In het boek Zen en keuzes maken van Rients R.R. Ritskes staat het volgende:
‘Er is wezenlijk geen fout of goed. Wat nu goed lijkt, blijkt later fout en omgekeerd. Bij het maken van keuzen kunnen we het eigenlijk alleen maar goed doen. Of wat we kiezen ook goed uitpakt, wordt vooral bepaald door hoe we onze keuze vormgeven en wat we leren van de ervaringen die door die keuze op onze weg komen.’
In het leven staan we om de haverklap voor een nieuwe beslissing. Sommige ervan kunnen best lastig zijn. En dan heb ik het niet alleen maar over de vraag welke studie je gaat doen, wat je later wilt worden of waar je gaat wonen. Al zijn dat natuurlijk allemaal levensbepalende kwesties.
In sommige theorieën gaat men ervan uit dat iedere keer als we een keuze maken, er een afsplitsing plaatsvindt tussen deze realiteit en een andere. Deze splitsing creëert een nieuw paralleluniversum waarin het alternatief van onze keuze beleefd wordt. Leuk bedacht, maar aangezien we – tot nu toe – niet de mogelijkheid hebben om van het ene universum naar het andere te reizen, zitten we hier ‘vast’ met de keuze die we hebben gemaakt.
In films waarin dit thema wordt behandeld, zijn de zaken vaak zwart-wit. Er is een goede keuze met een goede afloop en er is een slechte keuze met een slechte afloop. In de werkelijkheid zijn de zaken lang niet zo duidelijk. In veel gevallen is niet te voorspellen wat precies de uitkomst zal zijn van de keuze die je maakt. Je kunt fantaseren over wat er zou gebeuren als je het ene had gedaan, maar dat heeft niet veel zin. Het leven is dermate complex dat je in je fantasie nooit rekening kunt houden met alle onverwachte factoren die kunnen opdoemen en de uitkomst beïnvloeden.
Aangezien je nooit beschikt over deze informatie en dus het voorspellen van de uitkomst van je keuze vrijwel onmogelijk is, kun je eigenlijk niet spreken van goede en slechte keuzen. Ieder alternatief heeft immers zijn voor- en nadelen die overigens weer leiden tot nieuwe keuzemogelijkheden. Ritskes heeft dus toch gelijk.
Het kan natuurlijk altijd dat een keuze achteraf niet zo verstandig bleek als dat ze leek. Daar kun je dan lang en kort over nadenken. Maar ‘No use crying over spilled milk’, lijkt me. Uiteindelijk valt er altijd wat te leren van de keuze die is gemaakt. Maar da’s pas achteraf, als je weet wat de gevolgen zijn van de beslissing.
Hoewel deze gedachte een troostende werking kan hebben op degene die twijfelt, biedt het geen oplossing voor het probleem als je niet weet wat je moet kiezen. Je kunt je alleen berusten in het feit dat er in principe geen goede en foute keuze bestaat.