Vandaag was ik in Utrecht om live bij te praten met een oude vriend. Afspreken met vrienden is goud waard. Het bezoek van Marvin, de Stripverzamelaar laatst, deed me beseffen dat ik het interviewen van mensen heel erg gemist heb.
Tag: Peter de Kock
Tegenwoordig volg ik een stuk minder blogs dan vroeger. Sommige bloggers zijn er ook compleet mee opgehouden, anderen publiceren nu meer op sociale media platforms als fakebook en instaham.
Daarom een rondje van de blogs die ik nog wel volg en waarom.
Digging the Digital: https://diggingthedigital.com/
Frits Jonker: https://showcase.thebluebus.nl/
Peter de Kock: http://peterdekock.nl/
Axel Watteuw aka 80s Geek: https://www.80sgeek.be/
Menno Kooistra: http://www.mennomail.nl/
En als laatste Eriqs blog: https://eriqsbloq.blogspot.com/
Op het moment dat ik dit schrijf, heb ik net twee uur geleden mijn vlog over de Hulk online gezet. Het deed me goed meteen vijf likes te scoren en twintig views.
Dat lijkt niet veel, maar aangezien mijn kanaal op dit moment ‘slechts’ 217 abonnees heeft, vind ik dat best goed. Mijn vlogs op YouTube scoren heel wisselend. De meeste superheldenvlogs scoren tussen de 50 en 100 views. Populaire boeken zoals Typex’s Andy scoren veel hoger. Dat gesprek staat nu bijna op 500 views. En er zijn vlogs uit het verleden die een paar duizend views opleverden.
Genoeg over cijfers. Het mag niet gaan om de cijfers, maar om het plezier van vloggen. Ik vind het een enorme kick als ik een video opneem en even later staat deze online op YouTube. Video’s maken is een fijne manier van communiceren. Ik kan veel meer laten zien dan in een blogpost. En ik bereik zo weer heel andere mensen dan wanneer ik alleen zou bloggen.
Soms denk ik wel eens dat het cool was geweest als YouTube al in mijn tienerjaren had bestaan. Dan had ik de producties van toen online gezet en misschien nog wel veel meer. Waarschijnlijk had ik het dan wel nog steeds over strips en films gehad trouwens.
Ik had laatst vriend Peter aan de lijn en we hadden het over mijn vlogs. Peter wees me er op dat in plaats van me blind te staren op de cijfers, ik mij beter kan concentreren op dankbaarheid voor iedereen die kijkt. En dat is een goed punt. Wie zich te veel concentreert op het halen van hoge kijkcijfers, en vooral als die in verhouding tot andere vloggers lager uitvallen, werkt alleen maar teleurstelling in de hand. Daarbij is inderdaad zo dat de video’s relatief veel geliket worden en nog belangrijker: de kijkers reageren in verhouding veel. De betrokkenheid is dus groot. En dat vind ik het allerleukste.
Vooral als iemand door een vlog over Piet Wijn besluit de catalogus die ik laat zien, te gaan zoeken en deze ook daadwerkelijk te koop vindt. Dat is echt leuk om te horen.
Het is overigens wel goed als een kanaal groeit: dat vindt het algoritme van YouTube fijn. Hoe meer likes en reacties, hoe groter de kans dat de video wordt gepromoot op het videokanaal. Maar om een video te liken en om te reageren moeten mensen wel een account aanmaken op YouTube. Dat kan een drempel zijn. En als mensen daar geen zin in hebben, snap ik dat heel goed. YouTube is in dat opzicht ook gewoon een social media-platform als Twitter, Instagram of Fakebook. Met dit verschil dat je wel gewoon video’s kunt kijken als je geen account hebt.
Ondertussen groeit het aantal abonnees op mijn kanaal wel. Steeds meer mensen weten de vlogs te vinden.
Mijn stripvlogcollega Marcel Haster heeft zich voorgenomen om in december elke dag een vlog te publiceren. 31 vlogs in evenzoveel dagen. Ik hoop dat het lukt en vooral hoop ik dat hij veel plezier heeft aan deze challenge.
In mijn achterhoofd heb ik een x-aantal vlogs die ik voor het eind van het jaar wil maken, al is het geen ramp als dat niet lukt. Onderwerpen komen vanzelf in me op. Het is soms alleen een kwestie van het juiste materiaal vinden en lezen. Of bepalen welke vlog ik als eerste wil opnemen. Een overdosis aan keuzen werkt soms beperkend heb ik gemerkt. Toch laat ik me het liefste leiden door waar ik op dat moment het meeste zin heb. Zoals dit weekend dus een vlog over de Hulk.
Omdat ik veel over popcultuur schrijf, krijg ik van uitgevers geregeld recensie-exemplaren van boeken opgestuurd. Geen idee wat er in dit pakketje zit, maar in deze vlog maak ik het open.
Alle stripfiguren bij elkaar
Wanneer ik in Utrecht ben, dan bezoek ik vaak even stripwinkel Blunder aan de Oude gracht 203.
Vrijdag 17 november was ik in Utrecht voor een gezellige koffiedate met Peter de Kock. Daarna liepen we nog even bij de stripwinkel binnen. Ik wilde namelijk checken of Mijn vriend Spider-Man er stond.
De verkoper vertelde me dat ze die week net het laatste exemplaar hadden verkocht. Maar vanaf dinsdag zou het boek er weer liggen, want dan bracht Ron Poland van Strips in Voorraad weer nieuwe strips langs. Poland doet ook de distributie van het boek voor stripwinkels. Het Centraal Boekhuis doet dat dan weer voor de gewone boekhandels.
Ik vind de gevelborden vol stripfiguren die bij Blunder hangen erg mooi. Op de borden zijn allerlei strippersonages gecombineerd. Van alles door elkaar: personages uit klassieke Europese reeksen staan naast Amerikaanse (super)helden. Alsof de stripwereld heel gebroederlijk, een grote familie is.
Je zou willen dat stripliefhebbers ook zo met elkaar omgaan. Toch heb ik het idee dat iedereen op zijn eigen eilandje zit en dat er weinig sprake is van echte kruisbestuiving.
Goed, er zullen stripliefhebbers zijn die zowel Guust als Spider-Man lezen. Maar vaak als ik comicliefhebbers spreek, lezen zij zelden andersoortige strips. En als ik in de stripwinkel spreek met mensen die vooral van klassieke reeksen houden, halen ze vaak hun neus op voor comics.
Als je kijkt naar hoe gescheiden een Dutch Comic Con en de Stripdagen van het Stripschap zijn, zie je hoe anders die werelden zijn en het publiek dat daar komt. Nu zullen de Stripdagen volgend jaar ook in de jaarbeurs Utrecht gaan plaatsvinden in een zaal naast de Dutch Comic Con. (Zo heb ik de deal in ieder geval begrepen. Mochten mensen weten dat het anders zit, dan hoor ik het graag.) Een beetje zoals bij Blunder de comics en ‘gewone’ strips op verschillende afdelingen te krijgen zijn. Ik vraag me echter af of het publiek echt zal gaan mengen tijdens de Con en Stripdagen.
De vraag is, hoe krijg je zoiets voor elkaar? En is dat eigenlijk nodig?
Hoe dan ook, bij Blunder staan de personages op de gevelborden dus gezellig naast elkaar.
Uiteindelijk vond ik mijn vriend Spider-Man trouwens wel in de etalage van de winkel:
Groeten uit Aken
Kijk, da’s nog eens een originele ansichtkaart:
Peter de Kock zette deze laatst op Twitter tijdens zijn jaarlijkse motorvakantie: ‘Voordat een schrijver zijn boek publiceert legt het een hele reis af die daarna door gaat. Kijk: Aken, boek van Michael Minneboo is er ook’.
Ik word altijd vrolijk van het idee dat Peter eens per jaar een week voor zichzelf reserveert om eropuit te trekken. Een mooie traditie waar hij na terugkomst, altijd fijn over blogt.
Dat mijn boek op meer plaatsen komt dan ik ooit geweest ben, is ook een grappig idee. Ben ik toch een beetje mee op vakantie.
Gunfactor
Als debuterend auteur ben je voor de in- en verkoop van je boek afhankelijk van onder andere de gunfactor.
Ik ben geen BN’er, dus mijn boek zal niet snel in de verkoop top-10 komen. Daarmee vallen winkels als AKO en Bruna vaak al af, want die verkopen voornamelijk top-10 boeken en bestsellers.
Nu ga ik er zelf op uit om bij boekwinkels te kijken of mijn boek daar al ligt. Zojuist was ik nog bij de Dolfijn op de Haarlemmerdijk. Daar lag Mijn vriend Spider-Man nog niet, maar toen ik de verkoper vertelde over het boek, een exemplaar liet zien en vertelde dat ik in de buurt woon, wild hij graag de titel bestellen. Als het er van de week ligt, maak ik uiteraard even een foto zoals ik altijd doe als ik mijn boek tegenkom.
Boekverkopers vinden het sympathiek als je persoonlijk bij ze langsgaat. Tenminste, dat is mijn ervaring tot nu toe. Omdat er zo veel titels uitkomen, weten sommige boekinkopers helemaal niet van het bestaan van Mijn vriend Spider-Man af, dus kan het geen kwaad om ze op het boek te wijzen. Daarom riep ik vorige week ook mensen op om vooral het boek fysiek in de boekwinkel te bestellen, als ze toch al van plan waren om het te kopen.
Andere mensen helpen door over het lezen van Mijn vriend Spider-Man op sociale media te praten. Dat helpt ook vast en zeker om de bekendheid van het boek te vergroten. Als ik die posts tegenkom, word ik daar erg blij van. Hartverwarmend vind ik dat soort aandacht.
Fancultuurexpert Linda Duits heb ik voor het boek geïnterviewd, en daarom ben ik heel benieuwd wat zij van het boek vindt. Daarom was ik extra blij met haar tweet.
Willem De Graeve, co-directeur van het Stripmuseum in Brussel, was er gelukkig ook over te spreken:
Vriend Peter de Kock kocht twee exemplaren en gaf er eentje weg aan Marvel-fan Alex die toevallig net als Peter in Oosterhout woont.
Stripvlogger Marcel Haster stuurde me gisteren een foto van het boek dat bij Stripwinkel Sjors te Dordrecht in de etalage staat. Da’s ook fijn, want stripliefhebbers zijn een deel van de doelgroep. Ze zullen zich zeker gaan herkennen in het verhaal.
Mijn uitgeverij, SubQ, heeft iedere stripwinkel in Nederland een exemplaar van het boek en een persbericht gestuurd. Of de stripwinkeliers massaal hebben ingekocht weet ik niet, maar ik vind het fijn dat de mensen van Sjors dat wel hebben gedaan.
Het is alweer een tijd geleden dat ik bij ze op bezoek was. Dat was in 2010 voor het laatst volgens mij, toen ik stripmaker Minck Oosterveer (1961-2011) interviewde. De eigenaren van Sjors waren zo aardig om ons in hun woonkamer te laten zitten, zodat we rustig konden praten. Het was de eerste keer dat ik Oosterveer interviewde. Later sprak ik hem via de telefoon nog eens omdat hij Spider-Man ging tekenen voor Marvel. Na het gesprek zat Minck buiten te signeren. Het was die middag boekenmarkt in Dordrecht.
Van de stripwinkel maakte ik nog deze foto van hun kelderverdieping:
Schokkend Nieuws
Overigens ben ik zelf ook door een aantal mensen geïnterviewd over het boek. Binnenkort staat er een interview in de Boekenkrant over Mijn vriend Spider-Man. Vorige week zat ik in de podcast van Schokkend Nieuws. Dat was erg leuk om te doen voor een keer.
Voor het nieuwste nummer van Schokkend Nieuws interviewde Hedwig van Driel mij een paar weken geleden. Dat was een erg fijn gesprek. Na het interview hebben Hedwig en ik nog gezellig aan de koffie gezeten om even lekker te geeken.
Kerstsfeer
De laatste dagen denk ik vaak na over wat Kerstmis nu eigenlijk voor mij betekent.
Kerstmis heeft voor mij geen bal met de geboorte van een zeker heiligboontje te maken, want als atheïst vind ik geen troost of logica in de Bijbel, Koran of Thora. Dat soort onzinverhalen zijn niet aan mij besteed.
Maar in een seculier bestaan heeft kerst ook zo zijn functie, maar wat, mag iedereen natuurlijk zelf invullen. Zelf heb ik het niet zo met het commercieel festijn dat het soms wordt, maar als mensen zich helemaal suf willen kopen, moeten ze dat maar zelf weten.
Waarom ik dan toch met deze vraag zit?
Ik realiseer me dat mijn beeld van kerst vooral bepaald wordt door kerstfilms. En hoewel ik eigenlijk best van kerstfilms en de bijbehorende sfeer houd, besef ik ondertussen dondersgoed dat de uitvoering het zelden haalt bij de voorpret. Daarom is ‘Driving Home for Christmas’ van Chris Rea waarschijnlijk een van mijn favoriete kerstnummers. Het zit in ieder geval al een paar weken in mijn hoofd.
Als Rea na al die anticipatie eindelijk thuis is, blijkt vast dat de kinderen ruzie hebben, de kat de kerstboom inspringt zodat alle ballen op de grond rollen en dat de kalkoen veel te lang in de oven heeft gezeten. Hopelijk wordt het niet zo erg als in deze creepy illustratie overigens:
Maar we kunnen wel stellen dat de mythe van kerst zoals die wordt voorgeschoteld in verhalen en films is altijd mooier dan de werkelijkheid.
Misschien dat ik daarom graag de kerstdagen doorbreng voor de buis, kijkend naar een onbereikbaar ideaal. Of mezelf krom lachend omdat er op vakkundige wijze de draak mee wordt gestoken, zoals in Elf en Scrooged, twee van mijn favoriete kerstfilms.
Kerstsfeer wordt voor mij dan ook mooi weergegeven in dit frame uit Batman Returns. Het statige Wayne Manor in de ijzige sneeuw, het batsignaal maakt duidelijk dat Bruce vanavond niet bij de openhaard eggnog zit te drinken.
Wat mij overigens ook vaak goed in de decembersfeer brengt, is gezellig afpreken met vrienden. Zo zat ik afgelopen woensdag met Jooper in mijn favoriete Amsterdamse eetcafé te genieten van de beste hamburger van Nederland. Dat doen we overigens geregeld en niet alleen in december, maar toch…
De kerstsfeer zat er goed in. Dat kwam onder andere door de nep kerstboom naast ons tafeltje en de kerstbomenverkoop op de Nieuwmarkt waar ik opweg naar het restaurant langs liep. Goed, de Waagh is niet echt Wayne Manor in de sneeuw, maar het ziet er toch behoorlijk sprookjesachtig en kerstachtig uit, vind ik.
Ook kwam ik toen deze witte rakker tegen:
Vrijdagavond zat ik met Peter de Kock in Le Journal in Utrecht om gezellig bij te praten. Later kwam Daan daar ook bijzitten en hebben we nog fijn getafeld.
Peter en ik spraken onder andere over dankbaarheid, een onderwerp waar hij eerder deze week over blogde. Nadenken over waar je dankbaar voor bent, is een mooie activiteit voor de feestdagen, vind ik.
Kerstvakantie 2
De afgelopen dagen geniet ik erg van mijn vakantie. Het is heerlijk om ’s ochtends op te staan en te beseffen dat ik die dag geen verplichtingen heb. Dat was een tijdje geleden. Ik kom nu ook lekker toe aan de stapel comics die ik al tijden wil lezen.
Zo las ik vrijdag en zaterdag The Sandman: Overture van Neil Gaiman en J.H. Williams, met prachtige inkleuring van Dave Stewart. Een enorm genot om deze prequel op de Sandman-serie te lezen. Het was officieel mijn laatste stukje werk, want ik moest er nog een recensie voor het blog van The American Book Center voor schrijven. Dat heb ik dus met plezier gedaan. Het was mijn laatste striprecensie voor dit jaar.
Zondag las ik Locke & Key vol. 2 en vol. 3. Dat is een van de beste stripseries die ik in jaren las. Binnenkort dus maar snel deel 4 t/m 6 halen, want ik ben heel benieuwd hoe het verder gaat. Ook las ik zondag de western Stern, met een doodgraver in de hoofdrol. Mooi teken- en kleurwerk en een onderhoudend verhaal.
Maandag ben ik begonnen met het vierde deel van Sandman: Season of Mists. Deze werd me aangeraden door Jitse van de ABC. En tot nu toe stelt ook dit deel van Sandman niet teleur.
Niet dat ik een te kort heb aan strips, maar maandagochtend was ik toch even in stripwinkel Henk te vinden. Ik was op zoek naar Essential Marvel Team-up. Dat is een stripreeks waarin Spider-Man bijna ieder nummer een team-up heeft met een collega uit het Marvel Universum. Ik heb daar nooit zoveel van gelezen en wilde er eens aan beginnen. Die Essentials zijn doorgaans goedkoper dan andere verzamelingen en je hebt meteen een twintigtal afleveringen in een bundel. Wel jammer dat ze zwart-wit worden gedrukt. Henk had helaas geen Essentials meer. Dat wordt dus nog even zoeken. Ondertussen kan ik ze wel gewoon digitaal lezen, maar er gaat toch niets boven papier. Wel vond ik er twee bundels van John Byrne’s Fantastic Four reeks. Dus die gingen mee natuurlijk.
Ik kreeg van Henk ook nog deze sticker opgeplakt:
Ze hebben er ook een voor mensen die The Force Awakens nog niet hebben gezien en absoluut niet gespoilerd willen worden. Er was nog een Amerikaanse in de winkel die naar een voorstelling in de States van de film was geweest. Ze had zich nogal gestoord aan al de meegebrachte lichtsabers. Ook maakten de fans wat haar betreft te veel herrie tijdens de film. Wat dat betreft was mijn kijkervaring een stuk positiever dit keer.
Behalve lezen probeer ik ook zoveel mogelijk met mensen af te spreken en koffie te drinken. Facebook mag dan ballen zuigen, het blijft heerlijk om face to face met mensen af te spreken en te horen hoe het met hun leven staat. Vorige week dinsdag had ik een koffieafspraak met Jitse. We hebben het vooral gehad over hoe je via sociale media je doelgroep kan bereiken. Woensdag was ik met vrienden naar Star Wars Episode VII: The Force Awakens. Donderdag was ik in Hoorn om met mijn moeder bij te praten. Daarna bezochten Linda en ik Irene van Wijk in haar kookwinkel. Vervolgens gingen we even bij Paul en Marlies langs. Ze hadden hun huis al helemaal gezellig in kerstsfeer gebracht.
Vrijdag was ik in Utrecht. Ik had een afspraak met Matt Baaij en Rob van Barneveld. Rood Gras Rob is vanaf januari fulltime zzp’er. Hij maakt toffe strips en illustraties. Zijn servies met kattenkopjes loopt als een tierelier. De heren bleven nog even gezellig zitten toen Peter de Kock bij ons aanschoof. Peter en ik spreken elkaar een paar keer per jaar in Le Journal. Tussendoor houden we via mail en telefoon contact. En via reacties op elkaars blogs natuurlijk.
Maandagavond at ik in de Balie met fotograaf Jooper. Hij is lekker bezig zijn blog nieuw leven in te blazen en postte recent dit fotoverslag van zijn bezoek aan Deventer tijdens het Charles Dickensfestijn. Nooit geweten dat ze in Deventer een weekend lang gekleed gaan als figuren uit de tijd van Charles Dickens, maar nu ik het weet, ga ik zeker een keertje kijken. Veel heb ik nooit van Dickens gelezen, maar A Christmas Carol is een van mijn favoriete verhalen.
Voor de burgers met Jooper was ik samen met Linda in de Stadschouwburg om de repetitie van 2015 met Lubach bij te wonen. Zondag met Lubach is toch een van de betere televisieprogramma’s bij de NPO op dit moment. Ik vind dat Arjen Lubach de presentatie heel goed doet. Muppet Salamander Klöpping was er gisteren ook bij en we kregen even te zien wie deze muppet bedient. Het is dezelfde man die ook Elmo doet bij Sesamstraat. Jogchem Jalink heet hij.
Negen jaar bloggen
Vandaag is het negen jaar geleden dat ik begon met bloggen. Het is een gebeurtenis waar ik ieder jaar even bij stil sta.
Bloggen is voor mij net zo inherent aan het leven als eten en slapen. Wat ik ook doe, waar ik ook ben en wat ik ook tegenkom: mijn onderbewuste is dikwijls bezig met kijken of ik er iets mee kan voor mijn blog. Dat dit ook zo zijn nadelen heeft, hoef ik niemand inmiddels meer uit te leggen.
Een paar weken geleden besloot ik al mijn andere blogprojecten op deze site samen te voegen. Oude blogpost van Mike’s Webs en Daily Webhead heb ik geïmporteerd. Dat geeft een fijn gevoel van compleetheid. En ook een gevoel van rust: in die negen jaar produceerde ik zoveel materiaal, het boek lijkt inmiddels wel uit. Of vol geschreven, zo je wilt.
Het viel me bij het doornemen van oude blogposts op dat ik zo mijn stokpaardjes heb en vaak op onderwerpen terugkom. Herhaling is onvermijdelijk in het leven en als je online publiceert. Herhaling moeten we ook niet uit de weg gaan. Online publiceren doen we vaak in series. De ene post leidt tot de andere, soms leidt het tot verdieping op wat je eerder te vertellen had. Soms ook niet trouwens en recycle je gedachten of gebeurtenissen. Soms zonder dat je je daar bewust van bent.
En daarbij: er zijn gewoon bepaalde dingen waar ik heel graag over schrijf, dus waarom zou ik het laten? Wie er genoeg van heeft, klikt simpelweg niet op de link.
Laatst sprak ik hier met blogvriend Peter de Kock over en die antwoordde dat hij zich helemaal niet druk maakt om herhaling: ‘Ik plan mijn blog niet. Ik laat me er graag door verrassen.’ Een mooi uitgangspunt. Ik zet mijn sensoren op scherp en open de deur voor allerlei invallen en echo’s. Laat het een verrassend tiende blogjaar worden.
Buurtbloggen en andere onderwerpen
Foto: Peter de Kock
Vrijdag was ik in Utrecht om eerst het nieuwe huis van Hester en Wouter te bekijken. Ze wonen erg mooi op de rand van de vogelbuurt. Was ook leuk om hun kat Tim weer even te zien, waar ik drie jaar geleden op gepast heb. Het is alweer jaren geleden dat Hester en ik allebei voor Intermediair werkten, en het blijft leuk om zo nu en dan af te spreken en bij te praten. Daarna een afspraak met blogvriend Peter de Kock in Le Journal. Onze gesprekken in dit mooie Utrechtse café beginnen al een heuse traditie te worden. Peter is tegenwoordig erg druk met een blog over zijn wijk en met het verbeteren van de omstandigheden in die wijk door bijvoorbeeld bijenvelden aan te leggen met andere buurtbewoners. Mooi werk.
Gisteren was ik in Oosterhout om de gezellige Eppo kerstborrel bij te wonen. Die was eind van de middag. Ervoor sprak ik met blogvriend Peter de Kock in café De Beurs over vergeten boeken.
Ons warmend bij de open haard vertelde ik Peter dat ik als tiener ooit Zen en de kunst van het motoronderhoud las, maar dat ik me vrijwel niets meer van de inhoud van het boek kan herinneren. Peter bekende dat hij ooit in het boek was begonnen, maar het niet boeiend genoeg vond om uit te lezen. Wel herkende hij het niet kunnen herinneren van boeken. ‘Ik heb een kast vol boeken, en ik weet niet meer wat daar allemaal in staat.’
Gek is dat eigenlijk, dat je helemaal in een boek of strip kunt opgaan maar dat je er jaren later weinig tot niets meer van kan herinneren. Titels weet ik meestal nog wel en soms ook nog wel de strekking, maar vaak ook niet. Of je herinnert je flarden maar je weet niet meer waarvan. Op een gegeven moment heb je zoveel gelezen, dat alle verhalen, scènes, momenten, gebeurtenissen en personages een grote brei in je hoofd vormen.
Is daar iets tegen te doen? Je kunt natuurlijk nauwgezet bijhouden wat je leest en noteren waar dat boek of die strip over gaat. Of kort noteren wat je ervan vond. Ik lees zoveel strips en comics dat een dergelijke opdracht potentieel veel tijd zou vergen. Ik probeer veel op mijn blog bij te houden. Wat ik meemaak, wat ik lees en zie. Maar alles bijhouden is ondoenlijk.
Hoe doe jij dat eigenlijk? Hou jij bij wat je leest en zo ja: hoe?
Of vind je het geen probleem dat alles wat je leest, langzaam vervaagt?