Dat werd donderdag 12 oktober bekend gemaakt in Boekhandel Grand Theatre te Breda. Meer dan 3000 mensen brachten hun stem uit op kandidaten Margreet de Heer, Maaike Hartjes, Robert van der Kroft en Pieter Hogenbirk.
Uiteindelijk kreeg De Heer de meeste stemmen. Tijdens haar speech droeg De Heer haar eerste termijn op aan Kees Kousemaker, ‘nog steeds de grootste stripexpert die Nederland gekend heeft.’ Kousemaker, die in 2010 overleed, was de eigenaar van stripwinkel Lambiek en De Heer heeft jaren lang voor hem gewerkt. Ze werkten samen aan een boek over de Nederlandse strip.
Het idee achter de Stripmaker des Vaderlands is dat hij of zij de Nederlandse stripwereld vertegenwoordigt en het medium strip in de volledige breedte laat zien. Bij een gebeurtenis van nationaal belang geeft hij of zij een visie op de actualiteit in stripvorm. Ook ontwikkelt hij of zij projecten en activiteiten die het medium strip nationaal op de kaart zetten. De Stripmaker des Vaderlands wordt gekozen door stripminnend Nederland en wordt benoemd voor een periode van drie jaar.
In deze video legt De Heer uit wat ze allemaal van plan is. We gaan de komende drie jaar zien in hoeverre ze haar ambities waar weet te maken. Bij normale verkiezingen komen politici hun beloftes zelden tot niet na, maar de Stripmaker des Vaderlands is geen politicus, toch?
Vanaf nu kun je stemmen voor de Stripmaker des Vaderlands.
Het idee achter de Stripmaker des Vaderlands is dat hij of zij de Nederlandse stripwereld vertegenwoordigt en het medium strip in de volledige breedte laat zien. Bij een gebeurtenis van nationaal belang geeft hij of zij een visie op de actualiteit in stripvorm. Ook ontwikkelt hij of zij projecten en activiteiten die het medium strip nationaal op de kaart zetten. De Stripmaker des Vaderlands wordt gekozen door stripminnend Nederland en wordt benoemd voor een periode van drie jaar.
Vrijdagmiddag 7 juli werden bij de Bijzondere Collecties van de UvA de vier kandidaten bekendgemaakt waar mensen op kunnen stemmen: Robert van der Kroft (Sjors en Sjimmie), Pieter Hogenbirk
(De Ruyter), Maaike Hartjes (Maaikes Dagboekje) en Margreet de Heer
(Liefde in Beeld).
Ze gaven allemaal een presentatie waarin ze vertelden waarom zij de beste Stripmaker des Vaderlands zouden zijn. Op de site van de organisatie kun je hun video’s terugkijken en stemmen.
Wat veel kandidaten delen is dat ze graag de niet-striplezer willen bereiken. De mensen die dus na hun jeugd gestopt zijn met strips lezen. Dat nogal een uitdaging.
Robert van der Kroft wil dat gaan doen door kruisbestuivingen via media te bewerkstellingen. Dat doet hij al samen met de andere mensen van Cross Comix.
Pieter Hogenbirk wil ook bladen buiten de stripwereld gaan benaderen. Bijvoorbeeld een getekende column in de Linda.
Maaike Hartjes wil in het bijzonder het imago van de Nederlandse strip gaan verbeteren.
Margreet de Heer, die zelf niet aanwezig kon zijn, maar haar verhaal liet vertellen door Jonathan van Engelen en een gelikte animatie, wil onder andere de jeugd betrekken door een junior stripmaker aan te stellen. Ook wil ze stripreportages gaan maken, zowel actuele onderwerpen als evenementen.
Nou ja, check vooral hun video’s op de site Stripmakerdesvaderlands.nl. Stemmen kan tot en met 30 september. De uitslag wordt op Stripbeurs Breda in oktober bekendgemaakt.
Wie vind jij dat de Stripmaker des Vaderlands moet worden?
Octopus van Mark Hendriks is een prachtig beeldverhaal waarvan menig stripplaatje niet zo misstaan aan de muur van een galerie of museum.
Scratch Books beloofde vooral kwalitatief hoogwaardige en goed verzorgde strips uit te gaan brengen toen de uitgeverij zichzelf in 2014 aan de wereld voorstelde. Uitgevers Wiebe Mokken en Hansje Joustra hebben woord gehouden, want in de afgelopen jaren kwamen er prachtige graphic novels bij ze uit. Van die strips waar je je vingers bij zou aflikken als ze eetbaar waren geweest.
Het is dan ook geen toeval dat aardig wat van de strips van Scratch door mij zijn besproken op dit blog of in de VPRO Gids, waar ik nog steeds voor schrijf. Zoals In the Pines van Erik Kriek, Iedereen op Claudia van Sam Peeters en Mijn vriend Dahmer van Derf Backderf.
Recent voegde Scratch een nieuw album van Mark Hendriks aan dit fonds toe: Octopus. Over Hendriks heb ik het eigenlijk nog niet gehad, en dat ligt niet aan de kwaliteiten van deze in Amstelveen geboren stripmaker.
Internationaal talent Hendriks (1971) studeerde in 1997 af aan de Academie Minerva in Groningen. Naast zijn werkzaamheden als illustrator publiceerde hij vanaf 1990 in verschillende stripbladen. Zijn werk verscheen o.a. in Frankrijk, Japan, Italië, Slovenië en Finland. In 1996 won hij de VSB Aanmoedigingsprijs en in 1998 de Handyburger Award (Slovenië). Ook ontving hij drie Stripschapspenningen in de categorie Album van het jaar: voor Tomoyo (1996), voor de albums Hong Kong Love Storyen Ikayaki samen (2000) en De nieuwe hemel (2006). In 2015 kwam bij Scratch Hendriks album Tibetuit.
Tot zover het cv van Hendriks, die zijn leven deelt met Maaike Hartjes met wie hij samen Hongkong Dagboek maakte. Wat deze twee stripmakers met elkaar gemeen hebben is dat ze allebei een duidelijke eigen stijl hanteren en lekker tegendraads hun eigen weg gaan. Dat laatste zie je ook in Octopus terug.
Kunst Octopus is hardcoverboek op oblongformaat, het is een horizontale vertelling. Op grafisch vlak is dit beeldverhaal heel erg sterk: de tekenlust van Hendriks zie je er duidelijk in terug. Vol met fijne details, gebruikt Hendriks soms heel zelfverzekerd dikke lijnen om objecten met grote contouren op papier te zetten. Daarnaast creëert hij een figuratief effect door een sterke verdeling tussen zwarte en witte vlakken. Veel individuele stripplaatjes zouden niet misstaan aan de muur van een galerie of museum.
Hendriks verdeelt de afbeeldingen vaak op in verschillende stripplaten. Dit, gecombineerd met het feit dat het album horizontaal is vormgegeven, maakt dat het verhaal van links naar rechts aan je voorbijtrekt, als een filmcamera die van links naar rechts beweegt. Wat in filmtermen ook wel een ‘pan’ wordt genoemd. Het effect van deze aanpak is dat je als lezer op reis in het verhaal wordt genomen.
Pratende octopus
Dat verhaal speelt zich af in het Koreaans dorpje Namusangun. De hoofdrolspeelster runt overdag een toeristenwinkel en speelt ’s avonds computerspelletjes met haar neefje. Het liefste gaat ze echter vissen in het natuurreservaat. Daar ontmoet ze een pratende octopus met wie ze een vriendschap sluit. Ondertussen dwalen twee toeristen in het dorpje rond, vol met informatie over de streek. De running gag in het verhaal is dat ze telkens op gesloten deuren sluiten. Of ze nu een tempel bezoeken of het souvenirwinkeltje van de hoofdpersoon. En dan is er nog de oude man, de ex-schoonvader.
Hendriks speelt graag met herhalende elementen en de variaties daarop. Het verhaal is ietwat dromerig en onwerkelijk, want octopussen kunnen niet echt praten… toch? Wat ze wel kennelijk kunnen is vrijen met de hoofdpersoon. In tegenstelling tot hentai, is de tentakelseks in Octopus eerder erotisch en intiem dan pornografisch. Maar de lezer zij gewaarschuwd: lang niet alles is wat het lijkt.
Ik vind Octopus een lust voor het oog en een boek dat ik zeker nog eens zal lezen.
De dertiende editie van de Haarlemse Stripdagen is weer voorbij. Ik vond dit de leukste editie tot nu toe, maar dat komt vast ook omdat ik nog nooit zoveel te doen had.
Ik kom natuurlijk al jaren naar dit tweejaarlijkse stripfeest en wat mij betreft is dit het belangrijkste stripfestival van Nederland. Eerst kwam ik alleen als liefhebber, maar ook alweer aardig wat jaartjes als stripjournalist.
Dit jaar was het voor mij extra feest, want ik mocht niet alleen Theo van den Boogaard uithoren over de documentaire die over hem is gemaakt door Nathalie Crum, ook had ik mijn eigen Strip Talkshow op zondag 5 juni waar ik stripmakers uit binnen- en buitenland mocht ontvangen aan mijn tafel in het café van de Philharmonie. Met deze talkshow kwam een droom uit. Een Matthijs van Nieuwkerk ben ik nog lang niet – want ik heb ook geen autocue – maar daar wordt aangewerkt.
Publiciteitsmedewerker
Als ik binnenkort weer tijd heb, zal ik nog een verslag met quotes van de show op mijn blog zetten. Vandaag ben ik vooral aan het bijkomen, want ik deed in de afgelopen maanden ook de pr voor de expositie Motion Comics: The Beginnings.
Afgelopen vrijdag hadden we journalisten over de vloer om Sutu en Gustavo Garcia te interviewen en de tentoonstelling te bekijken. Erg leuk om nu eens aan de andere kant van de grens journalistiek en publiciteit te staan. Persberichten schrijven, enthousiasme via sociale media aanwakkeren, contacten leggen, en ter plekke van mensen te woord staan: ik vond het fantastisch om te doen.
Adinda Akkermans van het radioprogramma Nooit meer slapen, maakte deze reportage. Sutu, Maaike Hartjes en Merel Barends komen hierin aan het woord.
Een week eerder hadden we Marcel Haster, ook wel bekend als de Stripvlogger, al over de vloer gehad en die maakte daar de volgende leuke reportage van. Ondergetekende heeft ook een gastrol:
Nu ik toch met video’s aan het strooien ben, Menno Kooistra, aka Mister VoorDeFilm, maakte in opdracht van de Stripdagen Haarlem een promotievideo die onder andere vertoond is op de openingsavond:
https://vimeo.com/168855792
En BlunderTV maakte weer een reportage over die opening:
Verder was het wederom inspirerend om met stripmakers kennis te maken die ik nog niet eerder had ontmoet, zoals Jean-Claude Mézières, Mike Diana en Sutu. Zondagmiddag heb ik de Australische motion comics pionier geïnterviewd voor een artikel. Als ik daar geen opdrachtgever voor kan vinden, publiceer ik dat gewoon hier. Ik vind zijn werk fascinerend en het was erg boeiend om te horen wat zijn beweegredenen voor sommige verhalen zijn.
Waar ik dit jaar bijna niet aan toe ben gekomen, is het kopen van strips. Gelukkig had ik zondag 5 juni wel even tijd om de markt over te gaan en bij te praten met goede vrienden Rob van Barneveld en Matt Baaij, die allebei een standje hadden. Matt verkocht uiteraard weer Bunbun-boekjes en bracht glimlachjes op de gezichtjes van kindertjes die van hem een gratis sticker kregen. Get them while their young!
De vloek van Poppenstein
Rob van Barneveld doet al een tijdje heel goede zaken op markten met zijn kattenserviezen en stripjes. Van Rob is ook net een nieuw album uit: Pim #2: De Vloek van Poppenstein. Robs zeer vrije bewerking van Het monster van Frankenstein, een heerlijk album voor kids en hun ouders. En voor volwassenen zonder kinderen ook trouwens.
Bijpraten gebeurt gelukkig veel op een stripfestival en ik vond het dan ook fijn om veel oude bekenden te zien. Ik vind dat de organisatie een mooie editie heeft neergezet en was blij met het feit dat we dit keer tien dagen de tijd hadden om de vele activiteiten bij te wonen. En dan nog heb ik lang niet alles gezien. Gelukkig zijn sommige exposities voorlopig nog te zien, zoals die over motion comics. (Hint! Hint!)
De afgelopen dagen was er nogal veel gedoe rondom vrouwelijke stripmakers. Die werden namelijk volledig genegeerd in de shortlist voor de grote prijs van stripfestival Angoulême. Dit is het belangrijkste stripfestival van Europa.
De Grand Prix de la ville d’Angoulême is een jaarlijkse prijs die uitgereikt wordt aan een auteur van voor het geheel van zijn oeuvre en voor zijn bijdrage aan het stripverhaal. De winnaar is de juryvoorzitter in het volgende jaar.
De jury had dertig stripmakers uitgekozen die kans maken op deze oeuvreprijs, maar kon geen enkele vrouw bedenken die ook op die lijst thuis zou horen. Dat was veel stripmakers een schop tegen het zere been, en mensen als Daniel Clowes, Joann Sfar en Riad Sattouf bedankten voor de eer en wilden niet meer op de lijst staan.
In Le Mondezei Franck Bondoux, de directeur van het festival: ‘Het idee van de prijs is om een auteur te onderscheiden voor zijn gehele oeuvre. Als je naar de lijst kijkt, zie stripmakers die een zekere mate van volwassenheid van een zekere leeftijd staan. Helaas zijn er maar weinig vrouwen in de geschiedenis van het beeldverhaal. Dat is de realiteit. Als u naar het Louvre gaat, zal u daar ook weinig werk van vrouwen aantreffen.’ Ook deze uitspraak was tegen een zeer been. Nu heeft Bondoux gelijk dat vrouwen jarenlang in de minderheid waren wat strip maken betreft. Maar de laatste pakweg tien jaar zijn vrouwelijke stripmakers steeds prominenter aanwezig. En dan heb ik het vooral over vrouwen als scenarist en/of tekenaar, want aan de productie kant hebben vrouwen altijd een grote rol gespeeld bij het maken van strips. Als inkleurder, letteraar en redacteur bijvoorbeeld.
Maar ook als ‘auteur’ kent de stripgeschiedenis aardig wat vrouwen, al zijn het in verhouding wel minder dan mannen. Check deze lijst maar eens. Of deze top 50 stripvrouwen van CBR uit 2015. Ik kan me niet voorstellen dat hier geen vrouw tussen zit die kans maakt op zo’n oeuvreprijs.
If one wants to judge the Festival’s actions with regards to female authors in this day and age, one should turn towards its Official Selection (which takes into account books published during the past year). In this year’s Festival, female authors represent a quite significant proportion of the Selection (25% of books whereas their representation among all comic book authors is of less than 15%).
Nooit meer slapen
Ik werd vrijdagmiddag geïnterviewd door Adinda Akkermans voor het programma Nooit meer slapen. Van ons 15 minuten durende gesprek is een klein fragment in het radio-item gebruikt. Adinda sprak ook met Aimée de Jongh, een van de Nederlandse stripmakers die zich fel uitsprak tegen deze hele kwestie. Tegen Wouter Adriaensen van Stripgids zei ze: ‘Ik vond het belachelijk. Het is natuurlijk wel zo dat er in de westerse stripwereld nauwelijks vrouwen zijn met het oeuvre van ‘een Alan Moore’. Maar er staan ook tekenaars op de lijst die net zo lang bezig zijn als bijvoorbeeld Marjane Satrapi. Die had er gewoon bij moeten staan. En aangezien er ook enkele Japanse tekenaars genomineerd zijn, verwondert het mij des te meer dat veel belangrijkere vrouwelijke stripmakers uit dat land er niet bij staan.’
In de toekomst zie ik haar naam ook nog wel eens op de shortlist van de Grand Prix staan, al is het daar nu nog wel even te vroeg voor.
Maaike Hartjes had wel min of meer begrip voor het feit dat het stripfestival stripmaaksters over het hoofd heeft gezien, aldus NRC: ‘Aan de ene kant begrijp ik hoe dit kan gebeuren. De stripwereld was tot voor kort een mannenbolwerk. Maar de afgelopen vijf jaar is er een emancipatieslag gemaakt. Er zijn heel veel vrouwelijke striptekenaars bij gekomen. Daarom vind ik dat het stripfestival niet weg kan komen met zo’n lijst met alleen maar mannen.’
Gerben Valkema tekende de poster voor de aanstaande Stripdagen in Rijswijk.. Euh, ik bedoel natuurlijk de NIEUWE stripdagen. Haagse Harry is het enige figuurtje dat hij niet tekende, die is nog van Marnix Rueb.
Superhelden en Haagse Harry zijn de thema’s dus die zijn goed vertegenwoordigd.
Gek natuurlijk dat Maaike Hartjes die dan de Stripschapprijs krijgt uitgereikt, nu net weer niet op de poster staat. Hartjes wees Valkema hierop op Facebook en die reageerde: ‘Ja, verdorie! Dat dacht ik ook, toen ik nadien hoorde dat jij de winnaar van de stripschapsprijs was. Wist ik niks van, maar ik baal er wel van, een ontzettend gemiste kans!’
Hartjes is dus de tweede vrouw die deze oeuvreprijs, die sinds 1974 wordt uitgereikt, in ontvangst mag nemen. Barbara Stok ging haar in 2009 voor. Stok en Hartjes vind ik erg goed en hebben een duidelijke eigen stijl. Allebei zijn ze met autobiografische strips begonnen maar inmiddels hebben ze hun blik allang verruimd. Ik vind Maaikes strips over Japan erg leuk en boeiend om te lezen.
De P. Hans Frankfurtherprijs, voor een persoon of organisatie die zich op bijzondere wijze inzet of heeft ingezet voor de strip in Nederland, gaat naar Strip2000. Uitgever Peter van der Heijden overleed eerder dit jaar plotseling. Hij was een inspirerende krachtbron in de stripwereld. Iemand die zijn enthousiasme op anderen wist over te brengen en iemand die in een korte tijd een indrukwekkend fonds wist te creëren. Ik mocht hem graag.
De commissie, bestaande uit Marcel Ruijters, inkleurster Wilma Leenders, journalist Cintha Rood, stripwinkelier Peter Ottens en vormgever Peter van der Knoop, zegt het volgende over het oeuvre van Hartjes:
De volkomen eigen stijl en het opbouwen van een consistent en op zichzelf staand oeuvre maakt Maaike Hartjes tot een unieke stripmaker. Haar handelsmerk is een stijl die zich het beste laat omschrijven als expressief minimalisme.
In een periode dat de stripwereld nog een echt mannenbolwerk was, kreeg zij al de lachers op haar hand. Piepkleine tekeningen gebundeld in minipocketformaat uitgegeven in eigen beheer. Dit was voor haar genoeg om zichzelf te profileren en hiermee dwars tegen de stroom in te roeien. Het autobiografische karakter van haar stripjes in combinatie met haar levendige humor bezorgden haar snel bekendheid. Begin jaren negentig was Maaike één van de vaandeldragers voor de jonge stripmakers. In die dagen werd zij samen met Barbara Stok en Gerrie Hondius, tot de Grote Drie van de zogenaamde vrouwenstrips gerekend.
Tijdens haar meer dan twintigjarige carrière is Maaike altijd op zoek gegaan naar het ongrijpbare, zonder zich hierbij tegen de gevestigde orde te hoeven verzetten. Of het nu gaat om grote of kleine thema’s, ze weet er een luchtige draai aan te geven. Als enige stripmaker stond ze bijna tien jaar wekelijks met haar Maaike’s dagboekje in het tijdschrift Viva. En legde hiermee de vinger op de zere plekken van menig lezeres. Ook waren diezelfde dagboekstripjes van groot belang voor Zone 5300. De waardering was zo groot dat het stripje bijna uitgroeide tot het gezicht van dit magazine. In het verlengde hiervan tekende zij ook diverse reisdagboeken op. Wie net als Maaike weleens door Hong Kong of Zuid-Afrika heeft gereisd, zou situaties en locaties kunnen herkennen in deze verslagen. Zeker haar relaas over het land van Mandela was confronterend. Het werd pijnlijk duidelijk dat de Apartheid nog niet is verdwenen aldaar. Het wachten is op het moment dat Maaike weer het vliegtuig neemt naar een nieuwe reisbestemming voor een volgend verslag.
Door haar toegankelijke stijl wist zij door te breken in het bedrijfsleven als snelcartoonist. Hiermee liet zij zien dat commercie allang geen vies woord meer is in de stripwereld. Als vanzelfsprekend nam zij als één van de eersten plaats op de voorzittersstoel van de BNS (Beroepsvereniging Nederlandse Stripmakers), samen met collega Hanco Kolk (van S1ngle). Waar ze vooral op heeft ingezet, is om als stripmaker meer werk te vinden in het bedrijfsleven. Het toenmalige bestuur heeft zich ook beziggehouden met auteursrecht en beeldrecht. De BNS is toen ook een samenwerking aangegaan met de BNO (Beroepsorganisatie Nederlandse Ontwerpers).
Haar nieuwste project Tekeningen Rekeningen is een logisch gevolg op haar voorzitterschap. Dit werk ligt dan ook in de lijn van het communicatieve karakter van haar werk. Als stripmaker is zij eerder een waarnemer dan een verteller. Observaties lijken als een rode draad door haar werk te lopen. Eerst van het alledaagse, daarna die in verre landen en met haar nieuwste project die van de beroepspraktijk van stripmakers. De commissie voor de Stripschapprijzen beloont niet alleen het feit dat Maaike Hartjes in bijna vijfentwintig jaar is uitgegroeid tot één van de belangrijkste stripmakers van haar generatie, maar benadrukt vooral haar doorzettingsvermogen en inzet voor de branche. Dat deze Stripschapprijs precies twintig jaar na haar eerste albumnominatie komt, maakt de cirkel rond.
Ook zijn de nominaties voor de beste albums bekendgemaakt. Daarin ontbreekt het boek Jheronimus van Marcel Ruijters, maar dat komt waarschijnlijk omdat Ruijters zelf in de jury zit dit jaar. Het had anders niet in de lijst mogen ontbreken.
De winnaars van deze nominaties worden bij de prijsuitreikingen op De Stripdagen bekendgemaakt.
N.B. De winnaar van het Jeugdalbum van het Jaar wordt gekozen door de (Rijswijkse) jeugd.
De Stripdagen vinden plaats op 27 en 28 februari 2016 in De Broodfabriek, Volmerlaan 12 in Rijswijk. De prijsuitreikingen vinden plaats op zondag 28 februari om 13.00 uur.
Stripmaker Maaike Hartjes maakt (bijna) iedere dag een illustratie die ze deelt op Instagram. Ik vind ze erg mooi en besloot haar daarom enkele vragen hierover te stellen.
Je maakt sinds kort vrijwel iedere dag een illustratie in je schetsboek die je op Instagram plaatst. Waarom? Ik zit pas sinds kort op Instagram, en dat zorgde meteen voor een stroom aan mooie tekeningen. Ik wilde zelf ook zulke dingen maken, dus besloot ik om maar gewoon te beginnen en elke dag een tekening te posten.
Maak je ze ’s ochtend bijvoorbeeld om je tekenspieren los te maken? Nee, juist vaak aan het einde van de dag, als een soort afsluiter van de dag. Het is ook heel vrij, totaal tegenovergesteld van mijn normale werk.
Je gebruikt ook gevonden knipsels. Hoe ben je er zo bij gekomen om collages te maken? Ik verzamel al langer washi tape en mooie papiertjes om ‘ooit’ te gebruiken in mijn tekeningen, maar ik deed er in de praktijk erg weinig mee. Dus nu dwing ik mezelf om er eindelijk eens mee aan de slag te gaan.
Heb je dat collage-maken hiervoor eigenlijk wel vaker gedaan? Een beetje, ik heb net een nieuw boek afgemaakt en ben daarin op losse snippers papier gaan tekenen en er tape bij gaan gebruiken. Maar dit gaat wel een stapje verder.
Bij een van de foto’s heb je gezegd: “Most of the time I have no idea what I’m doing.” Kun je toch uitleggen hoe je te werk gaat als je zo’n illustratie maakt? Waardoor laat je je inspireren? Meestal kijk ik eerst wat plaatjes op Pinterest, om zin te krijgen om zelf iets te maken en om ideeën te krijgen. Die zijn meestal erg rudimentair, bijvoorbeeld dat ik een patroon of kleurcombinatie zie die ik ook wel eens wil gebruiken.
Daarna pik ik, vaak willekeurig, wat papiertjes uit mijn verzameling en plak die bijna even willekeurig in mijn schetsboek. Met dat als basis werk ik verder: ik plak er washi tape bij, teken met potloden en stiften, scheur weer wat weg of plak iets ergens overheen… En dan groeit er langzaam een afbeelding en maak ik de tekening af. De Pinterest-ideeën ben ik dan vaak al lang weer vergeten.
Van te voren heb ik nooit een idee wat het gaat worden, het gaat vrij intuïtief, en mislukt daarom ook nog wel eens. Heel anders dan mijn normale werk, waarbij ik overal controle over heb.
Hoe is de respons op Instagram? Moeilijk te zeggen. Positief, maar ik ben nog maar net bezig, en ik zie vaak zulke lelijke dingen op Instagram met heel veel likes… Ik probeer me maar niet te laten leiden door de hoeveelheid likes en volgers.
Hoop je zo nieuw publiek te winnen voor je werk? Nee, ik heb niet echt verwachtingen ervan. Het is meer een middel om te zorgen dat ik nieuwe dingen uitprobeer, en ook echt dingen maak in plaats van er alleen over te denken.
Al word ik nu opeens gevolgd door tieners met manga-tekeningen, ook wel weer leuk.
Wanneer kunnen we weer eens een nieuw album van je verwachten? Snel, hoop ik! Het boek waar ik het eerder over had is klaar. Ik moet het alleen nog scannen en bewerken, en een geschikte uitgever ervoor zoeken.
Ah, fijn! Waar gaat dat album over?
Het onderwerp hou ik liever nog even geheim, daarom heb ik het expres niet vermeld.
Judith Vanistendael maakte de voetreis naar Santiago de Compostela die ieder jaar wordt afgelegd door duizenden pelgrims, gelukzoekers en wandelaars. Haar dagboekaantekeningen zijn nu door Oog & Blik/De Bezige Bij uitgebracht.
Wie zijn vakantie thuis viert, kan altijd reisboeken gaan lezen om in de voetsporen van andere reizigers weg te dromen. Zelf ben ik nogal gecharmeerd van Carnet de voyage, het reisdagboek van Craig Thompson dat hij in 2004 bijhield toen hij drie maanden lang door Frankrijk, Barcelona, de Alpen en Marokko reisde. Er staan prachtige tekeningen in en een persoonlijk verslag van zijn reis dat het particuliere overstijgt en dus ook voor de lezer interessant is. Ik heb het reisverslag van Maaike Hartjes en Mark Hendriks over Hong Kong ook met veel plezier gelezen, evenals de boeken van Guy Delisle, die geregeld in andere oorden in de wereld verblijft. Door die boeken leer je andere culturen beter kennen en leer je iets over vreemde landen. Dat is bij Pelgrim of niet? Een voettocht naar Santiago niet het geval.
Judith Vaninstendael is een getalenteerd stripmaker. Ik vond haar De maagd en de neger goed, en Toen David zijn stem verloor vind ik een prachtige strip over wat het effect is als een naaste doodziek wordt. Ze vertelt hoe ieder op zijn eigen wijze omgaat met de naderende dood. Toen ik haar over dit boek interviewde vertelde Judith: ‘Ik ben niet zo van “De Grote Waarheid”. Wat ik boeiend vind aan fictie is dat je verschillende waarheden kunt weergeven, verschillende realiteiten en visies. Ik denk dat het me daarom zo aanspreekt. Maar in het volgende boek doe ik dat niet meer, want het is heel veel werk.’
Je zou kunnen zeggen dat Pelgrim of niet? Een voettocht naar Santiago een kleine waarheid is, Judiths waarheid. Het is een verzameling van indrukken en introspecties van Vaninstendael, die zich op haar reis voornam iedere dag een illustratie te maken.
Soms leidt dat tot een belangrijk inzicht:
Ik had soms wel moeite om Vanistendaels schoolschrift te lezen. Vooral de aantekeningen in de illustraties.
Pelgrim of niet? Een voettocht naar Santiago geeft een aardige indruk van wat je meemaakt als je een wandeling van 900 kilometer onderneemt. Sommige illustraties vind ik mooi, anderen vooral functioneel: ze zijn er om een detail van de reis weer te geven, maar springen er qua compositie of uitvoering niet uit.
Deze illustratie bekoort mij in het bijzonder omdat het enerzijds zo alledaags tafereel is, maar door de bergen op de achtergrond iets romantisch of dromerigs krijgt:
Dat gezegd hebbende en zonder Vanistendaels ervaring te willen bagatelliseren, vind ik het resultaat voor mij als lezer enigszins mager. De vertelling blijft mijns inziens te veel in het particuliere hangen en heeft voor deze lezer daarom weinig zeggingskracht. Het is vooral een leuk boekje voor bekenden van Vanistendael en mensen die zelf deze tocht hebben ondernomen. Ik hoop daarom ook dat Vaninstendael binnenkort weer met een goed stripverhaal komt.
I really dig this video about how to make Pancake Zombies for Halloween or any other ghoulish occasion like birthday parties or, in my case, basically anything that has to do with cooking (I am not a fan of it). (via Maaike Hartjes)
Stadsdeel Amsterdam-West is drie maanden lang de gastheer van meer dan 35 gerenommeerde Amsterdamse tekenaars. In de maanden februari, maart en april staat het stadsdeel in het teken van de strip en strips in het teken van het stadseel. Op straat, in winkels en in diverse cafés, zal het beeldverhaal zichtbaar zijn. Ook is er een gratis stripkrant met verhalen uit de buurt: Wat Wil West geheten.
Centraal in de activiteiten staan drie pijlers: de artistieke waarde van strips, de verhalen van Oud-West, en de betekenis van stadsdeel West als creatief hart. De titel van het project is Zichtbare Lijnen en het doel is om het publiek bewust te maken van de vele mogelijkheden die de negende kunst te bieden heeft.
Stripkrant
Zichtbare Lijnen gaat van start met de feestelijke lancering van de gratis stripkrant Wat Wil West in OT301. Wat Wil Westis de opvolger van de stripkrant Orient X Press, die in 2012 stadsdeel Amsterdam-Oost in kaart bracht. Wat Wil West biedt de lezer een blik in de verhalen van de buurt. Van de bitterzoete herinneringen van bejaarde bewoners, de ervaringen van de stadsboeren in de buurtbak, tot aan de interactieve uitklapposter voor jeugdige lezers.
De krant is bovendien geheel als beeldverhaal vormgegeven, zelfs de advertenties zijn strips. Vanaf 5 februari zal de krant in een oplage van 20.000 verspreid worden door Amsterdam West waarbij de postcodes 1053 en 1054 een exemplaar in de brievenbus zullen ontvangen. Daarnaast is Wat Wil West natuurlijk ook ook verkrijgbaar in de betere stripwinkels van groot Amsterdam. Op vrijdag 31 januari wordt de krant gepresenteerd vanaf 21.00 uur en zal worden opgeluisterd door diverse live-acts en dj’s, waaronder de stripmakersbands Blackbird & Thrushes en Onder Kelvin.
Hier alvast wat voorproefjes uit de stripkrant die ik erg mooi vind:
Zichtbare lijnen
Het stripfestival bestaat uit veel activiteiten, voor een goed overzicht daarvan verwijs ik je graag naar de Facebookpagina. Hier alvast een kleine greep. Op 31 januari zal in restaurant de Peper in de OT301 een expositie openen van tekenaars Merel Barends en Suus van den Akker. Deze expositie is te zien tot en met 1 maart.
In de publieke ruimte zijn onder meer de pilaren van het overdekte deel van de Kinkerstraat voor strips gereserveerd. Over de gehele periode dat het festival duurt worden telkens nieuwe pilaren van enorme striptekeningen voorzien. Op 8 februari worden tussen 13:00 uur en 14:30 uur de ramen van de HEMA op de hoek van de Kinkerstraat en de J.P. Heijestraat door 16 tekenaars vol getekend. Op 13 februari gaat vervolgens het Bellamy etalageproject van start: een wandeling met gids langs verschillende etalages in de buurt waarin de tekenaars van Go West de beelden en verhalen die zij in de krant gepubliceerd hebben exposeren, aangevuld met nieuwe verhalen over opgroeien in Oud-West. De wandeling wordt afgesloten in de bibliotheek met livemuziek en informatie over striptekenen en is voor iedereen toegankelijk, al wordt aanmelding van tevoren via kin@oba.nl wel aanbevolen.
Eveneens interessant is de tentoonstelling met werk van Go West-tekenaars in stripwinkel Het Beeldverhaal op de Bilderdijkstraat vanaf 28 februari. Maar er zijn ook individuele exposities van de tekenaars te zien, zoals onder anderen Remco Polman (Floris en Dirkjan) in café Bax, forumcartoonspecialist Bas Köhler in het WG Café, en Jan Cleijne (Helden van de Tour) in café Du Cap.
Meewerkende tekenaars
In alfabetische volgorde: Aart Taminiau, Aloys Oosterwijk (Willems Wereld), Arie Plas, Bas Köhler, Ben Westervoorde, Bjorn, Christina Garcia Martin, Farida Laan, Femke van Heerinkhuizen, Fleur Post, Floor de Goede (Flo), Jan Cleijne, Julie Rosebud, Lotte Klaver, Maaike Hartjes, Maarten Schuurman, Maia Matches, Mass Hab, Marjolein Verbruggen, Mat Vaassen, Merel Barends, Michiel Wijdeveld, Pepijn Schermer, Peter Pontiac, Rey Roman, Remco Polman, René Windig (Heinz), Rogier Klop, Ruben Steeman (Elke dag rust), Rudi Jonkers, Suus van den Akker, Thijs Vissia, Tjeerd Royaards (Cartoonmovement), Typex, Wasco, Willem Vleeschouwer en Yvo Spry.
Zichtbare Lijnen en de stripkrant zijn mede mogelijk gemaakt door Gemeente Amsterdam Stadsdeel West, Amsterdams Fonds voor de Kunst, de meewerkende tekenaars, buurt- en regiegelden, WOOW, diverse instellingen en bedrijven. Het geheel is een initiatief van Maia Machèn en Stijn Schenk.
Iedere dinsdag en vrijdag delen striplezers hun stripliefde en vertellen over hun favoriete strip.
Wat is je naam, je leeftijd en je wat doe je voor werk? Ive Hapers, 35 jaar, onderwijzer 1ste leerjaar (groep 3)
Welke strip(s) is/zijn je favoriet en lees je nu nog steeds? Ik hou heel erg van Scott McClouds Understanding Comics, in NL vertaling door Strip Turnhout verschenen als De Onzichtbare Kunst.
Waarom is/zijn dit je favoriete strip(s)? Wat vind je er zo goed aan?
Dit boek is als het ware een metastrip, een strip over strips. Het brengt me dichter bij de wereld van de strip, het laat me strips ontdekken en begrijpen. Door het lezen van De Onzichtbare Kunst is mijn blik veranderd. Het lijkt of ik op een gesofisticeerdere manier strips lees. Meer bewust. Af en toe neem ik het boek er opnieuw bij. Om een hoofdstuk te herlezen, iets op te zoeken. Stilaan is Understanding Comics een rode draad geworden in mijn stripwereld.
Wanneer kwam je er voor het eerst mee in aanraking? En wat deed dat met je?
Ik ben opgegroeid met Jommeke en Suske & Wiske. Als 7-jarige lezer mocht ik af en toe een stripboek uitkiezen. De strips die ik had, las ik voortdurend opnieuw. Als tiener begon ik aan Kiekeboe (nuDe Kiekeboes). Ik was er zo aan verknocht dat ik besloot ze allemaal aan te schaffen. Ondertussen koop ik ze nog steeds. Om een keer te lezen en mijn collectie volledig te houden. Intussen is mijn stripliefde verder geëvolueerd. Het werk van Brecht Evens, Maaike Hartjes, Brecht Vandenbroucke, Philip Paquet en vooral nuTypex’ Rembrandtneem ik met ontzettend veel goesting vast.
In de rubriek Stripliefde vertellen striplezers over hun favoriete strip of strips. Op deze manier bouwen we langzaam een interessante leeslijst op. Ook meedoen? Check hier hoe je dat doet. Ik kijk uit naar je inzending. Oh ja: mocht iemand anders al je favoriete strip genoemd hebben, stuur dan even goed je inzending in, want jouw reden om de strip goed te vinden kan heel anders zijn. Bovendien is je eerste kennismaking en wat dat met je deed waarschijnlijk anders dan die van andere lezers.