Een nieuw jaar, dus een nieuwe Eppo kalender op de wc. Hoewel ik al ruim een jaar niets meer voor Eppo geschreven heb, beschouwen ze mij nog steeds als medewerker aan dit stripblad. Dat vind ik een leuk idee.
Ik vind het bijzonder dat de Eppo alweer zoveel jaar bestaat na de herstart en ook vind ik het stripjournalist natuurlijk erg leuk als er stukken van mij in het blad staan. We zijn op dit moment voorzichtig aan het kijken wat ik voor het blad zou kunnen schrijven. Het probleem met Eppo is dat de smaak van de doelgroep van het magazine maar deels overeenkomt met de mijne. Dat betekent dat veel waar ik over zou willen schrijven niet bij die doelgroep aansluit.
Dat komt overigens wel vaker voor, hoor, dat ik over onderwerpen wil schrijven maar dat ik geen opdrachtgever kan vinden die daar zin in heeft. Daarom ben ik ooit begonnen met bloggen, zodat ik toch een podium voor die stukken had. Uiteindelijk is het blog een project op zichzelf geworden waar ik veel tijd en energie in steek.
In mijn achterhoofd ben ik altijd plannetjes voor dit medium aan het bedenken en vaak hoop ik het helemaal eens anders aan te gaan pakken. Een frisse wind, zoals het begin van een nieuw jaar ook zal zijn.
Een terugkerend idee is om geen recensies meer te schrijven. Daar beleef ik namelijk weinig lol in en ik vraag me steeds vaker af of er voor recensies in het huidige medialandschap nog wel plaats is.
Filmmaatschappijen maken het voor recensenten namelijk steeds moeilijker om goed hun werk te doen door persvoorstellingen vlak voor de release van blockbusters te programmeren. En als we de films eerder kunnen zien, wordt er vaak een embargo opgelegd. Je mag dan pas vlak voordat de film uitkomt, soms maar een dag van de tevoren, je recensie publiceren. Filmmaatschappijen vinden het veel leuker als je over trailers schrijft, speculeert over casting en plotpunten of andere triviale dingen. Alles wat het product onder de aandacht brengt, behalve gegronde kritiek die de potentiele bioscoopbezoeker vertelt dat de film eigenlijk misschien helemaal niet zo goed is.
Wat striprecensie betreft denk ik vaak: wie ben ik eigenlijk om te zeggen of deze strip wel of niet goed is. Ja, een stripjournalist die heel veel gelezen heeft en veel strips kent. Dat is mijn culturele bagage waarmee ik tot een evenwichtig oordeel zou moeten komen. Maar zelfs dan zie ik grote verschillen tussen de verschillende beoordelingen van professionals. Een boek kan in de Volkskrant twee sterren krijgen en elders vier of vijf. Ik zie soms heel positieve recensies van een strip die ik als veel minder beoordeel. En ongetwijfeld gebeurt dat ook andersom. Recensies zijn deels dus erg arbitrair.
Maar ik weet ook dat iedereen die een creatief product maakt, het beste wil maken wat binnen zijn of haar mogelijkheden ligt. Niemand wordt ’s ochtends wakker en denkt: ‘Laat ik eens een paar maanden van mijn leven opgegeven om een kutstrip te maken. Hetzelfde geldt voor films ook natuurlijk.
Dat veel films, boeken, strips of andere producties tegenvallen ligt dus niet aan de intentie van de maker, maar aan allerlei andere factoren zoals tijd, geld en andere dingen die de boel beperken. Om na al die moeite die een maker gestoken heeft in zijn verhaal dan te zeggen, ik vind het ruk, tja… Daar heb ik dus niet veel zin meer in.
Maar wat ik dan wel van plan ben, vertel ik je binnenkort.
Ik heb alvast onwijs zin in dit nieuwe jaar. Jij hopelijk ook.