Maandag 1 september 2014 woon ik precies vijf jaar samen met Linda. Dat betekent dat ik ook vijf jaar in Amsterdam woon.
Amsterdam kan soms prachtig zijn. De grachten in het centrum zijn zeer pittoresk en ik geniet altijd van de prachtige zestiende en zeventiende-eeuwse panden langs het water. Voor een journalist gespecialiseerd in strips is het handig om in Mokum te wonen. Er zijn een paar goede stripwinkels hier en veel Nederlandse stripmakers wonen in de stad. Daarbij is in Amsterdam op cultureel gebied altijd wat te doen. Zoveel zelfs dat het vaak moeilijk een keuze maken is en ik de avond op de bank thuis met een boek doorbreng. Maar als je iets wilt doen, is dat vaak om de hoek.
Amsterdam is sowieso een fijne stad om doorheen te lopen. Goed, het centrum is in de zomer na 11 uur overgenomen door toeristen, maar wie de stille straatjes kent of buiten het centrum blijft, kan goed te voet door de straten lopen. Uiteraard zijn er genoeg problemen in de hoofdstad te noemen, maar dat doe ik nu even niet.
Mijn favoriete hangplekken in Amsterdam van de afgelopen vijf jaar zijn:
De Balie: perfect om met mensen af te spreken, want centraal en er is (bijna) altijd plek. En ze hebben lekkere croissants.
De Bekeerde Suster: Beste hamburgers in town. En die frieten… Hmmmmm!
Het Westerpark en het Westergasfabriekterrein: Tegenover mijn huis. Perfect om rond te wandelen en de drukte van de stad achter je te laten. En, heel veel gezellige konijntjes. Voorheen woonden we vlakbij het Vondelpark. Daar kwam ik vroeger graag, maar eigenlijk heeft nu het Westerpark mijn voorkeur. Want, minder toeristen, dus minder druk. Nu moeten ze alleen die vaste groep zwervers nog ergens anders plaatsen en dan is het park perfect. Ook kom ik graag in het Ketelhuis voor een goede koffie verkeerd.
The American Book Center: Prima winkel voor wie van heel veel boeken houdt en een heel goede stripafdeling vol met comics. Wil je de belangrijkste Batman-comics kopen? Aan Spider-Man beginnen of klassieke graphic novels? Die vind je hier.
Eye: Zo’n beetje alle belangrijke filmfestivals in Amsterdam worden hier gehouden. Voor KLIK! en Imagine kom ik er dus. En vaak ook tussendoor, want als filmwetenschapper voel ik me in het Filmmuseum thuis.
Stripwinkel Lambiek: Bijna alle striphappenings zijn hier en de koffie staat altijd voor je klaar. Al kom ik ook graag in Het Beeldverhaal.
Dit zijn zo uit mijn hoofd, mijn favoriete plekken in Amsterdam. Wat zijn die van jou in Amsterdam of je eigen woonplaats?
Het werd weer eens tijd vond ik: even lekker in een paar boeken duiken. De laatste jaren gun ik me daar te weinig tijd voor. Druk hebben we het allemaal, maar voor sommige dingen moet je tijd maken, zoals lezen. De geest moet gevoed.
Nee, dan liever een interessante studie naar de Batman-films van Christopher Nolan van Will Brooker. Brooker schreef eerder boeiende studies over Batman als cultureel icoon en over de eerste Star Wars-film van George Lucas. Tussendoor lees ik hoofdstukken uit Men of tomorrow: Geeks, Gangsters and the Birth of the Comic Book van Gerard Jones, over hoe de kinderen van Joodse immigranten de Amerikaanse comicindustrie opbouwden.
En Stephen Kings Over leven en schrijven helpt me bij een speciaal schrijfproject. Het is erg inspirerend om zijn boek over schrijven te lezen.
Het lukt me tegenwoordig niet meer om een boek in één ruk uit te lezen. Daarvoor komen te veel dingen tussendoor. Net als mijn online mediagedrag lees ik dan maar stukjes. Dat levert op zichzelf al genoeg afwisseling op.
Jodorowky’s Duneis one of the most interesting and inspiring documentary’s I’ve seen in years. It’s about how Alejandro Jodorowsky tried to make a film adaptation of Frank Herbert’s novel Dune, with help from people like Moebius, H.R. Giger and Salvador Dali.
I interviewed director Frank Pavich about his documentary at the Imagine Film Festival in Amsterdam, where it won the Silver Scream Audience Award 2014.
Ontzettend veel lol heb ik tijdens de 30ste editie van Imagine gehad. Behalve de aardige voorraad films die ik zag, was ik samen met Hedwig van Driel de jury van de Grote Geek-Q Test en interviewde ondergetekende Frank Pavich.
Pavich is de regisseur en producent van de documentaire Jodorowsky’s Dune. Een prachtige en inspirerende film over hoe Jodorowsky in de jaren zeventig probeerde zijn versie van Dune te verfilmen en hoe dit uiteindelijk niet doorging. Ik sprak hem woensdagmiddag. De video van dat gesprek komt zaterdag online op SchokkenNieuws.nl en hier. Aangezien ik oorspronkelijk Jodorowsky zou interviewen maar de beste man door ziekte niet naar Amsterdam kwam om op het festival aanwezig te zijn, was het gesprek met de energieke Pavich een mooie troost.
Zijn film staat op dit moment bovenaan de lijst van de Syfy Silver Scream Award, met een score van maar liefst 9,34. Dus het ziet ernaar uit dat Jodorowsky’s Dune door het Imaginepubliek gekozen is als beste film van het festival. En bij die mening sluit ik me graag aan. Overigens is Jodorowsky’s La danza de la realidad een prachtige film die ik je van harte aanraad.
Een andere film die ik heel erg goed vind, is Coherence. Hierin zorgt een komeet die langs de aarde scheert ervoor dat de muren tussen parallelle werelden vervagen. Opeens blijken er van de vriendenclub die gezellig samenkomt voor een etentje talloze varianten te bestaan, die allemaal een andere onderlinge dynamiek vertonen. Het spel van de acteurs is erg goed en persoonlijk vond ik het fijn om Nicholas Brandon (Xander uit Buffy the Vampire Slayer) weer eens te zien spelen. Leuk dat er voor zijn tweelingbroer ook een rol was in de film.
Een film met dezelfde thematiek, maar als een soort tienervariant uitgewerkt is +1. Die vond ik trouwens ook goed te verteren, al vraag ik me af waarom de meeste personages in deze film meteen moordneigingen krijgen als ze hun dubbelganger tegenkomen. Zou jij jezelf meteen de hersens inslaan als je jouw versie uit een parallel universum tegen zou komen?
De slechtste film van deze Imagine editie moet toch wel Capsulezijn. Een Nederlandse sciencefictionfilm met een slap scenario waar vooral de nare trekjes van personages op de voorgrond treden en tenenkrommend spel van de acteurs de 85 minuten die de film duurt tot een erg lange zit maken. Dat de film op de publiekslijst toch nog een 6,94 scoort komt vast omdat tijdens de première en de enige vertoning van Capsule de zaal vol zat met cast en crew.
De leukste Q&A was misschien wel het gesprek met Josh Phillips, de acteur uit The Creep behind the Camera. Die Q&A is helaas niet op video opgenomen, maar wel een interview met de regisseur en Philips:
Het was leuk om David Lynch’ Dune eens op een grootscherm in 70mm te zien. Martin Koolhoven noemde de film in zijn introductie ‘een interessante mislukking’ en dat dekt de lading verder aardig.
Een beetje teleurgesteld ben ik wel over Escape from Tomorrow. Deze film werd grotendeels zonder toestemming op locatie gedraaid in Disneyworld en Disneyland. Centraal in de film staat het portret van Jim als een man die langzaam zijn zelfcontrole verliest. Disneyland wordt in zwart/wit geportretteerd als een consumentenhel: vrolijke deuntjes worden vervormd tot gekmakend gejengel en met behulp van spaarzame cgi worden de jolige figuren boosaardige monstertjes. Mijn inziens gooit regisseur Randy Moore te veel ideeën in de mix, waardoor de plot warrig blijft en nooit duidelijk wordt wat er precies voor helse activiteiten er achter de vrolijke façade van Disney schuilgaan. Jammer want het uitgangspunt is interessant. En het feit dat het merendeel van de opnames illegaal zijn gedraaid op locatie maakte nieuwsgierig.
Het bijprogramma dit jaar, waarin wetenschap in film centraal stond, vond ik erg goed. Veel interessante sprekers kwamen aan bod, waaronder Dr. David Kirby, wiens boek ik meteen de volgende dag heb besteld.
Met een bloedeloze versie van Belle en het Beest en een afwezige eregast is de 30ste editie van het Imagine Film Festival woensdagavond 9 april flauw van start gegaan.
De Chileense filmmaker, theaterregisseur, tarotkenner én stripscenarist Alejandro Jodorowsky kreeg dit jaar de Imagine Career Achievement Award. Helaas kon hij door ziekte niet in Amsterdam aanwezig zijn om zijn prijs in ontvangst te nemen. Zijn afwezigheid natuurlijk spijtig voor het festival, en voor ondergetekende, want ik was een van de journalisten die Jodorowsky donderdag zou interviewen. Een gesprek waar ik naar uit keek.
Ik hoop dat Jodorowsky snel weer op de been is, maar aangezien hij 85 jaar is, vrees ik het ergste. Zijn zoon Brontis sprak een videoboodschap in om Imagine te bedanken. Brontis is tevens de hoofdrolspeler in Jodorowsky’s nieuwe film La danza de la realidad. Een prachtige, persoonlijke film, en de meest toegankelijke uit het filmoeuvre van de eigenzinnige verhalenverteller.
Er draait op het festival ook een documentaire over het maakproces van Jodorowsky’s versie van Dune. Hij werkte samen met onder andere Moebius en H.R.Giger. Die film is uiteindelijk nooit gemaakt maar leidde wel uiteindelijk tot De Incal.
Aandacht voor stripmakers
Overigens vind ik het erg bijzonder dat het Imagine Film Festival ook stripmakers eert. Vorig jaar werd François Schuiten op het festival geïnterviewd en twee edities geleden kreeg niemand minder dan Stan Lee de Career Achievement Award. Ook hij kon trouwens helaas niet komen. Nu weet ik ook wel dat Jodorowsky veel meer heeft gedaan dan strips schrijven, maar met klassiekers als De Incal, een bijzondere western als Bouncer en nog eens zeventig andere strips op zijn naam, is hij in het stripwereldje geen lichtgewicht.
Mooi maar saai Belle en het beest/La belle et la bête, de Franse film van Christophe Gans, was dat echter wel. Mooi gemaakt hoor en een zeer sprookjesachtige mise-en-scène, maar wat een bloedeloze verfilming. Er zat echt geen greintje spanning in het verhaal dat iedereen natuurlijk allang kent, want gebaseerd op het bekende sprookje. In het begin veracht Belle (Léa Seydoux) de agressieve en koppige beest-man (Vincent Cassel) die haar gevangen houdt, maar dan blijkt ze opeens van hem te houden. Echter, waarom dat nu precies is, maken de filmmakers niet duidelijk.
Tijdens de film kreeg ik zin om de gelijknamige televisieserie uit de jaren tachtig met Ron Perlman en Linda Hamilton te gaan kijken, dus je begrijpt dat de bitterballen en andere snacks die na de voorstelling werden geserveerd van harte welkom waren om de flauwte te bestrijden en mij weer bij mijn positieven te brengen, want als ik dat soort series weer wil gaan kijken, moet ik goed in de war zijn.
Kortom, Imagine kent dit jaar een beetje een valse start, maar ik vermoed dat het nog wel goed komt dit jaar.
Hier nog enkele evenementen die ik je graag tip:
Donderdag 10 april: Masterclass: Lab Coats in Hollywood
Dr. David Kirby geeft een masterclass over de relatie tussen wetenschappers en de Amerikaanse filmindustrie.
Vrijdag 11 april: Lezing toekomstmuziek
In Toekomstmuziek geeft muziekkenner en Schokkend Nieuws-medewerker Erik van ’t Holt een overzicht van de muziek die nieuwe en onontdekte werelden verbeelden. Van de orkestrale scores uit de jaren vijftig, via de eerste elektronische score (voor Forbidden Planet uit 1956) naar de herwaardering van de orkestrale benadering uit de jaren zeventig. Met uitstapjes naar de opkomst van de synthesizer en het gebruik van exotische en onbekende instrumenten als de Theremin (door Bernard Herrmann in The Day The Earth Stood Still, 1951) en de Blaster Beam (in de Star Trek-films). Een schat aan film- en muziekfragmenten illustreert dit overzicht, dat geen rechtgeaarde sfi-fi liefhebber aan zich voorbij mag laten gaan.
Zondag 13 april: Symposium Van HAL tot GERTY
In het symposium Van HAL tot GERTY wordt gekeken hoe de rol die computers hebben gespeeld in de fantastische film werkelijkheid zijn geworden en wat de gevolgen daarvan zijn. Naast een algemeen gedeelte wordt ingegaan op ethische vragen en op Singularity, het moment waarop de computer de menselijke intelligentie voorbijstreeft, dit alles aan de hand van een groot aantal filmfragmenten. Tot de gasten behoren onder andere hoogleraar Kunstmatige Intelligentie Jaap van den Herik, filmmaker Igor Kramer en Bennie Mols, wetenschapsjournalist en auteur van het populair-wetenschappelijke boek ‘Turings Tango’, over kunstmatige intelligentie.
Maandag 14 april: Masterclass Filmtrailers
Het Londense Editpool, levert teasers, trailers en promo’s produceert voor bioscoop, tv en home-entertainment. Tot hun recente output behoren de campagnes voor het derde seizoen van Game of Thrones en de Robocop-remake. Daarnaast leverden ze trailers voor sci-fi als Splice, voor arthouse horror als Kill List, maar ook voor B-films als Infestation.
Editpools creative director John Piedot vertelt tijdens de masterclass over de relatie tot de opdrachtgever en de totstandkoming van een trailer, maar ook over het verschil tussen bioscooptrailer en televisiespot en de verschillen tussen trailers voor de Amerikaanse en de Europese markt.
Hij gaat in op de manier waarop verschillende elementen worden ingezet voor een maximaal effect en loopt door de do’s & dont’s van het vak.Uiteraard wordt de masterclass omlijst met de meest toepasselijke voorbeelden uit de catalogus van Editpool.
Dinsdag 15 april: Masterclass: The Science of Hollywood
Tijdens de masterclass The Science of Hollywood: Gravity and Beyond laat dr. Kevin Grazier aan de hand van onder meer zijn werk voor Gravity zien hoe wetenschappers science fiction geloofwaardig maken.
En deze wil ik in het bijzonder aanraden omdat ik samen met mijn Schokkend Nieuws-collega Hedwig in de jury zit. Dinsdag 15 april: Quiz: de Grote Geek-Q Test
Op dinsdag 15 april, om 17.00 uur in Zaal 2 van EYE heb jij de kans te laten zien hoe hoog jouw Geek-Q is. In een quiz van zes rondes kunnen jij en je teamgenoten jullie kennis van science fiction, geeky films, series en comics, games en wetenschap etaleren. De winnaars mogen zich de Grootste Geeks van Nederland noemen.
Stand-up comedian en verwoed action figure-verzamelaar Thijs van Domburg is je quizmaster. De jury bestaat uit stripnerd en journalist Michael Minneboo en filmgeek en natuurkundige Hedwig van Driel.
Dinsdagmiddag schoof de Belgische stripmaker François Schuiten aan bij Phil van Tongeren en Barend De Voogd van het Imagine Filmfestival. Van Tongeren interviewde Schuiten over zijn werk als production designer en conceptual artist van films als Taxandria, The Golden Compass, Mr. Nobody en Mars et Avril.
De Voogd verzorgde de vertaling: Schuiten wenste zich alleen in het Frans uit te drukken, wat ik dan weer erg typisch vindt voor een Waalse Belg.
Schuiten is zoon van een architectenechtpaar. Niet zo gek dus dat architectuur een belangrijke rol speelt in zijn wek. Dat was goed terug te zien in zijn ontwerpen voor films, maar in het bijzonder ook in zijn strips. Schuiten is overigens niet alleen actief als striptekenaar. Hij ontwierp metrostations in Brussel en Parijs. Ook ontwierp hij voor de Wereldtentoonstelling van 2000 in Hannover het Belgische Pavillon des Utopies.
Het is jaren geleden sinds ik een album van de reeks Les Cités Obscures oftewel De Duistere Steden heb opengeslagen, de surrealistische reeks die Schuiten met auteur Benoît Peeters maakt. Ik kreeg tijdens het interview meteen zin om daar weer in te duiken. Ik hou van het verfijnde tekenwerk van Schuiten; het was dan ook een groot plezier dat een selectie daarvan te zien was op het grote scherm achter de heren.
Hieronder een drietal fragmenten uit het interview dat ik ongemonteerd op YouTube heb gezet. ‘Van alles wat ik doe vind ik striptekenen eigenlijk het moeilijkste. Als het mislukt kan ik niemand anders de schuld geven,’ zegt Schuiten. In dit fragment vertelt hij over zijn stripwerk en over zijn medewerking aan de softerotische film Gwedoline van Just Jaeckin.
Ziet Schuiten een verfilming van de reeks De duistere steden wel zitten? Hier geeft Schuiten antwoord op deze vraag:
Schuiten vertelt over zijn werk als production desginer:
Filmjournalist Barend De Voogd is de hoofdredacteur van Schokkend Nieuws, daarnaast schrijft hij recensies voor NU.nl. Ook is hij een van de programmeurs van het Imagine Filmfestival. Het werd hoog tijd om hem eens te ondervragen over zijn filmliefde en zijn fascinatie met de fantastische film in het bijzonder. En hoe gaat het programmeren van een filmfestival in zijn werk?
De muziek in deze Daily Webhead is natuurlijk van Marco Raaphorst.
Het Imagine filmfestival is nog in volle gang. Strips blijven even ongelezen deze week: ik bevind me in de duisternis van de bioscoopzaal. Even wat interessante films op een rij die ik deze week zag.
‘Jezus, wat is dit?!’ riep een bezoeker tijdens de vertoning van Abductee (Yudai Yamaguchi, Japan) opeens uit. Kennelijk trok deze man de plottwist op tien minuten voor het einde absoluut niet. Ik kan het hem niet kwalijk nemen: je gaat in zoiets mee of niet. Zelf vond ik het ook een beetje jammer einde, maar de opbouw ernaar toe is zeer goed uitgevoerd.
Mangatekenaar
De gehele film zitten we samen met hoofdrolspeler meneer Chiba opgesloten in een container. Hij in het begin vastgebonden met een plastic zak om zijn hoofd. Chiba (goed acteerwerk van Yôichi Nukumizu) weet zichzelf te bevrijden en ontdekt dat er tegen zijn container nog vele andere containers staan. In elke container zit een gevangene. Maar waarom ze daar zijn en wie ze ontvoerd heeft, is een raadsel dat opgelost moet worden. Het is een vreemde reis die eerst op een vrachtwagen, later op een boot en vervolgens op een trein gevoerd wordt. In die laatste tien minuten wordt er dus een antwoord gegeven op het mysterie, maar daar laat ik me verder natuurlijk niet over uit. Mooi vind ik hoe onbekenden die in hetzelfde nare schuitje zitten, elkaar toch proberen te steunen. Wat dat betreft gaat deze film ook over menselijkheid. Leuk detail vind ik dat meneer Chiba mangatekenaar is. Een striptekenaar als hoofdrolspeler, dat zie ik graag!
Possessionis een film die me nog lang zal bijblijven. Deze klassieker uit 1981 van Andrzej Zulawski is misschien het beste te beschrijven als David Lynch doet relatietherapie. Al vind ik het werk van Lynch doorgaans wel beter, het geeft wel aan dat de alledaagse wereld als een nachtmerrie wordt gepresenteerd en dat de betekenis van de scènes lang niet altijd duidelijk is. Het huwelijk van Anna (Isabelle Adjani) en Mark (Sam Neill) staat op het punt van uiteenvallen als Mark ontdekt dat Anna er een minnaar op na houdt. Na een gewelddadige uitbarsting vertrekt Anna uit hun huis, maar keert geregeld terug om voor hun zoontje Bob te zorgen. Ze zakt weg in een poel van pure hysterie. Mark confronteert haar minnaar, maar al snel blijkt de zaak veel ingewikkelder: Anna zit niet bij hem maar houdt zich op in een vervallen pand samen met een monsterachtig wezen. En waarom lijkt de juf van hun zoontje als twee druppels water op Anna? Vanaf de introductie van het monster ontspoort de film volledig en zijn we getuige van hoe zowel Mark als Anna in waanzin vervallen. Ik was het laatste kwartier het verhaalspoor in ieder geval goed bijster.
Adjani zet zeer overtuigend een hysterische vrouw neer en kreeg voor haar rol dan ook een Gouden Palm en een César. Leuk aan dit soort oudere films is het tijdsbeeld dat ze laten zien: Berlijn begin jaren tachtig ziet er in Possession prachtig vervallen en verlaten uit. Het vervallen gebouw waar Anna schuilt staat in prachtig contrast met de nieuwbouwflat waar ze eerst met Mark woonde. Al moet ik zeggen dat het potje tentakelseks tussen Anna en het monster toch enigszins afleidde van het decor. Imagine vertoonde Possession ook nog eens in een prachtig verkleurde en bekabelde kopie, wat de vertoning nog sfeervoller maakte.
Na Possession moest ik meteen naar zaal twee waar Nightmare(Herman You) draaide. Het was na de psychotische situatie in Berlijn even omschakelen naar hedendaags China. Nightmare is een stijlvol gefilmd moordmysterie met een surrealistisch tintje:
Hao Dong lijdt aan slapeloosheid. Op een nacht is hij getuige van de moord op zijn overbuurvrouw. Maar wanneer hij ter plekke poolshoogte neemt, blijkt het lijk verdwenen en het appartement leeg te staan. Volgens zijn vriendin Yifan speelt zijn slaapgebrek hem parten. Maar dan is hij nogmaals getuige van een moord, in zijn geboortedorp Nine Mile Village ditmaal, en opnieuw lijkt hij het zich verbeeld te hebben. Of is er meer aan de hand? En ligt de sleutel tot het mysterie misschien in Hao Dongs jeugd in Nine Mile Village?
De film leunt wellicht op te veel ideeën, maar toch vond ik hem zeer onderhoudend. Ook leuk om eens te zien hoe zo’n Chinees dorp eruit ziet. Wat dat betreft ben je als filmkijker meteen antropoloog als het om films uit den verre gaat.
Quantumleapen
Sowieso voel ik me altijd een beetje een hedendaagse Sam Beckett die van wereld naar wereld leapt en telkens in de huid van een ander personage kruipt als ik op een filmfestival van film naar film ga. Met een filmprogramma vol shorts is dat gevoel nog sterker. Je maakt iedere film kennis met nieuwe personages en je stapt telkens in een andere (verhaal)wereld. Boeiend, intrigerend en vermoeiend: vrijdag heb ik achter elkaar twee lange programma’s met shorts bekeken. Daarna voelt je brein alsof ie door de blender gehaald is.
Eye of the beholder
Imagine vindt dit jaar voor het eerst plaats in het Eye. Het filmmuseum Amsterdam heeft al aardig wat filmfestivals naar zich toe weten te trekken. KLIK vond er ook plaats bijvoorbeeld. Het Eye biedt dan ook veel voordelen: goede projectie, mooie zalen, en wie een kopje koffie drinkt in het restaurant kan lekker over het IJ staren. Een ander voordeel ten opzichte van Kriterion is dat je niet een half uur hoeft te wachten voordat je naar de wc kunt: wc’s zijn er genoeg en ze werken ook nog.
En toch mis ik in het Eye de bekende festivalsfeer van Imagine en Kriterion. Op een paar Bollywoodposters na, er is een speciaal Bollywoodprogramma dit jaar, is er weinig aan de aankleding gedaan en ook ontbreekt het verkoopstalletje van de ABC waar altijd leuke gerelateerde strips en boeken te koop lagen. (De Schokkend Nieuwsis gelukkig wel gewoon te koop bij de infobalie van Imagine.) Dat maakt het Eye wat klinisch. Ik mis dit jaar vooral het festivalkrantje dat jarenlang de pauzes tussen de films veraangenaamde. Imagine compenseert dit wel door op de site veel berichten te plaatsen, maar toch. Overigens wordt er op de site van Zone 5300en Schokkend Nieuws ook veel over het festival geblogd.
Omdat er ook gewoon filmpubliek aan de tafeltjes zit, mis ik de saamhorigheid een beetje. Gelukkig is er boven bij zaal 1 wel een soort van festivalcafé waar ’s avonds ook een speciale maaltijd gegeten kan worden. Want na het zien van de films wil je die toch bespreken met medefestivalgangers.
Het lijkt wellicht een triviale zaak, maar een goede openingsavond valt of staat in principe met de kwaliteit van de bitterballen. Gisteravond at ik er een paar tijdens de openingsavond van de 29ste editie Imagine Filmfestival en ik kan opgelucht zeggen: met de bitterballen zit het wel snor. Met de openingsfilm die avond trouwens ook: Trance (Danny Boyle, 2013).
In Trance besluit veilingmeester Simon (James McAvoy) om samen te gaan werken met een criminele bende om een zeer kostbaar kunstwerk te stelen. Simon loopt een flinke klap op tijdens de roof en als hij bijkomt, weet hij niet meer waar hij het schilder verstopt heeft. Als zelfs martelen zijn geheugen niet op gang blijkt te brengen, wordt de hulp ingeroepen van een hypnotherapeut. Naarmate zij dieper graaft in Simons beschadigde psyche, vervagen en verdwijnen de grenzen tussen verlangen, realiteit en hypnotische suggestie en blijken de zaken anders in elkaar te steken dan dat ze eerst werden voorgesteld.
Ik vind Trance aan de ene kant een goede openingsfilm, want erg toegankelijk en boeiend voor een breed publiek. Er zit een beetje gore in, maar het is echt meer een slimme thriller dan een volbloed fantastische film, wat het wellicht een wel erg brave keuze maakt voor een festival dat vroeger tot aan de oksels in het horrorbloed stond.
Aan de andere kant biedt deze film interessant frontaal naakt in de vorm van Rosario Dawson, en speelt deze toch al interessante actrice een boeiende rol.
De avond werd overigens ingeleid door zakelijk directeur Liselotte van der Burgt en artistiek directeur Chris Oosterom die in november het stokje overnam van Phil van Tongeren. Van Tongeren, die al vanaf het eerste uur bij het festival betrokken is, was de artistiek directeur vanaf 2007. Ik ben benieuwd welke accentverschillen Oosterom zal leggen. Oosterom gaf Neil Jordan gisteravond de Career Achievement Award, die de filmmaker ietwat schuchter in ontvangst nam. Het korte interview dat erop volgde had hij in ieder geval niet zien aankomen.
Dinsdagmiddag maakte Jordan al een veel ontspanner indruk tijdens de Masterclass over zijn films. ‘Ik ben geïnteresseerd in de botsing tussen de realistische wereld en het fantastische. De echte wereld wordt dan heel onwerkelijk,’ zei de Ierse filmmaker en schrijver, die doorgaans meer realistische films afwisselt met het maken van fantastische films.
Jordans nieuwste Byzantium draait tijdens het festival. Ik heb er nog geen frame van gezien, maar aangezien het allemaal om twee vrouwelijke vampiers draait, wil ik deze film nog wel even meepakken. Evenals het symposium over psychotische vrouwen en de masterclass van stripmaker François Schuiten.
Je begrijpt het al: de komende dagen zit ik in Eye.
De reportage van de avond gemaakt door mensen van Imagine:
Even wat stripnieuwtjes op een rij, dan ben je weer op de hoogte.
Dit weekend vindt in Tiel voor het eerst de Betuwse stripbeurs plaats met nationale en internationale auteurs. Het bevalt me op dat we op de poster niet de geijkte stripfiguren zien, maar een internationale cast. Verder lijkt het mij een beurs van bescheiden omvang, maar misschien daarom wel extra gezellig. Check hier voor meer informatie.
Het Imagine Amsterdam Fantastic Film Festival staat voor de deur en dat is natuurlijk altijd leuk nieuws voor de liefhebber van de genrefilm, maar ook steeds vaker voor de stripliefhebber. Vorig jaar gaf storyboardtekenaar Jim Cornish een masterclass, recenseerde Thijs van Domburg de superheldenfilm en gaf ik een lezing over Spider-Man. Dit jaar komt niemand minder dan François Schuiten een masterclass geven en vertellen over de films waaraan hij als production designer heeft meegewerkt. Meer info over Schuiten vind je hier. De masterclass is gratis toegankelijk, maar je moet wel even van te voren een kaartje halen.
Typex viert zijn feestje in Paradiso
Naar aanleiding van Rembrandt van stripmaker Typex (volgende week een groot interview met hem in de VPRO Gids van mijn hand) wordt er op 14 april een feestje gegeven in Paradiso.
Game Over-special Eppo #7, die vanaf donderdag in de winkels ligt en bij abonnees al op de koffietafel, staat bijna helemaal in het teken van de strip Game Over. In deze grappige strip probeert een kleine barbaar in een game het spel tot een goede einde te brengen, maar moet iedere aflevering het onderspit delven. En dan is het ‘game over’. De bekende strips uit Eppo geven hun eigen versie van dit concept. Zelfs Haas doet er aan mee. Ger Apeldoorn reisde af naar het Waalse Lasne in de buurt van Waterloo om achter de schermen te kijken met stripmakers Midam, de bedenker van Game Over en Adam, de tekenaar van de strip.
Mensen vragen me wel eens wat ik nu zoal doe op een dag als stripjournalist. Hier een beknopt en selectief overzicht van een paar dagen. De meeste meldingen van geschreven blogposts heb ik achterwege gelaten, want die publicaties hebben jullie natuurlijk allemaal al gelezen. 😉
Woensdag 13 februari
De afgelopen dagen hard gewerkt aan de HAFF bijdrage in de VPRO Gids. Vandaag een beetje rustig dagje.
Werkbezoeken aan de American Book Center en Lambiek. Met Klaas van de winkel een Daily Webhead video opgenomen.
Kwam bij Lambiek Maikel Verkoelen nog tegen van World of Dik. Hij logeerde een weekje in Amsterdam. Ben benieuwd naar zijn nieuwe album waar hij langere verhalen voor aan het maken is.
Leeshuiswerk: Action Comics van Grant Morrison. Een nieuwe, frisse kijk op superpadvinder Superman.
Donderdag 14 februari Mokerontwerp bestaat 5 jaar en viert feest. Samen met Linda de mannen bezocht. Onder andere leuke gesprekken gevoerd met Frits Jonker die die avond kwam drummen (!) en Piet Schreuders, de artdirector van de VPRO Gids. Schreuders heeft een boek geschreven over de locaties in Londen waar The Beatles allemaal zijn geweest. Dat deed me denken aan mijn zoektocht naar Spider-Man in New York van een paar jaar geleden. Kwam ook Yuri Jonker, de broer van Frits, letteraar en tekenaar, tegen. Moet maar eens in zijn werk duiken.
Vrijdag 15 februari
Rudi de Vries bij De Wereld Leert Door gekeken en over geblogd. Het is de eerste keer dat ik DWLD heb gekeken en waarschijnlijk de laatste: wat een oppervlakkigheid weer. Ze gaan bij dit soort programma’s niet dieper dan de gemiddelde espresso: informatie als vermaak.
Eindelijk de nieuwe Zone op de deurmat. De honderdste. Leuk verhaal van Natasja van Loon over de geschiedenis van de Zone, een aandoenlijke bijdrage van Rood Gras en een mooie vertelvondst in de strip van Frederik van den Stock.
Maandag 18 februari
Bezoek festivalkantoor van het Imagine Filmfestival. Met de directeuren besloten dat ik in tegenstelling tot vorig jaar geen lezing zal geven. Aanvankelijk zou ik wellicht iets met het thema psychotic women gaan doen. Een thema dat mij erg aanspreekt: alleen mijn datinggeschiedenis zou al genoeg stof tot spreken opleveren. Aangezien de schrijfster van het boek over dit onderwerp al een lezing gaat geven, gaat het feest niet door.
Martin Lodewijk belde op om onze interviewafspraak een weekje te verzetten.
Drie delen Haas gelezen.
In de avond bracht Esther van Uitgeverij Xtra de nieuwe Natte maan en Fast Forward van Serge Baeken langs. Service! (En ja, daar ga ik dus nog over schrijven.)
Dinsdag 19 februari Recensie over Haasgeschreven en gepubliceerd. Blij verrast door de kwaliteit van deze strip.
Woensdag 20 februari
Samen met collega freelancer Liselotte Doeswijk geluncht in de Balie. Ze vertelde met dat ze voor Sonic Acts gaat bloggen.
Leeshuiswerk die dag: Scarlet Spider (erg vermakelijk!), Superior Spider-Man #4 (Het blijft bagger. Ik kan niet wachten tot Dan Slott de zak krijgt bij Marvel.)
Donderdag 21 februari
Weer feest, dit keer in de Melkweg: Zone 5300 en Schokkend Nieuws zijn allebei honderd nummers oud. Behalve de filmvertoning van Universal Soldier heb ik zo’n beetje alles gemist van de leuke korte filmpjes in de bioscoop. Ook van de band heb ik niets gehoord. De hele avond gezellig met stripmakers en vrienden in het theehuis van de Melkweg staan praten. Daar zijn die feestjes immers voor.
Het oor van Gogh, een aflevering van Agent 327 gelezen voor research. Ik denk dat dit mijn favoriete avontuur van ‘het geweten van Nederland is’. Weer een strip over Van Gogh trouwens. Die schilder spookt de laatste maanden, sinds het boek van Barbara Stok, vaak door mijn hoofd en ik kom hem overal tegen.
Pitch geschreven voor twee nieuwe afleveringen van Stripplaatje onder de loep.
Zaterdag 23 februari Minneboo leest over de nieuwe cartoonbundel van Peter de Wit geschreven. In de middag naar de Jordaan afgereisd voor de opening van de Peter Pontiac expositie. Kort voor de opening even met Peter een video-interview gedaan over de expo en over zijn ziekte. Toen we het kantoor uitliepen was de galerie al helemaal gevuld met bezoek wat het maken van shots van zijn tekenwerk erg moeilijk maakte. Nou ja, je moet het doen met wat je kunt krijgen. Bij thuiskomst meteen achter Final Cut Pro gekropen en in een ruim uur de reportage gemonteerd en op YouTube gezet.
Zondag 24 februari De nieuwe Stripgids van kaft tot kaft gelezen. Vooral de interviews met Manu Larcenet en Jacques Tardi waren zeer informatief. Ik denk dat Stripgids het beste volbloed striptijdschrift van de Benelux is. Dat zeg ik niet omdat ik er soms voor schrijf, maar het is juist andersom: ik ben er voor gaan schrijven omdat ik het zo’n goed blad vind. Meteen een idee gepitcht aan Toon Horsten, de hoofdredacteur.
De dag eindigde natuurlijk met een verse aflevering van de serie Fringe die ik sinds twee weken aan het kijken ben. Heerlijke ongeloofwaardige doch vermakelijke onzin.
Maandag 25 februari
Interview met Martin Lodewijk voor de VPRO Gids voorbereid: me verdiept in de bibliografie van Lodewijk, en verschillende albums van zijn hand gelezen, waaronder Agent 327 en January Jones.
Storyboards genieten bij het grote publiek weinig bekendheid. Toch is deze kunstvorm in de schaduw een belangrijk onderdeel van het filmproces. Tekenaar Jim Cornish licht zijn vak toe.
‘Het mooie aan mijn werk is dat ik de hele dag mag tekenen. Neem mijn vader bijvoorbeeld, die werkte zonder plezier in een bandenfabriek, omdat het brood op de plank bracht. Ik krijg betaald om mijn hobby uit te voeren. Ik ga naar de studio, pak een potlood en ga aan de slag. Soms teken ik mijn ideeën of ideeën van anderen, maar ik ben aan het tekenen. Fantastisch!’ zegt Jim Cornish (1967), de storyboardtekenaar die op een goede dag dertig tot veertig platen tekent.
Erkenning
De Brit maakte voor de laatste vier delen van de Harry Potter-reeks duizenden tekeningen. Ook tekende hij storyboards voor onder meer de nieuwste Bond-film Skyfall, Event Horizon, Snow White and the Huntsman en Phantom of the Opera van Joel Schumacher. Toch zal zijn naam bij de gemiddelde filmliefhebber geen belletje doen rinkelen, want storyboarden is een onzichtbare kunst waar over het algemeen weinig waardering voor is. Op dvd’s en in making of-boeken treft men ze zelden aan, in tegenstelling tot de glossy ontwerpen en sfeertekeningen van het art department. ‘In het boek The Art of Harry Potter: From Page to Screen staan in totaal slechts drie storyboard-tekeningen in een boek van vierhonderd pagina’s!’ zegt Cornish, al beklaagt hij zich er verder niet over: ‘Vroeger vond ik het vervelend omdat ik erkenning wilde voor al het werk dat ik gedaan heb. Tegenwoordig vind ik het leven daar tekort voor en ga ik gewoon verder met een volgende klus. Bovendien zullen sommige mensen zeggen: “Hey, je hebt vijftien maanden betaald gekregen, is dat niet genoeg erkenning?” Eigenlijk is dat wel zo.’
Voldemort
Het storyboard is een belangrijk onderdeel van het filmproces. Meestal getekend met een snelle hand in zwart-wit potlood, zijn de plaatjes een visuele weergave van wat de regisseur voor ogen heeft. Het storyboard is er om praktische informatie te verstrekken aan de verschillende departementen. In één oogopslag ziet men welke shots er gedraaid zullen worden en of er special effects of praktische effecten aan te pas komen, of er stunts in de sequentie zitten en welke andere bijzonderheden er nog uitgedokterd moeten worden. ‘Het gaat er niet om dat de personages goed op de acteurs lijken, zolang ze maar herkenbaar zijn. De crewleden zijn meer geïnteresseerd in wat Voldemort doet dan of hij de laatste mode draagt of dat zijn make-up correct getekend is,’ grapt Cornish.
Vaak wordt niet de hele film getekend; met scènes waarin acteurs tegen elkaar praten, bemoeit Cornish zich niet. ‘Neem ons gesprek bijvoorbeeld, dat is niet meer dan twee mannen die in een ruimte aan een tafel zitten te praten. De regisseur zal dat op zijn eigen manier gaan draaien. Pas wanneer er een T-Rex door het raam komt kijken, word ik ingeschakeld.’
Geen haastklus
Ondanks de hoge tijdsdruk waaronder hij werkt, zijn de tekeningen van Cornish opvallend gedetailleerd. ‘Sommige mensen vinden ze zelfs te gedetailleerd en tot op zekere hoogte hebben ze gelijk. Die details kosten tijd en ik ben niet de snelste tekenaar, maar juist aan de detaillering herkent men mijn handschrift. Het zou niet slim zijn om de reputatie die ik in de laatste 20 jaar heb opgebouwd teniet te doen door anders te gaan tekenen.’
Ondanks zijn ervaring blijft Cornish bescheiden: ‘Tekenen is een van de weinige dingen die ik relatief goed kan, al blijf ik wat onzeker over mijn tekeningen. Ik heb nooit het gevoel dat ze zo goed zijn als dat ze zouden moeten zijn. Ik wil ook het idee hebben dat er altijd ruimte voor verbetering is, dat ik mezelf blijf ontwikkelen. Zodra dat niet meer het geval is, dan val ik waarschijnlijk dood neer of stop ik er gewoon mee.’
Batman
Ik spreek Cornish eind april, na zijn publieke interview op het Imagine filmfestival. Omdat dit jaar het thema superhelden centraal staat, draagt de tekenaar een Batman T-shirt. Maar Cornish heeft ook een persoonlijke band met deze stripheld: met plezier denkt hij terug aan zijn tijd bij Batman Begins en The Dark Knight van Christopher Nolan. ‘Het is altijd goed voor je cv om aan zo’n grote film mee te werken, maar daarnaast is Batman tekenen verschrikkelijk fijn: we hebben het immers over een bijna psychotische man die in lycra gekleed misdadigers in elkaar timmert. Vooral de Batmobile, de Tumbler, vond ik fantastisch om te tekenen. Door zijn typische vorm lijkt hij niet eens op een auto, hij kan op en neer springen en rijdt door alles heen, dus kon ik veel actie tekenen.’
Daarbij bood Batman Begins Cornish de kans om samen te werken met zijn held en collega storyboardtekenaar Martin Asbury, met wie hij inmiddels goed bevriend is. ‘Martin heeft aan veel James Bond-films gewerkt en van hem heb ik kleine trucjes geleerd, bijvoorbeeld door de Tumbler zo te tekenen dat het lijkt alsof hij door de snelheid loskomt van de grond. Simpele trucjes eigenlijk, zoals snelheidslijntjes en zo, maar je moet er maar opkomen.’
Strips ontbraken volledig in mijn opvoeding. Dat spijt me, want door striplezen was ik waarschijnlijk een betere tekenaar geworden.
Stripmaker
Naast de twee Batmans tekende Cornish de storyboards voor X-Men: First Class. Toch kiest hij niet bewust stripverfilmingen uit, maar werkt Cornish aan het genre dat op dit moment populair is, wat nu sprookjesfilms zijn. ‘Storyboards worden over het algemeen meer voor de fantastische film gebruikt. Overigens vind ik het heerlijk om aan sciencefiction- en fantasyfilms te werken, want daarvoor moet je meer ontwerpen. Bij films die zich in het heden afspelen, is het vooral een kwestie van gevonden voorwerpen en bestaande locaties tekenen. Kijk, uiteindelijk gaat het erom iets te creëren dat de moeite waard is. Daarom is het leuk om een aandeel te hebben in hoe de Batmans, Bond-films en de Potters gaan worden, hoe klein dat aandeel ook mag zijn.’
Er is een opvallende gelijkenis tussen strips en storyboards, je zou storyboards als een stripversie van de te maken film kunnen zien. Toch is de tekenaar geen stripliefhebber: ‘Dat is waarschijnlijk vloeken in de kerk, maar strips ontbraken volledig in mijn opvoeding. Dat spijt me, want door striplezen was ik waarschijnlijk een betere tekenaar geworden. Natuurlijk zijn er veel overeenkomsten tussen wat ik doe en wat een stripmaker doet. We vertellen allebei op een visuele manier een verhaal. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat zoveel stripmakers storyboardtekenaar geworden zijn.’
Opmerkelijk genoeg begeeft Cornish zich voorzichtig op het pad van de stripmaker. Samen met een vriend ontwikkelt hij een Angelsaksisch verhaal dat zich 6-700 jaar na Christus afspeelt en onderzoekt waar mythes vandaan komen. ‘Er was toen een strijd gaande tussen verschillende culturen, zoals het heidendom en christendom. Daarover bestaan allerlei vragen: waar komt bijvoorbeeld het iconografische beeld van het zwaard in de steen vandaan? Het lijkt me interessant om rond die kwesties een verhaal te weven.’
Dit artikel is gepubliceerd in VPRO Gids #28 (2012)