Tag: Eddie Murphy
Nog eens Beverly Hills Cop
Schreef ik een tijdje geleden dat ik het opnieuw bekijken van oude vertrouwde films vaak zo lang mogelijk uitstel, deze week zag ik Beverly Hills Cop (Martin Brest, 1984) toch weer.
De drie Cop-films staan op Netflix, maar zullen eind februari verwijderd worden. Dus had ik toch zin om nog eens met Axel Foley naar Beverly Hills af te reizen. In 2008 bekeek ik de trilogie ook eens en schreef ik per film een post over hoe ik de deze ervoer.
Eddie Murphy was op zijn sterkst in deze twee films en was nooit meer zo grappig als Axel Foley, de hem op het lijf geschreven is. De bijdehante smeris uit Detroit die in Beverly Hills terechtkomt als hij de moord op zijn vriend onderzoekt. Met zijn eigenzinnige manier van handelen krijgt hij het al snel aan de stok met de politie in Beverly Hills, maar uiteindelijk weet hij met de hulp van rechercheurs Taggert en Rosewood de schurk Victor Maitland uit te schakelen. Foley bluft zich overal binnen; of het nu een suite is in het Beverly Hills Hotel of een opslagruimte van de douane is. Hij weet op luchtige wijze de rechercheurs van het politiekorps te ontkomen door bananen in de uitlaat van hun auto te stoppen. Tussen de grappen door kan de kijker genieten van een flinke dosis actie.
Favoriete films zijn net als goede vrienden van je, soms moet je ze gewoon weer even opzoeken. Beverly Hills Cop zag ik inmiddels iets van 15 keer, gok ik, maar toch verveelde hij niet. Het scenario blijft erg goed en strak geschreven. Iets wat je tegenwoordig een stuk minder ziet: iedere scène heeft een reden en zit logisch in elkaar. De dialogen zijn scherp en to the point.
Ik ben ondertussen benieuwd hoe het met Lisa Eilbacher (mei, 1956) gaat. Zij is inmiddels zestig en doet al heel lang geen film- en televisiewerk meer. Ze zat ook in de pilotaflevering van de Spider-Man TV serie. Verder heb ik haar niet in zo heel veel films gezien.
Ga ik Cop II ook weer kijken? Misschien, maar dan moet ik dus snel zijn. Ik weet echter nu al dat ik III niet meer hoef te zien. Ik heb overigens wel zin om nu een goed boek over deze films te lezen, maar volgens mij bestaat dat nog niet.
Van de week had ik zo maar weer zin om Trading Places te kijken.
Deze comedy van John Landis stamt uit 1983 en ken ik nog van toen ik kind was. Een film uit de tijd dat Eddie Murphy nog grappig was en men bepaalde typetjes, seksisme en racisme niet schuwde. Sterker nog: je zou met deze film makkelijk een cursus kunnen doen over stereotypen en zaken die nu allemaal niet meer zouden kunnen. Een remake van deze film zou nu anders in elkaar zitten anders blijven ze er op Fakebook over klagen.
Synopsis:
De rijke zakenlui Randolph (Ralph Bellamy) en Mortimer Duke (Don Ameche) discussiëren over de vraag of de aard van iemand nu bepaald wordt door nature of nurture, oftewel: zit iemands gedrag in iemand ingebakken of wordt die bepaalt door sociale omstandigheden. Om dit te testen sluiten ze een weddenschap af en wisselen ze de levens van zwerver Billy Ray Valentine (Eddie Murphy) en de arrogante Louis Winthorpe III (Dan Aykroyd) compleet om. Ze nemen Winthorpe alles af- zijn werk, reputatie en verloofde – en plaatsen Valentine in Winthorpe’s luxe leventje.
Winthorpe krijgt hulp van prostituee Ophelia.
Aykroyd en Murphy zijn goed op elkaar in gespeeld als de rijkeluisman die alles verliest, maar weer opkrabbelt en de (zwarte) oplichter die met street smarts zich makkelijk staande blijkt te houden als makelaar in grondstoffen op de beurs van New York. Uiteindelijk blijkt er achter de oplichter een gewoon mens schuil te gaan, terwijl Winthorpe natuurlijk leert zijn arrogantie in te ruilen voor een warmere persoonlijkheid.
Trading Places is een klucht en de personages zijn daarom eerder typetjes dan heel ronde karakters.
Jamie Lee Curtis speelt het hoertje met gouden hartje, en valt niet alleen op door haar acteertalent, maar ook omdat ze nonchalant haar naaktheid aan de kijker toont. Je ziet meteen waarom ze jarenlang de bijnaam ‘The Body’ had in Hollywood, want Curtis is een lust voor het oog.
Natuurlijk mogen we dat in het politiekcorrect feministische tijdperk waarin we leven eigenlijk niet zeggen, maar laten we eerlijk zijn: Game of Thrones is ook niet alleen maar populair omdat er zoveel hoofdpersonages de hele tijd worden omgelegd. Dat is ook gewoon te danken aan het feit dat ze vaak uit de kleren gaan.
Zolang beide seksen zich in een productie blootgeven is daar ook niet veel mis mee, lijkt me. (Een beetje afhankelijk of ze ook gelijksoortig in beeld worden gebracht natuurlijk.) Maar dat is in Trading Places niet het geval. Lee is duidelijk een lustobject voor de mannelijke en lesbische blik.
Overigens heeft haar naaktheid ook een narratieve functie. (Ja, echt!) In het begin neemt ze Winthorpe in huis, maar bedekt ze haar borsten als hij naar haar kijkt. Als ze echter naar elkaar toegroeien en Winthorpe doodziek bij haar in bed ligt, komt ze semi-naakt naast hem liggen om hem op te warmen. Ze is vertrouwd genoeg met hem geworden om zich aan hem bloot te geven.
Eddie Murphy heeft een zeer herkenbaar lachje. Daar kun je leuke dingen mee doen, bewijst deze promo voor de Beverly Hills Cop-films.
Omdat ik geen televisie meer kijk zie ik een stuk minder promo’s van films en tv-programma’s. Gelukkig is er altijd nog YouTube dat vol staat met prachtige promo’s, zoals deze voor de Beverly Hills Cop trilogie:
Via Eric van der Woude, mijn collega bij Schokkend Nieuws.
Beverly Hills Cop III
Of: The Trouble with Trilogies, part I
Beverly Hills Cop III behoort zeker niet tot mijn persoonlijke filmklassiekers. De film kan in geen geval tippen aan zijn twee voorgangers. Een kritische beschouwing van de film werpt nieuw licht op de eerdere delen.
Het is moeilijk te zeggen wat een film succesvol maakt. Meest waarschijnlijk is het een combinatie van factoren die de juiste chemische samenstelling vormen. Kortom: de juiste elementen ‘klikken’ met elkaar. Een goede cast, de juiste regisseur en een doortimmerd script, kan een gouden combinatie zijn.
Minder van hetzelfde
Zoals eerder beschreven is het moeilijk om een goed vervolg te maken op een geslaagde film. Tony Scott deed dit met verve met zijn vervolg op Beverly Hills Cop: hij hield in grote lijnen de formule hetzelfde, maar vertelde het verhaal in zijn eigen stijl — zo kreeg het publiek dezelfde film, maar toch even iets anders. Regisseur John Landis leverde met het derde deel uit de Beverly Hills Cop-reeks echter een prutfilm af.
In Cop III komt Axel naar Beverly Hills om de moord op zijn baas te wreken. Todd werd vermoord door Ellis De Wald, hoofdbewaking van het pretpark Wonderworld. Axel probeert De Wald te ontmaskeren en diens valsemunterij tot een einde te brengen. Hij wordt daarin bijgestaan (of tegengewerkt, het is maar net hoe je het bekijkt) door maatje Rosewood en Jon Flint.
Scherpe randjes
Wat ging er mis? John Landis is een veteraan als het om comedy gaat. Hij maakte samen met Eddie Murphy Trading Places en Coming To America en eerder films als Animal House en de klassieker The Blues Brothers. Ook regisseerde hij de originele horrorcomedy An American Werewolf in London. Zijn flauwe gevoel voor humor is echter moeilijk te rijmen met het Cop-concept. Het grootste probleem schuilt dan ook in het feit dat alle scherpe randjes van Axel Foley af zijn gehaald. De man is – afgezien van een vloek hier en daar – een heilige in deze film: hij redt een stel kinderen uit een ontspoorde attractie, luistert aandachtig naar geneuzel van Serge in de wapenboetiek en assisteert zelfs de FBI in plaats van als echte anarchist aan de slag te gaan.
Slechte timing
De de timing van deze film is beroerd. De honderd minuten dat Cop III duurt voelen aan alsof je een Bored of the Rings-marathon door je neus krijgt geboord. Landis houdt grappen namelijk veel te lang aan: als een stelletje illegale automonteurs het nummer ‘Come See About Me‘ van de Supremes op de radio horen, beginnen ze te dansen en mee te zingen. Dat is een paar seconden leuk, maar Landis laat het maar doorgaan en doorgaan. De rest van de actie en de humor is voorspelbaar saai.
Missende castleden
Een ander missend element is een belangrijk deel van de supporting cast. De combinatie Foley, Taggert en Rosewood maakte de eerste films bijzonder. Nu Taggert ontbreekt mis je een belangrijk element. Flint, gespeeld door Hector Elizondo, is duidelijk een Taggert-kloon, maar dan een van de irritante soort. En om als compensatie Serge uit deel één uit de kast te halen is ook geen goede zet. Hoe graag ik Bronson Pinchot ook aan het werk zie, gaat het er bij mij gewoonweg niet in dat Serge zich Axel Foley na tien jaar nog zo geestdriftig kan herinneren.
Die Hard?
Het verhaal voelt te veel als een mislukte Die Hard aflevering in een pretpark. (Geen wonder wellicht: scenarist Steven E. de Souza schreef beide films.) Al kunnen de schurken in de Die Hard-films veel beter mikken dan het stelletje misschietende kruimeldieven in Cop III. Ook geeft de Wonderworld setting niet het LA-gevoel zoals de andere films dat wel gaven. Daarmee is het laatste beetje contrast tussen de straatslimme Detroit-smeris en het rijke Beverly Hills volledig teniet gedaan. Why lord, why?
In de making of op de dvd vertelt Eddie Murphy dat het een paar jaar geduurd heeft voordat ze met een aardig concept kwamen voor een derde film. Kennelijk had Murphy wel behoefte aan nog een flick over Foley, maar kon hij geen origineel verhaal bedeken. Dat lijkt me een duidelijke hint dat er niets meer uit het concept te persen valt en dat een vervolg niet noodzakelijk is. Behalve dan misschien voor het geld. Hoewel: de film kostte volgens de IMDB een slordige 50 miljoen dollar en bracht in de Amerikaanse bioscoop slechts een ruime 44 miljoen op.
Cop IV?
Murphy’s carrière verloopt niet meer zo glansrijk als in zijn hoogtijdagen. Net als collega Sylvester Stallone (die oorspronkelijk de rol van Axel Foley zou spelen) grijpt hij terug naar verjaarde successen om er weer bovenop te komen. Volgens een artikel uit Variety (2006) komt er een deel vier. De IMDB meldt dat de release volgend jaar staat gepland. In tegenstelling tot de vierde Die Hard-film die vorig jaar uitkwam, zit ik persoonlijk niet op een vierde deel te wachten. Wat Beverly Hills Cop betreft hou ik het graag bij de eerste twee delen. Laten we Axel in het pretpark voor de goede orde maar gewoon vergeten.
Lees ook:
- de teksten over Beverly Hills Cop en Cop II
- The Trouble with Trilogies
Film Flashback: Beverly Hills Cop 2
Van de drie Beverly Hills Cop-films, was het tweede deel altijd mijn favoriet. Het bekijken van Cop II is dan ook een feest der herkenning. Gaandeweg valt de film me echter toch wat tegen. In Beverly Hills Cop part deux (Tony Scott, 1987) laat Axel Foley (Eddie Murphy) wederom zijn politiewerk in Detroit achter zich om in Beverly Hills misdaad te bestrijden. Dit keer omdat er een gedurfde aanslag op Capt. Andrew Bogomil (Ronny Cox) is gepleegd. Het neerschieten van Bogomil is misdaad B in een reeks van alfabetmisdrijven. Samen met maatjes Taggert (John Ashton) en Rosewood (Judge Reinhold) lukt het Axel de aanslag te wreken en Maxwell Dent (Jürgen Prochnow), het brein achter de alfabetmisdrijven, uit te schakelen. Opvallend detail: Dent wordt bijgestaan door Karla Fry (Brigitte Nielsen), een schietgrage platina blonde schoonheid die niet zo misstaan in een James Bond-film. Hetzelfde, maar dan anders
Een goed vervolg maken op een succesvolle film is altijd lastig. Het publiek wil immers hetzelfde, maar dan toch net even anders. Regisseur Tony Scott hanteert een andere aanpak dan Martin Brest. Scotts cinematografie is herkenbaar door het overmatige gebruik van kleurfilters en lange lenzen, ook wel zoomlenzen genoemd. Bij zoomlenzen worden de dieptevlakken in het beeld dichter op elkaar gedrukt waardoor voorwerpen dichtbij elkaar lijken te staan. De kijker zit als het ware bovenop de actie. Door diep in te zoomen is ook veel cameracorrectie vereist om de handelingen goed in beeld te krijgen. Dit soort camerabewegingen, in combinatie met de vertekening van het beeld, geven de film een gevoel van tempo mee.
Improvisatie
Omdat Eddie Murphy veel improviseerde tijdens de opnames en bijna iedere take iets anders deed, besloot Scott om met twee camera’s tegelijk te draaien. Dat was toen nog tamelijk ongewoon in Hollywood, maar wordt tegenwoordig vaak gedaan. Door tegelijkertijd een close-up en een wijdshot te draaien, kon Scott makkelijker verschillende takes aan elkaar monteren. Op deze manier kon hij de beste stukjes van Murphy’s improvisatie selecteren.
Nu
Scott begon zijn regiecarrière in de reclamewereld. Daarom is hij er vaak van beschuldigd dat hij meer aandacht heeft voor de visualisatie van zijn films dan voor de karakterisatie van de personages. Dit vooroordeel wordt voor een deel bevestigd door Beverly Hills Cop II. Nu ik de film weer zag na al die jaren, voel ik me wel teleurgesteld door de oppervlakkigheid van het geheel. De plot van de film bestaat uit (niet meer dan) een reeks situaties waarin Eddie Murphy zijn comedytalent kan demonstreren. Om zijn zin te krijgen, neemt Axel bijna iedereen die hij op zijn pad vindt in de maling. Murphy vertoont dat kunstje net iets te veel en laat weinig meer zien dan dat. Foley doet weliswaar wat detectivewerk, maar het drietal ordehandhavers worden over het algemeen veel geholpen door het lot en komen bij toeval op de juiste plek terecht. Kennelijk had ik als jeugdige kijker niet veel meer nodig dan een paar goede Murphy-grappen om van de film te genieten.
Demonstratie
De misdaden die de alfabetbandiet pleegt, zijn niet meer dan een aanleiding voor Murphy om in actie te komen. De kartonnen criminelen zijn niet meer dan targets voor de scherpe grappen van Axel den de kogels van Taggert en Rosewood. Door deze luchtigheid voelen de tranen van dochter Jan Bogomil (Alice Adair) bijna aan als vals sentiment. Hoog op de irritatiefactor staat Paul Reiser -zijn rol als Detroit slaafje van Axel is aanzienlijk groter dan in het eerste deel, en de irritatie van de onkunde van deze ‘ster’ is daarmee exponentieel groter geworden. Gelukkig wordt zijn deelname aan de cast al snel vergeten als veteraan Dean Stockwell in beeld komt. Jammer dat de rol van Charles ‘Chip’ Cain zo klein is. De rol van Chris Rock is trouwens nog veel kleiner: hij is de valet die Axels cementtruck moet parkeren bij het Playboy Mansion.
Oordeel
Wie plotlogica en de behoefte naar driedimensionale personages even laat varen, krijgt van Scott vermakelijke actie voorgeschoteld. De achtervolging met de cementwagen bevat vaart en enkele rake opmerkingen van Foley over Rosewoods rijstijl: ‘Are you driving with your eyes open? Or you like using “the force”?’ De scène in de Playboy Mansion is ook on the money en biedt een leuk stel huppelende bunny’s. Wie kan daar nu bezwaar hebben tegen dergelijke visuele effecten? Hetzelfde gaat op voor de verschijning van Brigitte Nielsen. Scott wilde haar neerzetten als een witte Grace Jones. Jones had recent in de Bond-flick A View To A Kill een overtuigende moordenares met smaak voor haute couture neergezet. Nielsen is een femme fatale voor de jaren tachtig: platina blond, kilometers lange benen en een schietgrage instelling. Zoals Taggert droog opmerkt nadat hij haar heeft neergeschoten: ‘Women!’
Beverly Hills Cop II biedt nog steeds aardig vermaak, maar valt voor mij persoonlijk door de mand als oppervlakkig komediegedreven actievehikel. Het eerste deel uit de reeks heeft vanaf heden mijn voorkeur.Meer film flashbacks:
- Beverly Hills Cop (Martin Brest, 1984)
- Batman (Tim Burton, 1989)
- Twin Peaks
Zie ook: Have a nerdy weekend!
Film Flashback: Beverly Hills Cop
Er zijn films die ik in mijn jeugd heb gezien en die voor altijd een warm plekje in mijn hart houden. Het zijn mijn persoonlijke Klassiekers. De eerste twee delen van Beverly Hills Cop vallen onder deze favorieten. Hebben deze flicks de tand des tijds doorstaan?Toen
In het tijdperk vóór interpret, toen ik nog gelukzoeker was in de Verenigde Staten, was er in San Francisco een klein winkeltje waar filmscripts voor tien, twintig dollar werden aangeboden. De scripts waren niet meer dan gebundelde kopieën, maar deden mijn filmhart sneller kloppen. Een van de scripts die ik er kocht was een vroege versie van Beverly Hills Cop, geschreven door Daniel Petrie Jr.. Het script stamde uit de tijd dat Sylvester Stallone de hoofdrol zou spelen. In tegenstelling tot de uiteindelijke versie met Eddie Murphy was het script dus vooral georiënteerd op actie en behelste het een clichématige love-interest. De films van Stallone hebben zo hun eigen charme, maar ik betwijfel of Beverly Hills Cop (Martin Brest, 1984) dezelfde impact op mij had gehad als hij de hoofdrol had gespeeld.
(Overigens is het wel opvallend dat de rol van Jenny Summers (Lisa Eilbacher) van vriendinnetje veranderde in jeugdvriendin toen Murphy werd gecast. Misschien waren de producenten bang dat een liefdesrelatie tussen een knappe jonge vrouw in Beverly Hills en een zwarte smeris uit Detroit te controversieel zou zijn. Aan de andere kant werd zo wel weer een actiefilmcliché, waarbij de vrouwen een love-interest voor de held zijn, vermeden. Al wordt Jenny wel ontvoerd voor de schurken, wat ook een bekend cliché is.)
Axel Foley
Eddie Murphy was op zijn sterkst in deze twee films en was nooit meer zo grappig als Axel Foley, de hem op het lijf geschreven is. De bijdehante smeris uit Detroit die in Beverly Hills terechtkomt als hij de moord op zijn vriend onderzoekt. Met zijn eigenzinnige manier van handelen krijgt hij het al snel aan de stok met de politie in Beverly Hills, maar uiteindelijk weet hij met de hulp van rechercheurs Taggert en Rosewood de schurk Victor Maitland uit te schakelen. Foley bluft zich overal binnen; of het nu een suite is in het Beverly Hills Hotel of een opslagruimte van de douane is. Hij weet op luchtige wijze de rechercheurs van het politiekorps te ontkomen door bananen in de uitlaat van hun auto te stoppen. Tussen de grappen door kan de kijker genieten van een flinke dosis actie. Er was een tijd dat ik bijna ieder zinnetje dialoog van Beverly Hills Cop en het vervolg erop uit mijn hoofd kon napraten.
Nu
Terwijl de begincredits in beeld zijn er op de soundtrack subtiel wat stadgeluiden te horen zijn, krijg ik het prettige gevoel van spanning in mijn onderbuik. Als het nummer ‘The Heat is On ‘ begint en een impressie van Detroit voorbijkomt, zijn de beelden die ik al vele malen eerder zag herkenbaar terwijl ze tóch fris overkomen. Is Beverly Hills Cop – uitgebracht in 1984 – dan niet gedateerd? Ja, de songs in de film zijn heel jaren tachtig en hetzelfde geldt voor de herkenbare Axel F.-tune van Harold Faltermeyer (zie hier de video uit die tijd). De gedateerde elementen zijn echter niet storend. Het geschetste tijdbeeld maakt Beverly Hills Cop eerder charmant dan ouderwets. De plot heeft een tijdloos karakter en zal daarom ook het hedendaagse publiek aanspreken.
Uptempo
De film van regisseur Martin Brest heeft een behoorlijke vaart. De scènes zijn relatief kort, gebeurtenissen volgen elkaar in een snel tempo op. Er zit geen overbodige handelingen in de film. Vergeleken bij de huidige standaard – waarbij er vaak meerdere camerashots worden ingezet om dezelfde handeling te laten zien – is de shotwisseling niet snel, maar is deze wel heel effectief. Het camerawerk staat volledig in dienst van het verhaal, in de zin dat het geen aandacht naar zichzelf toetrekt en dat iedere keer de kadrering die het beste het verhaal vertelt is gekozen. Tegenwoordig zou de scène met de achtervolging van de vrachtwagen vol sigaretten veel meer shots bevatten, terwijl de rustiger montage, gecombineerd met het nummer ‘Neutron Dance’ van The Pointer Sisters, genoeg snelheid en spanning bevat en de kijker nergens verdwaald achterlaat.
Talking heads
Behalve een film vol met actie en snelle grappen, bevat Cop veel dialoog. De personages praten wat af, vooral wisecracking Axel. Dit maakt hem een ander type actieheld dan zijn soortgenoten uit die tijd. Die bedienden zich van grappig bedoelde oneliners en specialiseerden zich vooral in het stuurs in de camera kijken.Ondanks het feit dat Beverly Hills Cop een comedy is, komen er grimmige momenten voorbij. De moord op Axels vriend Mikey (James Russo) bijvoorbeeld en de shoot-out aan het einde van de film in het huis van Victor Maitland (Steven Berkoff) zijn behoorlijk bloedig.
Komisch duo
Een van de weinige zwakke schakels in de film is de vriendschap tussen Axel en Mikey. Deze komt niet erg geloofwaardig over, wat vooral ligt aan het gebrek aan chemie tussen acteurs Murphy en Russo. Tussen de Foley en Jenny Summers klikt het wel. En met de wisselwerking tussen rechercheurs Taggert (John Ashton) en Rosewood (Judge Reinhold) zit het wel snor. Een klassiek duo van tegenpolen dat herinneringen oproept aan Stan Laurel en Oliver Hardy. Opvallend genoeg zijn het deze bijfiguren die een verandering ondergaan, terwijl Axel een statisch personage blijft. Taggert wordt wat losser in de omgang, en ook Billy krijgt meer durf in de loop van de paar dagen dat Foley in de stad is. Opvallend detail is dat Jenny Summers rookt. Dit zien we maar één keer in de film gebeuren, maar is in de huidige cinema een zeldzaamheid.
Oordeel
Omdat de clichématige ingrediënten van een wraakfilm zijn vermengd met het comedytalent van Eddie Murphy en de karakteristieke personages worden neergezet door een groep acteurs die hun vak verstaan, biedt Beverly Hills Cop na bijna 25 jaar na de première nog steeds een luchtige en onderhoudende filmervaring. Ik krijg meteen zin om part deux te gaan kijken.
Meer film flashbacks:
- Batman (Tim Burton, 1989)
- Twin Peaks
Zie ook: Have a nerdy weekend!
Van de week in de brievenbus gevonden: de dvd boxset van de drie Beverly Hills Cop-films, The Walking Dead Vol. 5 én Comic Creators on Spider-Man. Het perfecte pakketje om de kantoorpolitiek van de werkweek te vergeten. Het weekend kan beginnen. Beverly Hills Cop
Bij toeval kwam ik laatst op YouTube een achter-de-schermenspecial tegen over Beverly Hills Cop II. Toen ik jong was keek ik de videotapes van deze reeks actiekomedies van Eddie Murphy geheel grijs. Fantastisch vond ik de verbale schermutselingen tussen de straatslimme smeris Axel Foley en de agenten in Beverly Hills. Sindsdien is Eddie Murphy nooit meer zo grappig geweest. De special deed me uren kijkplezier herinneren. Ik kon de verleiding dan ook niet weerstaan de dvd-box online te bestellen. Ik ben benieuwd hoe mijn volwassen versie tegen deze trilogie aan kijkt. (Een artikel hierover staat gepland.)
Zelfs als je een film tig keer hebt gezien, biedt een nieuwe viewing vaak nieuwe ontdekkingen. De film is in principe hetzelfde, maar de kijker is wel in de loop der jaren veranderd en heeft meer ervaringen op het netvlies zitten. Zo zag ik laatst de film The Paper (Ron Howard, 1994) weer eens. Het verhaal kon ik me nog herinneren en bood dus weinig nieuws, maar omdat ik tegenwoordig zelf bij de webredactie van een tijdschrift werk, keek ik wel heel anders naar de werksituatie van de journalisten in de film.
The Walking Dead vol 5: The Best Defense
In deze langlopende stripserie wordt een groep mensen gevolgd die zich staande probeert te houden tegen een overmacht aan zombies. Hoewel het verhaal enkele griezelmomenten kent, is het vooral de studie naar het handelen van de mens in extreme omstandigheden die centraal staat. Robert Kirkman heeft een horror-soap geschreven vol verrassende wendingen, uiteenlopende personages en genoeg gore om de horrorliefhebber te bedienen. De strip is in sfeervol zwart-wit gepend door tekenaars die hun vak verstaan. Aanrader. (Nuff said – liefhebbers van goede comics én horror mogen er best een leesuurtje aan wagen. Je raakt gegarandeerd verslaafd.)
Comics Creators on Spider-Man
Goed, nerdiër dan dit kan haast niet, maar ik geniet altijd erg van de verhalen van mensen uit de film-, muziek- en stripindustrie. Tom DeFalco interviewde vakbroeders als Stan Lee, Marv Wolfman, Gerry Conway, Roger Stern en John Romita Sr. over hun werk aan de Spiderman-comics. De liefhebber leest over hoe het er bij Marvel Comics aan toe gaat, hoe de schrijvers en tekenaars te werk gaan en hoe de stripmakers tegen de muurkruiper aankijken. (Een recensie volgt later.)
Have a Nerdy weekend!