Tegenwoordig volg ik een stuk minder blogs dan vroeger. Sommige bloggers zijn er ook compleet mee opgehouden, anderen publiceren nu meer op sociale media platforms als fakebook en instaham.
Daarom een rondje van de blogs die ik nog wel volg en waarom.
Op mijn vlog Is het internet stuk? kwamen enkele boeiende reacties en tips. In dit vervolg de belangrijkste tips die ons gaan helpen het Web weer terug te veroveren van Amerikaanse mediabedrijven als Google, Fakebook en Twitter. Deze tips vormen een begin, een eerste stap.
Vlogs zijn er in alle soorten en maten. En dat geldt ook voor vloggers natuurlijk. Olav Beemer is met een stripvlog begonnen. En ik ontdekte een oudgediende op YouTube deze week.
Wanneer ik op de hometrainer zit, kijk ik ze vaak. Mijn voorkeur gaat uit naar essayachtige vlogs, zoals mooie video-essays over films. Maar ik kijk ook wel naar de praatvlogs van Kevin Smith. Omdat het Kevin Smith is en hij tof praat over geeky dingen.
Voorlezen
Een nieuwe trend die ik veel op YouTube zie, zijn vloggers die een artikel voorlezen en daar commentaar opgeven. Eigenlijk zijn dat podcasts met een stilstaand beeld. Daar is weinig video aan. Ik vermoed dat men op deze vorm is overstapt omdat je pas wat geld verdient met YouTube als je heel veel publiceert, bij voorkeur elke dag. Zo werkt het algoritme tegenwoordig.
WeeklyDose Olav Beemer, vertaler van onder andere RW Comics, is begin dit jaar een vlog begonnen. Eens per maand recenseert hij hierin comics, zoals de nieuwe reeks Strangers in Paradisein de eerste vlog.
Maar vertelt hij vooral heel interessant over het vertalen van strips. Over zijn tijd bij Juniorpress bijvoorbeeld, waar hij onder andere de Vergelders vertaalde. Daarbij geeft Olav ook handige tips en trucs.
Ik vind dat soort dingen echt smullen, omdat Olav zaken aankaart waar ik al jaren vragen over heb. Natuurlijk kan ik hem hierover ook een keer interviewen. Een idee dat op mijn to-do-lijstje komt.
Olav vernoemde zijn vlog WeeklyDose naar zijn site met dezelfde naam. Ook al zijn ze dus niet weekly, maar monthly, zoals de meeste comicseries.
Casey Neistat
Een vlogger die ik sinds een paar dagen koortsachtig en obsessief heb bekeken is Casey Neistat. Frank Meeuwsen schreef een aardige blogpost over de podcast Geeky Dingen. Terugbladerend stuitte ik op zijn post over deze video van Neistat:
Inspirerend nietwaar? Het algoritme van YouTube was bereid om mij nog veel meer vlogs van deze internetberoemdheid voor te schotelen. Neistat leeft van het vloggen en publiceerde zo’n anderhalfjaar lang dagelijks een nieuwe aflevering.
Hij construeert zijn verhaal met de klassieke drie-akte-structuur: opening, conflict, resolutie. Dat is slim, want zo maakt hij iedere dag een soort van samenhangende episode. Maar dat is niet de reden dat ik naar zijn video’s bleef kijken.
Ik weet namelijk niet of ik Casey zelf nu zo boeiend vind – een probleem dat ik met veel vloggers heb die vooral over zichzelf praten of alleen op chronologische wijze vertellen hoe hun dag verloopt. Ik kijk echter wel graag naar de mooie beelden die hij van New York maakt, een stad die mij tot de eeuwigheid zal blijven boeien. Op straat haalt hij wel eens bijzondere capriolen uit. Zoals die keer dat hij na zware sneeuwval door de stad ging snowboarden:
Daarbij komt hij vaak op plekken waar ik nieuwsgierig naar ben, zoals achter de schermen bij de Oscars. Ook heeft hij interessante ontmoetingen met andere vloggers zoals Peter McKinnon. Dat zijn als het ware team-ups tussen twee YouTube-grootheden.
Neistat maakt ook gebruik van veel camera’s en monteert alle beelden vlot in elkaar. Dat maakt zijn vlogs de moeite van het bestuderen waard.
Wat ik met al deze kennis en studie ga doen, weet ik nu nog niet. Ik zie mezelf niet 1,2,3 dagelijks een vlog opnemen, om maar iets te noemen. Maar er komt vast wel iets boeiends uit deze kijkuren. Daar ben ik van overtuigd.
Begin januari hakte ik de knoop door en verzocht het team van Fakebook om definitief mijn profiel en pagina’s te verwijderen.
Dat kwam onder andere door een paar artikelen die ik op het blog van Frank Meeuwsen had gelezen, zoals deze en deze.
Wanneer een verzoek indient om je Fakebookaccount te verwijden, krijg je een mailtje van ze waarin ze zeggen dat dit proces ongeveer 14 dagen gaat duren. Natuurlijk kost het veel minder tijd, maar waarschijnlijk hopen ze dat je in die periode spijt krijgt en de boel weer her-activeert. Of dat je per ongeluk ergens op een like-button drukt. Dan schijnt alles ook weer online gezet te worden.
Hallo Michael,
We hebben een aanvraag ontvangen om je account permanent te verwijderen. Je account is gedeactiveerd op de website en zal binnen de 14 dagen worden verwijderd.
Indien je geen aanvraag hebt ingediend om je account te verwijderen, meld je dan aan op Facebook om de aanvraag te annuleren:
Op zich kun je die overdenkperiode ook als iets positiefs zien, want er zullen vast mensen zijn die spijt krijgen van het wissen van hun account. Jarenlang geloofde ik dat ik Fakebook nodig had om mijn werk als freelancer onder de aandacht te brengen bij mijn lezers. En dat ik via dit sociale mediaplatform aandacht voor mijn boek kon krijgen.
Tot op zekere hoogte is dat natuurlijk ook zo. Maar inmiddels weet iedereen op Fakebook wel dat ik Mijn vriend Spider-Man heb geschreven. Door mijn aanwezigheid op Fakebook ben ik als freelance journalist bekender geworden. Ook reageerden veel mensen vaak op de linkjes die ik plaatste naar mijn blog. Ze reageerden het meeste op Fakebook zelf, niet zo zeer op mijn site.
Algoritmevrijleven
Toch stond het leven naar een opgelegd algoritme – Fakebook bepaalt wat je ziet en wat niet, en wie er bovenaan de tijdlijn komt te staan – steeds meer tegen. Het najagen van likes maakt mij ongelukkig. Daarvoor ben ik niet op de wereld gezet.
Daarbij besefte ik opeens het volgende: de mensen die ik constant om aandacht moet vragen om mijn teksten en andere dingen te lezen, en die niet zo nu en dan de moeite nemen om mijn site te checken of een rss-feed te gebruiken, zijn waarschijnlijk niet echt geïnteresseerd. Zelf merk ik dat ik automatisch de blogs en sites op zoek die mij boeien. Daar heb ik het speeltje van Mark Zuckerberg niet voor nodig. En de rivier aan content waar ik wel eens uit verveling op klikte maar die me niet echt boeide en ik nu alweer vergeten ben, kan ik prima missen.
Heb ik vanaf nu minder lezers? Jammer dan. Ik leef niet van advertenties op mijn blog. Ik ben van niemand afhankelijk. Ik doe hier wat ik wil. Vind je het leuk wat ik publiceer, wees welkom. Boeit het je niet, ook goed.
Maffia
Tot slot wens ik niet langer afhankelijk te zijn van een Amerikaans bedrijf dat allesbehalve zuiver op de graad is. Veel ex-werknemers kruipen publiekelijk door het stof omdat ze voor Mark Zuckerberg bewust elementen in Fakebook hebben gebouwd die verslavend zijn. Hoe langer je op Fakebook doorbrengt, hoe meer geld de miljardair aan je verdient.
Fakebook is een enorm onbetrouwbare partij om mee samen te werken. Nog los van de privacyschendingen, veranderen ze om de haverklap het algoritme en de voorwaarden. Je weet eigenlijk niet goed waar je aan toe bent. Het is een beetje als geld lenen bij de maffia, of een de Godfather om een gunst vragen. Voordat je het weet vind je een afgehakt paardenhoofd in je bed. Nu ben ik geen vegetariër, maar daar dank ik toch vriendelijk voor.
Het grappige is dat ik mijn vertrek van Fakebook niet echt merk als ik naar de statistieken van mijn site kijk. Het aantal bezoekers is ongeveer net zo hoog als in december.
Eerlijk gezegd denk ik niet dat de mensen die er nog wel op zitten, hebben gemerkt dat ik weg ben. Ik denk ook niet dat mijn actie veel navolging zal hebben, al trekken jongeren wel steeds meer weg van Fakebook omdat ze het vervelend vinden dat er zoveel ouderen op zitten.
(Ik zit overigens nog wel op instagram en WhatsApp, en ik weet dat deze apps ook eigendom zijn van Fakebook, dus helemaal bevrijd ben ik nog niet.)
Ik ben niet bij machte een einde te maken aan Fakebook. Dat hoeft ook niet, want er zijn genoeg mensen die daar wel aan hun trekken komen. Laat die daar lekker blijven plakken. Je kunt anderen niet sturen of hun gedrag veranderen. Wel kun je doen wat goed voelt en wat in je cirkel van invloed zit. In mijn geval is dat dus definitief afscheid nemen van een sociaal mediaplatform waar ik al jaren niet blij van word.
Ondertussen denk ik wel eens dat ik met bloggen best wel wat minder hard mijn best kan doen. Ik doe het nu 11½ jaar, en eerlijk gezegd heb ik alles wel gezegd.
Ik probeer deze decembermaand bewust onderwerpen die ik al vaker heb aangesneden te vermijden. Dus geen kerstposts, geen terugblikken of lijstjes over 2017.
Dat mensen Mijn vriend Spider-Man en alles daaraan verwant tof vinden, was dus fijn.
Maar geen van de guitige en toffe stripplaatjes die ik via dit platform deel, zaten in de top 9. Dat is natuurlijk geen reden om daarmee te stoppen, maar het geeft wel te denken: waarom deel ik dat soort plaatjes eigenlijk? Je bouwt er misschien geek-creds mee op, maar waarom zou je?
Antwoord: het is vooral leuk voor mezelf om te zien wat ik in het afgelopen jaar allemaal heb gelezen en gezien en nu herinnerd te worden aan wat ik tof of bijzonder vond. Instagram is dus gewoon een fotodagboek. Niets meer, niets minder.
Frank Meeuwsen blogde dat alle sociale media hem een beetje te veel werd en verwijderde veel apps van zijn telefoon. Ik snap die houding volkomen. Als ik zo’n stuk lees en daarna meteen dit bericht op NOS.nl, dan denk ik ook meteen dat ik wel een tijdje van Fakebook af wil. Nu we voor de kerstdagen zitten en ik mijn boek verder niet hoef te promoten, kan dat ook best.
En sowieso, wanneer een voormalig Fakebook manager als Chamath Palihapitiya al waarschuwt voor hoe gevaarlijk dit social media platform is…
Van Twitter word ik meestal toch depressief vanwege alle narigheid die daar gepubliceerd wordt. Vooral dat ik telkens tweets moet zien van mensen die ik zelf niet volg, maar die door anderen geliket worden, vind ik vervelend. Wat moet ik met al die loze informatie? Mijn hoofd zit vol genoeg.
Het op vakantie gaan van bloggen en sociale media is me tot nu toe nog niet erg gelukt, al ben ik wel minder aanwezig op Fakebook en Instagram. Op dit blog ben ik vooralsnog heel actief geweest de afgelopen dagen.
Natuurlijk moet er aangekondigd worden dat ik signeer op de Dutch Comic Con. Ik vind dat erg leuk om te doen en dan moeten mensen ook weten dat je er op zaterdag zit. Om die mensen te bereiken, moet je dan alle sociale mediakanalen tot je beschikking inschakelen. Dat is de tijd waarin we nu leven. Hetzelfde geldt voor het onder de aandacht brengen van mijn boek Mijn vriend Spider-Man. Zolang de eerste druk nog niet is uitverkocht, blijf ik dat natuurlijk doen. Daarbij is het veel te leuk om de foto’s en andere berichten die ik over het boek binnenkrijg niet te publiceren.
Blogheld
Toch verlangen andere bloggers net als ik naar de tijd van het oude web. Het ‘nostalgische web’ zo je wilt. Mensen als Frank Meeuwsen bijvoorbeeld. Een van de Nederlandse bloggers van het eerste uur en auteur van het leuke boek Bloghelden dat in 2010 verscheen. Hij is weer een nieuw blog begonnen om op een eigen webstek te kunnen publiceren wanneer en wat hij maar wil. In de afgelopen jaren is hij meerdere blogs begonnen volgens mij, en kwam ik hem daar geregeld tegen. Digging The Digital is zijn nieuwste. Hier publiceerde hij dit interessante stuk over het IndieWeb.
Daar hebben we het namelijk over als je een eigen website op een eigen server hebt, het web dat niet is ingenomen door grote bedrijven als Google of Fakebook.
Click till you die
Edwin Mijnsbergen had daar ook een boeiend stuk over en over hoe de updates vaak door commerciële redenen worden ingegeven. Zelf word ik behoorlijk moe van app-updates. Ik snap dat updates soms noodzakelijk zijn om ervoor te zorgen dat je ze veilig kunt blijven gebruiken. Waarom de ontwikkelaars echter telkens de neiging hebben om de werking van apps en de functies ervan ook aan te passen. Vaak zijn dat functies die de sociale interactie bevorderen, zodat je nog langer bezig bent met de betreffende app. Google, Fakebook en andere spelers willen maar dat we steeds langer met ze bezig zijn en daar worden apps op ingericht. We klikken ons nog eens dood.
Ik ben geen fan van al die aanpassingen. Daarbij zijn veel nieuwe functies erg opdringerig. Zo wil Instagram de hele tijd dat ik andere fakebookcontacten uitnodig voor de app. En het stoort mij nog steeds dat een algoritme mijn tijdlijn dicteert.
Hoe veel tijd ze tegenwoordig kwijt aan het uitzetten van dingen, dus met de negatieve kant van sociale media en smartphones, in plaats van dat we deze tools productief kunnen gebruiken? Ik weet het niet precies, maar gisteren besefte ik dat ik iemand ben die leeft bij: If it’s not broken, don’t fix it. Als het werk, laat het zo.
Het web zit vol verrassingen. Zaterdag las ik op het blog van Jeroen Mirck dat hij reeds tien jaar blogt. Dat is heel wat, al begint Frank Meeuwsen vandaag alweer aan zijn twaalfde jaar. Jeroen heeft om zijn jubileum te vieren enkele oude felicitaties gepost van toen zijn site Comicbase vijf jaar bestond. Daar stond ook een felicitatie van mij bij. Ik vond het heel gek om die stem uit het verleden zo terug te lezen.
Vijf jaar geleden, het lijkt een eeuwigheid. Naar mijn gevoel was ik toen een ander persoon. Sterker nog: dat was vlak voordat ik zelf begon met bloggen. Het moment voordat er een hele nieuwe wereld open ging. Het was ook een paar maanden voordat ik bij Intermediair begon als webredacteur, het moment dat ik mijn docentendagen achter me liet en een nieuwe richting insloeg. 2006 was wat dat betreft een enerverend jaar.
Daarna is het alleen maar beter geworden. Tegenwoordig gaat het goed met mijn freelance praktijk. Ik mag voor aardig wat publicaties over strips schrijven – iets wat ik heel graag doe. Mijn bijbaantje bij de VARA heeft ook z’n leuke momenten. Mijn online netwerk met leuke contacten is groter dan ooit. En in de privé-sfeer, toch wel het allerbelangrijkste, gaat het ook fijn.
Je moet als blogger niet te veel terugkijken. Dat remt je vooruitgang en houdt nieuwe ontwikkelingen tegen.
Toch is het soms wel goed om te kijken waar je vandaan komt, al is het alleen maar om beter te kunnen bepalen waar je naartoe gaat. Wat waren de redenen om ooit te gaan bloggen? Gelden die nog steeds? Haal je nu nog net zoveel uit het online publiceren als toen? Of misschien wel meer? Wat waren de leuke momenten en wat wil je in de toekomst het liefst vermijden?
Op het NPOX festival begin september gaf Frank Meeuwsen, auteur van Bloghelden, een presentatie over de geschiedenis van Nederlandse weblogs. Hij behandelde daarin ook de vraag waarom men ooit is gaan bloggen.
Ik was bij de presentatie en schoot met mijn cybershotje het volgende video’tje:
Kort samengevat waren er volgens Meeuwsen drie redenen waarom men online is gaan publiceren. Het werd eind jaren negentig mogelijk door applicaties als blogger om te publiceren zonder veel kennis te hebben van techniek. Ten tweede ontstond er een alternatieve nieuwsstroom doordat redacteuren, van bijvoorbeeld Planet internet, nieuws waar geen ruimte voor was, via een eigen site met de achterban gingen delen.
Ten derde kwamen blogs op in een periode waarin het individualisme hoogtij vierde. Iedereen wil zijn eigen soapbox om ongehinderd zijn stem te laten horen.
Een uitgebreid verslag van de presentatie kun je lezen op het blog van NPOX.
Meeuwsen gaf na zijn presentatie drie exemplaren weg van zijn boek Bloghelden aan de mensen die volgens hem de meest interessante vragen stelden. Ik mocht er een in ontvangst nemen.