Lieve Rita, Ik begrijp best dat je je als carrièrevrouw zorgen maakt om je X-factor.En de stoel van Jan Peter ziet er inderdaad verleidelijk uit. Rechtlijnig overkomen, doen wat je zegt en de dikke laag make-up die vrouwelijkheid moet suggereren, zullen zeker het aantal fans doen toenemen. En dan die grappige faux pas om de voorkeurstemmen en de poging om Mark van zijn troon(tje) te stoten. De weg naar de top is immers hard en een politiek lijk hier en daar, ach, dat hoort er allemaal bij. Het heeft allemaal een hoge entertainment waarde voor de kiezer thuis op de bank, dus mij hoor je niet klagen.Maar laten we elkaar eens eerlijk in de ogen kijken: je bent de dans nu te vaak ontsprongen. Na de Schiphol brand en zeker na de kwestie Hirsi Ali had je samen met laatst genoemde met de noorderzon mogen vertrekken. Maar nee, je ben ambitieus en waarom zou je je iets aantrekken van wat anderen vinden. Je bent immers recht door zee, en je houdt je aan de wet. Goed, doe dat nu dan ook. Tot zo’n vier jaar geleden leefden we in Nederland in een democratie, waarbij de regering (min of meer) luisterde naar Het Volk. De regering werd bij het aantreden van het huidige kabinet al geregeld Oost-Indisch doof, maar ik vrees dat bij jou, beste Rita, het meest sterke gehoorapparaat geen soelaas meer kan bieden.Wanneer een kamermeerderheid achter een plan staat, dan behoort een minister dit uit te voeren. De meerderheid beslist, dát is democratie. Ga je nu niet verschuilen achter een paar onzinnige regels en bedenk dat je met menselijkheid ook kiezers kunt scoren.Ik wil je daarom het volgende voorstellen: laat die 26.000 asielzoekers – of hoeveel het er dan ook mogen zijn – gewoon uit de kooi waar ze al vele jaren inzitten. Een kamermeerderheid is voor, dus je moet niet zeuren. Voor iedereen geldt dat hij af en toe iets moet uitvoeren wat hij of zij niet zo leuk vindt. Dat heet je professioneel opstellen en je werk doen! Zie dit maar als de nodige levertraan die je moet laten. Maar als je de asielzoekers dan toch persé wil uitzetten, ga dan meteen maar met ze mee. Ze komen veelal uit landen waar mensen onderdrukt worden en waar democratie ver te zoeken is. Ik denk dat je je daar goed thuis zult voelen. Dan maar wat minder entertainment in de Tweede Kamer. Misschien wordt het dan nog wat met Nederland.
Tag: Politiek
Top 5 Ergernissen 2006
Mijn Ergernissen Top 5 van 2006
1. Balkenende op tv die met een zelfingenomen glimlach een grappig bedoelde opmerking maakt die alleen door zijn achterban wordt gesnapt.
2. Balkenende op tv met het geluid uit
3. Balkenende op de radio
4. Balkenende mét foto in de krant
5. Balkenende genoemd in de krant
Mijn grootste nachtmerrie van dit moment is een verkiezingsuitslag waarmee Jan Peter wederom premier van dit land wordt. Gezien de huidige peilingen lijkt deze nachtmerrie nog niet zo ver van de werkelijkheid af te zitten als wenselijk. Laten we allen hopen op een betere toekomst.
Ondertussen krijg ik wel een beetje genoeg van het feit dat je constant over lijsttrekkers struikelt: je kunt geen krant openslaan of televisiezender opzetten of daar is er weer een. Ik zal blij zijn als we die verkiezingen achter de rug hebben. Tot die tijd gaat deze jongen alleen nog maar dvd’s kijken.
Voor meer ongezouten politieke meningen, surf naar http://poliziek.nl.
Zie ook: Het beeld van Balkenende en Sparren met rechts.
Column: Sparren met rechts
Van de week zat ik met twee collega’s in de trein. Na de nodige kantoorroddels kwam het gesprek onvermijdelijk op de aanstaande verkiezingen. Wie spreekt over politici in verkiezingstijd heeft het over politieke uitspraken. Uiteraard passeerde Jan Peter Balkenende de revue. Hij grossiert immers in uitspraken die verkeerd worden opgevat. Zijn uitspraak over zijn bewondering voor de VOC-mentaliteit is alweer een tijdje geleden gemaakt, maar blijft een mooi voorbeeld van het verbale gestuntel van onze eerste minister. Opeens klonk er een stem links van mij. Een oudere man mengde zich in het gesprek. Hij liep tegen de zestig, had dun wit haar, een jaren vijftig-bril en de duffe geur van een niet vaak genoeg geluchte kledingkast hing om hem heen. ‘De VOC heeft heel veel goede dingen gebracht voor Nederland’, barstte hij los. ‘Ze hebben ons 250 jaar lang rijkdom gebracht!’ ‘Dat ging wel ten kosten van een hoop mensen die niet vrijwillig hun vrijheid of leven opgaven,’ probeerde ik. ‘Ach, die Javanen waren maar wat blij dat we kwamen. We hebben ze een hoop goeds gebracht.’ ‘Ik denk dat de vele dode Javanen en slaven u tegen zouden spreken,’ zei ik nog, maar de Rechtse Rakker op leeftijd wist van geen ophouden. Hij beweerde zelfs dat het slavendrijven van Nederland maar even geduurd had en dat Nederland het eerste land was dat met deze praktijken was gestopt. ‘Nee hoor,’ wist mijn collega te vertellen, ‘Nederland was een van de laatste landen dat de slavernij afschafte.’ Dit gebeurde in 1863. Denemarken was ons ruim voor, want daar hadden ze het licht al in 1803. (Ironisch genoeg ben ik geboren in de stad waar ooit de VOC is begonnen: het plaatsje Hoorn waar nog steeds een standbeeld staat van Jan Pieterszoon Coen. Coen is een van de grootste slagers uit de vaderlandse geschiedenis. De rijkdom die hij namens de VOC in Hoorn en Nederland bracht was omringd met de muffe geur van duizenden lijken. Maar dat even terzijde.) Mijn station kwam op dat moment in zicht. Terwijl de Rechtse Rakker doorraasde over het fijne VOC-gevoel, nam ik afscheid van deze achterhaalde koloniaal. (Hij had de vader van onze aller Geert Wilders kunnen zijn.) Toen ik de trein wilde verlaten riep de man nog na: ‘Die Marijnissen van jou, dat is de dictator uit Oss! Hij is pas gevaarlijk.’ Hij zegt tenminste zinnige dingen,’ zei ik nog. Toen de trein het perron verliet, voelde ik medelijden met mijn collega’s. Die zaten immers nog een station langer opgescheept met deze incarnatie van Jan Peter, euh, ik bedoel Jan Pieterszoon Coen.
Lees ook: Het beeld van Balkenende
Tijdens de Algemene Beschouwingen deze week bleef een echte confrontatie tussen Balkenende en Bos uit. Dat was ook te verwachten overigens. Balkenende weet ook wel dat het beter is om zich te beroepen op schijnbaar behaalde successen en niet de strijd aan te gaan met een frisse en redelijk ongeschonden tegenstander.
Toch waren er zeker interessante momenten. Op een gegeven moment kwamen de toestanden in de Zorg ter sprake. Balkenende merkte terecht op dat er inderdaad in veel verzorgingstehuizen onder de maat wordt gepresteerd. Het personeel is daar slechts ruim de helft van de tijd echt bezig patiënten te verzorgen. Maar, zo vertelde onze Grote Roerganger, er waren ook verzorgingstehuizen bij waar veel beter gescoord werd. Wel 70 % tot iets daarboven.
Mijn vrienden van de Oppositie vonden dit niet genoeg en eisten dat er meer geld zou komen voor de zorg. Balkende wilde niets horen van het bedrag dat Bos noemde en hield voet bij stuk: het zou raadzaam zijn om de goedlopende zorginstellingen als voorbeeld te nemen en zo te analyseren wat er mis was met de slecht draaiende te huizen voordat we weer blindelings geld gingen pompen in de Zorg.
Eigenlijk klinkt dat best logisch. Een goede analyse kan geen kwaad en wellicht levert dit kennis op die de andere zorginstellingen zou kunnen helpen de operatie soepeler te laten verlopen. Ik merkte tot mijn grote schrik dat ik voor het eerst in vier jaar eens was met de minister-president van dit koude kikkerland. (In dit geval slaat het woord ‘koud’ op de manier waarop ik de houding van dit kabinet interpreteer, maar dat even terzijde). Ik vond dat de Oppositie op dit punt te veel doorzeurde over het vrijmaken van meer geld voor de Zorg. (Al wil ik daarmee niet zeggen dat ik niet geloof dat die mensen beter betaald moeten worden, of dat een toename van het aantal personeelsleden niet zou helpen. Het verhaal van Balkenende zat echter goed en logisch in elkaar.) Die avond zonden verschillende actualiteitenprogramma’s een impressie uit van het debat. Alle typerende quotes van Balkenende werden op een rij gezet. Onder andere zijn uitspraak dat hij de VOC-mentaliteit miste in Nederland werd uitgezonden. Ook Balkenendes uitspraak: ‘Ik ben toch niet gek!?’ passeerde de revue. Door deze slimme montage werd het beeld van Balkenende geschetst dat we allemaal zo goed kennen: de man met het bord voor zijn hoofd, die, als een debat een beetje zwaar wordt, met het hoge stemmetje gaat beweren dat hij toch niet gek is. Toen ik deze montage zag, kon ik met alle eerlijkheid die vraag niet in het voordeel van de premier beantwoorden. Daar kan beter iemand uit de Zorg zich over buigen. Zo iemand die gekwalificeerd is om dwangbuizen uit te delen. Dankzij de beeldvorming, veroorzaakt door de montagesequentie, leek Balkenende een wauwelende idioot. Zo herkende ik hem weer. Ik voelde me gelijk een stuk beter. Het moment dat hij een besluitvaardig leider had geleken die een interessant punt maakte leek alweer ver weg. Kennelijk was mijn begrip voor onze premier een moment van zwakte geweest. Dankzij de goede editor van het actualiteitenprogramma werd ik op mijn dwaling gewezen.
Mijn dank daarvoor. Voor meer ongezouten politieke meningen, surf naar http://poliziek.nl.