die niet houdt van Ewoks en grote problemen heeft met de laatste drie films die zijn uitgekomen. Die zijn dan ook niet mijn favoriet. Geef mij maar The Empire Strikes Back en Return of the Jedi. De trilogie van Lucas, tja, daar kun je maar het beste grappen over maken, zoals Thijs van Domburg op hilarische wijze kan:
https://www.youtube.com/watch?v=B9mExi2qW1k
Vlak voordat we de zaal binnengingen maakte Jeroen wel een enorme spoiler aan me bekend. ‘Wist je dat niet?! Dat is al drie jaar bekend!’. Ik had geen idee. De mediahype heb ik geprobeerd zoveel mogelijk te omzeilen. Dat lukte natuurlijk niet echt, want ik leef constant online, maar dit feitje wist ik nog niet. Het kon uiteindelijk de pret niet drukken. Zodra de muziek van John Williams te horen was en de beroemde Star Wars tekstscroll voorbijkwam, zaten we er al goed in. Er klonk applaus toen Han Solo en Chewie voor het eerst in beeld kwamen. Leia kreeg wat minder de handen op elkaar, maar toch.
Dat de drie oudgedienden Leia, Solo en Skywalker in The Force Awakens zitten, maakte het voor mij al een feestje. Leia, Yoda en de muziek van John Williams zijn mijn favoriete Star Wars-personages, en twee van de drie zitten in deze episode. Verder was het ook een heel fijn bioscoopbezoek. Dat kwam door mijn drie vrienden die grote Star Wars-fans zijn. Het is heerlijk om met gelijkgestemden een film te gaan zien en voor de vertoning verwachtingsvolle pret te maken. We waren allemaal weer even kinderen of tieners. Het is fantastisch dat een film kijken dat nog steeds teweeg kan brengen.
De vibe in de zaal was heel goed. Ik ga al jaren niet meer vrijwillig naar Pathébioscopen als de Munt omdat er altijd een paar hangjongeren zitten die de sfeer verneuken voor de rest. Die worden door de bewaking wel verwijderd, maar echt lekker ga je daar dus al niet zitten. De Hallen hebben de ettertjes kennelijk nog niet gevonden. Houden zo. Iedereen had woensdag zin om The Force Awakens te kijken en had daar duidelijk naar uitgekeken.
Gelukkig werden de verwachtingen door regisseur J.J. Abrams en scenaristen Lawrence Kasdan, Michael Arndt en Abrams ingelost. Zij geven genoeg voor de oude fans om lekker nostalgisch te kunnen kijken, maar voeren ook boeiende, nieuwe personages op. De film heeft een lekker tempo, goede special effects en je verveelt je in die 130 minuten geen seconde. Eindelijk weer wat kijkbaars uit Hollywood.
Weet je, als je wilt kniesoren valt er genoeg aan te merken op The Force Awakens. Misschien is het te veel een remake van A New Hope. De plot wordt opgang gezet door een macguffin waar ik zo mijn vraagtekens bij heb. Luke Skywalker is verdwenen en wil dus duidelijk niet gevonden worden. Maar er is wel een kaart die zijn locatie aangeeft?! Schatten en steden staan op de kaart maar iemand die niet gevonden wil worden?
Ach, wat geeft het. De dialogen zijn goed, de actie zit geramd in elkaar én er wordt goed geacteerd. Ik heb erg genoten van hoe Harrison Ford Han Solo weer gestalte gaf. De afgelopen jaren was ik vergeten wat een leuk personage dat eigenlijk is, maar Ford heeft me wat dat betreft goed de oren gewassen. Maar ook nieuwkomers Daisy Ridley (Rey) en John Boyega (Finn) vind ik erg goed. Over Oscar Isaac (Poe Dameron) hoor je mij trouwens ook niet klagen. Ik heb nog nooit een slecht optreden van die man gezien. Maar dat komt ook omdat ik Sucker Punch, die ik vorige maand zag, eigenlijk graag vergeet.
Er is dus meer goed dan slecht aan The Force Awakens. Ik denk dat de fans vooral blij zijn dat de film niet zuigt zoals de laatste drie. Dat maakt dat deze episode sowieso al een sterretje extra krijgt in de recensies, vermoed ik.
Na afloop moesten we allemaal snel naar huis naar onze gezinnetjes. Het was dan ook al nacht. Toch kon ik slecht in slaap komen. I was still buzzing from Star Wars. Ook nu, twee dagen later, brengt het bioscoopbezoek nog een glimlach op mijn gezicht. Dankzij de film en mijn drie medefans was het een memorabele avond. Eentje die ik niet snel zal en wil vergeten. Daarom heb ik dit stukje geschreven.
Bijna vier jaar na de revolutie in Egypte, is het leven van alledag voor de Egyptenaren geen pretje. Het land is straatarm, er is veel werkloosheid. De bevolking heeft te maken met terroristische aanslagen en strenge wetten die de vrijheid van meningsuiting aan banden legt. Dus besloten fotograaf Hossam Atef en Atef Saad de bewonders van Caïro een hart onder de riem te steken, door overal in de stad Spider-Man te fotograferen.
Met Saad in het pak van de overbekende superheld wil Atef aantonen waar de inwoners van Caïro iedere dag mee moeten dealen. ‘The message of the project is that the people of Egypt are superheroes, We are doing the thing no one can handle — even Spider-Man.’, zei hij in The WorldPost.
Het nieuws over deze fotoserie is door verschillende media opgepikt. Het stond onder andere op de Huffingtonpost.com, Globalpost.com en het Parool.
Illustrator Chris Visser, die net als ik Spidey een warm hart toedraagt, stuurde me een afbeelding van het artikel in het Parool toe:
Spider-Man in alledaagse situaties fotograferen is op zich niet iets nieuws. Een tijdje geleden berichtte ik ook over ‘Go to Work Dressed as Spider-Man Day’. En er zijn ook fotoseries en schilderijen gemaakt van superhelden in alledaagse situaties. Toch vind ik het bijzonder om te zien welke impact Spider-Man heeft op de kinderen in Caïro, zoals duidelijk op deze foto te zien is:
De foto toont dat de held Spider-Man een symbool is van hoop. En daarmee dragen de heren inderdaad een positieve boodschap uit.
Jeroen Huijbregts maakt interessante mash-ups met bestaande cultfiguren. Ook Marvel Helden als Spider-Man mengt hij graag met andere bekende personages.
Vorige week donderdag zat ik gezellig te tafelen met Chris Visser en Jeroen Huijbregts. Visser is illustrator bij Moker ontwerp en Huijbregts illustrator en graphic designer. Beide heren zijn net als ik ook Spider-Man fan dus je begrijpt dat het Webhoofd tijdens het verorberen van hamburgers en kipsaté vaak ter sprake kwam.
Jeroen is vooral een fan van de oude strips: nieuwe Spider-Man-verhalen volgt hij niet. En dat kan ik hem niet kwalijk nemen, want het niveau dat de Spidey schrijvers op dit moment uitpoepen haalt het niet bij het oudere werk. Een onderwerp waar ik later graag dieper op in ga. Nu wil ik het graag even hebben over Huijbregts visuele remixes zoals deze Grote Boze Wolf Spider-Man:
“Some of these ideas are so simple I’m amazed that no-one else has created them before, like the Marge Monster or Wu-Man”, Jeroen Explains. “It’s hard to find a good balance between genius and cheesy though. I like to make clever stuff and wouldn’t want to make things that fits into tourist shops next to the ‘stoner’ shirts”.
In Europe we aren’t as familiar with the ‘remix culture’ as in the States. Jeroen: “I’m not sure why the remix culture never caught on here. It might simply be because our modern pop-culture has produced less iconic imagery that lends itself for remixing than in the States”. In any case, Jeroen has always been inspired by American pop-culture, and remixing the figures that he grew up with made perfect sense to him.
Spider-Hulk
Overigens kwam Marvel in Web of Spider-Man #69 en #70 (1990) met een eigen Spider-Hulk of Spulk. Tijdens een gevecht met de Groene Gigant wordt Spider-Man geprikt door een biokinetische energie absorber waar de kracht van de Hulk in is opgeslagen. Als Peter Parker boos wordt, verandert hij vanaf dat moment in een Hulk-achtig wezen met hetzelfde beperkte vocabulaire. Gelukkig krijgt Peter in #70 nog een prikje met de machine waardoor hij de Hulk energie weer kwijtraakt. Een Hulk in het Marvel Universum is namelijk al erg genoeg.
Uiteraard was ik als liefhebber van het werk van Marten Toonder benieuwd naar de tentoonstelling Een dubbel denkraam in het Letterkundig Museum, dus toog ik laatst met Chris Visser en Henk van het Nederend van Moker Ontwerp naar Den Haag.
Voor wie nog weinig over Marten Toonder weet is de expositie een goede introductie. Er is werk te zien van Toonder en de werknemers van de Toonder studio’s uit verschillende fasen van zijn leven. Er zitten zelfs kindertekeningen van hem bij, politieke prenten en wat originele scenario’s. Ook een mooie collectie omslagen van de Bommelpockets is er te zien. Veel daarvan zijn gemaakt door Toonders vrouw Phiny Dick. Er worden wat animaties vertoond en een documentaire.
Chris en ik hebben vorig jaar het Kresse Museum bezocht en hoopten net als toen bij Toonder veel schetswerk en originelen te zien. We houden allebei van origineel tekenwerk: de zoekende potloodlijnen op papier. Dichter bij een tekenaar kun je bijna niet komen. Het aantal ontwerpschetsen en originelen in de expositie is klein, dus dat viel een beetje tegen. Het merendeel van wat er te zien is heb ik in deze Daily Webhead samengebracht:
Afsluiting Toonderjaar
Zaterdag 27 januari wordt in het Letterkundig Museum het Toonderjaar – het was in 2012 honderd jaar geleden dat Toonder geboren werd – afgesloten met een manifestatie. Lees daar hier meer over.
De muziek in deze Daily Webhead is wederom van de onvolprezen Marco Raaphorst.