Categorieën
Media Mike's notities

Couleur locale: Edinburgh (5)

Dag 3: Andy Warhol & Harry PotterMet de dagpas die ik gisteren heb gekocht, ga ik vandaag maar liefs vijf bezienswaardigheden af: De camera obscura biedt een aardig beeld van de stad en is de live reality tv uit de 19e eeuw. De Vault Tour brengt me onder de straten van Edinburgh waar mensen in de kelders werkten, stiekem woonden, waar lijken werden opgeslagen door bodysnatchers en ook goede wijn een plaatsje vond. In de middag zie ik een tegenvallende (bijna) 3-D film over Loch Ness; en in de avond volg ik een inspirerende tour langs de kroegen waar beroemde Schotse schrijvers hun gelag haalden. Hoogtepunt van de dag (en wellicht van de gehele trip) is de Andy Warhol expositie in de National Gallery of Schotland.

Edinburgh bovengronds…

…en onder de straat.

Lachen met Andy
Het roert mij om het werk van Andy Warhol eindelijk eens ‘live’ te zien. Ik ben al jaren een grote fan van zijn zeefdrukken en het is dan ook moeilijk om de grijns van extatisch plezier op mijn gezicht te onderdrukken. Het werk van Warhol bevat van zichzelf al veel humor. Een stapel Brillodozen in het museum en een muur vol gezeefdrukte soepblikken zijn niet anders te interpreteren als een dikke middelvinger naar verkrampte eliteopvattingen over wat kunst hoort te zijn. Het is erg interessant om de zijdezeefdrukken van Marilyn Monroe van dichtbij te zien. De nuanceringen in het werk zijn veel duidelijker te onderscheiden dan wanneer je een reproductie in een boek bekijkt. Je ziet duidelijk dat de oorspronkelijke foto door de dunne laag verf schijnt. Het doorgronden van de textuur van de schilderingen is een avontuurlijke ontdekking. Geen enkele afbeelding van Marilyn is hetzelfde: in ieder portret lopen de kleurvlakken anders en vaak buiten de lijnen. Warhols muze
Warhol maakte een serie screentest van de mensen uit zijn sociale cirkel. Hij richtte de lens van de camera op hun gezicht en draaide zo’n drie à vier minuten film. Deze werd vervolgens met eenderde vertraging afgedraaid, zodat iedere beweging in het gezicht nauwgezet wordt getoond. Een studie naar expressies, maar ook Warhols manier om nieuwe sterren te vinden. In de expositie is onder andere de screentest van Lou Reed te zien – toen nog de zanger van de Velvet Underground, de huisband van Warhols Factory. In een van de zalen maak ik kennis met Warhols muze Edie Sedgwick – zijn eigen Marilyn. Van de drie screentests die er van Sedgwick worden getoond, vind ik haar als zigeunermeisje het mooiste. Misschien omdat dit de eerste test is die ik van haar zie. Misschien omdat de dikke wenkbrauwen perfect passen bij de donkere ogen die oneindig diep lijken te zijn. Misschien is het ‘t ∫-vormige lidteken tussen haar ogen wat haar gezicht net dat beetje éxtra levenservaring geeft. Het is heerlijk om minuten lang ongegeneerd naar haar schoonheid te kijken. Ik ben een voyeur. Maar zij kijkt net zo goed terug in de camera – uitdagend, brutaal en bloedmooi. The Elephant House
The Elephant House is het eetcafé waar J.K. Rowling haar eerste Harry Potter-boek schreef. Toen was ze bijstandmoeder, tegenwoordig de wereldberoemde schrijfster van de meest populaire kinderboekreeks aller tijden. Ik kan me goed voorstellen waarom ze deze plek koos om haar gedachtenkronkels op papier te stellen. Het is warm en gezellig in The Elephant House. Aan de muur hangen schilderijen en posters van olifanten. Krantenknipsels verhalen over het uitsterven van de olifant. Toch hebben de meeste toeristen meer interesse in het tafeltje waar Rowling haar tovenaarsleerling op papier pende. De ober vertelt me dat ze waarschijnlijk aan een klein rond tafeltje vlakbij de toiletten zat. Misschien had ze een kleine blaas, maar het is waarschijnlijker dat ze graag uit het raam keek om zich te laten inspireren. Door het venster ingelijst zijn duidelijk Edinburgh Castle (ongetwijfeld de inspiratiebron voor Hogwards) en Greyfriars Cemetery te zien.Flashforward: overmorgen zie ik twee toeristen in The Elephant House die op zoek zijn naar het betreffende tafeltje. Serveerster Imogen wijst ze een tafeltje in de hoek aan. Maar aan mij vertelt ze met een knipoog dat alle tafeltjes de zitplaats van Rowling zijn. Toeristen krijgen er gewoon lukraak eentje aangewezen. Nu dompelt de ondergaande zon Edinburgh onder in een gouden gloed. Greyfriars ziet er vredig uit, alsof de doden nog even rust krijgen voordat ze weer mogen spoken om de toeristen te vermaken. Als er magie te vinden is in Edinburgh, dan is het zeker tijdens magic hour (een filmterm die slaat op het uur dat de zon ondergaat, red.) Ik voel me op dit moment heerlijk rozig, vredig bijna. Het is goed dat ik hier naartoe ben gegaan.Wordt vervolgd.
Next: bergopwaarts & Black MedicineLees ook:
Deel 1: Girls, Ghosts and Warhols,
Deel 2: City of the Dead
,
Deel 3: Polen, Nieuw-zeelanders en Onzichtbare Vrienden,
Deel 4: Serpenten, tombes en Sherlock Holmes.

Categorieën
Mike's notities

Couleur locale: Edinburgh (4)

Serpenten, tombes en Sherlock HolmesIk besluit de tweede dag rustig aan te doen en duik bioscoop The Filmhouse in.The Serpent
Daar zie ik de film The Serpent. Aangezien de poster Engelstalig is en ik geen van de acteurs herken, ga ik ervan uit dat het hier om een kleine Engelse flick gaat. Niets is minder waar. Wanneer er Franse titels op het scherm verschijnen begin ik nattigheid te voelen. Het blijkt een Franse thriller te zijn uit 2006 van regisseur Eric Barbier. The Serpent gaat over fotograaf Vincent Mandel, een familieman die kampt met huwelijksproblemen. Wanneer een vroegere klasgenoot, Joseph Plender, na jaren opduikt, verandert zijn leven in een echte hel. Vincent wordt gemanipuleerd en gechanteerd door Plender die op persoonlijke wraak uit is. Hij gijzelt het gezin van Mandel. Mandel slaat hard terug door het gebalsemde lijk van Plenders moeder te ontvoeren. (De film slaat dus goed aan bij alle verhalen over de doden in Edinburgh.) Hoewel de climax iets te lang wordt uitgerekt, blijkt The Serpent – euh ik bedoel Le Serpent – een boeiende en goed gemaakte flick. I smell dead people
Aan het einde van de middag loop ik in de buurt van King’s Stables Road onverhoeds een kerkhof op. De stilte midden in de stad voelt onnatuurlijk aan en is meer creepy dan rustgevend. Wederom zie ik alleen oude graven; ook dit kerkhof is onderdeel van de historische collectie waar Edinburgh uit bestaat. Je vraagt je af waar men de recente doden laat met al die museumstukken die de ruimte opslokken. Een paar dagen later hoor ik dat aan de rand van de stad de moderne doden liggen begraven. Omdat Edinburgh te maken heeft gehad met de pest liggen onder de straten ontelbare zielen begraven. Een goede voedingsbodem voor spookverhalen dus. Iedereen lijkt vriendelijk in Edinburgh. Ik ga me er zelf ook vriendelijker door opstellen. Ik begin zelfs zwervers gedag te zeggen. Iets wat ik in Amsterdam niet snel zou doen. ’t Moet ook niet te gek worden natuurlijk.Sir Arthur Conan Doyle
In de avond blijf ik in de buurt van mijn hotel. Enkele deuren verderop, op de hoek van de York Place, staat The Conan Doyle. Een Café-restaurant vlakbij het standbeeld van Sherlock Holmes. Geestelijk vader Sir Arthur Conan Doyle werd in de buurt geboren.In The Conan Doyle hangen beeltenissen van de schrijver en zijn creatie aan de muur. Ook staan er boekenkasten vol oude boeken. Behalve die van Doyle, zie ik delen van Meyers z’n Conversation Lexicon staan, samen met de Encyclopedia Britannica en deeltjes Reader’s Digest. Er hangen tevens grote flatsquare televisies aan de muur waar sport en videoclips op te zien zijn.De verschillende elementen in The Doyle vormen een vervreemdend contrast tussen oude en nieuwe media. Even waan ik mezelf op het holodeck van The Enterpise. (In Star Trek: The Next Generation speelde Data graag voor Sherlock Holmes.)Wordt vervolgd. Next: Andy Warhol & Harry PotterLees ook:
Deel 1: Girls, Ghosts and Warhols,
Deel 2: City of the Dead
,
Deel 3: Polen, Nieuw-zeelanders en Onzichtbare Vrienden

Categorieën
Mike's notities

Couleur locale: Edinburgh (3)

Dag 2: Polen, Nieuw-zeelanders en Onzichtbare Vrienden
The Osbourne Hotel heeft niets met zijn zingende en vleermuisetende naamgenoot te maken. Sterker nog: het is lastig om daar ook maar een Engels- of Schotsman te vinden daar het voltallige personeel uit Polen bestaat. (Behalve de eigenaar overigens.)Kamermeisje Martina spreekt vloeiend Engels, en ik hoor dan ook met verbazing dat ze uit Polen komt. Martina vertelt dat ze zes dagen per week werkt en bij haar vader woont. Maar ze vindt Edinburgh fantastisch, zegt ze. Een werkweek van zes dagen doet vragen bij me oprijzen, maar ik stel ze niet. In plaats daarvan ga ik zitten in de eetkamer tussen alle andere toeristen.Het Osbourne Hotel kent een kleine ontbijtselectie. De bonen in tomatensaus, het geklutste ei en de flensjes zijn okee, doch wat zwaar op de maag. Ik prefereer de toast met jam.Monoloog interieur
Waar je ook komt hij zit er altijd: die man die tegen zichzelf praat. Dit keer zit hij links van mij. Hij is midden vijftig, draagt een bril en is aan de bovenkant van zijn hoofd kaal. Een wat dikkere versie van Woody Allen zonder joodse neus. Met enige regelmaat mompelt hij iets tegen zijn onzichtbare partner. Alles op vakantie gaan is zwaar, maar ik hoop niet dat ik over 25 jaar net zoals hem ben. Dialoog
Russel, die ik de vorige dag in de lounge heb ontmoet, komt bij me zitten. Hij is een paar dagen in de stad vanwege de rugbywedstrijd Schotland versus Nieuw-Zeeland. Russel komt uit Nieuw-Zeeland, maar woont en werkt in Amsterdam als software-ingenieur. Hij schrijft tools voor applicaties. Ons gesprek verloopt ongeforceerd en na het ontbijt geeft hij me zijn nummer. Kunnen we in Amsterdam het gesprek voortzetten. In de stad loop ik Russel weer tegen het lijf. Hij doodt nog een paar uur voordat hij weer naar Nederland vliegt. We gaan samen ergens lunchen. Russel is goed op de hoogte van politieke ontwikkelingen. Ik heb nog moeite om mezelf duidelijk uit te drukken in het Engels en om mijn argumenten goed over te laten komen. Als het gesprek echter op graphic novels komt, valt de taalbarrière volledig weg. Het is goed om even met iemand de diepte in te gaan. Tijdens het gesprek wordt me wederom duidelijk dat ik een metgezel op deze reis mis. Het is waar dat je in je eentje sneller contact legt, maar echt beklijven doen de meeste contacten niet. Tenminste, zo denk ik er op dat moment over.Stranger in a strange land
Ik ben uit mijn element en voel me hier wel volledig uit mijn eigen context. Het kost me bijvoorbeeld vijf minuten om de douche aan de praat te krijgen. Een slap straaltje druppelt uit de waterbesparende douchekop. Er komt alleen water uit als hij kokendheet staat. Het ontbijt smaakt vreemd; ik mis mijn boterham met pindakaas. Ook heb ik nog moeite om mezelf goed uit te drukken in het Engels, alsof de talenknop nog omgezet moet worden. Maar dat allemaal is niet het echte probleem: ik besef dat ik volledig in de ban ben van mijn routinematige levensstijl. Het is goed om dat eens te beseffen. Op vakantie, of liever gezegd wanneer je buiten je eigen context verkeert, leer je jezelf pas goed kennen. Wordt vervolgd
Next: The Serpent & Sherlock Holmes

Lees ook:
Deel 1: Girls, Ghosts and Warhols,
Deel 2: City of the Dead
.
Categorieën
Mike's notities

Couleur locale: Edinburgh (2)

City of the DeadIn je eigen land of stad ga je alleen naar het kerkhof als je afscheid van iemand neemt, of wanneer je vrienden of familie bezoekt. De kerkhoven in Edinburgh zijn niet te vergelijken met de moderne rustplaatsen in Nederland. De graven zijn van een gotische schoonheid; de kerkoven zijn pittoresk en oud. Hier ligt veel geschiedenis begraven (over oude lijken gesproken). Het verleden is hier bijna tastbaar, inleefbaar op deze stille plaatsen. Wie een van de begraafplaatsen bezoekt, waant zich in een spookachtig verleden. En dat is onweerstaanbaar voor iemand die een interesse heeft in gotische spookverhalen, zoals ik. Mijn eerste avond in Edinburgh bezoek ik de City of the Dead Tour. Deze begint vanaf St. Giles Cathedral: de perfecte startplaats voor iedere Buffy-fan. Onze gids heet Ari. Ze draagt een lange leren jas, is ongeveer 1.70 lang en heeft een vetbuikje waarvan de navel regelmatig onder haar zwarte truitje vandaan gluurt. Haar lange bruine krullen hangen over haar schouders en complementeren haar expressieve, ietwat grove gezicht. Ari schrijft toneelstukken. Volgend jaar wordt haar eerste stuk op de planken opgevoerd, vertrouwt ze me aan het begin van de tour toe. Dat het theater in haar bloed zit, wordt meteen duidelijk in haar presentatie.

Onze gids in de Stad der Doden.

Ari vertelt met veel energie en passie over de geestige geschiedenis van Schotland. Ze vertelt hoe de Romeinen niet bestand waren tegen de Schotten en laat mij met twee andere mensen uit de groep voor die ‘rare jongens’ spelen. Samen met een fragiel meisje bestormt ze ons drietal, waarna ze de middelste en mij zogenaamd doodsteekt. Het knappe meisje links van mij blijft in eerste instantie ongedeerd, maar zal bezwijken van angst verzekert Ari ons. Poltergeist
De tocht brengt ons in Greyfriar’s Cemetery, waar de Mackenzie Poltergeist de bezoekers zou terroriseren. Het kerkhof gaat gehuld in duisternis, we zien geen hand voor ogen. Niet moeilijk om hier je nek te breken of om een tombe of boomtak aan te zien voor een paranormaal verschijnsel.Ari laat ons binnen in het deel van het kerkhof dat officieel voor het publiek is afgesloten – the Covenanters’ Prison. Hier was vroeger een concentratiekamp waar 1200 presbyterianen gevangen werden gehouden door episcopaatlianen. De gevangen werden daar vastgehouden voor maar liefst vijf maanden. In de kou en de regen, zonder dak boven het hoofd. Ze sliepen op de koude moddergrond. Wie ’s nachts bewoog, werd doodgeschoten door een van de vele sluipschutters. Uiteindelijk zouden slechts 250 gevangen levend het terrein verlaten. De rest was dood of wist te ontsnappen door de bewakers om te kopen. Een gezellige boel was het daar in de zeventiende eeuw. Godsdienstoorlogen zijn van alle tijden.

Een van de vele kerkhoven in Edinburgh.

Greyfriars ligt vol met dat soort verhalen. Ten tijde van de pest was er niet genoeg ruimte om iedereen te bergen. Arme mensen werden letterlijk op een hoop gegooid. Wanneer het hard regent komt er nog wel eens een bot boven de grond. George Mackenzie maakte grootscheepse jacht op de presbyterianen en kreeg al snel de bijnaam Bloody Mackenzie. Hij ligt begraven op Greyfriar’s en zou sinds enkele jaren bezoekers lastig vallen.Non-geest
Tijdens het verhaal van Ari hoor ik geschuifel achter me. Ik draai me om, maar zie niets anders dan de opening van een mausoleum. Een groot zwart vlak; er is weinig licht dus mijn ogen nemen voornamelijk dansend ruis in het donker waar. Ari leidt ons in de behekste tombe die The Black Mausoleum wordt genoemd en houdt een kaars in haar hand. Overigens is dit niet de tombe waar Mackenzie ligt, maar wel waar hij volgens de verhalen zou spoken. Mensen zouden zich plotseling misselijk kunnen voelen, een onaangename geur kunnen ruiken of zelfs flauwvallen. Anderen komen thuis met vreemde plekken op hun lichaam. Ik kijk om me heen maar zie niets dan de 59 andere groepsgenoten. Het is wel een bedompte ruimte en echt aangenaam ruikt het er niet. Maar ja, wat verwacht je anders van een mausoleum in een kerkhof gevuld met toeristen. Ik voel niets van mr. Mackenzie – nog geen zuchtje wind. Na een tijdje krijg ik wel wat jeuk. Tijd om te gaan lijkt me. Een als spook verkleedde collega van Ari springt uit de duisternis te voorschijn en luidt het einde van de tour in.Terwijl de anderen richting het publieke gedeelte van het kerkhof lopen, loop ik voorzichtig naar het mausoleum waar ik eerder iets meende te horen. Nu hoor ik vooral mijn hart in mijn hoofd kloppen. Snel werp ik een blik in het mausoleum. Ik zie niets. Of toch – in de hoek links van mij dansen de schaduwen op de muur. Maar geen geest te zien wat mij betreft. Psychosomatisch
Aan het einde van de eerste dag gloeien mijn voeten van vermoeidheid. Toch heb ik al wandelend een aardige indruk van Edinburgh gekregen. In mijn hotelkamer lees ik in het boek The Ghost That Hunted Itself over Mackenzie’s poltergeist en het ontstaan van de City of the Dead-tour. Saillant detail is dat mensen pas met de effecten van de poltergeist te maken kregen nadat men in 1998 met deze tour is begonnen. De effecten zijn dus toch psychosomatisch. Gerustgesteld doe ik het licht uit.Wordt vervolgdLees ook Deel 1: Girls, Ghosts and Warhols.Geestig filmpje
Sommige mensen gaan tijdens een ghosttour helemaal op in de sfeer van het verhaal:

Categorieën
Mike's notities Strips

Intermezzo

Een warme cappuccino staat links van mij. Lou Reed draait in de cd-speler. Dit is het laatste weekend van mijn drie weken vakantie. Mijn eerste echte vakantie in een lange tijd. Ik had allerlei plannen. Allemaal dingen die waren blijven liggen en om aandacht vroegen. Nieuwe kleren kopen, achter enkele laatbetalers aan, een nieuwe telefoon regelen… Dat soort zaken. Maar zoals John Lennon al zei ‘Life is what happens while you’re busy making other plans…’. (Hm, ik vraag me af op hoeveel blogs op deze wereld dit citaat al is aangehaald.) Drie weken later blijkt dat er weinig van die plannen terecht is gekomen. Ach, afwijken van de geplande paden is ook wel eens lekker.In mij schuilt een Big Lebowski en die heeft de afgelopen tijd de ruimte gekregen.Edinburgh was een fantastische ervaring (de komende week de tweede aflevering van de limitedserie Colour locale.) En ik ben verslaafd geraakt aan Californication – de televisieserie, niet het liedje, al is wat mij betreft niets mis met de Red Hot Chili Peppers. (Een recensie van deze comedy serie volgt ook volgende week. En nu ik toch aan het pitchen ben: vanaf volgend weekend de reeks De Perfecte Zondag waarin gastbloggers hun perfecte zondag beschrijven.) Wat verder gedaan de afgelopen tijd? Beetje gestruind op de Stripdagen en verder een paar gezellige vrienden gezien. Ook weer eens tijd gehad om lekker te schrijven, films te kijken en geestelijk wat orde op zaken te stellen. De tijd goed besteed – voor een slacker.Volgende week weer werken. Ik zie er tegenop. Niet tegen het werk op zich, maar tegen de Ov-Hell waar ik me iedere dag weer in zal bevinden. Duffe koppen, lange vertraging, koude perrons, een kudde die in & uit de trein stapt. Drie uur per dag. Iedere dag.Maar nu nog niet. Nu is het weekend. Ik denk dat ik maar eens ga duiken in de deeltjes van Marvel Civil War die zojuist in mijn brievenbus zijn afgeleverd. En verder ziet het ernaar uit dat dit een van de laatste mooie zaterdagen van het jaar gaat worden. Tijd om daar eens van te gaan genieten.

Categorieën
Strips

Couleur locale: Edinburgh (1)

Girls, Ghosts & WarholsIn de laatste week van september heb ik vijf dagen in Edinburgh doorgebracht. Op zoek naar Schotten, geesten en frisse lucht. De komende tijd op Mike’s Webs daarom een reeks afleveringen van de nieuwe limited serie Couleur locale.
Als de wielen van de Easyjet de vaste grond in Schotland raken, houdt het meisje naast me nog krampachtig haar handen vast. Marie is bang om te vliegen en heeft de afgelopen tachtig minuten ook niet veel bewogen. Zij is nu weer terug in haar geliefde Schotland. Terwijl we afscheid nemen op de luchthaven van Edinburgh, vraag ik me af wat ik hier eigenlijk kom doen.Wanneer mensen mij dezelfde vraag stellen, zeg ik gekscherend dat ik hier kom om spookverschijningen te zien, want daar staat Edinburgh om bekend. Je zult van mij nooit direct horen dat spoken niet bestaan, maar ik moet bekennen dat ik er nog nooit een heb waargenomen. Misschien komt daar in de komende dagen verandering in.

Een reliëf van Old Town.

Quantum leap
Vijf dagen in de Schotse hoofdstad. Ik vraag me af of ik deze vakantiebestemming heb geselecteerd of dat Edinburgh mij heeft uitgekozen. Enkele weken geleden zat ik na mijn werk in de bus samen met een collega te praten over mijn vakantieplannen. Het zou New York worden voor een paar dagen of wellicht Edinburgh. Er zat een Schot in de bus die ons onderbrak. Hij begon vol enthousiasme de schoonheden van de hoofdstad der Schotten te pitchen. Toeval of niet, ik zag dit als een duidelijk teken. Ik zou naar Edinburgh op vakantie gaan…Toch voel ik mij in de eerste uren als Sam Beckett zonder Al. Ik ben in een vreemde wereld geleapt, maar weet niet precies wat ik hier moet doen. Nadat ik in mijn hotel ben ingecheckt loop ik dan ook doelloos door High Street – de hoofdstraat van de historische binnenstad – mijn ogen doen zich te goed aan de schoonheid van het decor.

High Street, ook wel The Royal Mile genoemd.

High Fidelity
Ik besluit mezelf een kleine opdracht te geven. Al een tijdje ben ik op zoek naar de solo-cd van David Pirner genaamd Faces & Names. In Nederland is de cd niet te krijgen. Hij is zelfs niet te downloaden. Ik besluit de eerste middag dan ook op zoek te gaan naar de cd. In de platenzaak Avalanche tekent de jonge verkoper enkele punten waar ik nog meer cd-winkels in de stad kan vinden.Mijn tweede stop is Backbeat Records, een kleine winkel in het centrum van Edinburgh. Binnenin staan kratten vol vinyl en cd’s mensenhoog opgestapeld. Tussen de kratten is een corridor, net breed genoeg voor één persoon. Aan het einde van de corridor zie ik de verkoper staan. Hij zet enkele cd’s in een bak. Ik vraag hem naar de cd en hij kijkt me meewarig aan. Geen herkenning wat betreft artiest of titel. ‘Zeldzame platen kosten al gauw 50 tot 100 pond,’ vertrouwt de verkoper mij toe. ‘Daarvoor moet je op Ebay zijn. Alle zeldzame dingen zijn tegenwoordig op Ebay te koop!’ herhaalt hij nog. Ik bedank vriendelijk en verlaat de vreemdste platenzaak waar ik ooit in ben geweest.

The Castle aan het begin van High Street.

Rookverbod
Aan het begin van de avond eet ik een grillburger in een eetcafé vlakbij de universiteit van Edinburgh. Het eetcafé zit vol met knappe studentes die diep in discussie zijn verwikkeld of verstopt zitten achter hun laptop. Ik voel me er dus wel thuis.Overigens is het algemene rookverbod in Schotland een zegen. Het is heerlijk om van je maaltijd of cappuccino te kunnen genieten zonder in een alles verstikkende rook te zitten. Je komt veel mensen tegen in steegjes, voor winkels en cafés die in de kou staan te roken. Hun sigaret een klein puntje warmte en comfort in het frisse Schotse weer. Wat mij betreft kan het rookverbod in Nederland niet snel genoeg worden ingevoerd. (Over een paar dagen zal ik nóg een groot voordeel van deze buitenrookpauzes ontdekken, maar daarvan heb ik op dit moment nog geen weet.)Na de maaltijd is het tijd om op spokenjacht te gaan.Wordt vervolgdFilmpje
Een impressie van de stad in deze ietwat schoolse documentaire van Lewis Carmichael. In zeven minuten krijg je een aardig beeld van de schoonheid van de stad en haar geschiedenis.

Categorieën
Mike's notities Strips

Gothic meisje met een zonnebank

Vrijdagavond, 10 uur. In de kerkstraat voor stripwinkel Lambiek staat een gothic meisje, met haar rechterhand houdt ze een zonnebank vast. Niemand zal de ironie ontgaan: goths staan immers niet bekend om hun zonaanbidding. Ze was een als een moderne Vampira of een ruigere versie van Morticia Addams: lang gitzwart haar, gecomplimenteerd met diepbruine ogen. Haar witte blanke huid leek nog net iets bleker in het licht van de lantaarnpaal; haar bordeauxrode lippen staken daarbij mooi af. Naast haar slanke lijf stond de afgedankte zonnebank die haar metgezel had aangeschaft op de Lamelos-veiling. (Een plezierige gebeurtenis waarin de geveilde spullen niet onderdeden voor de zoldercollectie die op Koninginnedag wordt aangeboden. De opbrengst ging in een grote geldpot waarvan meer bier werd gekocht.) Achter de strakke look ging een aardige meid met een Arnhemse tongval schuil. Niks emo of recalcitrant – gewoon stilistisch verantwoord. Schijn bedriegt. De gothic-look belooft mysterie, maar wie met de dames in kwestie praat, merkt al heel snel dat het ondanks hun theatrale verschijning gewone meisjes zijn. De make-up verhult vaak hun leeftijd, dus totdat je er expliciet naar vraagt, kan de draagster ervan tussen de veertien en de dertig zijn.Ergens schuilt er diep van binnen ook wel een gothic dude in mij, wat ongetwijfeld te wijten is aan een overdosis Tim Burton-films, het lezen van Edgar Allan Poe en een voorliefde voor vampierverhalen. Al zijn dat wellicht niet direct de associaties die de gemiddelde goth bij zijn stilistische voorkeur heeft.Waarschijnlijk weet de gemiddelde moderne Vampira niet waaruit dit archetype is samengesteld. De Finse actrice Maila Nurmi speelde Vampira – een hostess die in de jaren vijftig op de lokale televisie van Los Angeles oude horrorfilms introduceerde. Nurmi verklaarde in 1993 aan Gavin Baddeley dat haar creatie een mix was van verschillende personages: ‘The Dragon Lady in [the comic strip] Terry and the Pirates inspired it. A lot of the inspiration came from Disney as well – the Evil Queen in Snow White, for example. Then there was Theda Bara and Norma Desmond in Sunset Boulevard – all this seeped into me, melded and came out as Vampira.’ (Bron: Goth Chic, 2002) (Vampira speelde overigens ook een rol in Plan 9 From Outer Space, van B-filmregisseur Ed Wood.)
Hoe eclectisch het Vampira-personage ook mag zijn, ze is samen met Morticia Addams wel het gothic archetype dat we tegenwoordig kennen en waar er vele exemplaren van rondlopen. Sommige verschijningen kunnen echter verrassend leuk uit de hoek komen, zoals het gothic meisje met de zonnebank. Lees ook (of niet): Stripbeurs Rijswijk: Goths & Cultuurfetisjisten en Bloeddorst-borrel in Lambiek.

Categorieën
Mike's notities

Ellen in Concerto

De afdeling pop/rock van platenwinkel Concerto was zondagmiddag het podium van Ellen ten Damme. Ter promotie van haar nieuwe cd Impossible Girl doet Ten Damme deze maand enkele cd-winkels aan. In Amsterdam was de sfeer tijdens de dertig minuten durende set ongedwongen; de kleine ruimte van Concerto bood een intieme sfeer. Ondanks deze atypische setting – tussen de cd-bakken en tafels vol aanbiedingen – wist de zangeres/actrice een vermakelijke performance te geven. De band speelde nummers van het nieuwe album: het mooie ingetogen Happy, de titelsong van de cd en Old Jeans. Tijdens het wat oudere Plattgefickt (een variatie op Plattgeliebt waar ze samen met Udo Lindenberg mee optreedt) kroelde Ellen energiek over de vloer. Terwijl ze daarna weer ingetogen maar met veel pathos het nummer Durf jij, dat ze samen met Ilja Pfeiffer heeft geschreven, vertolkte. In een halfuur toonde Ellen dus meerdere kanten van haar artisticiteit: van theatraal podiumbeest tot ingetogen chansonnière. Na afloop signeerde ze cd’s. Ik beleefde even kort een High Fidelity-moment toen ze routineus mijn booklet signeerde en we een gesprekje voerden over de pas uitgekomen documentaire over Ellen en haar strijd met kanker. Wat mij betreft mag er snel een concertregistratie van deze veelzijdige zangeres uitkomen.Lees ook (of niet): Het optreden van Ten Damme.

Ellen signeert. Foto: de illustere Merel B.
Categorieën
Mike's notities

Column: Natte vingerwerk

Soms lijkt het leven net een telsell-commercial.Al een week of twee loop ik met een of ander halfgaar virus onder de leden. Geen idee wat het is, maar er last van heb ik wel. Kilo’s fruit, een – voor mijn doen – opvallend gezond dieet en veel rust mochten geen soelaas bieden. Mijn huisarts had me telefonisch een homeopathisch middel voorgeschreven, dus ging ik vol goede hoop naar het Zorgcentrum bij mij om de hoek. Het medicijn hadden ze echter niet op voorraad. Gelukkig hadden ze wel een hoop andere goedjes die ik zou kunnen slikken om beter te worden, verzekerde de verkoopster mij. In de winkel werd een nieuwe diagnose als volgt gesteld. Ik moest de duim en wijsvinger van mijn rechterhand met kracht tegen elkaar aandrukken. De verkoopster legde in mijn linkerhand een verpakt medicijn en begon aan mijn duim en wijsvinger te trekken. Wanneer het haar lukte mijn duim en wijsvinger van elkaar te scheiden, betekende dit dat mijn lichaam aangaf dat ik het betreffende medicijn niet nodig had: mijn lijf had er geen behoefte aan. Wanneer mijn vingers stijf op elkaar bleven, betekende dit dat ik het medicijn wél nodig had om beter te worden. Toen dit bij een weerstandversterkend middel het geval was, riep de verkoopster hardop de dosering; corresponderend met de uitkomst van de vingeroefening werd ook deze moeiteloos vastgesteld. Dit was het middel wat me zeker beter zou maken. Of ik even 45 euro wilde neertellen – effect gegarandeerd. Ook een collega van de verkoopster, een aantrekkelijke jongedame die er allesbehalve ziek uitzag, vertelde me met een stralend gezicht dat ze toevallig die ochtend hetzelfde middel had ingenomen toen ze zich niet zo lekker voelde. En kijk nu, ze voelde zich weer helemaal top. En dat slechts in een paar uur. Nu had ik last van koorts en voelde het misschien daardoor alsof ik in een foute telsell-commercial was beland. Noem me sceptisch, maar ik vind het moeilijk te geloven dat de bovenbeschreven vingeroefening op vakkundige wijze kan aangeven wat je lijf wel of niet nodig heeft. Natuurlijk geeft het lichaam een hoop aan en kan het geen kwaad om goed naar ons eigen biosysteem te luisteren, maar het moet wel reëel blijven: anders kun je net zo goed een Biostabiel om je nek hangen. Toen ik even later de winkel verdwaasd verliet, had ik dan ook niets gekocht. Toch maar gewoon fruit eten en goed uitrusten bedacht ik me.

Categorieën
Mike's notities

Het wordt tijd…

Het is een beetje alsof ik langzaam ontwaak en de slaap uit mijn ogen wrijf. The Fat Lady is nog niet aan het zingen, maar staat wel ergens in de coulissen te drentelen en verwarmt haar stem met toonladders. Het gaat niet lang meer duren… nog even. Van de week was ik in Utrecht om Hester te interviewen. De jonge journalisten die ik in de videoserie Starters in Beeld portretteer. De week ervoor had ik haar op Schiphol op video vastgelegd terwijl ze de werkdag van een verkeersleider versloeg. Nu zou ik haar op haar beurt interviewen over haar werk, studie en leven. Ze woont nog nét in het centrum van de Domstad. Hoewel ik tijdens ons gesprek bezig was met camerawerk én op het geluid moest letten, is het allemaal aardig gegaan. Het is dan ook makkelijk spreken met Hester. Het feit dat we drie maanden tegenover elkaar zaten op de redactie van Intermediair, zal daar ook iets mee te maken hebben. Na het interview liepen we door het centrum van Utrecht waar ik nog wat tussenshots van haar heb gedraaid. We kwamen geregeld ‘Te Huur’ borden tegen op de verschillende voorgevels. Wat mij betreft aansprekende borden; de laatste tijd besef ik maar al te goed dat het tijd wordt voor de wind der verandering. Mijn appartement verkeerd in de staat van opknappen of kappen. En aangezien ik het wel heb gezien in mijn locale Tinseltown, is de tijd aangebroken om verhuisdozen te vullen. Ik heb een tijdje nagedacht over de stad waar ik in zou willen wonen. New York schoot te binnen, maar dat is niet heel realistisch op de korte termijn. Bovendien wil ik niet het risico lopen dat ik Arnon Grunberg als buurman krijg… Stel je voor dat hij in het echt wél aardig blijkt te zijn. Je moet er niet aan denken. Maar Utrecht zou wellicht kunnen. Midden in Nederland – middenin het deel dat er toe doet tenminste – en een stad met een dorpse uitstraling. Ik kom er al sinds mijn studie aan de Hogeschool voor de Kunsten en eigenlijk overkomt me altijd wel iets leuks daar. Vorige week nog met enkele striptekenaars gezellig een terrasje bevolkt in de mooie zomeravond. Én de stad heeft een paar aardige bioscopen. Dat kan ik helaas niet zeggen voor het gat waar ik nu woon. De bioscopen die er waren zijn afgebrand of gesloten en de megabioscoop die tien jaar geleden beloofd werd moet nog steeds worden gebouwd. En een filmwetenschapper heeft niet genoeg aan een filmhuis dat zes maanden oude films draait. Kortom, let’s blow this town. Wie dus een aardige woning weet in de Domstad (en er zelf niet wil/kan wonen) mag me mailen. Dan kan The Fat Lady ook weer eens uit haar dak gaan… Ongetwijfeld to be continued…Lees ook: Multimediaal droste-effect en Nog niet dood.

Categorieën
Mike's notities Strips

Dingen veranderen (niet)

‘People are crazy and times are strange
I’m locked in tight, I’m out of range
I used to care, but things have changed’

– Bob Dylan
Things have changed Ze zeggen wel eens dat de tijden veranderen. Volgens mij zijn ‘wij’ het die veranderen. Ik merk het de laatste tijd aan mezelf. Ik zal niet zeggen dat ik opeens heel anders ben nu ik de dertig nader – leeftijd interesseert me niet. Maar ik merk wel dat er naast de kern waar ik uit besta, er een hoop anders aan me is. Mijn smaak verandert. Dingen waar ik vroeger erg enthousiast van werd, laten me nu koud. Bepaalde muziek bijvoorbeeld. Toen ik op de middelbare school zat was ik gek op de muziek van Prince. Ik kocht alle cd’s en luisterde constant naar zijn muziek. Nu was Prince in de jaren tachtig een geniaal muzikant & componist: ieder nieuw album hoorde je weer iets anders. Tegenwoordig is niet meer zo: Prince is nog steeds een goede muzikant, maar als ik de eerste keer een nieuwe cd van hem hoor, kan ik het verloop van de nummers en de teksten voorspellen.Dat wil niet zeggen dat ik tegenwoordig muzikaal-geniaal ben, maar dat de Kleine Geile Dwerg zichzelf herhaalt. Wat mij betreft is dat niet zo heel boeiend om naar te luisteren. Ook vind ik de teksten van Prince tegenwoordig thematisch niet meer zo interessant: liedjes over Liefde, Seks en God (waarbij het een vaak staat voor het ander). Ik kan zo nu en dan nog steeds erg genieten van het oude werk, maar dat komt voor een deel ook door de nostalgische gevoelens die ze oproept. De dagen van mijn adolescentie zijn lang voorbij, maar mijn platenkast kan me weer even terugbrengen. Al is het alleen maar in mijn hoofd. 🙂 Van hetzelfde
Steven Spielberg was vroeger een van mijn favoriete filmregisseurs. Ik verslond films als Indiana Jones, Close Encounters of the Third Kind… Maar na Schindler’s List is een nieuwe Spielberg-film geen must-see meer voor mij. Sterker nog, de laatste paar films heb ik voor het gemak maar overgeslagen. Ik vind ze gewoonweg niet meer interessant. (Catch Me if You Can en Minority Report zijn knapgemaakte films, ik bedoel eigenlijk te zeggen dat mijn passie voor Spielberg zodanig is afgenomen dat het feit dat hij een nieuwe film heeft gemaakt, voor mij nog geen reden is om de film te gaan zien.) Andere dingen zijn wel gebleven: ik ben nog steeds een Beatles-fan, hou van Tim Burton-films en kan nog erg genieten van comics – ook al moet ik toegeven dat ook daar het een en ander veranderd is. Ik lees veel minder dan vroeger, en waar het voorheen vooral ging om Superheldenstrips, lees ik behalve die meer andere strips. Dit heeft voor een deel te maken met het feit dat ik tegenwoordig meer webcomics lees, maar vooral met een andere leesbehoefte. Je mag me nog steeds wakker maken voor een goed geschreven Spider-Man verhaal geschreven door J. Michael Straczynski en getekend door John Romita Jr. en een goede Batman-graphicnovel gaat er zeker in, maar als ik in de stipwinkel sta valt mijn oog toch meer op semi-realistische graphic novels zoals Beg the Question van Bob Fingerman.Ergens verbaast mij dit wel, want ook al word ik van buiten ouder en weet ik meer dan toen, toch voel ik mij niet veel anders. Dit komt voor een deel dat veranderingen geleidelijk gaan en je ze daardoor minder snel opmerkt. Toch geloof ik ook dat het cliché waar is: hoe meer dingen veranderen, hoe meer ze hetzelfde blijven.