Tag: Jim Mooney
A close look at classic Marvel Team-Up #28 by Gerry Conway and comic book artist Jim Mooney. A fun and a bit unbelievable story about the Amazing Spider-Man and the mighty Hercules.
I especially like the old school artwork of Jim Mooney (1919-2008). An artist who worked a lot in the Silver Age of comics and is known for drawing Supergirl and Spider-Man. He also inked a lot of Spider-Man comics, such as Spectacular Spider-Man, and the work of the young John Romita Jr. when he worked on Amazing Spider-Man in the early eighties.
Spider-Mans stormachtige liefde
Geef me een bundel met oude Spider-Man-strips en je hebt geen kind aan me. De afgelopen weken vermaakte ik me ook prima met Essential Peter Parker, The Spectacular Spider-Man Vol. 4.
Verhalen geschreven door Bill Mantlo en Al Milgrom, die van de meeste comics ook de tekeningen voor zijn rekening nam terwijl Jim Mooney deze inkte. Milgrom is een adequate tekenaar die van alles kan visualiseren. Al is zijn stijl wel wat stijf.
Desondanks komt hij met interessante beelden, zoals je hier kunt zien:
Inderdaad, ik heb de Nederlandse Peter Parkers ook gewoon in de kast staan. Dit is een omnibus die toevallig dezelfde cover heeft als de Essential, al is illustratie voor de Essential duidelijk opnieuw ingekleurd. Ik weet dat sommige strippuristen daar een hekel aan hebben, maar op zich pakt het hier best aardig uit.
Milgrom is een goede covertekenaar. Ik vind het vooral leuk hoe hij het web op Spider-Mans-kostuum tekent, een beetje zoals Steve Ditko dat deed.
Ook komt het creatieve team soms met grappige visuele vondsten zoals hier:
En deze splash-page laat de makers achter de schermen zien:
Relatieproblemen
In deze bundel hebben Spider-Man en ex-dievegge Black Cat een stormachtige relatie. Dat lijkt een opwindend idee, zo’n lekkere en gewillige stoeipoes in een strak pakje, maar zoals altijd pakken dingen negatief uit in het leven van Peter Parker. (Daarover heb ik ook in mijn boek Mijn vriend Spider-Man geschreven. Ik vergelijk deze relatie met die van een groupie en een popartiest.)
Spider-Man wil eigenlijk niet dat zijn vriendin hem helpt met het bestrijden van de misdaad, want dan zou ze maar gewond kunnen raken. Cat heeft immers geen speciale krachten. Die krijgt ze uiteindelijk wel van Spideys aartsvijand Kinpin, maar in beginsel weet hij dat niet.
Maar dat is niet eens het grootste probleem van hun liefdesrelatie. Aangezien Cat alleen interesse heeft in avonturier Spider-Man en niet in Peter Parker, kun je wel raden hoe dit gaat aflopen. Daar hoef je geen spoiler-waarschuwing voor te geven. Sowieso moet dat niet voor verhalen die meer dan dertig jaar oud zijn.
Hoe zou een toekomst tussen Spidey en Cat eruit zien? Dat vraagt Peter Parker zich ook af:
Helaas heeft Cat helemaal geen boodschap aan een burgerleven. Het feit dat ze alleen maar lol wil trappen met Spider-Man en dat de problemen van Peter Parker haar volledig koud laten, begint onze held op den duur goed te irriteren:
Uiteindelijk zal de relatie dus op dit uitlopen:
Essential Peter Parker Vol. 5 ligt overigens al op me te wachten.
Spider-Man vs. Juggernaut
‘Nothing Can Stop the Juggernaut’ is een klassiek Spider-Man-verhaal waarin schrijver Roger Stern laat zien dat Spider-Man nooit opgeeft, ook als zijn tegenstander een maat of twee, drie te groot voor hem is.
Achter in Mijn vriend Spider-Man heb ik dit avontuur opgenomen in mijn top 15 beste Spider-Man-verhalen. Het is een van de zwaarste gevechten die Spidey ooit gevoerd heeft. Al mag je daar natuurlijk best over twisten. Onze held heeft immers verschrikkelijk veel confrontaties moeten doorstaan in zijn carrière en daarbij neemt Spider-Man het vaak op tegen een enorme overmacht.
Dit blijft echter een van mijn favorieten. Niet in de laatste plaats vanwege het strakke tekenwerk van de toen nog jonge John Romita Jr. geïnkt door Jim Mooney.
Warme omhelzing
Spider-Man en Black Cat maken het gezellig op een dak in New York.
Script: Roger Stern.
Tekening: John Romita Jr. en Jim Mooney.
Kleur: Bob Sharen.
Uit: Amazing Spider-Man #226.
Naarmate je ouder wordt, lijkt het steeds moeilijker om vriendschappen te onderhouden. Sommige vrienden raken in de vergetelheid. Dat ondervindt Peter Parker, de spectaculaire Spider-Man, ook.
Als een ongebruikt ziekenhuis in de fik vliegt, vermoedt Spider-Man dat de Molten Man wel eens de dader kan zijn. Daarom wil hij Harry en Liz Oborn waarschuwen, want Molten Man is de stiefbroer van Liz en die zou wel eens richting zijn zusje kunnen gaan om problemen te veroorzaken. Peter wil Harry bellen, maar beseft dat hij eigenlijk geen idee heeft waar zijn oude, voorheen beste vriend, tegenwoordig woont. Een telefoontje naar Flash Thompson benadrukt nog maar eens hoe de oude vriendengroep uit elkaar is gegroeid:
De scène deed me beseffen hoe weinig mensen ik tegenwoordig nog zie van mijn middelbareschooltijd. Ik heb daar één goede vriend aan over gehouden, terwijl de mensen met wie ik toentertijd omging en ik, onafscheidelijk leken. Hetzelfde geldt, weliswaar in mindere mate, voor mijn studietijd. Zelfs een van mijn beste vriendinnen uit die tijd zie ik tegenwoordig een stuk minder. Sterker nog: via een Facebookupdate kwam ik erachter dat ze inmiddels een derde dochtertje had gekregen. Ik wist niet eens dat ze zwanger was.
Natuurlijk mis ik haar, maar ik besef me ook dat onze levens heel anders zijn geworden sinds onze studietijd. Zij heeft een man en drie kinderen. En ik niet. Het leven van een stel met kinderen is significant anders dan een stel zonder. En agenda’s synchroon met elkaar krijgen is een echte uitdaging.
Naarmate je ouder wordt, lijkt het steeds moeilijker om vriendschappen te onderhouden. Sommige vrienden raken in de vergetelheid. Vaak komen daar weer andere mensen voor in de plaats.
Dat zie je ook in dit verhaal uit Peter Parker, The Spectacular Spider-Man #63. Molten Man blijkt inderdaad bij Harry en Liz te zijn. Als Spider-Man aanbelt ontstaat er een heftig gevecht tussen hem en de superschurk. Molten Mans lichaamtemparatuur is zo heet dat hij de omgeving in de fik steekt. Tijdens het gevecht brandt het huis van Liz en Harry tot op de grond af. De buren komen echter een handje helpen om Molten Man tegen te houden:
Dit doet de temperatuur van het heethoofd iets dalen, waardoor Spider-Man kans ziet de schurk in het zwembad te slaan. Hierdoor koelt hij volledig af en is hij uitgeschakeld. Ondertussen is het huis van de Osborns afgebrand en oppert Harry dat ze opnieuw moeten beginnen. Dan volgt een hartverwarmend moment waarin de buren van de Osborns hen te hulp schieten:
Inderdaad, beter goede buur dan een verre vriend. Sinds Harry en Liz naar New Jersey verhuisd zijn, hebben ze nieuwe sociale contacten gelegd en nieuwe vrienden gemaakt.
Peter Parker, The Spectacular Spider-Man #63 (1982). Verhaal: Bill Mantlo, tekeningen Greg Larocque. Inkt: Jim Mooney.
Spidey’s web: Ed Hannigans Spider-Man
Ik ben blij dat ik recent begon met het (her)lezen van de serie Peter Parker, The Spectacular Spider-Man. Anders had ik nooit het werk van Ed Hannigan ontdekt.
Hannigan werkte als tekenaar, coverontwerper en schrijver voor zowel Marvel als DC. Zijn carrière loopt grofweg van de jaren zeventig tot in de jaren negentig. Tegenwoordig heeft hij multiple sclerose en tekent hij volgens mij helemaal niet meer. Dat is heel spijtig, want hij was erg goed.
Kijk maar eens naar deze openingspagina uit PPSS #64. Ik vind het drie prachtige platen onder elkaar met een goede, scherpe zwart-wit verdeling. Niet alleen het tweede plaatje, waarin we Spider-Man voorbij zien slingeren, is fantastisch, de onderste plaat is een mooie impressie van een straat in New York anno begin jaren tachtig,
Digitaal lezen
Het grafische werk komt het beste tot zijn recht als je het zo groot mogelijk bekijkt. Tegenwoordig lees ik veel comics digitaal en als de scan van hoge kwaliteit is, kun je lekker diep inzoomen. Dat verandert de relatie met het beeld. De stripplaatjes komen weliswaar meer op zichzelf te staan, maar je kunt wel details veel beter bekijken. Bovendien komen kleuren mooier uit op de monitor dan op het pulp-achtige papier waar comics toen op afgedrukt werden. Op dat papier vervaagden de kleuren zwartvlakken. Het is juist door dit inzoomen dat ik een herwaardering voor het werk van Hannigan kreeg, juist doordat ik de details beter kan bestuderen zo. Het inktwerk is trouwens van Jim Mooney.
Cloak & Dagger
Bovengenoemd nummer is extra speciaal, omdat het Cloak & Dagger introduceert. Schrijver Bill Mantlo en Hannigan creëerde dit tienerduo. Doordat de maffia hen gebruikte als proefkonijn om experimentele drugs uit te testen, kregen zij hun speciale krachten. Cloak kan mensen in een duistere dimensie opslokken en hun levensenergie afnemen. Ook kan hij teleporteren. Dagger schiet lichtdolken af die vol levensenergie zitten. Ze kunnen iemand verwonden, doden of juist zuiveren van het gif in hun lichaam. Geen idee hoe die drugs dat voor elkaar hebben gekregen overigens. De rest van de proefkonijnen, allemaal zwerfkinderen, overleefden de experimenten niet.
Om een idee te geven van hoe Cloak & Dagger er ook alweer uitzien, deze prachtige Hannigan-cover:
Dit vind ik ook een prachtige illustratie van Hannigan: Spider-Man slingert naar het dak van zijn ouderlijk huis. Let vooral op de daken achter Spider-Man die Hannigan in diapositief zette. Deed mij denken aan Frank Millers vroege Daredevil-werk en zijn Sin City-comics.
Tante May woont op dat moment in een verzorgingstehuis, maar wil haar oude huis verbouwen om er een pension voor ouderen van te maken. Daarom gaat ons webhoofd er weer een kijkje nemen. Getekend door Hannigan lijkt het welhaast een spookhuis, maar dat is ook niet zo gek: de inbreker die oom Ben ooit vermoorde heeft recent het hele huis van binnen gesloopt op zoek naar een oude schat die inmiddels vergaan was. Papiervisjes hadden de buit al opgegeten.
In deze video zien we Hannigan aan het woord over zijn werk en zijn ziekte:
Jack O’Lantern mag dan de show stelen op een Halloweenfeestje, als internationale terrorist is hij wel het sukkeltje van de klas.
Deze cover van Peter Parker the Spectacular Spider-Man #56 (July 1981) is getekend door Frank Miller. Miller was toen nog een relatief nieuw talent en zoals je ziet, goed in staat om mooie, dramatische illustraties af te leveren. De cover markeert de eerste confrontatie tussen Spidey en Jack O’Lantern. Met zijn brandende pompoenenhelm zou deze terrorist niet misstaan op een Halloweenfeestje of in een amusante horrorfilm. Toch is hij, in tegenstelling tot bijvoorbeeld the Green Goblin of Hobgoblin, die ook allebei op zo’n feestje thuishoren, een beetje een sukkel.
Zijn outfit is een soort van harnas dat hem beschermd tegen kogels en dergelijke, dus handig. Maar hij heeft ook een pogo-platform waarop hij zich voortbeweegt. Als een manisch haasje springt Jack O’Lantern met dat ding alle kanten op, de weerkaatsing tegen muren en vloeren gebruikend om verder te komen. Ik kan me een makkelijker voertuig om mee te ontsnappen voorstellen. Ik denk zelfs dat je meer hebt aan een BMX crossfiets die toentertijd zo populair waren.
Maargoed, hij schiet wel laserstralen af met een polsband, en daar moet je natuurlijk wel voor oppassen. En meedogenloos is hij wel. In het verhaal blijkt dat Jack samen met zijn handlangers een hele ambassade gegijzeld hield, maar werd verslagen door Machine Man. In coma geraakt door een eigen explosie wordt Jack naar het ziekenhuis gebracht waar wel meer superschurken worden behandeld.
Maar er is meer aan de hand dan men op het eerste gezicht denkt. Jack heeft namelijk zichzelf in coma gebracht door een drug te nemen die hij in zijn holle kies had verstopt, zodat de politie hem naar het Bellevue hospitaal zou brengen. Jack O’Lantern heeft bedacht dat het makkelijker ontsnappen is uit een ziekenhuis dan uit een gevangenis. Hij ‘ontwaakt’ dan ook zodra zijn handlangers hem komen bevrijden.
Dan besluit de schurk om het ziekenhuis gegijzeld te houden en tien miljoen dollar losgeld te eisen. Dom, want een van de aanwezigen is Nathan Lubensky, de vriend van Tante May. Als May haar neefje opbelt om te vertellen dat haar vriendje wordt gegijzeld en vraagt of Peter bij haar langs wil komen om haar te steunen tot de narigheid voorbij is, duurt het niet lang voordat Spider-Man door het Bellevue ziekenhuis over het plafond kruipt om de terroristen uit te schakelen.
Dat kost hem relatief weinig moeite, en eigenlijk levert Jack O’Lantern ook niet al te veel problemen op. Spider-Man kan zijn laserstralen makkelijk ontwijken.
Als Jack O’Lantern op zijn pogo-platform naar buiten vlucht, raakt Spidey het platform met een webdraad. Als Jack net rond een vlaggenmast springt en Spidey het webdraad hard aantrekt, vliegt de terrorist richting Spider-Mans vuist. Een ferme knal is genoeg om Jack O’Lantern op de grond te krijgen.
Echt lastig wordt het pas voor Spider-Man als hij later zijn tante bezoekt. Die is natuurlijk heftig teleurgesteld in haar neefje Peter Parker omdat hij niet eerder opdaagde om haar te steunen. Typisch Parker: als Spider-Man heeft hij de mensen kunnen redden, maar hierdoor lijkt het alsof Peter een onverantwoordelijke jongen is waar je absoluut niet op kunt bouwen. Kortom, Peter heeft weer eens pech. Toch valt het leed ook wel weer mee als je bedenkt dat Peter niet Jack O’Lantern is.
Saillant detail: dit verhaal werd geschreven door Roger Stern en de breakdowns (potloodschetsen) zijn gemaakt door Jim Shooter, toen ook de editor-in-chief van Marvel. Jim Mooney inkte Shooters tekeningen.
Spidey’s web: Hoe zal dat aflopen?
Spannende cliffhangers en comics gaan, net als politici en leugens of pindakaas en smakelijk, hand in hand. Het hoort bij de seriële vertelvorm die ervoor moet zorgen dat we iedere maand een nieuwe aflevering kopen. Sommige cliffhangers zijn ware kunststukjes.
Dit stripplaatje sluit Amazing Spider-Man #178 (coverdatum maart 1978) af. Ik vind het een prachtige cliffhanger, want alles is netjes in één frame verpakt. Terwijl Tante May hoognodig geopereerd moet worden, de arme schat heeft in korte tijd twee hartaanvallen gehad, wacht het operatieteam op toestemming van een familielid. Dat is natuurlijk haar neefje Peter Parker, maar zoals je door het raam kunt zien, heeft die op dit moment heel andere dingen aan z’n hoofd. Op weg naar het ziekenhuis werd hij onderschept door the Green Goblin.
Dit keer zit overigens niet Norman Osborn achter het masker van de Goblin, want die is dood. (Tenminste, toen nog wel.) Het is ook niet Harry Osborn, zoals Peter vermoedt, maar Bart Hamilton, de psychiater die de opdracht heeft Harry te genezen van zijn criminele gekte. Je zou kunnen zeggen dat Hamilton er nogal onorthodoxe methoden op na houdt om zijn patiënt te genezen, maar in werkelijkheid denkt Hamilton een betere criminele superschurk te zijn dan Harry of Norman Osborn. Een psychiater die ze zelf niet helemaal geestelijk op een rijtje heeft, wie had dat kunnen denken?
Hoe dan ook, in een stripplaatje is duidelijk hoeveel het leven van een superheld soms op een aflevering uit een soap lijkt. Met dank aan schrijver Len Wein, tekenaar Ross Andru en inktwerk van Jim Mooney.
Spidey’s web: Superwas
Een nieuwe aflevering met het thema kostuumdrama. Als superheld kun je natuurlijk niet je kostuum bij de stomerij afleveren of deze in een wasserette in de machine stoppen. Of wel?
Er zijn opvallend veel Spider-Man-verhalen waarin we Peter een wasje zien doen. Hij wast zijn kostuum natuurlijk thuis, meestal met de hand. Waarschijnlijk is hij bang dat de kleuren van zijn kostuum zullen afgeven op de rest van de was.
Overigens is dat Spider-Man kostuum wassen een running gag die door verschillende schrijvers is opgepikt. Denny O’neil maakte het overigens wel erg bont in Amazing Spider-Man #213. Peter denkt lekker goedkoop zijn eigen zeep te maken en wast zijn Spider-Man pak daarin. De resultaten steken echter bleekjes af bij de verwachtingen:
Pagina’s lang slingert hij door New York in zijn uitgebleekte kloffie om daarna maar snel weer een nieuw pak in elkaar te zetten.
Volgens Sam Raimi, die drie Spider-Man-films regisseerde, kan Peter Parker net zo goed zijn Spidey kostuum wassen in een wasserette, zoals we in Spider-Man 2 kunnen zien. Raimi maakt van de gelegenheid gebruik om zijn hoofdrolspeler een beetje voor aap te zetten doordat het kostuum inderdaad afgeeft op Peters witte was.
Het is trouwens opvallend hoeveel YouTube video’s er zijn met het thema Spider-Man en wassen. Overigens betreft het vooral flauwe grappen.
Realisme
Het doen van de was is een zeer alledaagse bezigheid. Door dit soort zaken in de Spider-Man-verhalen te vermengen, geven de schrijvers van Marvel ze een realistisch tintje. Hetzelfde geldt voor scènes waarin Peter Parker te maken krijgt met burengerucht, momenten waarop de huurbaas aanklopt voor de achterstallige huur en die keren dat Peter Parker tijd heeft om een hapje te gaan eten en blijkt dat zijn koelkast alleen nog maar beschimmeld brood bevat omdat hij door alle drukte geen tijd heeft gehad om boodschappen te doen: