Tag: Gerry Conway
In de zomer van 1989 zat ik tussen de basisschool en middelbare school. Omdat een paar maanden later de BATMAN-film uit zou komen, begon ik alvast met het kopen en lezen van oude Batman-comics om kennis te maken met deze superheld.
Toch nog een Halloween-vlog dit jaar, want door het lezen van Peter Parker 73 kwam ik goed in de stemming. Ook The Dark Horse Book of the Dead helpt daarmee een handje.
Marcels recensie van QUEEN HALLOWEEN.
Samen Spelen doet ook aan Halloween.
Amazing Spider-Man #127 en 128 zijn twee keer in het Nederlands uitgegeven. Niet zo gek, want deze comics bevatten een heel boeiend Spider-Man-verhaal waarin onze held het opneemt tegen de Gier. Of The Vulture, in het Engels.
Geschreven door Gerry Conway en getekend door Ross Andru. Wat maakt deze strip zou boeiend? Dat vertel ik in deze vlog.
Tante May die trouwt met Doctor Octopus, de aartsvijand van Spider-Man? Dat is wel een heel maffe wending.
Wie heeft dat nu weer bedacht? En waarom wil Doc Ock eigenlijk met de bejaarde tante van Spider-Man trouwen?!?
A close look at classic Marvel Team-Up #28 by Gerry Conway and comic book artist Jim Mooney. A fun and a bit unbelievable story about the Amazing Spider-Man and the mighty Hercules.
I especially like the old school artwork of Jim Mooney (1919-2008). An artist who worked a lot in the Silver Age of comics and is known for drawing Supergirl and Spider-Man. He also inked a lot of Spider-Man comics, such as Spectacular Spider-Man, and the work of the young John Romita Jr. when he worked on Amazing Spider-Man in the early eighties.
Spidey’s web: Night of the Living Ned
Hoewel de Spider-Man-strips niet per se horrorverhalen zijn, komen er wel soms elementen in zijn avonturen voor die we kennen uit dat genre.
Morbius de levende vampier bijvoorbeeld, maar ook een creatuur als de Lizard zou niet misstaan in een ouderwetse horrorfilm van Universal Studio’s uit de jaren dertig. Een horrorcover die mij als jonge lezer koude rillingen bezorgde was het omslag van the Spectacular Spider-Man #148 (coverdatum maart 1989):
Een prachtige illustratie van Sal Buscema vind ik nu, maar als kind had ik het niet zo op zombies en skeletten, dus stopte ik de comic na het lezen diep weg in de kast om er nog maar weinig naar te kijken.
De titel is natuurlijk een parodie op Night of the Living Dead (1968) van George A. Romero. In deze Spidey-comic komen Ned Leeds, Gwen Stacy en Spider-Man bovengronds om het leven van Betty Brant tot een levende hel te maken.
Dit verhaal van Gerry Conway speelt zich af tijdens de Inferno crossovers, waarin demonen New York overspoelen. Uiteindelijk blijkt al het gespook en gezombie veroorzaakt te worden door een stelletje demonen die de gedaanten van Leeds, Stacy en Spidey aan hebben genomen.
Flash Thompson en Betty trotseren en verslaan uiteindelijk zelf de demonen die hen lastig vallen. Voor Betty is het een moment waarin ze eindelijk voor zichzelf op komt en niet langer een slachtoffer wenst zijn. Ze verslaat de demonen door een gaskachel te laten ontploffen. Ik denk niet dat haar huisbaas daar blij mee is, maar ja, waar demonen gehakt worden vallen nu eenmaal spaanders.
Spider-Man horrortrailer
Over Spider-Man als horrorverhaal gesproken… Seven Webheads monteerde een trailer alsof Spider-Man (Sam Raimi, 2002) een horrorfilm/thriller zou zijn geweest. Het resultaat is best wel creepy.
Vorige week kwam ik deze bundel Spider-Man-strips tegen bij de American Book Center Spider-Man: Tombstone vol 1. Zonder te aarzelen kocht ik deze, want ik vind het fijn om oude verhalen opnieuw te kunnen lezen.
Grappig want laatst vroeg ik me af of Marvel ooit de verhalen rondom huurmoordenaar Tombstone nog eens gaat bundelen. Het is alsof de stripgoden mij gehoord hebben.
Natuurlijk kan ik ook gewoon de Juniorpress-uitgaven van Peter Parker: The Spectacular Spider-Man uit de kast pakken, maar als ik de kans krijg om oude verhalen in het Engels te lezen, dan grijp ik die met beide handen aan. Niet dat de mensen van Juniorpress niet hun best deden om de strips goed te vertalen, maar ik hoor Peter Parker toch het liefste in zijn moerstaal.
Wie oude Peter Parkers in het Engels wil lezen, heeft echter behoorlijke pech bij Marvel Comics. Amazing Spider-Man wordt geregeld herdrukt in verschillende soorten uitgaven. De Marvel Marsterworks serie is de mooiste en ook meteen de duurste, maar in deze reeks is er nog geen Spectacular Spider-Man verschenen. Je kunt wel Essentials krijgen van Peter Parker, maar ik wil die verhalen het liefste gewoon in kleur lezen en op beter papier gedrukt dan krantenpapier. Behalve enkele bundels is de reeks nog niet op die manier heruitgegeven.
Ik vroeg laatst aan Tom Brevoort of we nog iets in die trant mogen verwachten en hij antwoordde: ‘My guess is that it will show up as a Masterworks volume next.’ Maar wanneer dat gaat gebeuren vertelde hij niet. En op mijn vervolgvraag heeft Tom nooit geantwoord. Geeft niet, die man is ook druk en zijn tumblr-inbox zit barstens vol asks.
Daarom ben ik blij dat ik deze bundel tegenkwam. Het verhaal van Tombstone liep indertijd als subplot door de lopende reeks heen, dus de bundel bevat aardig wat deeltjes. Schrijver Gerry Conway was toen ook goed bezig kan ik me nog herinneren. Hij schreef tegelijkertijd ook Web of Spider-Man. Tegenwoordig schrijf hij nog wel eens een deeltje van een miniserie, maar de hoofdserie helaas niet.
In deze verhalen wordt de achtergrond van Tombstone, de best betaalde huurmoordenaar, onthuld. Lonnie Lincoln zat met Joe Robertson op de middelbare school. Als Robertson een artikel over Lonnie wil schrijven voor de schoolkrant, waarin hij onthult dat Tombstone schoolgenoten afperst voor ‘bescherming’, overtuigt Lonnie hem met geweld dat artikel niet te publiceren. Als Robertson acht jaar later voor een krant in Philadelphia werkt, betrapt hij Tombstone op het vermoorden van een informant. Bang dat Tombstone hem en zijn gezin iets aan zal doen, zwijgt Robertson erover. Jaren later werkt hijj voor The Daily Bugle en komt Tombstone naar New York. Hij is ingehuurd door Kingpin. Al die jaren heeft Robertson gezwegen en heeft zijn oud-schoolgenoot mensen vermoord. Als Robertson eerder zijn mond open had gedaan, was Tombstone opgepakt en hadden die mensen nog geleefd. Joe besluit niet langer te zwijgen en biecht alles op door een tape in te spreken en die aan Peter Parker te geven.
Hier laat ik de synopsis even bij, want je wilt ongetwijfeld deze verhalen zelf gaan lezen. Conway trakteert ons op een mooi ethisch dilemma dat ook nog eens tijdloos is.
Het tekenwerk van veteraan Sal Buscema (1936) was toen heel sterk, dus op grafisch vlak valt er al genoeg te genieten. Buscema is heel goed als visueel storyteller en hoewel hij niet zo van achtergronden tekenen houdt, tekent hij mensfiguren des te overtuigender. Buscema is inmiddels tachtig jaar en soort van met pensioen: hij inkt hier en daar nog wel eens een comic maar verder niets.
De verhalen in deze bundel zijn dan ook bijna dertig jaar oud… Damn, dat soort dingen drukken je meteen met je neus op de feiten: deze Spidey-fan wordt oud. En na al die jaren heb ik nog steeds zin om Spider-Man-comics te lezen.
Alleen, zolang als Dan Slott de nieuwe verhalen pent, acht ik de kans zeer klein dat ik – vrijwillig – nieuwe Spidey-comics lees. Vandaag las ik toevallig wat recensies van recente nummers en die maakten pijnlijk duidelijk dat de nieuwe avonturen nog steeds slecht in elkaar zitten. Dus ben ik nog blijer met deze bundel oude verhalen. Nu maar hopen dat Marvel niet te lang wacht met het uitbrengen van Volume 2.
De lezers reageerde indertijd heftig op de dood van Gwen Stacy. Een bloemlezing uit de brievenrubriek in de Spider-Man-comics.
In 1973 werd Gwen Stacy vermoord door de Green Goblin door haar van de Brooklyn Bridge af te gooien. Spider-Man probeerde haar te redden, maar slaagde daar niet in. Sterker nog: door zijn webdraad werd Gwens nek abrupt naar achteren gerukt en brak.
Als je denkt dat reacties op controversiële verhaallijnen alleen tegenwoordig online heftig zijn, vergis je je. Nadat Amazing Spider-Man #121 en #122 uitkwamen, klommen de fans in de pen. Sommigen prezen deze gewaagde stap, anderen hadden hun (doods)bedreigingen klaar voor hoofdredacteur Roy Thomas, John Romita Sr. en Gerry Conway. Alle drie waren de heren verantwoordelijk voor de beslissing om Gwen om te leggen. Conway kreeg misschien nog wel de meeste modder naar zijn hoofd gegooid omdat hij degene was die het verhaal schreef.
Sommige briefschrijvers waren simpelweg geschrokken: ‘Gentlemen, as you said, Spider-Man #121 was a shocker. Frankly, I wonder what kind of home life you people must have, or had as children,’ vraagt Donald Shinners uit Wauwatosa zich af.
Kent Raleigh Jr. uit Phoenix: ‘You guys should change your names to the Marvel Soap Opera & Murder Co. Inc. Just like Spidey, you’re giving my ulcers ulcers!’
Anderen waren radicaler in hun bewoordingen. De Californische Richard Nathan uit Van Nuys vindt Conway niet goed genoeg om Spider-Man te schrijven: ‘The atrocity you commited in issue #121 was only the latest of your crimes. You must be taken off this magazine! […] I am disgusted with all of you for letting issue #121 happen.’
In een andere brief suggereert Nathan: ‘Somebody ought to throw Gerry Conway off the George Washington Bridge to see if the fall kills him before impact.’
Jane Starr uit Edmonton Canada, maakt de mensen bij Marvel eerst uit voor alles wat vies en lelijk is om haar brief te eindigen met: ‘Wait till I get you!!!!! This better turn out to be an illusion or something – or else.’
Er zaten ook lezers tussen die de dood van Gwen toejuichten, zoals Jane Hollingsworth uit Port Angeles: ‘I fervently hope Gwen doesn’t make miraculous recovery in #122 (or in any subsequent issues). I also hope Peter doesn’t mourn her too long. Even though he was stupidly in love with her, how long can he grieve over a person whose brain was constructed entirely out of old Pepsi bottles, and whose personality had the exact color, consistency, and flavor of a loaf of Wonder Bread?’
Hieronder de brievenpagina’s met Gwen-brieven die na Amazing Spider-Man #122 werden gepubliceerd. De plaatjes zijn groter dan hier afgebeeld, klik op ze met de rechter muisknop en kies ‘view image’ voor volledige grootte:
Soms kom ik een illustratie tegen die ik meteen herken van vroeger, zoals deze prachtige schildering van de Hulk door Bob Larkin.
Ik had dit schilderij als postkaart vroeger, die ik waarschijnlijk gekocht heb in stripwinkel Het Gele Teken. Ik kende de schilder verder niet, maar door het blog Marvel Comics of the 1980’s weet ik nu dat het Bob Larkin is, die ook veel geschilderde covers voor Marvel Comics heeft gemaakt. Hij maakte covers voor titels als The Savage Sword of Conan, Marvel Super Special, Marvel Preview, Crazy Magazine, The Deadly Hands of Kung-Fu, Planet of the Apes en Tomb of Dracula.
Larkin maakte ook deze geestige ontmoeting tussen Spider-Man en de Hulk als omslag voor Crazy #42. Crazy was Marvels antwoord op de Mad. De groene reus lijkt wel wat op Lou Ferrigno vind ik:
Op hetzelfde blog kwam ik ook deze Spider-Man-cover tegen. Larkin voorzag de Marvel Fireside Books, de oerversies van tradepaperbacks, van dit soort mooie omslagen.
Ik denk dat dit ook een cover is voor een zo’n trade:
Larkin maakt sfeervolle beelden. Ik kan me voorstellen dat mensen specifiek voor zijn omslagen boeken aanschaffen.
Ook maakte hij deze mooie cover voor Parallel Lives, de graphic novel die vlak na de bruiloft van Peter en Mary Jane uitkwam en die over hun relatie gaat. Het verhaal behandelt hoe ze elkaar ontmoetten, samen opgroeiden, verliefd werden en uiteindelijk trouwden. Geschreven door Gerry Conway en getekend door Alex Saviuk.
Als jonge lezer vond ik dit al een mooie cover. Het was de meest realistische afbeelding die ik tot dan toe van Mary Jane had gezien. Spider-Man komt daarentegen wat vlak over op de illustratie.
Meer Bob Larkin
Dit blog staat vol met zijn werk en wordt beheerd door drie van zijn fans.
Spidey’s web: Breekpunt
Eigenlijk had ik een vrolijker stuk gepland voor de aflevering van vandaag, maar aangezien ik bijna een nervous breakdown aan het ondergaan ben, wil ik vandaag even dit kwijt: ik ben zo ontzettend klaar met de ondermaatse Spider-Man-verhalen die Dan Slott schrijft, dat ik niet langer Amazing Spider-Man zal lezen zolang de comics door Slott zijn gepend. Ik kan het simpelweg niet meer aan.
12 januari 2008 is in zekere zin een historische dag. Paul en ik zaten in de trein op weg naar Hoorn. We waren in Amsterdam geweest en stripwinkel Vandal Com-x bezocht. Die zat toen nog op de Rozengracht in Amsterdam. Daarna gingen we bij de Bijenkorf langs waar Paul zijn voorraad Nespressocupjes aanvulde.
In de trein naar huis las Paul het nieuwste nummer van Amazing Spider-Man #545. Het nummer waarin Peter Parker en Mary Jane een deal sluiten met Mephisto om het leven van Tante May te redden. In ruil voor haar leven moesten de twee geliefden hun huwelijk opgeven. Na deze deal had het huwelijk van Peter en Mary Jane, wat inmiddels 20 jaar aan verhalen had opgeleverd, volgens de redacteuren van Marvel nooit plaatsgevonden.
Het was voor Paul de druppel: hij besloot vanaf nu geen Spider-Man comic meer te lezen en voor zover ik weet, heeft hij ook geen van de comics die erna kwamen opengeslagen. Hij voelde zich, net als veel fans indertijd, ontzettend genaaid door deze retcon van Marvel.
Ik snapte dat goed, maar ben Spider-Man blijven lezen omdat ik nu eenmaal graag wilde bijhouden wat er in het leven van Peter Parker gebeurt. Ik zat Brand New Day uit, liet the Gauntlet over me heen komen en las zelfs ieder nummer van Superior Spider-Man. Knarsentandend weliswaar, maar toch…
Elke fan heeft een breekpunt en hoewel ik het me dat tijdens die treinrit niet kon voorstellen, moet ik bekennen dat ik de mijne nu heb bereikt. De druppel was voor mij Amazing Spider-Man vol. 3 #17 en wat me eindelijk het licht deed zien was een ingezonden brief van Ryan Knight uit New Port:
Vooral de boodschap van Spider-Man-redacteur Nick Lowe dat we, als het aan hem ligt, voorlopig nog niet van Slotts verhalen af zijn, deed me de moed in de schoenen zakken. Al te lang – minstens drie jaar, maar het kan langer zijn – maakt Slott mij het leven zuur met zijn gebroddel en genoeg is werkelijk genoeg. Ik hou van Spider-Man, hij is mijn favoriete fictiepersonage. En dat zal altijd zo blijven en daarom bleef ik ook lezen: ik wilde weten hoe het verder met Peter Parker gaat. Maar wat Slott schrijft heeft eigenlijk maar weinig met Peter Parker en zijn wereld te maken.
Peter is zichzelf niet meer en hij is een bijfiguur geworden in zijn eigen strip. Alle andere castleden lijken slimmer en beter te zijn dan Peter Parker. Werd hij vroeger alleen maar gezien als het lulletje van de klas maar wisten wij lezers beter, tegenwoordig is hij niet meer dan een onverantwoordelijke sukkel in de verhalen van Slott. Ondanks het feit dat hij al jaren meegaat en als superheld menigmaal heeft bewezen dat hij zijn mannetje staat, heeft Spider-Man geen idee meer hoe hij dingen aan moet pakken. Heel anders dan de Spider-Man die we kennen van Stan Lee, Roger Stern en Tom DeFalco, die zelfs als hij het moest opnemen tegen opponenten die twee maten te groot waren, toch zegevierend uit de strijd wist te komen. Vaak niet ongeschonden en alleen dankzij enorme wilskracht wist hij mensen als Firelord of the Juggernaut te verslaan. Maar Peter gaf niet op en daarom houden we van hem. Ik heb geen idee wie er in het Spider-Man-pak zit tegenwoordig, want hij lijkt op geen meter op Peter Parker.
En eigenlijk geldt dat voor alle bekende personages. Mary Jane praat niet meer als MJ bijvoorbeeld. Plots worden in elkaar gekunsteld omdat Slott nu eenmaal graag die kant op wil, en kneedt de personages zo dat ze in zijn verhaal passen. Slott bedenkt grote events die interessante verhalen kunnen opleveren, maar al die high concepts hebben tot nu toe alleen maar tot heel slappe verhalen geleid. (Hoe dat komt heeft hij recent zelf uitgelegd, maar dat is natuurlijk geen excuus.) Goed, allemaal dingen die ik al eerder heb besproken en anderen ook hebben aangekaart.
Al een paar jaar lees ik de recensies op de site Spider-Man Crawlspace en in al die tijd zijn er zelden positieve besprekingen van Slotts werk geweest. Ook de comments staan vaak vol met haat naar hem toe. Ik haat Slott niet, want ik maak graag verschil tussen iemand en het werk dat hij maakt. Maar ik zal mezelf niet langer martelen door Slotts Spider-Man-werk te lezen. Fuck it.
Bovendien begon ik de laatste tijd toch wel te hopen op een aambeeld dat opeens uit de lucht valt als Slott over straat loopt, gewoon om van hem af te zijn. Zo’n mens wil ik niet zijn.
Ja, er zijn ook mensen die Slotts werk fantastisch vinden. Dat is prima natuurlijk. Er zijn ook mensen die Jantje Smit een goede artiest vinden. Dat begrijp ik eigenlijk niet, maar Smit interesseert me geen bal dus ga ik geen moeite doen om dat te snappen. Peter Parker achterlaten in de handen van Slott vind ik moeilijker, maar ook daar heb ik helaas geen macht over. Ongetwijfeld valt de verkoop van Amazing Spider-Man Marvel niet tegen anders hadden ze Slott allang ingeruild voor iets beters. Maar daarin schuilt juist het probleem: ook de mensen die zijn werk haten, kopen het. Uit loyaliteit voor Spidey misschien of omdat ze het willen lezen zodat ze online kunnen zeggen hoe kut ze het wel niet vinden. Verkoopcijfers zeggen dus niet zo veel.
Gelukkig betekent deze beslissing niet dat ik geen Spider-Man-comics meer kan lezen. Er ligt hier nog een hele stapel die ik wil lezen en herlezen. En Gerry Conway is nu bezig aan een vijfdelig verhaal dat ik graag door zal nemen als het laatste deeltje uit is. Conway kan namelijk wel goed strips schrijven.
Jeroen Huijbregts maakt interessante mash-ups met bestaande cultfiguren. Ook Marvel Helden als Spider-Man mengt hij graag met andere bekende personages.
Vorige week donderdag zat ik gezellig te tafelen met Chris Visser en Jeroen Huijbregts. Visser is illustrator bij Moker ontwerp en Huijbregts illustrator en graphic designer. Beide heren zijn net als ik ook Spider-Man fan dus je begrijpt dat het Webhoofd tijdens het verorberen van hamburgers en kipsaté vaak ter sprake kwam.
Jeroen is vooral een fan van de oude strips: nieuwe Spider-Man-verhalen volgt hij niet. En dat kan ik hem niet kwalijk nemen, want het niveau dat de Spidey schrijvers op dit moment uitpoepen haalt het niet bij het oudere werk. Een onderwerp waar ik later graag dieper op in ga. Nu wil ik het graag even hebben over Huijbregts visuele remixes zoals deze Grote Boze Wolf Spider-Man:
En wat dacht je van The Incredible Spider-Hulk?
Jeroen heeft allerlei bekende popcultuuriconen gemixt, zoals Marge Simpson en Cookie Monster, maar ook Ché Guevara met het masker uit V for Vendetta. In een interview met CFYE.com:
“Some of these ideas are so simple I’m amazed that no-one else has created them before, like the Marge Monster or Wu-Man”, Jeroen Explains. “It’s hard to find a good balance between genius and cheesy though. I like to make clever stuff and wouldn’t want to make things that fits into tourist shops next to the ‘stoner’ shirts”.
In Europe we aren’t as familiar with the ‘remix culture’ as in the States. Jeroen: “I’m not sure why the remix culture never caught on here. It might simply be because our modern pop-culture has produced less iconic imagery that lends itself for remixing than in the States”. In any case, Jeroen has always been inspired by American pop-culture, and remixing the figures that he grew up with made perfect sense to him.
Spider-Hulk
Overigens kwam Marvel in Web of Spider-Man #69 en #70 (1990) met een eigen Spider-Hulk of Spulk. Tijdens een gevecht met de Groene Gigant wordt Spider-Man geprikt door een biokinetische energie absorber waar de kracht van de Hulk in is opgeslagen. Als Peter Parker boos wordt, verandert hij vanaf dat moment in een Hulk-achtig wezen met hetzelfde beperkte vocabulaire. Gelukkig krijgt Peter in #70 nog een prikje met de machine waardoor hij de Hulk energie weer kwijtraakt. Een Hulk in het Marvel Universum is namelijk al erg genoeg.