Tijdens Stripmaand in Scheltema zit Wasco geregeld in de etalage te tekenen. Ik besuit hem bij het maken van een tekening te volgen en stel Wasco meteen enkele vragen.
Wasco vertelt onder andere dat hij zichzelf bij het tekenen vaak een regel of beperking oplegt. ‘Er is maar een wet in deze stripjes en dat is dat er vier pinguïns in moeten voorkomen,’ legt Wasco uit. ‘Soms stel ik mezelf gewoon regels. Mijn boek Het Tuitel Complex heeft ook allemaal hoofdstukken waarbij ieder hoofdstuk aan een bepaalde regel of wetmatigheid onderhevig is. Dat doe ik omdat ik steeds iets wil creëren waarin je iets moet vinden. Mijn stripjes bevatten geen mop, tenminste, dat hoop ik niet. Dus er zit iets anders in wat ze op de een of andere manier interessant maakt of betekenis moet geven…’
Tijdens het gesprek komt Peter de Wit er ook even gezellig bijstaan en ter plekke doet Wasco een voorstel voor een Sigmund-strip.
Lae Schäfer, stripmaker in opleiding bij Comic Design Artez, kijkt mee.
Long take video’s
De video bestaat inderdaad uit één take van ruim 12 minuten. Ik vind het fijn om dit soort slices of life te maken. Natuurlijk kun je die opnames ook monteren en de acties indikken, maar door alles realtime te laten zien, inclusief herkadrering, krijg je mijns inziens nog beter een idee van hoe het was om er live bij te zijn. In wezen is het een vorm van live, zij het dan later. Dat er soms wat onscherp beeld is omdat de camera moet focussen, neem ik dan voor lief. Bij de opnames van Wasco moest ik redelijk dichtbij hem staan en had ik weinig bewegingsruimte doordat ik in een hoek stond met een grote televisie naast me. Dat was dus een kwestie van het beste er van maken.
Wie zaterdag 16 januari boekwinkel Scheltema bezocht, had een grote kans Peter de Wit, Wasco en Jean-Marc van Tol te ontmoeten. De stripmakers waren daar aanwezig om respectievelijk te tekenen of een lezing te geven. Het is namelijk Stripmaand in Scheltema.
Er zijn dus aardig wat lezingen en signeersessies gepland met stripmakers. Sigmunds pop-up store is ook tijdelijk gehuisvest aan het Rokin, evenals Wasco’s atelier. Je zult hem dus geregeld zien tekenen in januari. Een mooie gelegenheid om een praatje te maken en een boek te laten signeren. Bij voorkeur natuurlijk een van de stripalbums van de makers zelf, niet het nieuwste kookboek van Jamie Oliver – hoewel de goedgeluimde heren daar ook nog wel voor in zijn.
Terwijl De Wit werd geïnterviewd door het camerateam van Scheltema TV, sprak ik met de directeur van de boekwinkel, Harold Zwaal. ‘Januari is officieel de maand van de spiritualiteit, en daar wilde we iets tegenover zetten wat totaal anders is. Daarom kozen we voor strips. We willen dit ieder jaar gaan doen.’ Scheltema verhuisde vorig jaar van het Koningsplein naar het Rokin. Daarvoor dreigde de winkel ten onder te gaan toen keten Polare failliet ging, maar dankzij een reddingsactie van Novamedia, het bedrijf achter de Postcodeloterij, kon de winkel gered worden. De winkel is nu vlak bij de Dam en naast het NRC gebouw te vinden. ‘En naast de halte van de Noord-Zuidlijn,’ benadrukt Zwaal nog even. ‘Als die af is lopen er dagelijks dus heel veel mensen langs de winkel.’
Het is ook een mooie winkel geworden met een aardig uitgebreide stripafdeling. Als journalist gespecialiseerd in film en strips ben ik altijd blij met dit soort openbare stripevenementen, want in Amsterdam is er buiten de stripwinkels om, weinig te doen op stripgebied. Dankzij een Stripmaand maken casual readers kennis met strips die ze normaal gesproken misschien niet zouden oppakken. ‘Scheltema moet een beetje en huiskamer voor mensen zijn. Hier lekker zitten lezen is prima,’ vertelt Zwaal.
Jean-Marc van Tol, tekenaar en co-bedenker van Fokke & Sukke, gaf die middag een lezing over zijn helden Walt Disney, Hergé, Willy Vandersteen en Marten Toonder. Allemaal gemankeerde helden overigens, wiens verleden niet altijd even zuiver is. Toonders rol in de Tweede Wereldoorlog was dubieus, evenals die van Vandersteen die onder het pseudoniem Kaproen antisemitische cartoons maakte. Disney kon zelf niet zo heel goed tekenen, maar zorgde er wel voor dat hij de eigenaar was van alle creaties die in zijn studio werden gemaakt. Toen het slecht ging met de studio weigerde hij zijn tekenaars te betalen.
Van Tol hield een bevlogen verhaal boordevol met interessante weetjes. Het leukste vond ik dat hij met eigen tekeningen en een stapel boeken zijn verhaal visualiseerde. Met een camera op de spreekstoel werden deze via een live-feed getoond. Het wisselen van de blaadjes en het andere beeldmateriaal was al vermakelijk op zich, maar daarnaast werkte Van Tols enthousiasme aanstekelijk. Ik kreeg meteen zin om een biografie over Disney te gaan lezen.
Zondagmiddag bezocht ik even de pop-up store van Sigmund. Paul Faassen, ook auteur bij uitgeverij De Harmonie, signeerde daar zijn nieuwe boek Twee personen vinden dit leuk. Peter de Wit, geestelijk vader van Sigmund, was ook aanwezig.
Ondanks het druilerige weer kwamen er best wat nieuwsgierige mensen de winkel binnen. Daar zaten ook veel toeristen tussen, wat niet zo gek is: de Berenstraat zit midden in het centrum en daar stikt het ook nu nog van de toeristen. De meeste bezoekers kwamen overigens voor Sigmund. Paul Faassens aanwezigheid was een verrassing voor ze. Dat mocht de pret niet drukken. De Wit vertelde me dat de pop-up winkel zijn idee was. Hij wilde iets speciaals doen nu het vijfentwintigste Sigmund-album is. Hij maakt de dagstrip alweer 22 jaar en houdt er voorlopig nog niet mee op. Gelukkig, want Sigmund is nog steeds een van de beste humorstrips van Nederland.
‘Wel stop ik met strips maken over de Burka Babes…’ vertelde De Wit. ‘Ik heb precies genoeg gemaakt voor drie albums, dus het is wel mooi zo.’ Jammer, want de Burka Babes waren altijd een leuke afwisseling met de Sigmund-grappen.
Over de eerste dag in de winkel schreef De Wit het volgende op Facebook:
‘Eerste dag in de winkel aan het werk en tussendoor signeren. De eerste klant was een Aziatisch meisje die Burqa Fashionista kocht, de Franse vertaling van Burka Babes. Ik heb een cartoon voor de Volkskrant gemaakt en vier schetsen voor cartoons die vertoond worden tijdens een onderwijscongres. Zoals je ziet zit ik in de etalage te tekenen. Dat doe ik vanaf morgen niet meer. Het is een beetje fris naast de open deur en de regen die in je gezicht slaat gaat ook vervelen. Daarom trek ik me terug naar de achterzijde van de shop.’
De pop-up winkel opende 10 november zijn deuren. Er worden allerlei Sigmund-albums en gerelateerde spullen verkocht. Postkaarten, magneetjes, koffiemokken, maar ook originele cartoons. Ik nam een grappige Sigmund-koffiemok mee naar huis gisteren. De Wit is zelf bijna iedere dag aanwezig vanaf 14 uur om fans te spreken en albums te signeren. Ook signeren er de komende tijd nog andere tekenaars zoals Mark Retera van Dirkjan en Hanco Kolk. Hou vooral ook de facebookpagina van de winkel in de gaten voor meer nieuws en aanvangstijden.
Ik vind de pop-up store een leuk idee en een mooie manier om stripfiguren buiten de strip- en krantenpagina’s aan het publiek voor te stellen.
Kom dus gerust eens langs om een praatje te maken met De Wit. Of zijn vrouw en dochter die meestal achter de kassa staan.
Openingstijden:
Maandag t/m vrijdag van 10.00 -19.00 uur
Zaterdag van 09.00 uur tot 18.00 uur
Zondag van 12.00 tot 18.00 uur
Tekenaar Peter de Wit is elke dag (Behalve donderdag 12 november)
vanaf 14.00 uur in de winkel aanwezig. De winkel is open tot en met 29 november op Berenstraat 24 in Amsterdam.
Amoras #5: Wiskeheeft dit jaar de Willy Vandersteenprijs gewonnen. Op het rode podium op de Boekenbeurs in Antwerpen kregen scenarist Marc Legendre en tekenaar Charel Cambré de prijs die het beste Nederlandstalige album van het voorbije jaar bekroond.
De Willy Vandersteenprijs is een initiatief van Sabam ARTES en Stripgids. De Willy Vandersteenprijs gaat traditioneel naar het beste Nederlandstalige stripalbum van het voorbije jaar. Alle in Vlaanderen en Nederland verschenen, oorspronkelijke Nederlandstalige albums komen in aanmerking. De winnaar krijgt een tekening van de vorige laureaat, Simon Spruyt, en een geldsom van 5.000 euro. Die wordt aangeboden door Sabam ARTES.
Uit het juryrapport:
Voor het eerst in zijn geschiedenis gaat de Willy Vandersteenprijs dit jaar naar twee stripmakers. Aan de ene kant een stripscenarist met een paar decennia ervaring, die zowel humoristische als realistische strips op zijn palmares heeft staan. Aan de andere kant één van de beste tekenaars van zijn generatie, wiens werk zowel kwalitatief als kwantitatief grote indruk maakt. Samen geven ze een heel nieuwe interpretatie aan enkele klassiek geworden karakters uit de Vlaamse familiestrip. Ze sturen Suske en Wiske opnieuw naar het eiland Amoras, en laten hen daar heftige avonturen beleven – in een heel nieuwe stijl, met een heel andere grafiek, met een strak verteltempo en voor een ouder publiek dan de gewone ‘rode’ reeks. En dat allemaal met personages die ondertussen zeventig jaar oud zijn. De jury van de Willy Vandersteenprijs 2015 is er van overtuigd dat Willy Vandersteen zelf érg blij zou geweest zijn met de winnaar van dit jaar. Bij unanimiteit werd de prijs toegekend aan het album Amoras #5: Wiske van Charel Cambré en Marc Legendre.
Tijdens de finale stemronde lagen drie titels ter tafel, en de jury houdt eraan ook de twee andere albums te vermelden: S1ngle: Fantasyvan Hanco Kolk en Peter De Wit en Elsje 8: Het kan maar zo zijn dat er hier sprake is van een nieuwe soort van Eric Hercules en Gerben Valkema. Het zijn, vindt de jury, drie strips die overtuigend aantonen dat er ook vandaag sprankelende en vernieuwende dingen gebeuren in de wereld van de Vlaamse en Nederlandse kranten- en familiestrip.
De jury bestond dit jaar uit (niet stemgerechtigd) voorzitter Helena Vandersteen, bibliotheekmedewerker Lieve Scheers, stripauteurs Robert van der Kroft en Luc Morjaeu, en stripjournalisten Toon Horsten en Michael Minneboo.
Dat klopt, ik zat ook dit jaar weer in de jury van de Willy Vandersteenprijs. En met veel plezier moet ik zeggen, want niet alleen vind ik dat we met Amoraseen prachtige winnaar hebben voor alle in het juryrapport reeds genoemde redenen, ook verliep de jurering lekker soepel en kwamen we unaniem op deze winnaar(s) uit. Dat doet mijn striphartje weer goed.
Drie jaar geleden riep auteursrechtenmaatschappij Sabam ARTES in het leven. Met deze aparte unit binnen het bedrijf wil de auteursvereniging onderstrepen dat ze haar multidisciplinariteit hoog in het vaandel draagt. Daar hoort uiteraard ook de negende kunst bij. De ondersteuning van de Willy Vandersteenprijs door Sabam ARTES sluit hier perfect bij aan.
De prijs ging in het verleden al naar Ergens waar je niet wil zijn van Brecht Evens, Terug naar Johan van Michiel van de Pol, Rembrandt van Typex en Junker van Simon Spruyt.
De Willy Vandersteenprijs wordt jaarlijks uitgereikt onder auspiciën van de erven.
Het moet ook niet gekker worden in stripland: psychiater Sigmund opent in november zijn eigen pop-up winkel om de publicatie van het vijfentwintigste album te vieren.
In het vijfentwintigste album wordt dokter Sigmund door Pavados Robotica benaderd om het prototype van de allereerste therapierobot ever te testen. Dat verzoek verbaast hem niet, want hij is immers de bekendste psychiater van Nederland! (En ook zo bescheiden bovendien.) Bang voor concurrentie is hij ook niet, een robot kan toch nooit een therapeut van vlees en bloed vervangen? Verder wordt de deur van Sigmunds praktijk zoals altijd platgelopen door zeurende zestigers, verveelde vijftigers, vastgelopen veertigers, dolende dertigers, twijfelende twintigers, tobbende tieners en meneer Baltus.
Je zou het bijna vergeten omdat dat strip alweer veertien albums oud is, maar toen ik vanmorgen het nieuwste S1ngle-album pakte om te lezen, besefte ik weer hoe goed de strips van Hanco Kolk en Peter de Wit zijn. Wat mij betreft kun je ze als het beste komische duo van de Nederlandse strip beschouwen.
Kolk en De Wit werken al eeuwen samen en solo werkt De Wit hard aan de carrière van psychiater Sigmund. Recent werd bij de Harmonie van De Wit een hele dikke pil aan Sigmund-cartoons gepubliceerd. Al meer dan twintig jaar maakt de sympathieke De Wit deze grappige strip over Neerlands meest gestoorde psychiater. Inmiddels al ruim 6000 afleveringen. De bundel bevat maar liefst 1000 strips waarvan 50 nooit eerder verschenen consulten. Zelfs op herhaling blijft Sigmund leuk.
Maar goed, we hadden het eigenlijk over S1ngle. Uiteraard draait het nieuwe albumFantasy ook nu weer om de singles Fatima, Stella, Nienke en Floor en weten de heren Kolk en De Wit hedendaagse verschijnselen als selfies, google glasses en Game of Thrones op zeer grappige wijze te vermengen met de eeuwige zoektocht naar de ware. Dit keer krijgt Nienke een vriendje en daarom wil Fatima niet achterblijven. Ze gaat koortsachtig op zoek naar haar ware. Uiteindelijk vindt ze die in de wereld van de life role-playing game, misschien tegenwoordig nog de enige plek om de ridder op het witte paard te kunnen vinden.
Kortom, lachend en soort van romantisch ontbeten vanmorgen. [hr]
Daarom Minneboo leest: Als stripjournalist wil ik zoveel mogelijk strips onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.
Burka Basics is alweer het derde deel in de reeks rondom Peter de Wits Burka Babes. Zoals verwacht biedt deze aflevering meer van hetzelfde, dus sterke en scherpe grappen.
Je mag de reeks rondom de Burka Babes gerust een succes noemen. Van het eerste deel werden meer dan 25.000 exemplaren verkocht. Het boek is inmiddels vertaald in het Engels, Spaans, Frans, Tsjechisch en Italiaans. Geen wonder, want De Wit maakt vlijmscherpe grappen in zwart-wit over een thema dat in veel landen speelt, namelijk de multiculturele samenleving en de problemen die daarbij komen kijken. En met de nare uitwassen van het moslimfundamentalisme van tegenwoordig blijft de islam voorlopig een explosief onderwerp.
In 2012 interviewde ik De Wit en vertelde hij: ‘Het is mijn werk om kritisch te zijn en op het randje te lopen. Maar het is geen moslimbashing. Als je hard op de koran inhakt, dan ben je na drie grappen wel klaar. De kracht van de burka babes is juist dat het een vriendelijke strip is. Ik beoog niet iets stichtelijks. Eigenlijk wil ik gewoon lol trappen.’
En lollig is hij dit keer ook weer. En zeer kritisch, want wat te denken van een dialoog tussen twee burka’s, waarvan de linker er nogal verfomfaaid uitziet: ‘Ik ben zojuist in de bus aangerand.’ De rechter burka antwoordt: ‘O, daar hoef ik gelukkig de deur niet voor uit.’
Daarom Minneboo leest:
Maandelijks krijg ik van veel uitgeverijen stapels strips toegestuurd. Daar zit veel moois tussen, maar niet alles is geschikt voor de bladen en opdrachtgevers waar ik voor schrijf. Toch wil ik deze uitgaven onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.
Dankzij de vakkundige pennenstreken van Peter de Wit en Hanco Kolk heeft strippsychiater Sigmund een zeer goede dag. Hij krijgt immers een dikke zoen van Stella uit S1ngle.
Of mag Stella zich gelukkig prijzen dat ze eindelijk eens de lippen mag roeren van een intelligente kerel? Het is maar hoe je het bekijkt.
In strips kunnen alle dromen waar gemaakt worden en daarom roept deze grappige tekening gemaakt op de Stripdagen Haarlem bij mij de vraag op met welk strippersonage ik eens zou willen tongworstelen. Wat de dames van S1ngle betreft is het antwoord voor mij niet moeilijk, dat moet Fatima zijn, ook al wordt de aantrekkelijke, neurotische blondine met maar één oog getekend door Kolk. (Je kunt immers niet alles hebben.)
Als we het stripuniversum wat groter maken, dan dient een groot aantal kandidaten zich aan. Mary Jane Watson is tegenwoordig weer vrijgezel om maar meteen een mooie stripbabe te noemen. Dat striplezers wel eens warmbloedig van strippersonages dromen bewijzen de vele beurs- en opdrachttekeningen die op het web opduiken waarin personages bloot of half bloot zijn afgebeeld. In ieder geval heel anders dan dat je ze doorgaans op de strippagina’s tegenkomt.
En hoe zit het met jou, stripliefhebber? Welk stripfiguur vind jij aantrekkelijk genoeg om te zoenen?
Is dat Fanny Kiekeboe, Franka, Roodhaar of toch ook een van de S1ngle-dames? Dezelfde vraag stel ik natuurlijk aan de vrouwelijke striplezers….
Update
Direct nadat ik de link van deze blogpost geplaatst had op Facebook, begonnen mensen met het beantwoorden van de vraag. Heel tof natuurlijk, maar als je geen FB hebt, kun je deze antwoorden niet zien. Daarom heb ik besloten om de reacties ook zoveel mogelijk hier te plakken. Laat je erdoor inspireren, zou ik zeggen.
Zaterdag 31 mei en zondag 1 juni is Haarlem weer even stripstad van Nederland, want dan vinden de Stripdagen plaats. Veel aandacht voor de Eerste Wereldoorlog en de nieuwe garde stripmakers. De highlights van het festival.
De charme van de Stripdagen Haarlem zit hem in het feit dat alles afspeelt op ver-schillende locaties binnen de stad en de stripliefhebber niet naar een of ander afthans industrieterrein hoeft af te reizen om zijn stripliefde te bedrijven, zoals bij sommige beurzen het geval is. Daarnaast biedt het programma veel exposities, lezingen en workshops.
WO I
Aangezien het honderd jaar geleden is dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak, kun je niet om dit thema heen. Ook de Stripdagen Haarlem speelt hier uitgebreid op in met verschillende tentoonstellingen, zoals ‘Inktzwart – WO I herdacht in strips en cartoons’, die zich concentreert op enkele belangrijke titels in dit genre. In de Vishal is tot en met 22 juni werk te zien van gerenommeerde internationale makers als Jacques Tardi, Ivan Adriaenssens en Joe Sacco. Ook is er beeld te zien uit de legendarische anti-oorlogstrip Charley’s War van Pat Mills en Joe Colquhoun, waarin de belevenissen van working class hero Charley Bourne centraal staan. Mills, door sommigen ook wel de godfather van de Britse strip genoemd, stond ook aan de wieg van het bekende stripblad 2000 AD, waarin Judge Dredd debuteerde en waar Mills ook veel verhalen over heeft geschreven.
Volgens Mills is het een enorme uitdaging om een goede strip over de Eerste Wereldoorlog te maken: ‘Het is makkelijker om een comic over WO II te maken want je hebt dan als verteller veel mogelijkheden om dynamiek en drama in het verhaal te brengen. Je kunt bijvoorbeeld gebruik maken van tanks in actie en paratroepers. Tijdens de Eerste Wereldoorlog zit de held van het verhaal in een loopgraaf en ziet hij weken, soms maanden lang de vijand niet. Met andere woorden: hij zit alleen maar in dat gat in de grond. Dat is op creatief vlak nogal een uitdaging.’ Mills is tijdens het festival aanwezig en wordt op zondag 1 juni 2014 om 13 uur in de Doelenzaal van de Stadsbibliotheek openbaar geïnterviewd. Prof. Kees Ribbens van het NIOD geeft na het interview een lezing.
Dirkjan
Het is overigens niet allemaal zwaarmoedigheid wat de exposities betreft, want de tentoonstelling ‘Oorlog op papier – Prenten en foto’s uit de Eerste Wereldoorlog’ in het Noord-Hollands Archief, toont de satirische en kritische blik van cartoonisten op het grimmige oorlogscircus, terwijl in het Partronaat Café in een serie stripachtige tekeningen van kunstenaar John Klinkenberg de band Motörhead tijdens de Grote Oorlog door het kapotgeschoten landschap toert.
In Studio Burgwal wordt het nog leuker, want daar hangen oorlogstaferelen uit de strip Dirkjan van Mark Retera. Leent Dirkjan zich eigenlijk makkelijk voor grappen over de Eerste Wereldoorlog? ‘Het voordeel van Dirkjan is dat je hem overal kunt inzetten. Hij is bijvoorbeeld ook een tijdje oermens geweest. De lezertjes accepteren zoiets onmiddellijk,’ zegt Retera. ‘Toen ik dacht dat WO I een leuk onderwerp was voor een reeks grappen, ben ik me gaan documenteren. Eerst dacht ik dat het misschien te heftig zou zijn en niet meer leuk. Ik had als documentatie het boek Loopgravenoorlog van Tardi gelezen en daar word je niet echt vrolijk van. Maar als je het eenmaal in een komische strip giet, dan blijkt het toch lollig te werken, en vergeten mensen gewoon dat het gruwelijk is. Het is maar hoe je het brengt.’ Naast de strips van Retera hangt werk van collega’s Peter de Wit (Sigmund), Hanco Kolk (S1ngle) en cartoons van Peter van Straaten. In één ruimte dus werk van de beste humoristische stripmakers van Nederland. Al hebben die laatste drie dan weer niets met de oorlog te maken.
Nieuwe garde
Behalve oudgedienden richt het stripfestival de schijnwerpers ook op relatief nieuwe stripmakers onder de noemer ‘De nieuwe garde’. Wat de makers, behalve dat het merendeel op de kunstacademie heeft gestudeerd, met elkaar gemeen hebben? ‘Elk van de talenten werkt aan of heeft recent gewerkt aan ambitieuze graphic novels die het niveau van de Nederlandse stripcultuur een grote boost geeft,’ aldus de organisatie. Even voor de duidelijkheid: graphic novels, of stripromans, zijn strips gericht op een volwassen publiek. Qua ambitie zijn graphic novels in zekere zin vergelijkbaar met literaire romans. De laatste jaren wordt de term ingezet in de hoop het medium strip te legitimeren en een meer highbrow publiek aan te spreken. Dat neemt overigens niet weg dat sommige uitgeverijen het label te pas en te onpas op pretentieuze projecten plakken, maar dat terzijde.
Tot de nieuwe garde behoort onder meer Amanda Majoordie op dit moment werkt aan Swing und bratwurst, een boek over jazzy jongeren ten tijde van het Derde Rijk. Veel van de geselecteerde makers houden zich bezig met journalistiek in stripvorm, zoals Ted Struwer die opzien baarde met Wachten op het zoet, een driedelige beeldreportage waarin ze gedupeerden van de crisis een gezicht geeft, en Jules Calis die Afghanistan bezocht en getekende interviews met soldaten in Uruzgan publiceerde.
In de Refter van het Stadhuis is werk te zien van Ruben Steeman, een van de oprichters van Recensiekoning.nl. Steeman publiceert al sinds 2002 semi-autobiografische tekeningen op Elkedagrust.nl en sinds 2009 dagelijks. Inmiddels zijn dat meer dan 2500 tekeningen die in een gang van 20 meter zullen hangen. De karakters hebben vaak hun ogen dicht waardoor de tekeningen een verstilde kwaliteit hebben. ‘Door de gesloten ogen vraag je je sneller af wat de personages denken of voelen,’ aldus Steeman.
Ook is er op verschillende locaties werk te zien van stripmakers die al wat langer meegaan, zoals Aimée de Jongh, bekend van Snippers in Metro, Guido van Driel, Paul van der Steen, Typex en vele anderen. Eigenlijk zou het gek zijn als het je lukt tijdens het festival niet per ongeluk een expositieruimte binnen te stappen, want die zijn over de hele stad verspreid.
Strips kopen
Uiteraard omvat het festival meer dan alleen kijken naar stripwerk aan een muur, wat toch een vermoeiende bezigheid is. Er zijn maar liefst drie beurzen waar de lezer strips kan kopen en wellicht een tekening van een stripmaker kan scoren. In de Philharmonie vindt de binnenbeurs plaats met voornamelijk uitgevers en signerende tekenaars. De buitenbeurs loopt als vanouds vanaf de Philharmonie langs beide kanten van de St. Bavokerk naar de Grote Markt. Hier zijn voornamelijk de stripwinkels en -handelaren te vinden. Op de Grote Markt en Riviervismarkt is ook de small-pressbeurs waar tekenaars en genootschappen hun eigen werk verkopen. Dit is dus de perfecte plek om aanstormend talent te ontdekken en bijzonder, afwijkend en met liefde gemaakt stripwerk in kleine oplagen aan te schaffen.
Zaterdagavond presenteert Typex samen met stripcollectief Lamelos in Patronaat een avond vol chaos, kunst, tekeningen, exposities en drank, inclusief optredens van ruige rockbands. Met onder andere Elle Bandita, de Zwitserse band What’s Wrong With Us? en de Haarlemse garagerock band De Kliko’s. Mensen met last van zelfoverschatting kunnen het podium beklimmen en zelf zingen onder begeleiding van de Hardrock Karaoke band.
Stripbier
Dat stripmakers graag een biertje lusten weet iedereen die wel eens op de vrijdagmiddagborrel in Lambiek te Amsterdam is geweest. Het is daarom niet verwonderlijk dat de Stripdagen Haarlem samen met Jopen bieriedere editie een speciaal biertje brouwt. De stripmaker die de huisstijl van het festival verzorgt, bepaalt welk bier er gebrouwen wordt en ontwerpt het etiket van het bierflesje. Dit keer is dat Typex. Mocht de smaak niet bevallen, dan mag de dorstige lezer bij hem zijn beklag doen. Zeven collega’s gingen Typex voor met als meest opmerkelijke wellicht Barbara Stok in 2004. De eerste vrouw in het gezelschap koos namelijk voor een witbier met witte chocolade smaak.
Bovenstaande is slechts het topje van een de spreekwoordelijke ijsberg. Voor het laatste nieuws en het volledige programma ga naar www.stripdagenhaarlem.nl.
Dit artikel is gepubliceerd in Nieuwe Revu #21 (21 t/m 27 mei 2014).
Met de cartoonbundel De grap is rond gaan De Jager en De Wit zeker scoren.
Het is weer voetbaltijd, want het WK (geloof ik) staat voor de deur. Ach, in Nederland is het altijd voetbaltijd. Je hoort het al: ik heb niet veel met de ballensport die een groot deel van de bewoners van dit kikkerlandje in zijn ban heeft. Ik gun ieder z’n lolletje en de kans om de stad af te breken, wat erbij schijnt te horen als je supporter bent, maar kijk niet uit naar de aankomende storm van oranje merchandise en het niet meer kunnen eten in een restaurant zonder dat er een televisiestoestel met een voetbalwedstrijd in je oor zit te tetteren.
Toch kan ik lachen om de voetbalcartoons uit De grap is rond. Een bundel waar Gerrit de Jager en Peter de Wit hun beste cartoons voor Hard Gras hebben samengebracht. Cartoons over voetbalvrouwen, zaakwaarnemers, bankzitters, trainers, vedetten en pupillen met bemoeizuchtige ouders. En als vanzelfsprekend komt ook de WK-koorts rijkelijk aan bod. Al vijftien jaar maken ze voetbalcartoons voor het literaire tijdschrift dus er viel veel te kiezen.
Als het om humorstrips gaat, spelen De Jager & De Wit al jaren in de eredivisie van humorstrips. Met deze bundel, die voor slechts 5,95 te koop is, gaan ze daarom vast flink scoren.
De Jager & De Wit. De grap is rond. Oog & Blik/De Bezige Bij, € 5,95.
Daarom Minneboo leest:
Maandelijks krijg ik van veel uitgeverijen stapels strips toegestuurd. Daar zit veel moois tussen, maar niet alles is geschikt voor de bladen en opdrachtgevers waar ik voor schrijf. Toch wil ik deze uitgaven onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.
Potverdorie, wat kan Peter van Straaten toch tekenen! Prachtig hoe hij met een schijnbaar snelle toets dit beeld neerzet en met een paar krassige details de omgeving suggereert:
Graag kijk ik aandachtig naar dit soort tekeningen. De houding van de personages: het kindje dat met moeite overeind blijft op zijn schaatsen, de ongeduldige volwassene voor hem. Precies goed. En dan die schurende tekst eronder. Je hoort het vader zo zeggen. Pijnlijk en herkenbaar.
Scheurkalenders
De cartoon staat in Peter’s zeurkalender 2014. Het is de gouden editie, dat wil zeggen een bloemlezing van de tekeningen uit de Zeurkalenders tussen 1994 en 1998, door Van Straaten zelf geselecteerd. Ik heb een nieuwe waardering gekregen voor het fenomeen scheurkalender. In onze wc hangt nu die van Van Straaten, daaronder hangt de scheurkalender van Gerrit de Jager met de cartoons die hij voor Nu.nl heeft gemaakt. Heel andere tekeningen dan die van zijn collega Peter, en een ander soort humor, maar even vermakelijk. Beide mannen hebben een heel eigen stijl en handschrift, en zijn meesters in hun vak.
Een avondje Harmonie Peter’s Zeurkalender kreeg ik mee in een goodiebag toen ik maandag 6 januari De Kleine Komedie verliet na een avondvullend programma verzorgd door uitgeverij De Harmonie. In plaats van simpel de nieuwe catalogus te sturen, organiseerde de uitgeverij een bonte avond waarin auteurs en stripmakers waar binnenkort een nieuwe titel van uitkomt, een stukje voorlazen of tekenden. Erik van Muiswinkel presenteerde heel verdienstelijk en schoof zijn bewondering voor de schrijvers en dichters niet onder stoelen of banken. Al is hij waarschijnlijk net zo enthousiast op een soortgelijk avondje georganiseerd door De Arbeiderspers. Maar goed, dat hoort bij zijn vak en doet verder niets af aan de goede presentatie.
De Kleine Komedie zat vol met mensen uit het boekenvak, journalisten en auteurs van de uitgever. Slim, want als je een auteur uit eigen werk hebt zien voorlezen, ben je waarschijnlijk eerder geneigd als boekhandelaar om exemplaren aan te gaan schaffen. Zo’n optreden schept een band met, of creëert in ieder geval empathie voor de schrijvers. Je moet in tijden van crisis met nieuwe ideeën komen om je waar te presenteren.
Voor een stripjournalist als ik viel er ook inspiratie voor artikelen te halen. Stefan Verwey toonde enkele van zijn krachtige literaire cartoons. In september komt zijn Hoe open ik een boek, uit. Een collectie van zijn beste cartoons, volgens de uitgever. Verwey, die ik eerder al over zijn werk interviewde voor de VPRO Gids, tekent wekelijks een cartoon voor de Gelderlander en de Volkskrant. In september staat hij precies twintig jaar in die laatste krant, dus een goede reden voor de bundel.
Hanco Kolk & Peter de Wit waren ook van de partij. De mannen achter de succesvolle strip S1ngle waren die avond op zoek naar de ideale mannen voor hun strippersonages. Ze vroegen drie mensen uit de zaal om een krabbel op papier te zetten. Kolk maakte van de abstracte lijnen en strepen dan een man voor respectievelijk Nienke, Fatima of Stella. Kolk deed er het zwijgen toe en speelde de geniale tekenaar, terwijl De Wit het woord nam. Mannetje en Mannetje met een twist.
Overigens is dit soort live tekenen voor Kolk niet nieuw, hij deed dit onder andere al eerder tijdens Manuscripta een paar jaar geleden:
Hanco kwam iedere keer weer met mooie vondsten. Misschien moeten we hem maar Hanco Klok gaan noemen in de toekomst.
Ik heb een aantal ideeën opgedaan om te gaan pitchen aan mijn opdrachtgevers. En nee, die deel ik hier dus niet.
Wel jammer dat Peter van Straaten die avond ontbrak.
Iedere dinsdag en vrijdag delen striplezers hun stripliefde en vertellen over hun favoriete strip.
Wat is je naam, je leeftijd en je wat doe je voor werk? Joke Eikenaar, 49, illustrator.
Welke strip(s) is/zijn je favoriet en lees je nu nog steeds? De Murena-reeks, Franka, Casper en Hobbes,S1ngle.
Waarom is/zijn dit je favoriete strip(s)? Wat vind je er zo goed aan? Murena van Jean Dufaux en Philippe Delaby vanwege de geschiedkundige authenticiteit en de prachtige platen, sfeerbeelden. Als Rome brandt, dan voel je dat ook bij het kijken naar de tekeningen. Bovendien is het verhaal sterk. Franka heeft leuke plots en een sensueel hoofdpersoon, maar bovenal geweldige architectuur. De decors zijn super mooi en gedetailleerd. Soms verzonnen architectuur, maar vanuit alle hoeken overtuigend en kloppend. Casper en Hobbes juist weer vanwege de simpelheid. De zwart-wit strips zijn het mooist. De emoties die in Casper voorbij komen; de gelaatsuitdrukkingen en de fantasie zijn geweldig. Natuurlijk doet de tekst ook veel, maar de tekeningen zijn fenomenaal in humor en dynamiek. S1ngle: Hanco Kolk en Peter de Wit hebben zich goed ingeleefd in ‘de vrouw’. Geweldige, humoristische typetjes, die in uiterlijk super goed naar voren komen. in on-ogelijke vormen eigenlijk. Vloeiende lijnen die in realiteit nooit door kunnen lopen. Een haarlok loopt door in de huid; een contravorm vult zich optisch. Stella is de enige die echt sexy is vormgegeven. Nienke is werkelijk seksloos. Fatima heeft een buitenaards voorkomen, maar als je de strip langer volgt, snap je haar uiterlijk. Knap en origineel getekend.
Wanneer kwam je er voor het eerst mee in aanraking? En wat deed dat met je?
Mijn ouders kochten de Kuifje-reeks. Kuifje in Tibet en eigenlijk alle albums na De zwarte rotsen vond ik geweldig. Ik was een jaar of zeven en tekende al vreselijk veel. De humor die in de Kuifjes zaten, vond ik niet bij Suske en Wiske. Die vond ik vreselijk flauw en slecht getekend. Later snapte ik de humor van Astrix ook steeds beter. Strips waren geworteld. Murena lees ik sinds een jaar of zeven. Een vriend van me kwam er mee. Franka ken ik al van af het eerste album, wat ik destijds niet best vond. Een meisje met een veel te groot hoofd en houterig getekend. Maar dat heeft Henk Kuipers inmiddels helemaal goed gemaakt. 😉
In de rubriek Stripliefde vertellen striplezers over hun favoriete strip of strips. Op deze manier bouwen we langzaam een interessante leeslijst op. Ook meedoen? Check hier hoe je dat doet. Ik kijk uit naar je inzending. Oh ja: mocht iemand anders al je favoriete strip genoemd hebben, stuur dan even goed je inzending in, want jouw reden om de strip goed te vinden kan heel anders zijn. Bovendien is je eerste kennismaking en wat dat met je deed waarschijnlijk anders dan die van andere lezers.