Deze keer zes films: twee horrorflicks, twee muziekfilms, een docu en een stripverfilming. Enjoy.
Halloween (John Carpenter, 1978)
In dit film ABC mag natuurlijk een film van horrormeester John Carpenter niet ontbreken. Dus Halloween moet erin. Niet alleen omdat deze film je de stuipen op het lijf jaagt, maar ook gewoon omdat ik gek van het fenomeen Halloween ben. Scream queen Jamie Lee Curtis debuteert in deze film. Carpenter componeerde zelf het herkenbare muzikale thema van Halloween.
De plot is simpel: Michael Myers vermoordt op zesjarige leeftijd zijn zus Judith (Sandy Johnson) met een keukenmes. Hij wordt opgesloten in een inrichting, maar ontsnapt vijftien jaar later om jacht te maken op zijn jongere zusje (Curtis) en haar vrienden. Myers psychiater, Sam Loomis (Donald Pleasence), probeert hem te stoppen.
Rob Zombie maakte in 2007 een remake die eigenlijk zo slecht nog niet is. Hij voegde nog wat welkome backstory toe aan Mike Meyers. Maar het origineel blijft natuurlijk het beste.
Hard Candy (David Slade, 2005)
Ellen Page speelt de vroeg volwassen Hayley Stark die wraak neemt op een pedofiel (Patrick Wilson). De scène waarin ze hem ‘castreert’ zorgt er bij de mannelijke kijkers voor dat hun ballen pijn doen van afschuw. En dat puur door de kracht van de suggestie, want we zien natuurlijk niet echt hoe ze zijn scrotum toetakelt. Zo hoort horror te zijn.
Page had eigenlijk een Oscar moeten winnen voor deze rol. (Ze werd wel genomineerd voor haar rol in Juno). Ze zou in de echte wereld alle katholieke priesters doen sidderen van angst.
Erg goed gefilmd en spannend tot het einde. (En een prachtige poster trouwens.)
A Hard Day’s Night (Richard Lester, 1964)
De eerste Beatle-film gaat over een fictieve dag uit het leven van de fab four. Hip gefilmd, goede soundtrack en de Beatles kunnen heel verdienstelijk zichzelf acteren. Richard Lester gebruikte de cinema verité stijl om zijn mockumentary vorm te geven: zwart-wit, kleine camera’s en dicht op de actie. Bij vlagen is de film wel wat flauw, maar dat vergeef je dit bijzondere beeld van Beatlemania snel.
Hearts of Darkness (Fax Bahr en George Hickenlooper, 1991)
Films over hoe films gemaakt worden zijn soms nog fascinerender dan de films waar ze over gaan. Hoewel Apocalypse Now zeker een fascinerende film is, hij staat niet voor niets in de A van mijn Film ABC, is het bijna even zo interessant om te zien welke pijn en moeite het Coppola heeft gekost om deze film op het scherm te krijgen. Waanzin voor en achter de camera, gefilmd door Eleanor Coppola die de twee filmmakers Bahr en Hickenlooper jaren later dat filmmateriaal gaf. Ze draaiden er interviews met de cast en crew bij en het resultaat is een van de beste documentaires over film maken ooit.
Hellboy (Guillermo del Toro, 2004)
Van de week zat ik deze film weer eens te kijken en het verbaasde me weer hoeveel ik ervan vergeten was. Iedere keer als ik Hellboy kijk is het een frisse filmervaring. Hellboy is ook niet de beste stripverfilming die ooit gemaakt is, maar toch staat hij in mijn Film ABC. Ron Perlman zet een zeer sympathieke Hellboy neer en laat de dikke laag make-up niet in de weg staan van een goede acteerprestatie. De film bevat prachtige beelden en is zeer sfeervol.
De relatie tussen Hellboy en Liz Sherman werd door de regisseur zelf bedacht en zit niet in de strip, maar wordt op de juiste dramatische manier uitgebuit voor de film. De scène waarin Hellboy als een verliefde schooljongen Liz en John Myers bespioneert als ze samen uit zijn, is zeer aandoenlijk. Fijn dat de ietwat vreemde, maar daardoor juist intrigerende, actrice Selma Blair is gecast als Liz.
Let wel: ik verkies de strips van Mignola boven de verfilming, maar toch is de eerste Hellboy-verfilming zeer vermakelijk. Over de sequel was ik indertijd een stuk minder lovend.
High Fidelity (Stephen Frears, 2000)
Stephen Frears maakte een filmadaptatie van het klassieke boek van Nick Hornby. Hij verplaatste de setting van Londen naar Chicago in Amerika, maar verder voelt dit toch als een aardig getrouwe verfilming. John Cusack speelt de sterren van de hemel en ook bijspelers Jack Black en Todd Louiso zijn een schot in de roos.
Rob (Cusack) runt een snobistisch platenzaakje dat alleen wordt bezocht door de ware puristen. De dwalende dertiger blijkt een verwoed platenverzamelaar (op het ziekelijke af) en categoriseert alles consequent aan de hand van een top vijf, of het nou om muziek, vrouwen of break-ups gaat. Robs leven staat op het punt een grote verandering te ondergaan wanneer zijn vriendin Laura (Iben Hjejle) voor een ander kiest, namelijk voormalig buurman Ian ‘Ray’ Raymond – een koelbloedige maar irritante zweefteef, prachtig gestalte gegeven door Tim Robbins.
Een liefdesfilm voor mannen met een prima soundtrack die in het rijtje thuishoort waar mijn favoriete films Almost Famous (Cameron Crowe, 2000), Chasing Amy (Kevin Smith, 1997) en (500) Days of Summer ook in staan.
In verband met het Imagine filmfestival, zal er de komende weken geen Film A-Z verschijnen. Ik ga deep undercover bij het festival en me voor de Zone 5300 sufbloggen over de films die ik daar zie. Natuurlijk zullen die blogposts ook op deze site gepubliceerd worden, dus zal het hier zeker niet filmloos zijn. Mijn Film ABC is weer terug op vrijdag 7 mei. Dan gaan we verder met de I. Imagine that!
(Liefhebbers van alfabetlijstjes kunnen in de tussentijd terecht bij Marco Raaphorst. Die raakte geïnspireerd door mijn Film ABC en maakte een persoonlijke en interessante Muziek A-Z.)