Categorieën
Minneboo leest Strips

Minneboo leest: Marvel Team-Up

Van de week kwam er weer een leuk pakketje binnen vol met bestellingen. Ook al heb ik een aardige voorraad strips in de kast staan die op me wacht, toch kan ik het vaak niet laten om alvast nieuw leesvoer aan te schaffen.

Wat strips betreft is mijn verzamelwoede er in de loop der jaren niet minder om geworden. Ik vermoed dat ik mezelf inmiddels een jaar kan opsluiten van de buitenwereld en dan genoeg leesvoer heb zonder ook maar iets nieuws aan te schaffen. Ik vind dat wel een leuk idee.

Daarbij vind ik het ook veel te leuk om stripwinkels te bezoeken, om een praatje te maken met de verkoper en om te zien wat er allemaal uit is gekomen. Zelden ga ik dan met lege handen naar huis wat weer vollere kasten betekent.

Nieuwe leesvoorraad.
Nieuwe leesvoorraad.

Ik heb laatst dus veel Marvel Team-Ups gekocht. Lekker ouderwetse superheldenverhalen waarin Spider-Man samenwerkt met een collega of collega’s uit het Marvel Universum. Tenminste, de meeste deeltjes speelt Spidey een hoofdrol.

Toen ik eind vorig jaar stripmaker Steven de Rie bezocht in Antwerpen, zag ik een Essential-bundel van deze reeks in de kast staan. ‘Verdorie, die heb ik nog niet niet,’ zei de verzamelaar in mij. De locale stripwinkel had ze niet, uiteindelijk Cheap Comics wel.

marvel team up claremont byrneEigenlijk ben ik niet zo’n heel fan van Essentials: de strips worden gedrukt op goedkoop papier, in zwart-wit. Ik heb een voorkeur voor kleuren herdrukken. Aan de andere kant heb je echt heel veel comics in zo’n Essential-bundel. Ze zijn dus relatief goedkoop. En behalve de trade van Chris Claremont en John Byrne verhalen, die wel in kleur zijn gereproduceerd, heb ik nog een andere Marvel Team-Up trades kunnen vinden. Dus dan toch maar Essentials.

Zwart-wit uitgaven doen me overigens wel weer terugdenken aan comics van Classics en Hip comics indertijd. De eerste Wonderbaarlijke Spinnemannen en Het Monster van Frankenstein kan ik me nog goed herinneren. Stuk gelezen, want ze zaten in de striptas van mijn opa en oma die telkens weer opnieuw uit de kast werd gehaald als we iets wilden lezen.

Fijn hoe nieuwe strips in de kast toch een prettig nostalgisch gevoel kunnen oproepen.

Categorieën
Juniorpress Strips

Weeshuis voor strips

Van de week belde maatje Chris me op: ‘We zijn de studio aan het opruimen en hebben een berg comics liggen die wegmoeten. Wil jij ze misschien hebben?’

Nu is mijn huis al een behoorlijk magazijn aan het worden en de stripkasten beginnen ook aardig vol te raken. Toch was ik nieuwsgierig naar wat er in de stapel te vinden zou zijn. ‘Veel Nederlandse comics van Juniorpress en wat Amerikaans spul,’ vertelde Chris.

Op Nederlandse vertalingen zat ik niet echt te wachten. De Nederlandse comics die ik vroeger kocht, koester ik, maar tegenwoordig lees ik liever de oorspronkelijke versies.

Uiteindelijk ging ik overstag en een paar uur later stond Chris in mijn woonkamer met een enorme Ikea-tas vol comics. Chris is behalve stripliefhebber en Star Wars-nerd in het dagelijks leven een heel goede illustrator die samen met een stel vrienden Moker Ontwerp runt. Ze maken onder andere illustraties en omslagen voor boeken en de VPRO gids. Net als ondergetekende is Chris ook een Spider-Man-fan, dus we hebben altijd wel wat te bespreken als we elkaar zien. De rest van de avond hebben we dan ook zitten praten.

ikea-comic-tasDe volgende dag heb ik de Ikea-tas rustig uitgepakt, nieuwsgierig naar welke schatten deze allemaal herbergde. Ik legde de comics per serie op tafel en kwam al snel tafel te kort.

Er zat inderdaad veel Juniorpress tussen: veel X-Men, Spawn, Generation X en Wolverine. Ook Amerikaanse versies hiervan. Comics met Wolverine in de hoofdrol lust ik graag. X-Men is lange tijd een van mijn favoriete series geweest. Er zaten ook enkele deeltjes Wonder Man tussen waar ik meteen zin in kreeg. Ik heb van Wonder Man namelijk nog nooit een solo-avontuur gelezen.

Al de comics zijn afkomstig uit de jaren negentig – niet echt bepaald het beste tijdperk met de beste verhalen, wat de reeks X-Force van Rob Liefeld goed demonstreert. Ook was ik verbazend enkele deeltjes Tomb Raider tegen te komen: nooit geweten dat JP die ook uitgaf.

De meeste comics staan inmiddels in de kast. Wanneer ik eraan toe kom om ze te lezen, weet ik nog niet, maar ik vind het een fijn idee dat ze bij mij onderdak hebben gevonden. Mijn werkkamer is een soort weeshuis voor strips geworden, of Weeshuis van de strips, vrij naar het radioprogramma Het weeshuis van de hits, dat tot 1991 te horen was en wat ik vaak luisterde als ik mijn huiswerk deed.

Deze mooie cover van John Byrne zat er ook bij. (Maar die had ik al in de kast staan.)
Deze mooie cover van John Byrne zat er ook bij. (Maar die had ik al in de kast staan.)

Toch moest ik bij het uitzoeken het meeste aan Frits Jonker denken, die allerlei dingen van mensen krijgt opgestuurd. Vaak zijn dat dingen die ze niet meer willen hebben, maar die Frits met open armen ontvangt: postzegelverzamelingen, oude boeken, spaarzegels of reclameplaatjes.

Ik wilde nog een foto nemen van de tafel vol met strips, maar ik dacht daar pas weer aan toen ze al in de kast stonden. Hoe dan ook: ik ben blij dat Chris aan me dacht en de comics bij mij onderbracht. Ze staan nu gezellig bij de andere X-Men comics en strips van Juniorpress.

Categorieën
Strips

Stripmaker John Byrne aan het werk

De Britse stripmaker John Byrne (1950) is een van de vele tekenaars die ik bewonder. Hier zien we hem achter de tekentafel aan het werk:

john-byrne-tekentafel-webIk kwam de foto tegen op het prachtige blog John Byrne Draws dat werkelijk propvol staat met het tekenwerk van de meester. Onderschrift: John Byrne at his drawing board. 2009.

De foto goed bestuderend, dacht ik dat Byrne zat te werken in een stripwinkel. Je ziet namelijk action figures in een vitrine, een Betty Boop bij het raam en verschillende stukken origineel tekenwerk aan de muur.

Nieuwsgierig naar de achtergrond van dit kiekje stuurde ik de beheerder van het blog een bericht. Die was zo aardig om te antwoorden:

That is John’s art studio in his home in Connecticut. He has dozens of his favorite action figures and statues surrounding him. Superman, Batman and Wonder Woman are his biggest collections. Along the walls he has original art from many of the legends of comics and he has model airplanes hung from above.

Erg leuk, zo’n kijkje in de tekenstudio van een van de beste stripmakers van de Amerikaanse stripindustrie. Ik ben erg fan van Byrnes Fantastic Four-werk, hij tekende en schreef de superheldenfamilie vijf jaren lang. Ook bewonder ik zijn werk aan de reeks X-Men en de paar Hulk-comics die hij tekende.

ff236_johnbyrne

john byrne ff she hulk

john byrne at marvelEr zijn overigens nog een hoop comics getekend door John Byrne die ik nog nooit gelezen heb, zoals zijn run van Alpha Flight. Er valt nog een hoop moois te ontdekken wat dat betreft.

Byrne wordt geïnterviewd.
Byrne wordt geïnterviewd.

Meer weten en zien van Byrne? Check de bio op zijn website.

Categorieën
Spidey's web Strips

Spidey’s web: Spider-Man en de gouden blocnote

De Beyonder verandert een heel gebouw in puur goud. Als Spider-Man ziet dat misdaadbaas Kingpin rijkelijk beloond wordt door de overheid, steelt hij een gouden blocnote. Al snel begint zijn geweten te knagen.

marvel-amazing-spider-man-epic-15Marvel geeft tegenwoordig dikke omnibussen uit onder de noemer Epic Collection. Deze bundelingen bevatten een lange aan elkaar gesloten reeks van een serie, maar worden niet in volgorde uitgegeven. Om dat wat duidelijker te maken, van Amazing Spider-Man zijn nu Volume 1: Great Power (Amazing Spider-Man #1-17, Annual #1), Volume 15: Ghost of the Past, Vol 20: Cosmic Adventures en Vol 22: Round Robin verschenen. Ik denk dat je uiteindelijk de hele serie zo op je plank zal hebben staan, maar met Marvel weet je het nooit zeker.

Recent las ik Vol. 15: Ghosts of the past. Een prachtige bundeling van verhalen die in 1984 en 1986 zijn verschenen en waarvan het merendeel is gemaakt door Tom DeFalco en Ron Frenz – een van mijn favoriete Spider-Man-teams. Op Brainfreeze.be staat een goede, uitgebreide recensie van deze bundel.

Flashbacks
Ik zou echt hele afleveringen van Spidey’s web kunnen volschrijven over de rijkdom in deze bundel, maar eigenlijk heb ik dat al gedaan. Het verhaal van The Spectacular Spider-Kid staat er in bijvoorbeeld, Trade Secret  en ook die grappige scène met de zonnende buurmeisjes.

In de bundel zijn opgenomen: Amazing Spider-Man #259-272, Annual #18-19;
Web of Spider-Man #1, 6. Je ziet dat er niet alleen nummers van Amazing Spider-Man in staan, maar ook wat van Web van Spider-Man om het verhaal compleet te maken. In Web #1 krijgt Peter Parker het namelijk aan de stok met het Symbiont die uit het Baxter Building is ontsnapt om wraak te nemen. Dat levert een boeiende scène op waar ik het een volgende aflevering van Spidey’s web over ga hebben. Ook is Web #6 in de bundel opgenomen omdat dit verhaal wordt afgemaakt in Amazing Spider-Man #268. De twee covers sluiten op elkaar aan. Een toffe illustratie van John Byrne:

webofspiderman6-amazingspider-man268

Gouden blocnote
Een goed verhaal trouwens: de Beyonder, de oppermachtige entiteit uit Secret Wars, is naar de aarde gekomen om meer over de mensheid te weten te komen. Als hij er dankzij gesprekken met Spidey en anderen achterkomt dat we nogal wat waarde hechten aan financiële rijkdom, besluit hij een heel gebouw en alle niet-levende materialen daarin te veranderen in goud. Een ramp natuurlijk, want als zoveel goud opeens op de financiële markt terechtkomt, stort die hele markt in. Het is daarom zaak dat de bevolking hier niet achterkomt. Met de hulp van misdaadbaas Kingpin wordt het gebouw geheim gehouden van het grote publiek. Het leger zorgt ervoor dat het ingestorte gebouw zo snel mogelijk wordt weggehaald en dat de stukken goud in een diepe geul in de oceaan worden gedumpt.

Voor het zover is redt Spider-Man de mensen die in het gebouw aanwezig waren toen het in goud veranderde en instortte. Terwijl hij dat doet krijgt onze held een flinke uitbrander van Charles Anderson die namens de Amerikaanse regering de operatie leidt. Anderson vindt dat Spider-Man niets te zoeken heeft bij het gebouw en probeert hem weg te jagen door op hem te laten schieten. Gelukkig laat het Webhoofd zich niet wegjagen en zorgt ervoor dat er nog mensen levend uit het pand komen.

Als Spidey ziet dat Kingpin voor zijn moeite enkele gouden typemachines krijgt van de overheid, besluit hij boos zelf een gouden blocnote mee te nemen dat hij in een prullenbak in het pand vindt.

Uit: Web of Spider-Man #6.
Uit: Web of Spider-Man #6.

Als Kingpin miljoenen krijgt voor de moeite, dan mag Peter toch zeker ook wel een kleinigheidje meenemen? Toch knaagt dit kleinood aan Peters geweten en meerdere nummers komt naar voren dat hij zich hier schuldig over voelt. Ook al lag het boekje in de prullenbak en was het dus afval, toch heeft Peter het gevoel dat hij het niet had mogen stelen.

Ziekenhuisrekening
Pas in Web of Spider-Man #15 wordt dit verhaallijntje op een geniale manier afgerond. Peter verkoopt de gouden blocnote aan een heler voor 3.000 dollar zodat de ziekenhuisrekening voor Nathan afbetaald kan worden. Nathan is verloofde van Tante May en die is in elkaar geslagen door enkele criminelen waar hij gokschulden bij had uitstaan. May had Peter gevraagd Nathan in de gaten te houden omdat ze vermoedde dat er iets mis was, maar Peter was te druk met Spider-Man spelen om te voorkomen dat Nathan slachtoffer werd. (Amazing Spider-Man #271) Nu kan hij het goedmaken door anoniem de ziektekosten te betalen die niet gedekt zijn door de verzekering. Zo komt het geld dus toch op een goede plek terecht.

Nathan wordt in elkaar geslagen. Uit: Amazing Spider-Man #271. Tekeningen: Ron Frenz.
Nathan wordt in elkaar geslagen. Uit: Amazing Spider-Man #271. Tekeningen: Ron Frenz.

Goed, Peter krijgt maar een tiende uitbetaald van wat de blocnote waard is, maar goed.

Peter had het geld overigens ook zelf goed kunnen gebruiken: zijn huisbaas Mrs. Muggins dreigt hem op straat te gooien als hij de brandschade in zijn huis niet voor vanavond 12 uur heeft hersteld. Toch vindt Peter het beter het geld aan Nathans rekeningen uit te geven. Dan maar op straat staan, denkt hij als hij blut naar huis loopt om zijn spullen te pakken. Gelukkig helpt Mary Jane hem en blijkt Peters huis te zijn opgeknapt als hij weer thuiskomt.

Web-Of-Spiderman-015-thuisk

Uit: Web of Spider-Man #15. Tekeningen: Mike Harris. Inkt: Kyle Baker. Tekst: David Michelinie.
Uit: Web of Spider-Man #15. Tekeningen: Mike Harris. Inkt: Kyle Baker. Tekst: David Michelinie.

Kwestie van ethiek
Ik hou ervan als er interessante ethische kwesties worden behandeld in de Spider-Man-verhalen. Persoonlijk vind ik het geen probleem dat Peter voor zijn moeite een stukje goud meeneemt, maar kennelijk rijmt dit niet met zijn gevoel voor rechtvaardigheid. Bewonderenswaardig, maar volgens mij wat misplaatst in een wereld waarin de overheid onder een hoedje speelt met criminelen en de burger tot aan de laatste cent wordt uitgewrongen.

Briefschrijver Mike Moscoso (Amazing Spider-Man #276) is dat met mij eens:

‘I don’t see what’s wrong with Peter keeping the gold notebook. I’ve noticed that a lot of people are against his keeping the object in question and I think those people are completely heartless. Good ole Pete has been through the ringer many times trying to get pictures to pay for his money problems such as paying the rent, and helping his Aunt May. Let’s face it, living in New York City can’t be cheap: the cost of food, clothing, and utilities are always on the uprise. Plus Peter’s gotta have money to take Mary Jane and others out. I say he should keep it and invest it – slowly, of course. Peter could start up some sort of company that could help him in times of need and also help his Aunt May and her financial problems.
Got it? Good!
I hope you guys don’t do anything cheap like have the pad stolen or something similar. Let’s face it, you said this would change his life. To have it taken from him or have him lose it in any way is to have made it a big waste of time. The idea was good so do something positive for Spider-Man. OK? OK!’

Fijn voor May en Nathan dat Peter Parker niet de brievenpagina in Amazing Spider-Man leest, want dat had hem wellicht op andere gedachten gebracht.

Categorieën
Juniorpress Strips

Stripliefde: X-Men

In de rubriek stripliefde delen lezers hun liefde voor het beeldverhaal en vertellen over hun favoriete strip.

aXel leest X-Men.
aXel leest X-Men.

Wat is je naam, je leeftijd en je wat doe je voor werk?
Ik ben Axel Watteeuw, 42 jaar ondertussen, en werk als kasbeheerder-boekhouder in een grote Technische en Beroepsschool. Ook doe ik de merch-artikels voor Geekster.

Welke strips zijn je favoriet en lees je nu nog steeds?
Mijn favoriete strips vind je in de legendarische runs uit de jaren 70 en 80 terug. Thomas’ Conan, Claremont’s X-Men, Byrne’s Fantastic Four, Stern’s Avengers, Hama’s G.I. Joe, McGregor’s War of the Worlds, Starlin’s Warlock … Claremont’s X-Men springen er moeiteloos uit, maar die run moet je in één ruk lezen anders verliest het heel wat van zijn kracht. Daarom opteer ik voor zijn toegankelijkste verhaal: God Loves Man Kills (Claremont & Anderson).

Waarom zijn dit je favoriete strips? Wat vind je er zo goed aan?
God Loves Man Kills bundelt alle elementen die de X-Men destijds Marvel’s beste franchise maken. Opgejaagde minderheden, atypische vijanden, menselijke en herkenbare helden binnen een realistisch, maar hier iets harder, verhaal. Vanaf die eerste pagina’s waar twee jonge kinderen (niet toevallig kleurlingen) worden afgemaakt omwille van hun mutatie, en daarna opgehangen, tot de laatste waar Kitty Pryde onder schot wordt gehouden en Magneto twijfelt over zijn pad, blijft het vandaag nog brandend actueel.

Wanneer kwam je er voor het eerst mee in aanraking? En wat deed dat met je?
Ik pikte destijds de Juniorpress graphic novel uit de Delhaize striprekken mee. Ik las X-Men al in JP comics, dus was deze een no-brainer. Na een eerste lezen weet je niet goed wat er van te maken, maar langzaam zinkt het in en lees je het opnieuw.

Magneto in 'God Loves Man Kills'
Magneto in ‘God Loves Man Kills’

[hr]

In de rubriek Stripliefde vertellen striplezers over hun favoriete strip of strips. Op deze manier bouwen we langzaam een interessante leeslijst op. Ook meedoen? Check hier hoe je dat doet. Ik kijk uit naar je inzending. Oh ja: mocht iemand anders al je favoriete strip genoemd hebben, stuur dan even goed je inzending in, want jouw reden om de strip goed te vinden kan heel anders zijn. Bovendien is je eerste kennismaking en wat dat met je deed waarschijnlijk anders dan die van andere lezers.

Categorieën
Spidey's web Strips

Spidey’s web: Spider-Man collages van Mike Alcantara

De Amerikaanse kunstenaar Mike Alcantara maakt indrukwekkende collages van strippagina’s. Zijn Deviant Art pagina staat er vol mee. Tussen de kunstwerkjes vond ik deze Spider-Man collages:

spider_man_by_mikealcantaraspider_man_by_mikealcantara_02 venom_by_mikealcantaraspider_eye_green_goblin_by_mikealcantaraZo te zien heeft Alcantara een voorkeur voor oude Spider-Man comics. Ik zie veel werk uit de jaren zestig, zeventig en tachtig in deze platen terug. Nu maar hopen dat hij herdrukken heeft gebruikt, want veel van die comics zijn tegenwoordig behoorlijk wat geld waard. Onbetaalbare kunst dus.

Overigens is Spider-Man niet de enige held die hij verknipt en verplakt heeft. Zijn portfolio zit vol met superhelden van Marvel en DC Comics.

Categorieën
Juniorpress Spidey's web Strips

Spidey’s web: The Spectacular Spider-Man

Op dit moment ben ik een stapel (digitale) comics van Peter Parker, The Spectacular Spider-Man uit begin jaren tachting aan het lezen. Deze oude verhalen geven mij veel meer plezier dan de huidige Spidey comics.

ppssm-059-cover-smallOmdat ik mijn buik wel vol heb van het droeve niveau van de huidige Spider-Man-verhalen geschreven door Dan Slott, zoek ik mijn heil in oudere comics. De deeltjes van de serie Peter Parker die ik nu aan het lezen ben, zijn oorspronkelijk gepubliceerd in de vroege jaren tachtig. Je weet wel, het tijdperk waarin Disco net was bezweken voor New Wave en Ronald Reagan de wereld een beetje onveiliger maakte met zijn presidentschap. Een tijd waarin de verhalen over Peter Parker nog ergens over gingen! (schrijft opa Minneboo, Spider-Man liefhebber sinds hij 8 jaar oud was.)

Anyway, je had indertijd drie series waarin Spider-Man een hoofdrol speelde: The Amazing Spider-Man, Marvel Team-up (vanaf 1972) waarin het Webhoofd in bijna ieder deeltje de hoofdrol speelde en werd gekoppeld aan een andere Marvel-held of helden, en Peter Parker waarvan in 1976 het eerste deel uitkwam. Omdat veel schrijvers Amazing als de échte Spider-Man titel beschouwde, voelde ze minder druk met de nieuwe serie. Toch is het de reeks waarin Roger Stern voor het eerst verhalen over Spider-Man schreef en hij is toch echt een van de beste Spider-Man-schrijvers. Het is echter Bill Mantlo geweest die de serie een eigen smoelwerk gaf. Daarover later vast meer. Tekenaar Sal Buscema bijtte het spits af om al relatief snel vervangen te worden voor een reeks andere tekenaars. Later in de serie pakte hij het potlood weer op om maar liefst honderd comics van Peter Parker te tekenen. Buscema is overigens mijn favoriete Hulk-tekenaar, een reeks die hij tien jaar lang illustreerde.

Op visueel vlak was Peter Parker in het begin dus nogal onrustig met al die verschillende tekenaars die aan de serie werkten. Verrassend is het echter ook. Soms kom je opeens een heel mooie getekende aflevering door John Byrne tegen, bijvoorbeeld. De Canadese stripmaker en -schrijver was een grote ster in de jaren tachtig en drukte zijn stempel op onder andere The Fantastic Four en de reboot van Superman. Hij is een van de beste tekenaars die ooit voor Marvel en DC hebben gewerkt. Ik vind dit een prachtige splashpage, uit Spectactular Spider-Man #58:

ppssm-058-02Peter_Spidey_hpBijzonder leuk vind ik dat de helft van Peter als Spider-Man is getekend, een grafisch element waar je alleen in strips en tekenfilms mee weg kunt komen. Ik vind het ook altijd een mooi beeld als Spider-Mans instinct wordt weergegeven door de helft van Peters gezicht met Spidey’s masker te bedekken. Het is een grafische troop die veelvuldig in de Spider-Man strips voorkomt.

De oppositie is in dit deeltje van Peter Parker niet zo heel groot: Spider-Man neemt het op tegen the Ringer, een derderangs schurk die smog kan omzetten in vaste ring-vorm. Interessanter is de introductie van het personage Greg Salinger, die later the Foolkiller blijkt te zijn. Toch: de confrontatie tussen Ringer en Spidey is mooi gevisualiseerd door Byrne.

Spidey versus The RInger.
Spidey versus The RInger.
Cover getekend door John Byrne.
Cover getekend door John Byrne.

Voor mij is het lezen van de stapel Peter Parkers deels een nieuwe ontdekking, want Juniorpress gaf de serie niet vanaf het begin uit, maar begon in 1983 bij #67. Waarschijnlijk omdat ze de serie gelijk wilden laten lopen met de Nederlandse vertaling van Amazing Spider-Man. Ik kom dus verhalen tegen die ik nog niet gelezen had en dat is altijd leuk.

Categorieën
Film Filmrecensie

Filmrecensie X-Men: Days of Future Past

X-Men: Days of Future Past is bijna net zo goed als X-Men 2, wat nog steeds een van de beste superheldenfilms ooit is.

Magneto heeft gelijk gekregen, want de toekomst ziet er somber uit voor de mutanten. In X-Men: Days of Future Past zijn de mutanten vrijwel uitgeroeid of opgesloten in kampen, evenals de mensen die met hen sympathiseren of die in de toekomst mutanten als nakomelingen zullen hebben. Sentinels hebben de wereld in een ijzeren greep. Deze enorme humanoïde robots zijn in staat hun verweer aan te passen aan de krachten van de mutant tegen wie ze het opnemen en deze krachten zich eigen te maken. Dit maakt ze praktisch onoverwinnelijk. Het is aan Wolverine om terug in de tijd te reizen en het verleden te veranderen, opdat mens en mutant een toekomst hebben.

Samen met de jongere versies van professor Xavier, Magneto en Beast, die we kennen uit X-Men: First Class, probeert hij te voorkomen dat Mystique Dr. Bolivar Trask (Peter Dinklage) vermoordt, de bedenker van de Sentinels. Deze moord overtuigt de Amerikaanse regering er namelijk van dat de mutanten een bedreiging vormen en dat Trasks project een goed idee is. Ook Mystiques talent om het uiterlijk van ieder ander aan te kunnen nemen geven Trask de mogelijkheid om de Sentinels adaptief te maken. Kortom: voorkom de moord, voorkom deze toekomst. Al blijkt dat niet zo gemakkelijk als dat het lijkt, natuurlijk. Niet in de laatste plaats omdat Charles Xavier (James McAvoy) om komt in zelfmedelijden en in eerste instantie allesbehalve zin heeft om Wolverine te helpen. ‘I don’t want your future!’ schreeuwt hij Wolvie toe.

Xmen-Character-Mashup Een leuke twist op het tijdreisthema is het feit dat alleen het bewustzijn van de reiziger de afstand aflegt en in het lichaam van zijn jongere zelf terechtkomt. Zijn huidige lichaam blijft in de toekomst achter. Gebeurtenissen uit het verleden en heden worden voortdurend afgewisseld, wat de plot extra spannend maakt: lukt het om het verleden snel genoeg te veranderen voordat de Sentinels in de toekomst Wolverine en de laatste X-Men vinden en uitroeien?

x-men_daysfuturepastHet uitgangspunt van X-Men: Days of Future Past is afkomstig van het stripverhaal met dezelfde titel, geschreven door Chris Claremont en getekend door John Byrne. Dat verhaal verscheen in 1981 in de comicreeks Uncanny X-Men en wordt door de fans terecht als een van de klassieke X-Men-avonturen beschouwd. In de strip is het Katherine Pryde die naar het verleden reist. In de filmversie heeft men voor Wolverine gekozen. Aangezien een dergelijke sprong in de tijd hersenbeschadiging zou veroorzaken en Wolverine zichzelf kan helen, is hij de ultieme kandidaat voor dit klusje. Bovendien was Pryde in 1973 nog niet geboren. Dat de sympathieke held met het korte lontje, toffe kapsel en scherpe klauwen een centrale rol inneemt in bijna alle X-Men-films zal ook hebben meegespeeld. Persoonlijk krijg ik geen genoeg van Hugh Jackman als Wolverine, al komt het personage tot nu toe beter uit de verf in ensemblefilms dan in zijn soloavonturen. Verder is het een feest om de castleden van de voorgaande films terug te zien, inclusief enkele bijzondere verrassingen. Die continuïteit is een van de sterke punten van de reeks.

Overigens heeft Claremont een cameo in de film. Leuk voor de fans die met zijn verhalen zijn opgegroeid, zoals ondergetekende. De beste man schreef maar liefst zestien jaar aan een stuk aan de reeks en maakte de X-Men-strip enorm populair. Claremont schrijft ronde, realistische personages en zorgt altijd voor genoeg soap tussen de actie om met de helden te kunnen meeleven.

Beast & Wolverine.
Beast & Wolverine.

Bryan Singer levert met  X-Men: Days of Future Past één van de beste films van de franchise af. Het is inmiddels veertien jaar geleden dat zijn eerste X-Men uitkwam. Met deze zeer intelligente film die zowel de fans als nieuwkomers goed bediende, veroorzaakte hij de geboorte van de hedendaagse superheldenfilm. Singer concentreert zich meer dan ooit op de ontwikkeling van de personages en dat pakt voor het merendeel goed uit. Actiescènes zijn kort en to the point. De finale, die meer draait om psychologie dan om explosieve actie, biedt een aardige twist op het superheldengenre. De grootste en beste actiesequentie speelt in Parijs en vindt halverwege de film plaats. Omstanders filmen met hun 8mm camera’s beelden van Mystique en Magneto (Michael Fassbender) in actie. Nu zouden mensen massaal hun mobieltjes pakken en op YouTube zetten, dus afgezien van het laatste is er dus niet heel veel veranderd. Het is in het bijzonder genieten van hoe 1973 tot leven wordt gewekt middels de mode van strakke leren jasjes, lavalampen en een optreden van Richard – ‘I am not a crook’- Nixon. De mooiste eyecandy is Jennifer Lawrence, die als de blauwe Mystique praktisch naakt door de film danst.

Jennifer Lawrence: blauw & sexy.
Jennifer Lawrence: blauw & sexy.

Natuurlijk zitten er wat losse steekjes in het geheel: hoe Kitty Pryde (Ellen – eindelijk uit de kast – Page) opeens de gave bezit om mensen mentaal door de tijd te laten reizen, wat ze eerst nog niet kon, wordt niet uitgelegd. Ook krijgen we nieuwe mutanten voorgeschoteld die alleen bekend zullen zijn bij de lezers van de strips en hier vooral dienst doen als kanonnenvlees voor de Sentinels. Toch, in zijn geheel is X-Men: Days of Future Past een onderhoudende en intelligente aflevering, gedragen door een solide supercast.

Vanaf 22 mei in de bioscoop.

Deze recensie is gepubliceerd op SchokkendNieuws.nl.

Categorieën
English Striprecensie Strips

Review X-Men: Days of Future Past

A while ago I wrote about writer Christ Claremont and his contributions to the X-Men universe. Since the new X-Men film, Days of Future Past, is partly based on Claremont’s story by the same title, I thought it would be nice to read the comic before watching the movie.

x-men_daysfuturepastDays of Future Past was originally published in The Uncanny X-Men #141 and #142 in 1981. The storyline alternates between the (then) present year of 1980 and 2013, at the time a date far into the future. 2013 is a dystopian future in which mutants are incarcerated in internment camps. A lot of the X-Men have lost their lives fighting the Sentinels: enormous robots that have the North American continent under complete control. Originally activated by the American government to eliminate the mutant menace, the Sentinels hunted not only mutants but all superheroes and villains. Now the rest of the world threatens war against the Sentinels, which could mean a nuclear holocaust and the end of the world all together. An adult Kate Pryde transfers her mind into her younger self, the present-day Kitty Pryde, who tries to convince the X-Men to help her prevent a fatal moment in history that triggers anti-mutant hysteria and will lead up to the dystopian future of 2013. Rachel Summers, who played a major role in X-Men: Ghosts, plays a small but instrumental part in this adventure.

It was great revisiting this classic and well-written storyline from the early eighties. Especially since Canadian comic book artist John Byrne was the artist to bring Claremont’s scripts to life at the time. Later on Byrne would write and draw highly regarded stories about The Fantastic Four and revitalise the Man of Steel. At this juncture in his career he and Claremont worked on The Uncanny X-Men, then one of the most if not most popular superhero comic book. Soon the team split because of creative differences: Byrne didn’t like Claremont’s characterisations of the characters. In Days of Future Past however, none of the animosity is noticeable.

The Sentinels attack.
The Sentinels attack.

Another treat when it comes to reading old comics is to see the fashions of the time, be it in the decors or the way people dress.

The story is collected in a trade paperback containing Uncanny X-Men 138-143 and X-Men annual #4 which is illustrated by John Romita Jr. The collection starts with the funeral of Jean Grey, moving on to an interesting story of the X-Men and Doctor Strange being trapped in a dimension quite similar to hell. Then Wolverine and Nightcrawler team up with Canadian superhero team Alpha Flight to capture the Wendigo, and… Well, why spoil all the storylines in advance? Needless to say: this trade is a must-read if you like the X-Men and want to see how the movie differs from the original comic, which it does quite a lot judging by the movie trailer, which shows it is Wolverine and not Pryde who tries to save the future by travelling to the past.

This review was written for and published on the blog of the American Book Center.

Categorieën
Spidey's web Strips

Spidey’s web: Even was Doctor Octopus echt eng

Doctor Octopus is nooit een van mijn favoriete schurken geweest. Een pompeus mannetje met mechanische armen en een bloempotkapsel. Zelden was hij echt bedreigend.

Dat komt onder andere door onzinnige verhalen die wat mij betreft net te veel doorslaan in het belachelijke, zoals deze:

Amazing Spider-Man #130. Tekeningen: Ross Andru.
Amazing Spider-Man #130. Tekeningen: Ross Andru.

Waarom wil Doctor Octopus met Tante May trouwen? Omdat ze een grote erfenis krijgt, namelijk een eiland in Canada vol met uranium en een kerncentrale als bonus. Nog los van de vraag van wie ze deze erfenis krijgt en waarom, is een nog belangrijker vraag waarom Octopus de moeite neemt om haar te trouwen in plaats van deze verlaten centrale, die natuurlijk volledig operationeel is, gewoon over te nemen. Maar ook superschurken hebben soms, euh, slechte dagen wellicht. En schrijvers ook, want dit verhaal mag je gerust een van de dieptepunten noemen tijdens Gerry Conways periode als hoofd-Spider-Man-schrijver. Let wel: een maand ervoor introduceerde de beste man ook de Spider-Mobile, dus kennelijk was het een slecht jaar voor hem en voor de lezers trouwens.

Maar goed, Doctor Octopus dus. Mijn negatieve beeld van deze schurk veranderde toen ik Sam Raimi’s tweede Spider-Man-film zag. Hierin is Doc Ock de tegenstander van onze held en wordt hij gespeeld door Alfred Molina. De Britse acteur weet een echt mens van Otto Octavius, zoals Octopus heet, te maken. De scène waarin Peter Parker hem interviewt terwijl ze aan de eettafel zitten met Otto’s vrouw erbij, is echt heel goed gedaan. Wie zien hier een broederlijke band ontstaan tussen twee wetenschappers. Als het lot anders had beslist, had Otto wellicht een leermeester kunnen zijn voor Peter, in plaats van hem naar het leven te staan.

Otto en Peter scheppen een band en drinken een kopje thee, in 'Spider-Man 2'.
Otto en Peter scheppen een band en drinken een kopje thee, in ‘Spider-Man 2’.

Spider-Man 2 maakt wat mij betreft ook voor het eerst duidelijk dat Octavius echt een gevaarlijke schurk is en dat zijn mechanische armen dodelijke wapens kunnen zijn. De scène waarin Otto op de operatietafel ligt en zijn armen de artsen die hem proberen te redden, een voor een afmaken, is pure horror. In deze effectieve scène laat Raimi zien dat er met Doctor Octopus niet te sollen valt. Met behulp van de kettingzagen knipoogt de regisseur en passant naar zijn eigen Evil Dead trilogie.

Soms is live-action overtuigender dan een striptekening. In het geval van Spider-Man 2 zijn niet alleen die armen van de Octopus fantastisch gemaakt en zien ze er werkelijk bedreigend uit, ook doet de soundtrack wonderen: het mechanische geluid dat de armen maken, het gillende personeel en het nare geluid als een van de slachtoffers over de vloer wordt meegetrokken en met haar nagels de vloer openrijt.

Overigens zijn er wel voorbeelden te vinden in het Spider-Man oeuvre waarin Octopus erg wel bedreigend uitziet. Deze cover van Web of Spider-Man #4 getekend door John Byrne bijvoorbeeld:

Web-Of-SpiderMan-4-coverSpider-Man probeert de gevaarlijke armen te ontwijken. De armen zijn zo sterk dat de de muur achter het Webhoofd vergruizen. Byrne toont alleen de armen en laat heel slim Otto zelf achterwege. Zijn iet wat mollige postuur en belachelijke kapsel doen de dreigende werking die van de armen uitgaat teniet. En het verhaaltje van Web of Spider-Man #4 helpt ook al niet om de reputatie van Octopus op te vijzelen: de superschurk wordt door een psychiater behandelt omdat hij na het laatste gevecht met Spider-Man geestelijk is ingestort.

Web-Spidey-4-octopus

Zucht. Eigenlijk blijf ik Octopus een sukkel vinden, ondanks het goede werk van Raimi en Molina. En hij is nog een mama’s kindje ook:

Categorieën
Mike's notities Strips

Hoe ik van mijn hobby mijn werk maakte

‘Wat in jouw persoonlijke leven heeft je werkveld beïnvloed en wat heeft het je gebracht?’ vraagt Karin Ramaker op haar blog. Haar post is een mooie gelegenheid om wat zaken voor mezelf op een rijtje te zetten.

Foto: Roos Manintveld

Mijn persoonlijke interesse in strips en beeldcultuur heeft mijn werkveld bepaald. Ik schrijf over strips, beeldcultuur en film, interview stripmakers en kunstenaars en maak video’s over hen. Maar dat ik daar uiteindelijk voor gekozen heb, lag niet voor de hand. Ooit wilde ik filmmaker worden. Ik heb audiovisuele media gestudeerd aan de HKU en filmwetenschap aan de UvA, met als bijstudie journalistiek. Op de HKU heb ik filmtechnieken geleerd; bij filmwetenschap heb ik geleerd de ziel en constructie van een film te analyseren. (En nog wat andere dingen, maar dat terzijde.) Allemaal kennis die ik ook toepas bij het analyseren van strips.

Na een jaar lesgeven aan de UvA ben ik gaan freelancen. Stukken schrijven voor verschillende media en later een tijdje in vaste dienst voor Intermediair – schrijven over arbeid en werk, een heel ander onderwerp dan waar mijn hart lag, maar een goede manier om mijn pen te oefenen. Toen ik uiteindelijk weer ging freelancen besloot ik me te richten op een specifiek thema om mezelf te onderscheiden van mijn collega’s. De keuze was toen snel gemaakt. Over welk onderwerp raak ik nooit uitgepraat, wat blijft me eindeloos fascineren en inspireren en wat lees ik het liefste? Kortom, waar hou ik me graag me bezig en wil ik alles over weten? Strips en beeldcultuur dus.

Mensen associëren mij nu met het beeldverhaal, of herkennen mij nu in ieder geval als ‘die gast die over strips schrijft’. En dat is handig.

Nu schreef ik naast mijn werk voor Intermediair al geregeld over strips voor stripbladen en websites, maar toen ik me daarop ben gaan concentreren, werd niet alleen de frequentie groter, maar kreeg mijn identiteit als journalist ook een duidelijker vorm. Ik ben stripjournalist, zoals Dione de Graaff sportjournalist is. Mensen associëren mij nu met het beeldverhaal, of herkennen mij nu in ieder geval als ‘die gast die over strips schrijft’. En dat is handig.

Schoenmaker…
Nederland kent niet veel stripjournalisten. Goed, er zijn genoeg boekrecensenten die er af en toe een graphic novel bij doen, maar dat is net zo iets als een theaterrecensent een voetbalwedstrijd laten verslaan. Dat moet je niet willen.

Ook het bloggen heeft een grote invloed op mijn werkveld uitgeoefend. Ik heb het bloggen ontdekt in 2006. Daarvoor schreef ik al voor sites, maar af en toe een stukje inleveren of zelf bijna dagelijks een website runnen is heel andere koek. De kennis die ik vergaarde door het bloggen heb ik kunnen toepassen in mijn werk voor Intermediair, waar ik twee maanden na de geboorte van mijn blog begon te werken. Om de site IntermediairForward.nl te bestieren kwam kwam al die html- en SEO-kennis goed van pas.

In de loop der tijd is het bloggen heel belangrijk geworden voor mijn werk, mijn creativiteit en mijn persoonlijk leven. Ik heb veel nieuwe mensen ontmoet door het bloggen en daar zijn een paar dierbare vriendschappen uit ontstaan. Mensen die ik zonder het web en onze activiteiten daarop nooit had ontmoet waarschijnlijk.

Werkhobby
Mijn persoonlijke interesses zijn dus bepalend geweest voor mijn werkveld. Daarmee prijs ik mij gelukkig, want er is bijna niets leukers dan te mogen schrijven over zaken die je echt interesseren.

Al heeft dit natuurlijk ook een schaduwzijde: wie van zijn hobby zijn werk maakt, heeft geen hobby meer. Met andere woorden: alles wat ik te weten kom over strips, alles wat ik verneem uit de stripwereld, ieder bezoekje aan de stripwinkel, ieder beeldverhaal dat ik onder ogen krijg, is werk. Kan ik er iets mee? En zo ja, wie bied ik dit artikel aan? Zelfs als ik strips voor de lol lees, zoals de bundel Fantastic Four-verhalen van John Byrne in de Marvel Visionaries-reeks die ik nu aan het lezen ben, zit mijn brein te pruttelen op een artikel of blogpost hierover. Mijn werkveld heeft dus ook mijn persoonlijk leven sterk beïnvloed.

Toch, dat nadeel weegt niet op tegen de voordelen van schrijven over je passie en interesses. Het is een kwestie van doseren en op gepaste tijden de werkknop even uitdraaien.