Categorieën
Strips

Immortal Hulk schrijver en veel comictekenaars op Comic Con Amsterdam 2019

Dit weekend vindt de Amsterdam Comic Con weer plaats in de RAI in Amsterdam. Er komen veel sterren van het witte doek en de beeldbuis, zoals Christopher Lambert (Highlander), maar ik ga natuurlijk vooral heen omdat er goede stripmakers naar Amsterdam komen.

Zo is Al Ewing, de schrijver van de serie Immortal Hulk, beide dagen aanwezig. Immortal Hulk biedt een bijzondere visie op het prachtige groene monster van Marvel, en een van de best verkopende comicseries van dit moment. Vaak gaan er meer dan 100.000 exemplaren per maand over de toonbank. Dat is echt heel goed, want de meeste ‘goedlopende’ comicseries verkopen tussen de 20.000 tot 50.000 exemplaren.

De sfeer van deze strip is deels filosofisch, psychologisch en horrorachtig. De strip behandelt thema’s als sterfelijkheid, religie, mishandeling en de schaduwkant van het mens-zijn. Niet meteen wat je wellicht verwacht bij de Hulk. Maar misschien is die radicaal andere invalshoek juist de reden voor het succes. Ik vind het in ieder geval fascinerend hoe Ewing de Hulk gebruikt om heel menselijke thema’s te onderzoeken. En het tekenwerk van Joe Bennett verbeeldt de ideeën van Ewing heel krachtig.

Batman
Wat buitenlandse tekenaars betreft, zitten er ook aardig wat tussen die Batman hebben getekend. Zoals de Portugese tekenaar Miguel Mendonça, die ook series als Wonder Woman, Nightwing en JLA heeft getekend. Stephen B. Scott heeft aan meer comics gewerkt dan ik hier op kan noemen, maar Bats zat er zeker bij, en ook X-Men Forever.

Rodney Ramos is al meer dan 25 jaar werkzaam als comic artist. Hij begon voor Marvel Comics onder begeleiding van legende John Romita Sr. en was onderdeel van Romita’s Raiders: het art-team dat correcties maakte op het werk van de andere tekenaars. Daarna tekende hij titels als Marvel Presents, Psi-Force, What-If, Thundercats en Conan. Tegenwoordig is hij vooral actief als inkter van titels als Punisher War Journal, Amazing Spider-Man en Iron Man.

En zij is er ook bij. Ja, juist die Gozer!

Yo Joe!’
De Nederlandse striptekenaar Chris Evenhuis is goed bezig in het buitenland. Niet alleen tekende hij de serie Wyonna Earp, hij gaat binnenkort ook aan de slag met GI Joe. Deze nieuwe serie verschijnt vanaf november bij IDW. Ook zal hij de volgende cover van The Overstreet Price Guide gaan tekenen. En dat een Nederlandse striptekenaar het zo ver schopt in de Amerikaanse comicindustrie, daar mogen we best een beetje trots op zijn. Evenhuis is alleen zaterdag aanwezig op het evenement.

Donald Duck
Er zijn dit weekend ook aardig wat medewerkers van de Donald Duck aanwezig. De Duck is nog steeds het meest gelezen stripblad van Nederland. Maarten Gerritsen tekent onder andere voor de Donald Duck en Dolfje Weerwolfje. Michel Nadorp is van de partij en Jan-Roman Pikula. Er zijn ook speciale Donald Duck panels gepland voor dit weekend.

Tot slot zijn mijn maatjes Thijs van Domburg en Emilio Guzman van NERDS! er ook. Evenals Kenny – crowdfunding master – Rubenis van Dating for Geeks.

Dat zijn de zaken die mij opvielen toen ik het programma doornam, maar check vooral ook de site zelf om te zien wat er allemaal voor je tussen zit.
De meeste actuele informatie over het evenement vind je (helaas) vooral op hun Fakebook-pagina. Die is meer up to date dan de officiële site in ieder geval. En je kunt Amsterdam Comic Con ook gewoon op Instagram volgen.

Comic Con Amsterdam vindt plaats op 31 augustus en 1 september 2019.

Categorieën
Strips

Interview Frits Jonker: Handlettertype

handlettertype-intro

Frits Jonker geportretteerd door Fred de Heij.
Frits Jonker geportretteerd door Fred de Heij.

‘Letteren komt hier op neer: je moet binnen meestal heel korte tijd met weinig materiaal voor weinig geld zo netjes mogelijk een boek naar de drukker brengen. Het is geen kunst, het is een ambacht,’ aldus Frits Jonker (1959), handletteraar van beeldverhalen. Van 1978 tot 2000 was Jonker hier fulltime mee bezig. ‘In de hoogtijdagen van de strip werden veel Franse albums meteen in het Nederlands uitgegeven dus driekwart van wat ik deed waren vertalingen. Ik deed bijna alle series wel, behalve Lucky Luke en Asterix.’

Ook al lettert hij nu nog iedere aflevering van strips als Claire en Willems Wereld, graphic novels zoals De Aanslag van Milan Hulsing en In the Pines van Erik Kriek, tegenwoordig verdient Jonker zijn brood als huisschilder, want het merendeel van de strips wordt digitaal geletterd. Toen in 2000 bleek dat de mensen die Jonkers werk digitaliseerden drie keer zoveel per pagina betaald kregen dan hij, legde hij zijn pen neer.

Lastige ballons
‘Tegenwoordig word ik vaak niet meer gevraagd om hele albums te letteren, maar vooral voor de lastige ballons met vette uitroepingen en onomatopeeën, de geluidseffecten. Ook schrijf ik tekst die in de tekeningen staat en die vertaald is, zoals opschriften van winkels, artikelen en krantenkoppen of naambordjes.

Wol van Aart Taminiau (De Bezige Bij, 2016)
Wol van Aart Taminiau (De Bezige Bij, 2016)

Het beeldverhaal Wol van Aart Taminiau letterde Jonker wel van kaft tot kaft. ‘Dat was leuk omdat ik betrokken werd bij het letterproces voordat het boek af was. De tekst was er nog niet helemaal en Aart moest zelfs nog een deel tekenen. Omdat hij geen idee had hoe hij het boek geletterd wilde hebben, heb ik op basis van een paar pagina’s – waar de minst en de meeste ruimte was voor de lettering – zitten puzzelen om te zien wat het mooiste zou passen. Je kunt namelijk niet zomaar een mooie lettering bedenken, want dan blijkt deze opeens op pagina dertien niet meer te passen qua ruimte. Als je eenmaal iets gekozen hebt, kun je altijd wel een beetje smokkelen door af en toe de letters bijvoorbeeld 20 procent kleiner te maken. Dat zie je net niet, je leest die boeken immers niet met een loep.’

Wat beschouwt Jonker als een goed geletterde strip? ‘Ik ben snel tevreden. Als het met liefde en aandacht gedaan is, dan mag het van mij aan alle kanten rammelen. Ik hou meer van charme dan van perfectie. Perfectie is altijd doods. Al is letteren met de computer lekker snel en makkelijk, handlettering vind ik altijd mooier. Machines zijn zielloos.’

In the Pines van Erik Kriek. (Scratch Books, 2016). De lettering staat perfect in het midden.
In the Pines van Erik Kriek. (Scratch Books, 2016). De lettering staat perfect in het midden.

Regels
Volgens Jonker zijn er een paar belangrijke regels voor goede lettering. Zo moet er altijd voldoende lucht zitten tussen de tekst en de rand van de ballon. Ook moet de tekst goed gecentreerd zijn. ‘Als dat niet het geval is, zie je dat meteen! De spatiering tussen de letters moet regelmatig zijn en de interlinie mooi. Het is heel belangrijk dat je een letterdikte kiest die je als harmonisch ervaart. Als je te dun of te dik schrijft, valt dat al op voordat je gaat lezen. Als je dat goed kiest, maakt het handschrift niet veel uit.’

In de Verenigde Staten bepalen letteraars vaak de positie en de vorm van de tekstballons voordat de tekeningen worden geïnkt. Zij kunnen zo een totaalbeeld creëren waarin de tekst een organisch geheel vormt met de tekeningen. ‘Het lettertype dat ze in Amerikaanse comics gebruiken is ideaal: goed leesbaar en snel te schrijven. Die letters zijn altijd een beetje vierkant, zodat ze evenveel ruimte innemen. Hierdoor is er een perfecte balans tussen het wit en het zwart.’

lettering-frits-jonker

Twee Pistolen Kid
Jonkers liefde voor de strip en letteren begon op jonge leeftijd. ‘Thuis hadden we Donald Duck en veel stripachtige reclameboekjes want mijn vader werkte bij een kruideniersbedrijf. Toen ik jaar of acht was ging ik met mijn moeder mee naar de oogarts. In het Amstelstation stond zo’n tijdschriftenmolen vol met comics en ik mocht toen een strip kopen. Ik koos voor de Twee Pistolen Kid. Er ging voor mij een wereld open, die strip leek echt uit een andere dimensie te komen. Er was een leven voordat ik ontdekte dat dit bestond en een leven erna.’

Eigenlijk wilde Jonker daarna striptekenaar worden en als tiener stuurde hij zijn werk naar amateurbladen. Har van Fulpen, de man achter uitgeverij Drukwerk, stuurde hem een briefje dat hij het tekenwerk niet interessant vond, maar bood Frits wel een baan aan als letteraar. ‘Ik letterde een boek voor hem en besefte toen dat ik letteren honderd keer leuker vond dan tekenen.’

De eerste keer van Dave Guedin. (Xtra, 2016)
De eerste keer van Dave Guedin. (Xtra, 2016)

Ontzettend puzzelen
‘Wat ik zo tof vind aan letteren? Ten eerste vind ik het gewoon heel erg leuk om een pen in mijn handen te hebben. Ten tweede hield ik ontzettend van strips. Eigenlijk was ik de meest intensieve striplezer van Nederland, want ik las een album wel twintig keer als ik die letterde. Ook vind het heel prettig om monomaan werk te doen. Dat heb ik nu ook met huizen schilderen. Als ik dertig deuren moet schilderen, denk ik bij de laatste nog “En nu ga ik het heel mooi doen!” Bij letteren had ik vaak dat ik de foutjes uit het vorige boek niet meer wilde maken bij het nieuwe. Maar goed, dan loop je weer tegen andere problemen aan.

Bij letteren is het grootste probleem dat de tekst vaak niet in de ballons past, omdat je in het Nederlands vaak meer woorden nodig hebt om hetzelfde te zeggen dan in het Engels. Daarom zijn vertalingen vaak te lang. Het is ontzettend puzzelen om al die woorden er mooi in te krijgen, want ballons zijn zelden mooi rond. Ik wil ook zo min mogelijk woorden afbreken.’

celine-verdomd
Céline en de kolonie van collaborateurs van Christophe Malavoy e.a. (Xtra, 2016)

Jonker houdt wel van een uitdaging: ‘Bij een strip waren per ongeluk vier ballons niet geletterd. Ik heb toen twee dagen lang die ballons rechtstreeks in alle vijfhonderd albums zitten letteren. Dat soort dingen vond ik erg leuk om te doen. Ook heb ik voor Casterman een Kuifje-album in het Russisch geletterd, maar ik had dus geen idee wat daar stond of welke letters het waren. Dan zie je meteen hoe ambachtelijk het werk is: in een paar dagen kun je jezelf een aantal symbooltjes of lettertjes aanleren en die schrijf je gewoon.’

Lelijk
‘Ik vind het moeilijk als ik bewust lelijk moet letteren, zoals Kunnen we het niet over iets leukers hebben van Roz Chast. Chasts handschrift was heel slordig en mijn lettering werd in eerste instantie afgekeurd omdat die toch iets te netjes was. Uiteindelijk kreeg ik hem slordig genoeg. Dat doet me dan pijn in het hart, want je maakt dan 228 pagina’s met schots en scheve letters. En ik moest oppassen dat ik niet halverwege te netjes ging werken.’

Kunnen we het niet over iets leukers hebben van Roz Chast. (De Bezige Bij, 2015). Hiervoor moest Frits bewust lelijk letteren.
Kunnen we het niet over iets leukers hebben van Roz Chast. (De Bezige Bij, 2015). Hiervoor moest Frits bewust lelijk letteren.

Trend
Tegenwoordig lijkt letteren met de hand een trend te zijn. Er zijn verschillende boeken uitgekomen waarin dit ambacht geleerd wordt. Jonker: ‘Er zijn meerdere dingen die dit verklaren, denk ik. Er is een enorme belangstelling voor wat vintage genoemd wordt, dus alles wat een beetje ruikt naar oud en ambachtelijkheid. We zitten in een tijd waarin mensen het ambachtelijke missen. Jonge mensen zitten bijna alleen maar achter een computer en houden nooit meer een pen vast terwijl de mens toch een behoefte heeft aan fysieke bezigheden als schrijven.’

showcaseBlogger
Behalve letteraar en huisschilder is Jonker ook verzamelaar, graficus, auteur en publicist van zines. Ook houdt hij al tien jaar een zeer inspirerend blog bij genaamd ShowCase. Frits toont daarop zijn grafische werk en schrijft onder andere over zijn verzamelingen. Jonker: ‘Ik verzamel dingen die mensen eigenlijk niet beschouwen als verzamelwaardig. Een verzameling is pas interessant als je er iets mee doet en anderen duidelijk maakt waarom je die zo mooi vindt, bijvoorbeeld door er over te bloggen.’ In 2005 begon Frits met het schrijven van de papieren versie van zijn blog: strookjes handgeletterd papier die hij rondstuurde naar vrienden en kennissen. Deze strookjes werden in 2012 verzameld in het boek ShowCase dat door uitgeverij Xtra is uitgebracht.

Eindelijk erkenning

Op 5 maart krijgt Jonker op de Stripdagen in Rijswijk de P. Hans Frankfurtherprijs voor bijzondere verdiensten. Eindelijk erkenning dus voor het handletteren. ‘Vroeger interesseerde het niemand wie er letterde, mijn naam werd meestal niet eens in het album vermeld. Nu krijg ik heel veel respect voor het feit dat ik zoveel gedaan heb. Ik heb nog nooit zo hard nagedacht en geschreven over lettering sinds ik het niet meer regulier doe. Vroeger had ik daar de tijd niet voor.’

Alle handlettering: Frits Jonker.

Dit interview is gepubliceerd in VPRO Gids #2 (2017).

Categorieën
Mike's notities Strips

The Doors of My Mind

Vrijdagavond was ik in de Vrije Werkplek om de opening van The Doors of My Mind bij te wonen.

The Doors of My Mind is de tweede solo expositie van Jeroen Huijbregts. Huijbregts (1975) is een grafisch ontwerper, illustrator en een vriend van me. Hij maakt heel toffe mash-ups van popcultuuriconen. Eerder schreef ik al eens over zijn werk.

De kunstenaar naast zijn werk.
De kunstenaar naast zijn werk.

huijbregts-sneeuwwitje-bunnyZijn werk bestaat uit het ‘lenen’ van iconische personages en Jeroen interpreteert ze in nieuwe, onverwachte samenstellingen. Dit resulteert in unieke concepten en mash-ups, die vaak worden geschetst in een digitale omgeving en die later uitgewerkt worden op papier of doek door middel van pennen, stiften en verf.

Een paar jaar geleden besloot Jeroen zijn vaste baan op te zeggen om zijn eigen pad te gaan volgen. Slim, want hij heeft inmiddels al wat internationale bekendheid opgedaan en in Austin, Texas geëxposeerd. Begin volgend jaar hangt zijn werk ook in Tokio.

Nu lijkt het wellicht alsof de kunstwerken geprint zijn, maar niets is minder waar. Hoewel Jeroen de mash-ups samenstelt met photoshop, zijn ze allemaal handgemaakt. Dat zie je op deze foto een beetje terug.

huijbregts-mickeyCheck meer van zijn kunst op instagram en zijn shop.

Ik vond het leuk om het werk van Jeroen weer even van dichtbij te zien en om hem en de mannen van Moker ontwerp weer te spreken. Als het goed is gaan we volgende week samen naar Doctor Strange. Dat wordt voor mij dan de tweede keer, maar het is altijd leuk om met mede geeks naar zo’n film te gaan. Even lekker met elkaar nerden. Ben benieuwd of Jeroen daarna met een Doctor Strange mash-up komt en hoe die er dan uit zal zien.

Hij heeft namelijk ook werk met superhelden gemaakt, zoals deze Iron Man Duck:

huijbregts-iron-man

De Vrije Werkplek. Leidsestraat 74, 1017 NX Amsterdam, Nederland. Open tijdens kantooruren.

Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest: Tom Poes en de pas-kaart

Dick Matena maakte een compleet nieuw Bommel-verhaal: Tom Poes en de pas-kaart.

Pas-kaart OS.indd

Tom Poes en Olivier B. Bommel zijn twee van mijn favoriete Nederlandse striphelden. Als daar een nieuw avontuur van uitkomt, wil ik dat natuurlijk lezen. Stripmaker Dick Matena schreef en tekende Tom Poes en de pas-kaart, een verhaal dat in eerste instantie alleen zou verschijnen in emigratiemagazine VertrekNL, maar inmiddels ook is gepubliceerd in NRC De Week en De Telegraaf, de krant waarin ongeveer 75 jaar geleden het eerste Tom Poes-verhaal werd afgedrukt. Bij Uitgeverij Personalia is de mooi verzorgde boekversie verschenen die naast de strip ook de voorgeschiedenis bevat.

Parallelle universa
Heer Bommel heeft het in dit nieuwe avontuur zwaar te verduren: de gemeente van Rommeldam wil onze vriendelijke beerheer onteigenen. Bommelstein, de huizen van Tom Poes en Markies de Canteclaer moet plaats maken voor nieuwbouw. Uiteraard laten Bommel en Tom Poes het er niet bij zitten, maar de zaak wordt zeer gecompliceerd door tovenaar Hocus Pas wiens snode plannen de grenzen tussen parallelle universa doet vervagen. Zo gecompliceerd zelfs dat de lezer net als Bommel en Tom Poes dreigt te verdwalen in verschillende verhaalversies.

bommel_02_matena

Samenwerking
Dick Matena is natuurlijk uitermate geschikt om de legende van Bommel en Tom Poes voort te zetten. Niet alleen werkte hij jarenlang in de Toonder Studio’s, in de laatste jaren van Toonders leven werkten de heren samen aan twee nieuwe Bommelverhalen. Omdat Toonder niet meer in staat was om te tekenen, nam Matena die taak op zich. Samen schreven ze het script voor Tom Poes en het Komeetgas en Tom Poes en het ei van Ukuu. Deze zijn respectievelijk in 1999 en 2000 gepubliceerd in Donald Duck. Het verhaal Tom Poes en de paskaarten hebben ze nooit voltooid, want de samenwerking kwam vroegtijdig tot een einde. Toonder was gefrustreerd dat hij niet meer fysiek in staat was zijn creatieve partner bij te sturen. Zoals Matena het uitlegt in het boekje: ‘Zo werd het een schip met twee kapiteins en dit zette onze vriendschap steeds verder onder druk. Dat wilden we beiden niet, dus hebben we eind 2000 het bijltje samen erbij neergegooid en zij we bevriend gebleven tot aan zijn dood.’

In eerste instantie zou Matena dit onvoltooide verhaal als uitgangspunt nemen voor dit nieuwe avontuur, maar uiteindelijk heeft hij een geheel nieuw scenario gepend. Het personage Dobbele Daas, de spellenmaker die ooit het kaartspel en de dobbelsteen uitvond, is wel in het verhaal gebleven.
bommel01

Matena en Valkema
De strip bestaat niet uit onderschriften maar tekeningen met ballonteksten. Toonder heeft in zijn testament laten opnemen dat dit de enige manier is waarop nieuwe verhalen gemaakt mogen worden. Ik hoop dat het niet bij dit ene nieuwe avontuur blijft. In de afgelopen jaren waren er wel gelegenheidsuitgaven omtrent Tom Poes en Bommel, zoals Heer bommel en de i-padden van Patty Klein en Gerben Valkema. Een nieuwe reeks Tom Poes-verhalen door Matena of Valkema zou niet misstaan in de boekwinkel.

Dick Matena. Marten Toonder’s (sic) Tom Poes en de Pas-kaart
Uitgeverij Personalia, € 22,50

Daarom Minneboo leest:
Maandelijks krijg ik van veel uitgeverijen stapels strips toegestuurd. Daar zit veel moois tussen, maar niet alles is geschikt voor de bladen en opdrachtgevers waar ik voor schrijf. Toch wil ik deze uitgaven onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.

Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest: Douwe Dabbert #3 – De valse heelmeester

Douwe Dabbert neemt het in zijn avonturen op tegen verschillende snoodaards. In ‘De valse heelmeester’ is dat machtswellusteling Baron Bral.

dabbert_heelmeester_coverZojuist verscheen ‘De valse heelmeester’, het derde album in de Douwe Dabbert-reeks die opnieuw wordt uitgegeven door Don Lawrence Collection. In dit avontuur beschermt de sympathieke dwerg met toverknapzak prinses Liselotte tegen de boosaardige plannen van Baron Bral. Bral is de heelmeester van Koning Zebedeus, die de vorst drogeert zodat hij de macht over het koninkrijk kan overnemen en met de prinses kan trouwen. Tenminste, dat is zijn plan. Dabbert en de slimme tiener Jochem proberen daar een stokje voor te steken.

De beeldverhalen van Thom Roep kunnen zowel door kinderen als door volwassenen gelezen worden, waarmee meteen de doelgroep van Donald Duck is genoemd, het blad waar de strip voorheen in gepubliceerd werd. Wat mij betreft heeft de reeks nog niets aan kracht ingeboet. Sterker nog, als we in het verhaal zien hoe Bral telkens weer opnieuw onterechte belastingen heft om zichzelf te verrijken, maakt mijn brein automatisch een associatie met het huidige geldlustige kabinet dat op een soortgelijke manier het begrotingstekort probeert te dichten. Dat de regering het volk tot op de laatste cent probeert uit te wringen, is immers van alle tijden. Het is vaak ook maar net wat je zelf in een strip wil lezen.

Sprookjeswereld
Maar genoeg over politiek, want zijn dit soort avonturen juist niet bedoeld om ons even in een andere wereld te laten wanen? De sprookjesachtige wereld waarin Dabbert verkeert, is verder heel eenduidig: je ziet meteen wie de schurken zijn en wie de good guys. Daar zorgde tekenaar Piet Wijn (1929-2010) wel voor die heerlijke boventronies wist te tekenen. Roep helpt vaak nog een handje door via de naam direct duidelijk te maken wie de slechterik is, zoals met Ludo Lafhart en Baron Bral. Een heelmeester die Bral heet, moet wel een kwakzalver zijn immers (of een politicus).

Baron Bral kijkt zeer kwaadaardig. Het schaarse kaarslicht zorgt dat de schurk er extra sinister uit ziet.
Baron Bral kijkt zeer kwaadaardig. Het schaarse kaarslicht zorgt dat de schurk er extra sinister uit ziet.

Naast de treffende manier waarop Wijn de personages liet acteren, is het genieten van de sfeervolle decors. Je waant je even in Nederland in de Middeleeuwen of in de Efteling. Daar heb ik al eerder over geschreven, dus laat ik hier volstaan met dit pittoreske stadje uit ‘De valse heelmeester’:

dabbert_heelmester_1Thom Roep & Piet Wijn. Douwe Dabbert: De valse heelmeester.
Don Lawrence Collection, €7,95

Categorieën
Stripplaatjes onder de loep Strips

Stripplaatje onder de loep: Een kabouter met toverknapzak

Vol verwachting sloeg ik laatst ‘De verwende prinses’ open, het eerste album van de serie Douwe Dabbert die opnieuw wordt uitgegeven door de Don Lawrence Collection. Zou ik de strip nog steeds zo leuk vinden als vroeger? Ik had me geen zorgen hoeven maken: het aantrekkelijke tekenwerk van Piet Wijn is altijd het lezen waard.

douwe_dabbert

Of we vroeger thuis een abonnement hadden op de Donald Duck, weet ik niet meer. Ik las het vrolijke weekblad geregeld, dus waarschijnlijk zat hij in de stripmap (de stripvariant van de leesmap) die iedere week bij ons op de mat lag. Wel weet ik dat mijn favoriete strip niet draaide om Donald, Goofy of Mickey, maar om de avonturen van Douwe Dabbert.

Douwe Dabbert werd geschreven door Thom Roep, die van 1984 tot 2013 hoofdredacteur was van de Donald Duck. Piet Wijn (1929-2010) tekende de avonturen van het sympathieke, kabouterachtige mannetje met de magische knapzak. In de knapzak blijkt altijd datgene te zitten wat Douwe nodig heeft om uit een benarde situatie te komen. Tijdens zijn omzwervingen komt de vriendelijke kabouter boeiende maar boosaardige figuren tegen, zoals de machtswellustige heks Wredulia en de schurk Ludo Lafhart die altijd snode plannen smeedt om zijn rijkdom te vergroten. Vrienden als de kat Generaal Tim, de beer Luitenant Torm en de dodo helpen Douwe soms om de kwaadwillenden een toontje lager te laten zingen.

Sprookjesachtig
Piet Wijn was de perfecte tekenaar om de sprookjesachtige wereld van Dabbert te visualiseren. Zijn lijnvoering zit vol leven, evenals de personages die zeer sprekende uitdrukkingen tonen. Prachtige karakterkoppen hebben ze.
De Dabbert-strip verwijst naar een soort sprookjesachtig Nederland dat je ook tegenkomt in het werk van Anton Pieck en in de Tom Poes-verhalen van de Toonderstudio’s. Dat laatste is niet zo gek, want Wijn heeft jarenlang voor Marten Toonder gewerkt. Hij tekende de strips Tom Poes, Koning Hollewijn, Panda en Kappie. Het sfeervolle landschap in het bovenstaande stripplaatje had ook prima uit de Bommel-strip kunnen komen. Je kunt je makkelijk voorstellen dat heer Ollie en Tom Poes op het bospad lopen in plaats van Douwe Dabbert en Prinses Pauline. De prinses zien we hier in silhouet, haar contouren contrasteren mooi met de lichtgekleurde ochtendmist achter haar. Links op de achtergrond zien we het kasteel van de koning. Tot nu toe heeft Pauline haar hele leven daar doorgebracht.

Levenslessen
Prinses Pauline is een verwend kreng dat met vervelende grapjes de hofhouding behoorlijk op de zenuwen werkt. Als ze tijdens een officieel diner de koning van het buurland beledigt door haar neus op te halen voor zijn augurken, de nationale trots van het land, veroorzaakt ze bijna een oorlog tussen beide landen. De koning besluit dat zijn dochter eens goed opgevoed moet worden. Er wordt een leermeester gezocht. Uit een kleine honderd kandidaten wordt Douwe Dabbert gekozen om de Prinses wat over het leven bij te brengen.
Douwe blijkt een strenge, doch warmhartige leermeester die in staat is langzaam een meelevend mens van het egoïstische, koninklijke krengetje te maken. Gevaar ligt ook op de loer in de vorm van Ludo Lafhart, wiens naam boekdelen spreekt natuurlijk.

Het mooie aan bovenstaande prent vind ik dat het een typerende voorstelling voor Douwe Dabbert is: hij loopt door een bosachtige omgeving met de knapzak over zijn schouder. Zo herinner ik me hem het beste.

Meesterlijke tekenaar
douwedabbert_coverPiet Wijn behoort tot een van de beste tekenaars die de Nederlandse strip gekend heeft. Hij was in staat om in verschillende stijlen te tekenen, van zeer realistisch tot karikaturaal, en kon met ieder genre uit de voeten. Toen hij in september1986 werd getroffen door een hersenbloeding, raakte hij aan de rechterkant verlamd. Hij slaagde er met veel pijn en moeite in om met links te leren tekenen om zijn werk voor te zetten. Toen hij na zijn hersenbloeding Douwe Dabbert weer begon te tekenen, was het verschil met vroeger nauwelijks merkbaar. Helaas kreeg Wijn in 1997 een tweede beroerte, waardoor hij ook linkshandig verlamd raakte.

De avonturen van Douwe Dabbert werden in de periode 1975 tot 2001 in Donald Duck gepubliceerd. In totaal 23 vervolgverhalen en tien korte verhalen. De strip werd indertijd in acht talen uitgegeven. Voorlopig kan ik me dus helemaal onderdompelen in de magische wereld van Douwe Dabbert.

Deze aflevering van Stripplaatje onder de loep is gepubliceerd in Eppo #4 (2014).

Categorieën
Strips

Op bezoek bij Donald Duck

Acht studenten van de School voor Journalistiek in Utrecht maakten de afgelopen maanden een schaduw-Villamedia. Een selectie van hun artikelen verschijnt de komende weken op villamedia.nl. Een van die stukken gaat over het weekblad Donald Duck.

Sommige magazines overleven alle stormen. Zelfs in een tijd waarin er steeds meer tijdschriften ten onder gaan, door de crisis en digitalisering. Een van deze magazines is Donald Duck. Dit blad heeft sinds 25 oktober 1952 een prominente plek in het Nederlandse tijdschriftenlandschap.

Nieuwere tijdschriften doen het goed, toch steekt de oplage van Donald Duck nog steeds met kop en snavel boven de andere titels uit. Donald Duck heeft een verspreide oplage van 260 duizend exemplaren per editie, volgens het HOI-instituut. Hoewel het goed gaat, is niet alles meer hetzelfde als zestig jaar geleden. De redactie oogt druk, tientallen medewerkers zitten in rijen achter de computers en tekentafels.

De drukte komt niet alleen door de ijverige medewerkers van Donald Duck. Dit komt voornamelijk omdat alle jeugdtijdschriften tegenwoordig zijn samengevoegd bij Sanoma. Hierdoor betekent bij Donald Duck werken, soms ook dat je voor een ander Sanoma jeugdmagazine aan de slag moet. Dit zijn tijdschriften zoals Zo Zit Dat of Tina. Frans Hasselaar, chef van de tekenredactie, geeft een rondleiding over de redactie en vertelt met trots, dat hij hier ondanks alle veranderingen al 28 jaar rondloopt.

Lees verder op Villamedia.

donald_duckNu ik toch striptips aan het uitdelen ben:

Dit weekend vindt Het Stripgidsfestival plaats in Turnhout. Uiteraard ben ik daar bij, want dit is altijd een erg fijne stripbeurs. Ik kijk in het bijzonder uit naar de Lucky Luke expositie, en de lezingen klinken ook interessant. Lees hier het hele programma.

Wie het televisieprogramma Beeldverhaal nog eens wil terugkijken, met de extra interviews, kan hier terecht.

Categorieën
Strips

De betekenis van Halloween volgens Batman

Klik op plaatje voor grotere versie.
Klik op plaatje voor grotere versie.

Uit: Halloween Special: Batman Li’l Gotham 2013. Tekst: Dustin Nguyen & illustraties: Derek Fridolfs.

En nu we toch op stripgebied op de Halloweentoer gaan, wilde ik je deze aflevering van de autobiografisch getinte strip van Squabe (Abe Borst) niet onthouden. Abe is een van de eerste afgestuurden van de studie Comic Design te Zwolle.

squabe_halloweenEn check meteen ook even deze trick or treat-strip.

halloween_tree

halloween_donald_duckWat Donald Duck zei: Happy Halloween! Maak er wat moois van.

Categorieën
Strips

Stripliefde: Kuifje, Donald Duck, Robbedoes, Michel Vaillant en Buck Danny

Iedere dinsdag en vrijdag delen striplezers hun stripliefde en vertellen over hun favoriete strip.

Richard met Robbedoes: 'Vandaag in Luik Jijé 1945/ 1947 gekocht (€5).'
Richard met Robbedoes: ‘Vandaag in Luik Jijé 1945/ 1947 gekocht (€5).’

Wat is je naam, je leeftijd en je wat doe je voor werk?
Richard Reiman, 60, gepensioneerd/ Het Stripschap

Welke strip(s) is/zijn je favoriet en lees je nu nog steeds?
Kuifje, Donald Duck, Robbedoes, Michel Vaillant en Buck Danny.

Waarom is/zijn dit je favoriete strip(s)? Wat vind je er zo goed aan?
Allemaal al meer dan 50 jaar geweldig!

Wanneer kwam je er voor het eerst mee in aanraking? En wat deed dat met je?
Donald Duck in December 1954. Ik was toen 2 jaar en 3 maanden, het is één van mijn eerste herinneringen. Ik ben geboren in de maand van de eerste nederlandse Duck! Kuifje: Het gebroken Oor in 1957 voor mijn verjaardag. Robbedoes en Buck Danny stonden in het kerstnummer (1958) van  Robbedoes weekblad. (Ook de Smurfen ontdekte ik toen). Michel Vaillant in 1960 bij mijn vriendje Rob Vlek.
donald_duck

In de rubriek Stripliefde vertellen striplezers over hun favoriete strip of strips. Op deze manier bouwen we langzaam een interessante leeslijst op. Ook meedoen? Check hier hoe je dat doet. Ik kijk uit naar je inzending. Oh ja: mocht iemand anders al je favoriete strip genoemd hebben, stuur dan even goed je inzending in, want jouw reden om de strip goed te vinden kan heel anders zijn. Bovendien is je eerste kennismaking en wat dat met je deed waarschijnlijk anders dan die van andere lezers.

Categorieën
Strips

Stripbladen in Nederland: Van Duckstad tot Zone 5300

Het aanbod van Nederlandse striptijdschriften werd recent verrijkt met Por Dios en Kwynk. Maar de gouden tijden van de stripbladen lagen in de jaren zeventig en tachtig. De distributie is een probleem voor de kleine bladen. Lezen we de strips in de toekomst alleen nog maar digitaal?

Recent werd het aanbod van Nederlandse stripbladen verrijkt met Por Dios en Kwynk. Beide stripbladen bestaan grotendeels uit oude strips die digitaal zijn opgepoetst, maar daar houdt de vergelijking dan ook wel mee op. Por Dios bevat ieder nummer een heel album, van bijvoorbeeld bekende striphelden als Storm, Agent 327 of Franka, aangevuld met korte verhalen van andere striphelden. Kwynk daarentegen bevat voornamelijk korte en vervolgverhalen van stripmakers als Jan Kruis, Gerard Leever, Jan van der Voo en Patty Klein. De strips zijn bedoeld voor kinderen vanaf een jaar of zeven.

‘De gedachte achter Kwynk is om oude strips op te peppen en leesbaar te maken voor de jeugd van nu,’ vertelt initiatiefnemer John Croezen. ‘Een paar jaar geleden waren we er al mee bezig, maar door de crisis trok de uitgever de stekker eruit. Zomer vorig jaar werd ik benaderd door uitgeverij Marken uit Limburg en die wilde een digitale kiosk opzetten met daarin alleen digitale bladen en ook stripbladen. We hebben het concept uit de kast gehaald en dat is de Kwynk geworden.’

Een kwestie van distributie
Bijzonder aan Kwynk is dat het blad alleen digitaal verkrijgbaar is op de iPad, of te downloaden als PDF. ‘Digitaal betekent geen drukkosten en geen problemen met de distributie,’ zegt Croezen. ‘Je kunt stellen dat in Nederland de distributie van strips allerbelabberdst is. Ik heb een album over Pipo de Clown uitgegeven maar dat kreeg ik met geen mogelijkheid in de winkel. Ik heb echt alles geprobeerd, distributeurs gebeld en grote winkelketens, maar die vonden dat strips te weinig omzet genereren om er ruimte voor te maken in het schap. Tenzij je de Donald Duck of Suske en Wiske bent, kom je er gewoon niet tussen.’

Tonio van Vugt, hoofdredacteur en uitgever van het striptijdschrift Zone 5300 beaamt dat: ‘Distributie is altijd een probleem geweest. We brengen de Zone nu vooralsnog zelf in de winkels. Er is geen distributeur voor kleine striptijdschriften in Nederland.’

Hoogopgeleide liefhebbers
Zone 5300
– tijdschrift voor strips, cultuur en curiosa – bevat naast strips ook artikelen over film, muziek en boeken. ‘Geen enkele kunstvorm staat immers op zich en aangezien we strips als kunstvorm beschouwen, vind ik de relatie tot andere media relevant,’ aldus Van Vugt. Met een oplage van 2500, waarvan er duizend naar abonnees worden gestuurd, is Zone 5300 vooral een blad voor de hoogopgeleide liefhebber tussen de 20 en 40. ‘Er zitten veel schrijvers, illustratoren en muzikanten in ons lezersbestand. We willen dingen brengen die nog niet bekend zijn bij een groot publiek. Tekenaars als Erik Kriek, Gummbah en Maaike Hartjes hebben bijvoorbeeld hun doorbraak bij de Zone gehad,’ zegt Van Vugt. Het blad kan vooral voortbestaan omdat de redactie bestaat uit een groep vrijwillige professionals.

Por Dios is geïnitieerd door Rob van Bavel, die in 2009 ook met de nieuwe versie van het oude vertrouwde blad Eppo op de proppen kwam. Eppo bevat voornamelijk vervolgverhalen van mainstream strips en richt zich op de nostalgische veertiger die als kind het blad ook las. Het stripblad verscheen oorspronkelijk van 1975 tot halverwege de jaren tachtig. Na talloze naamswijzigingen en samenstellingen verdween het in 1999 van de markt. De oplage van de tweewekelijkse Eppo ligt rond de 18.000. Het blad heeft 8.000 abonnees.

Komt Eppo, waar veel werk van Nederlandse makers in staat, uit de kosten? ‘Dat is heel lastig om te zeggen omdat Eppo ook weer uit allerlei takken bestaat. Je hebt het blad, de albums van de uitgeverij en ons eigen verkoopkanaal,’ zegt Van Bavel. ‘Op een gegeven moment maak je bijvoorbeeld verlies met het blad maar winst via de nevenactiviteiten. Ik heb vorig jaar een paar stripalbums uitgebracht om te zien wat dat in de markt doet. Ik denk dat ik eind van dit jaar daar meer over kan zeggen.’ Volgens Van Bavel is het belangrijk voor de Nederlandse strip dat er in Eppo strips voorgepubliceerd worden. Stripmakers kunnen niet leven van de albumverkoop dus voorpublicaties zijn een belangrijke inkomstenbron.

Vrolijke weekbladen in de kiosk
Van Por Dios worden er iedere maand 30.000 exemplaren gedrukt en verspreid onder 3500 verkooppunten. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Zone 5300, zijn de bladen van Van Bavel wel in de schappen van de kiosk te vinden. Net als de Donald Duck. Het vrolijke weekblad is met een oplage van 310.000 immers nog steeds marktleider.

Donald Duck is het allergrootste stripblad van Nederland, geen andere titel komt zelfs in de buurt,’ aldus Fiona Cordes, senior brandmanager ‘Kids’ voor Sanoma, dat onder meer meidenblad Tina, Cars en Nickelodeon Magazine op de markt brengt. Sanoma heeft het alleenrecht op Disney in Nederland en geeft enkele bladen uit met Disneystrips en -karakters.

‘De totale markt voor kindertijdschriften stijgt, er zit alleen een daling in de preschool-markt,’ aldus Cordes. De markt voor jeugdstripbladen wordt grotendeels gekenmerkt door bladen die zijn opgehangen aan een serie, thema of tv-zender. Bijvoorbeeld Disney XD en Ben 10 Magazine, gelieerd aan Cartoon Network. De jeugdbladen bevatten naast strips vaak ook puzzels, games- en gadgetnieuws en geïllustreerde verhalen en zijn gericht op specifieke doelgroepen.

Duckstad Twitter
Hoewel de Donald Duck primair bedoeld is voor kinderen tussen 7 en 12,  is het ook een blad voor het gehele gezin en worden de avonturen uit Duckstad ook gelezen door mannen tussen de 20 en 49. Om de doelgroep te bereiken, zet Sanoma ook nieuwe media in. ‘Duckstad Twitter is een groot succes; meer dan 10.000 followers en dat groeit nog iedere dag. In november vorig jaar werd de eerste Donald Duck Ei-phone app gelanceerd. Ook zal Donald Duck op de iPad niet lang op zich laten wachten,’ aldus Cordes. Zone 5300 houdt het voorlopig op een volwaardige website naast de papieren versie, waar geregeld artikelen, recensies en strips op gepubliceerd worden.

Digitaal uitgeven is een groeiende markt, erkent Croezen. ‘Het mooie is dat digitale nummers van Kwynk altijd te koop blijven. En er komen steeds meer online kiosken bij, waar we Kwynk ook kunnen aanbieden. Het blad loopt nu nog niet storm. Dit komt deels omdat we ons nog niet veel met promotie hebben beziggehouden, maar we verwachten dat er binnenkort een stijgende lijn in zit.’

Oud-papier
Croezen denkt zelfs dat we over tien jaar geen strips meer op papier zullen lezen: ‘Dan is er ook geen krant meer te koop op straat. Kijk maar naar vinylplaten, dat is alleen nog maar handel voor DJ’s en nostalgische lui. Met papier zal het net zo gaan. Kranten zitten nu al in problemen en gaan steeds meer online. Ik vind het ontzettend knap van Rob van Bavel dat hij Eppo nog in de winkel krijgt, maar ik vraag me af hoe lang dat nog gaat duren.’

Van Bavel: ‘Daar kan hij best gelijk in hebben. Ik denk dat de Eppo-doelgroep, mannen in de veertig, een verbintenis hebben met papier en graag strips op papier blijven lezen. Maar die groep wordt steeds kleiner en als het kostentechnisch niet meer haalbaar is, zal het stoppen.’

Van Vugt is optimistischer: ‘Papier zal zeker afnemen, maar dat geldt vooral voor tijdschriften en kranten die toch na een paar dagen in de kattenbak verdwijnen. Maar nichetijdschriften als Zone 5300 en Eisner (gericht op literaire beeldverhalen, red.) wil je gewoon op papier lezen. Dat zijn collector’s items, geen wegwerpartikelen.’ Bij Sanoma zien ze nieuwe media als een middel om nieuwe doelgroepen aan te boren en de positie van de mannendoelgroep te versterken, maar papier zal niet verdwijnen. ‘Over 10 jaar valt nog altijd wekelijks het vrolijkste weekblad van Nederland op de deurmat!,’ aldus Fiona Cordes.

Tijdschriftenbak
Behalve bovengenoemde titels bevat de tijdschriftenbak nog andere stripbladen. Een selectieve greep:

Geïnteresseerde striplezers halen hun informatie onder andere uit Zozolala en Stripschrift. De liefhebber van pulpstrips en het werk van Fred de Heij leest het eigenzinnige blad Pulpman. Bekend maar vooral nieuw talent is te vinden in het onregelmatig verschijnende De Lijn. Eisner, vernoemd naar de beroemde stripmaker Will Eisner, bevat beeldverhalen met een literaire inslag.

Dit artikel is woensdag 2 maart in Het Parool gepubliceerd.

Categorieën
Strips

Nominaties Stripschapprijzen bekend

De Stripschapjaarprijzen, ook wel de Stripschappenningen genoemd, worden sinds 1981 jaarlijks toegekend door Het Stripschap, op voordracht van een onafhankelijke commissie. Samen met Barbara Stok, Frans Le Roux, Jan-Willem de Vries en Erwin Brakels, zat ik dit jaar in de jury voor de Stripschapprijzen. Voorzitter was Ger Apeldoorn. Hieronder een overzicht van de genomineerde albums.

In de categorie Nederlands Jeugd zijn genomineerd:


Draken met stekkers, door Edward van de Vendel (tekst) en Floor de Goede (tekeningen) (uitgeverij Querido)
Het eerste album met stripgedichten van Edward van de Vendel en Floor de Goede werd vorig jaar genomineerd. In het tweede album weten de heren het niveau hoog te houden. Komisch, emotioneel, toegankelijk. Het perfecte stripalbum voor ouder en
kind.

Pipo en zijn verre vaderland, door Wim Meuldijk (tekst) en Jan van der Voo (tekeningen) (uitgeverij Stripwinkel.nl)
Een klassiek verhaal van Pipo de Clown, zo bewerkt en zo modern dat het gisteren gemaakt had kunnen zijn. Oorspronkelijk voorgepubliceerd in Donald Duck en met liefde gerestaureerd.

Roboboy de supersnotneus 6: Grote griezels!, door Willy Linthout (tekst) en Luc Cromheecke (tekeningen) (uitgeverij Catullus)
Jarenlang maakten Luc Cromheecke (Plunk!) en Willy Linthout (Het jaar van de olifant, Urbanus) Roboboy de supersnotneus voor Taptoe. De albums verschenen bij verschillende uitgevers. Het is te hopen dat dit album een voortzetting van de sympathieke serie mogelijk maakt.

In de categorie Nederlands Avontuur en Vermaak zijn genomineerd:

Haas 1: De weg terug, door Rob van Bavel (tekst) en Fred de Heij (tekeningen) (uitgeverij Don Lawrence Collection)
De eerste Nederlandse verzetstrip is de grote hit van het sinds vorig jaar opnieuw uitgebrachte tijdschrift Eppo. Fred de Heijs ruwe tekenstijl past prima bij dit doordachte avonturenverhaal.

S1ngle 9: Trio, door Peter de Wit (tekst) en Hanco Kolk (tekst en tekeningen) (uitgeverij De Harmonie)
Peter de Wit en Hanco Kolk brengen hun strip in het kielzog van de televisieserie tot nieuwe hoogte door in dit album Stella voor het eerst verliefd te laten worden. Dat kàn niet goed aflopen…

Burka Babes 2: Polderburka’s, door Peter de Wit (uitgeverij De Harmonie)
Bij het eerste deel van deze perfect uitgegeven thema-afleveringen van zijn Volkskrant-strip Sigmund hield Peter de Wit nog vol dat het gewoon om vrouwen met lange jurken ging. In dit deel begint ook bij hem langzaam het sociale commentaar binnen te sluipen.


In de categorie Nederlands Literair zijn genomineerd:

Wolken, door Wasco (uitgegeven in eigen beheer)
Wasco (Henk van der Spoel) bewijst met Wolken dat hij één van de meest eigenzinnige stripmakers van Nederland is. Wolken valt in het bijzonder op door het surrealistische verhaal en de doordachte visualisatie. Een bijzonder stripexperiment dat als ‘24 hour comic’ ver boven het gemiddelde uitstijgt.

In de schaduw van mijn lul, door Sam Peeters (uitgeverij Oog & Blik/De Bezige Bij)
In deze intelligente en absurdistische vertelling, brengt Peeters in duidelijke platen zonder tekst het leven in beeld van een stadje dat in de schaduw van zijn geslacht ligt. In deze estafette-achtige vertelling, maken God en ander buitenaards volk hun opwachting, maar blijkt de stripmaker zelf een goddelijke schepper.

Terug naar Johan, door Michiel van de Pol (uitgeverij Oog & Blik/De Bezige Bij)
Een innemende striproman over de puberteit, waarin Van de Pol op volwassen wijze, met zelfreflectie en zelfspot, vertelt over hoe hij en jeugdvriend Johan langzaam uit elkaar groeien.


In de categorie Buitenlands zijn genomineerd:

Lou! 5: Laserninja, door Julien Neel (uitgeverij Glénat)
Eén van de leukste en warmste meidenstrips uit Frankrijk weet in Nederland maar slecht z’n publiek te bereiken omdat het nergens wordt voorgepubliceerd en door de uitgever zonder al te veel bombarie op de markt wordt gebracht. Toch is het met z’n soepele mengeling van soap en humor en z’n aansprekende tekenstijl perfect voor moeders en meiden van alle leeftijden.

Magasin General 5: Montreal, door Régis Loisel en Jean-Louis Tripp (uitgeverij Casterman)
De samenwerking tussen Loisel en Tripp, twee stripmakers die het heel goed zonder elkaar zouden kunnen, levert nu al vijf delen lang een bijzondere reeks op; een ontroerend verhaal over gewone mensen in een koud land waar de lezer met plezier in weg kan dromen.

Wilson, door Daniel Clowes (uitgeverij Oog & Blik/De Bezige Bij)
Daniel Clowes is één van de grote jongens uit het Amerikaanse striplandschap. Toch gaat hij niet gebukt onder zijn eigen gewicht. Met Wilson weet hij een grappig en af en toe storend beeld te schetsen van een bijzondere man. Ondertussen speelt hij met stijlen en betovert hij de lezer met zijn soepele tekenpen.


In de categorie Productie zijn genomineerd:

Joost Swarte, Cyril Koopmeiners, René Windig en Eddie de Jong, voor de vormgeving en productie van Heinz van H tot Z 1, door Eddie de Jong en René Windig (uitgeverij Oog & Blik/De Bezige Bij)
Eén van de grappigste en meest aansprekende Nederlandse gagstrips ooit wordt eindelijk compleet uitgegeven. En wat een uitgave! De strips zijn opnieuw ingekleurd, er is veel achtergrondmateriaal en dat alles in een boek dat je op schoot kunt nemen en waar je uren in kunt verdwijnen.

Femke Wubben, voor de vormgeving van Pinokkio, door Winshluss (pseudoniem voor Vincent Paronnaud) (uitgeverij Oog & Blik/De Bezige Bij)
Deze genadeloze adaptatie van het oude Pinokkio-verhaal is niet alleen oogverblindend mooi, het is ook tot in de puntjes verzorgd uitgegeven, mede dankzij de grafische vormgeving van Femke Wubben van Studio de Raaf.

Nicolaas Matsier, en Hester Meijer en Peter de Raaf, respectievelijk voor de vertaling en lettering van Het boek Genesis, door Robert Crumb (uitgeverij De Harmonie/Oog & Blik/Vrijdag)
Crumb vat de bijbel op zijn eigen wijze samen in een mooi uitgegeven en betaalbaar boek, wat terecht één van de grote hits van het afgelopen jaar werd. Wat daarbij nauwelijks opvalt, is hoe kunstig bijbelkenner Nicolaas Matsier diverse bijbelvertalingen naast elkaar heeft gelegd om tot een perfect leesbare tekst te komen en hoe knap het geheel door Hester Meijer en Peter de Raaf in een geheel eigen stijl is geletterd.

Wie er in de diverse categorieën wint wordt onthuld tijdens de prijsuitreiking op zaterdag 25 september op De Stripdagen in Expo Houten te Houten.

Ben je het eens met de lijst? Of oneens omdat je favoriete strip van het afgelopen jaar er niet tussenzit? Reageren kan in het commentformulier. Omdat ik echter geen commentaar kan geven op de beslissingen die we collectief als jury hebben genomen, zal ik niet reageren op je reactie. Dat je het weet.

Categorieën
Strips

Disney koopt Marvel: Krijgen we nu een Spiderman Donald Duck team-up?

Mickey Mouse samen met de Hulk in een strip of tekenfilm? We mogen hopen dat dit nooit zal voorkomen. Disney heeft echter vandaag laten weten Marvel te willen opkopen voor het leuke bedrag van 4 miljard dollar.‘It feels like Christmas morning,’ twitterde Joe Quasada, editor in chief bij Marvel, vanmorgen. Kennelijk zijn de mensen bij Marvel blij met de deal. Niet zo gek ook, want Disney opereert over de hele wereld en zou een goede partner zijn voor Marvel wat betreft distributie en infrastructuur. Disney is wat geld en macht betreft immers een grote speler in de wereld van de entertainment. Ook bezit Disney filmmaatschappij Pixar dus wie weet wat dat voor mooie animatiefilms gaat opleveren. Hoewel daar nu nog niet zoveel over te zeggen valt, sprak John Lasseter recent wel met de mensen van Marvel. En volgens de berichten was iedereen ‘enthousiast’. Het zou voor de fans van Marvel een verademing zijn, want eerlijk gezegd blinken de animatiefilms die Marvel nu uitbrengt niet uit als het gaat om technisch vernuft en verfijnde animaties.
Dat geldt overigens niet voor alle fans, die toch vooral bang zijn dat Disney zich inhoudelijk met de films en strips gaat bemoeien. Quasada bestrijdt dat idee en zegt dat er Marvel met de comics gewoon de koers blijft varen die nu is uitgestippeld. Niet dat die altijd even kritiekloos ontvangen wordt door de fans, maar dat ter zijde. Ik denk niet dat we snel een team-up tussen Spiderman en Donald Duck kunnen verwachten. Ik hoop het in ieder geval niet, want de twee werelden van Marvel Comics en Disney zijn praktisch onverenigbaar. Op inhoudelijk vlak tenminste, vanuit zakelijk oogpunt is het een rooskleuriger verhaal.
Daarom snap ik wel waarom Disney geïnteresseerd is in Marvel. Ze krijgen er 5000 nieuwe personages bij, waarvan een aantal zeer populair zijn bij het grote publiek. Zoals Spiderman, X-men, Wolverine en Iron Man. Op dit moment is er een renaissance gaande van superheldenfilms, niet toevallig zijn dit allemaal Marvel-helden. En het einde hiervan is met Iron Man 2, het aangekondigde Spiderman 4, Deathpool, Wolverine 2, Thor, Captain America en de Avengers-films nog lang niet in zicht. Dat is natuurlijk big business. Marvel verdient veel meer geld met films en gelicenseerde producten als games en speelgoed dan met de strips zelf. Die zijn meer springplank geworden voor een hele diverse reeks nevenproducten. Dat hebben beide bedrijven met elkaar gemeen: ze slagen erin een x-aantal personages door middel van verschillende producten te verkopen: films, strips, speelgoed, games, tot en met badslippers met spiderman-logo toe.

‘Overname’
Illustratie: Hallie Lama.

Voor Disney betekenen al die superhelden het aanboren van een nieuwe doelgroep. Als je kijkt naar de tv-programma’s die Disney produceert en het speelgoed dat dit bedrijf op de markt brengt, (vooral veel prinsessen en feeën spul) dan is Disney toch vooral gericht op meisjes – even kort door de bocht gezegd. De superhelden van Marvel spreken traditiegetrouw toch vooral veel jongens aan.Disney heeft aangekondigd dat ze de bestaande distrubutie-afspraken die Marvel heeft met filmmaatschappijen zal erkennen, maar dat ze ter zijner tijd de films zelf op de markt wil brengen.Overigens moet de deal nog goedgekeurd worden door de antitrust review en de aandeelhouders van Marvel moeten nog akkoord gaan. Men hoopt voor het einde van het jaar de zaken rond te hebben.