Vandaag was ik samen met De Stripverzamelaar in het Museum of Comic Art in Noordwijk om de tentoonstelling over de Toonder Studio’s te bekijken. In de stripwinkel vond ik wat comics!
Tag: Punisher
Een vervolg op de vorige vlog over mijn bezoek aan Stripwinkel De Noorman in Arnhem. Dit keer laat ik zien welke comics ik gekocht heb.
Van de reclames achter op de comics van Juniorpress kan ik erg genieten. Sommige beschrijven doen we denken aan de beschrijvingen van films die vroeger op VHS-hoezen stonden.
Op dit moment lees ik een stapeltje Punisher comics uit mijn collectie. Een fijne nieuwe herkennismaking met deze Marvel superheld.
Wel of geen donor zijn?
Sinds het debat en de invoering van de nieuwe donorwet, ben ik hard gaan nadenken over het wel of niet donor zijn.
De nieuwe donorwet is een teken van deze tijd: je moet heel duidelijk aangeven dat je ergens niet aan mee wilt doen, in plaats van dat mensen je vragen of je er aan mee wilt doen. Een beetje zoals de cookiewet: geef aan je niet wilt dat je privacy geschonden wordt. Wel jammer dat door cookies te weigeren de site die je wil bezoeken niet meer werkt. Zoiets.
Ruim tien jaar geleden nam ik het besluit dat ik geen donor wilde zijn. Hoewel ik niet geloof in een leven na de dood, en dat ik mijn lichaam dus niet meer nodig heb als ik voor eeuwig mijn ogen sluit, vond ik het toch lastig om mijn organen af te staan.
Deels komt dat omdat ik vermoed dat mijn organen voor niemand van nut zijn, doordat ik chronisch medicijnen slik. Maar laatst besloot ik dat de medici daar dan maar over moeten beslissen of mijn weefsel door de beugel kan of niet.
Uiteindelijk heb ik recent dus mijn registratie veranderd en aangegeven dat ik wel donor wil zijn. De reden hiervoor is de levensles van Spider-Man: With great power, comes great responsibility en het gesprek dat ik daarover had met filosoof Ad Verbrugge. Dat gesprek staat uitgebreid in mijn boek Mijn vriend Spider-Man en ik haal het vaak aan als ik een lezing geef over fancultuur, want het is een mooi voorbeeld van hoe we iets van onze helden kunnen leren.
In het kort komt het erop neer dat jij en ik, mensen zonder superkrachten, wel degelijk iets kunnen met het motto dat Spider-Mans drijfveer is.
Filosoof Ad Verbrugge: ‘De moraal van oom Ben sluit goed aan bij de ideeën van Aristoteles. Aristoteles begrijpt de mens als een zoön politikon, als een sociaal wezen dat samenleeft in een polis (gemeenschap) en daar ook zijn hoogste vervulling in vindt. Aristoteles ziet de mens dus in relatie tot de wereld waar hij deel van uitmaakt; die wereld dient hij mede in stand te houden.
Aristoteles is een van de grondleggers van de deugd-ethiek, waarin het gaat om het tot bloei brengen van onze edelmoedige natuur. De volkomen deugd wordt rechtvaardigheid genoemd. Rechtvaardigheid is het goede doen voor de ander. Kortom, een zoön politikon vindt zijn hoogste vervulling en geluk door het doen van rechtvaardige daden. Daar raak je aan de levensles van Ben. Bij Aristoteles is de plaats die je binnen de polis inneemt van belang. Dat betekent dat degene die meer macht heeft, meer moet doen, maar daarom ook meer privileges geniet. Aristoteles denkt dus niet vanuit gelijkheid, hij denkt vanuit evenwicht.’
Dat laatste gaat natuurlijk niet op voor Spider-Man, die geen rijkdommen heeft en doorgaans een slechte reputatie bij het publiek bezit. Toch zie ik wel in dat je Peters verantwoordelijkheidsgevoel kunt zien als wat Aristoteles beoogde. Door zijn superkracht heeft hij een soort verplichting naar de gemeenschap toe en zijn persoonlijke geluk wordt mede bepaald door het vervullen van die verplichting.
Hoe kunnen we dit toepassen in ons eigen leven?‘Iedereen doet het zijne,’ antwoordt Verbrugge. Je kunt de Spider-Man verhalen zien als een allegorie. Je kunt Spider-Mans les zien als aansporing om uit te zoeken wat jouw kracht of talent is en die proberen in te zetten voor de maatschappij, het goede. Een journalist kan bepaalde zaken bloot leggen.
Filosofie is dus bij wijze van spreken Verbrugges superkracht. Hij probeert ideeën uit te leggen die een bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij. Daarnaast is hij al meer dan tien jaar bezig met de vereniging Beter Onderwijs Nederland.
Ik vind dus dat ik mijn organen ter beschikking van anderen wil stellen omdat het een manier is om anderen te helpen. Het is leven naar een ideaal waar Spider-Man voor staat.
Eigen rechter
Wat ik wel heel erg jammer vind, is dat de nieuwe wet geen ruimte geeft voor eigen inbreng. Je kunt welisaar bepaalde organen uitsluiten, maar ik zou bepaalde mensen graag willen uitsluiten omdat ik vind dat ze mijn organen niet verdienen. Denk dan bijvoorbeeld aan mensen met een zwaar strafblad: verkrachters, moordenaars en drugsdealers. En andere gasten die niet zuiver op de graad zijn, zoals Halbe Zijlstra, Erdogan en Donald Trump.
Dat laatste geldt helaas ook voor enkele mensen in mijn naaste omgeving. Mensen zonder wie de wereld een beetje beter zou zijn. Die wil je toch niet in leven houden door orgaantransplantatie?
Een vriendin opperde laatst namelijk dat je op een bepaalde manier voortleeft in het lichaam van een ander als je orgaan daarin wordt opgenomen. Een interessant idee waar ik nog nooit over na had gedacht. Zit je DNA immers niet in iedere cel van je lichaam? En zit de essentie van wie je bent niet opgeslagen in je DNA? Ik zou niet willen voortleven in bovengenoemde sujetten. Stel dat je lever of hart in een Poetin wordt gestopt?
Je mag in onze maatschappij niet voor eigen rechter spelen, daarom zal deze clausule er dus waarchijnlijk nooit komen. Eigen rechter spelen is immers iets van de Punisher doet en dat geldt niet voor Spider-Man. Die redt zelfs misdadigers als Kingpin als daar een aanslag op gepleegd wordt.
Toch, zouden we niet meer zeggenschap moeten krijgen over wie onze organen krijgt en vooral, wie niet?
Schatkamer
Een terugkerende uitdaging voor een boeken- en stripverzamelaar als ik, is de uitpuilende boekenkast. Mijn werkkamer bevat aardig wat Billy’s en in de afgelopen jaren is daar veel vulling bijgekomen.
Omdat ik van de week zes pockets van de serie Strangers in Paradise heb besteld en enkele dikke essentials van Peter Parker, The Spectacular Spider-Man, werd het nog eens extra duidelijk dat er ruimte in de kasten gemaakt moet worden voor dit nieuwe leeswerk. Vandaag ben ik daarmee aan de slag gegaan. Ik heb een groot deel van de verzameling doorgeschoven naar de volgende plank, om op andere plekken ruimte te maken voor de nieuwe titels.
In mijn werkkamer is de indeling als volgt: de linker muur is voor de comics, beginnende met mijn favoriete series, namelijk alles wat met Spider-Man te maken heeft. Daarna gaat de collectie verder op alfabetische volgorde op titel. Soms plaats ik strips bij elkaar van een bepaalde stripmaker, maar meestal staan de Amerikaanse comics dus op superheldennaam of teamnaam. Avengers tot en met X-Men, zeg maar.
De muur aan de andere kant staat vol boekenkasten met daarin de niet-comics. Europese en Amerikaanse albums, series en graphic novels. Vaak in Nederlandse vertaling. Hierin staan ook alle boeken die ik van uitgeverijen krijg toegestuurd en die ik voor mijn werken nodig heb. Of had. En dat laatste biedt de mogelijkheid voor opruiming. Lang niet alles wat ik ooit kreeg, wil ik bewaren. Daarin moet ik binnenkort eens serieus een schifting maken, want er ligt naast mijn bureau een flinke stapel met strips die nog niet eens in de kast passen.
Om die schifting te kunnen maken heb ik mezelf voorgenomen meer van de albums die ik nog nooit heb gelezen tot me te nemen de komende tijd. Met een beetje mazzel lukt het me om er drie per week te lezen. Dat betekent voorlopig ’s avonds minder Netflixen in ieder geval.
Misschien ga ik over de boeiendste strips nog stukjes schrijven of op een andere manier over ze bloggen. Dat weet ik nu eerlijk gezegd nog niet.
Anyway, ik duik weer even de schatkamer in.
Spider-Man vs. The Punisher
Ook stripauteur Frank Miller tekende in het begin van zijn carrière wel eens een Spider-Man-verhaal. Daar maakte hij dan ook een mooie cover bij, zoals deze voor Amazing Spider-Man Annual #15:
Klaus Janson inkte de prachtige illustratie. Dit is het resultaat zoals het in de winkels lag. Je ziet dat de grijstinten zijn vervangen door een raster.
Slechte dagen
We hebben allemaal wel eens een slechte dag, maar Spider-Man grossiert daar natuurlijk wel in.
Spider-Man is genoodzaakt de metro naar huis te nemen. De avond ervoor heeft Spidey topcriminelen gered van de Punisher, die de held vervolgens vergast heeft om te kunnen ontsnappen. De nacht heeft Spider-Man doorgebracht in een vies steegje, en nu voelt hij zich nog te slap om te webslingeren. Een taxi nemen in zijn kostuum gaat natuurlijk niet lukken, dus dan maar de metro.
Deze scènes staan in Amazing Spider-Man #268, geschreven door Jim Owsley en getekend door Alan Kupperberg, Jim Fern en Art Nichols. Het is het derde deel van de Gangsteroorlogverhaallijn.
Overigens is het grappig om te zien dat eigenlijk niemand opkijkt van Spider-Man in de metro. New Yorkers zijn immers wel wat superhelden gewend.
De Justice League volgens Alex Ross, met een cast uit vervlogen tijden.
Mijn favoriete Superman, Batman en de jaren zeventig Wonder Woman in een film. Dat was vast tof geweest. En John Wesley Shipp als de Flash, die hij in een kortlopende tv-serie gestalte gaf begin jaren negentig. Tegenwoordig zit hij ook in de huidige Flash-serie als Barry Allans vader en de Jay Garrick/Flash – een vroegere versie van de superheld.
Van de tv-serie uit de jaren negentig zijn ooit enkele afleveringen op VHS uitgebracht. Die huurde ik toen in de lokale videotheek. Ik heb daar maar een paar van gezien. In die tijd waren de superheldenseries en de meeste superheldenfilms nog niet zo goed. Zeker niet als je ze met het huidige aanbod vergelijkt. Nou ja, zolang je het over de Marvel-films hebt. De recente films van DC Comics zijn eigenlijk het kijken niet waard. Op Wonder Woman na dan.
Tot nu toe heb ik dan ook geen enkele zin gehad om de Justice League-film te gaan kijken. Na Batman v Superman nam ik mezelf voor nooit meer mijn tijd te verkloten door een Zack Snyder-film te zien. Hoewel Justice League deels geregisseerd is door Joss Whedon, blijkt uit de meeste recensies dat ook deze superheldenfilm van Warner Bros. prut is. Ik zag de laatste weken veel vlogs op YouTube die dit beeld bevestigen. Die vlogs, vaak gemaakt door teleurgestelde fans, zijn vermakelijk om te zien. Waarschijnlijk vermakelijker dan de film zelf.
Al geloof ik niet dat de studiomensen van Warner Bros. echt al die kritische vlogs gaan kijken en de – vaak goede en rake tips – overnemen. Die luisteren maar naar één ding: brengt het geld op of niet. Dat geldt natuurlijk voor alle filmstudio’s.
Mijn idee is dan ook: als we stoppen met bioscoopkaartjes voor meuk te kopen, is dat wellicht een signaal dat ze in Hollywood beter hun best moeten gaan doen. Maar ja, de fans die Justice League wel leuk vinden, gaan meteen drie, vier keer naar de bioscoop, dus uiteindelijk brengt die film toch weer genoeg geld op.
Toch is stemmen met je portemonnee de enige manier om een signaal af te geven als het om commerciële producten gaat. Koop de producten waar je achter staat, zoals bijvoorbeeld Fair Trade-spullen. Koop zo min mogelijk spullen met een dubieuze oorsprong, gemaakt door kinderhandjes in een sweatshop.
Wat Justice League betreft: mocht je het een toffe film vinden, by all means… Geniet ervan. Vroeger dacht ik altijd dat je iedere nieuwe film van een filmmaker een kans moest geven. Maar nu ik ouder ben vind ik dat als een filmmaker op rij een aantal slechte films heeft gemaakt, ik niet verplicht ben om de volgende van zijn of haar hand te kijken. Er is zoveel aanbod dat wel de moeite waard is. Ik vermaak me voorlopig wel met The Punisher en Supergirl op Netflix.
Weeshuis voor strips
Van de week belde maatje Chris me op: ‘We zijn de studio aan het opruimen en hebben een berg comics liggen die wegmoeten. Wil jij ze misschien hebben?’
Nu is mijn huis al een behoorlijk magazijn aan het worden en de stripkasten beginnen ook aardig vol te raken. Toch was ik nieuwsgierig naar wat er in de stapel te vinden zou zijn. ‘Veel Nederlandse comics van Juniorpress en wat Amerikaans spul,’ vertelde Chris.
Op Nederlandse vertalingen zat ik niet echt te wachten. De Nederlandse comics die ik vroeger kocht, koester ik, maar tegenwoordig lees ik liever de oorspronkelijke versies.
Uiteindelijk ging ik overstag en een paar uur later stond Chris in mijn woonkamer met een enorme Ikea-tas vol comics. Chris is behalve stripliefhebber en Star Wars-nerd in het dagelijks leven een heel goede illustrator die samen met een stel vrienden Moker Ontwerp runt. Ze maken onder andere illustraties en omslagen voor boeken en de VPRO gids. Net als ondergetekende is Chris ook een Spider-Man-fan, dus we hebben altijd wel wat te bespreken als we elkaar zien. De rest van de avond hebben we dan ook zitten praten.
De volgende dag heb ik de Ikea-tas rustig uitgepakt, nieuwsgierig naar welke schatten deze allemaal herbergde. Ik legde de comics per serie op tafel en kwam al snel tafel te kort.
Er zat inderdaad veel Juniorpress tussen: veel X-Men, Spawn, Generation X en Wolverine. Ook Amerikaanse versies hiervan. Comics met Wolverine in de hoofdrol lust ik graag. X-Men is lange tijd een van mijn favoriete series geweest. Er zaten ook enkele deeltjes Wonder Man tussen waar ik meteen zin in kreeg. Ik heb van Wonder Man namelijk nog nooit een solo-avontuur gelezen.
Al de comics zijn afkomstig uit de jaren negentig – niet echt bepaald het beste tijdperk met de beste verhalen, wat de reeks X-Force van Rob Liefeld goed demonstreert. Ook was ik verbazend enkele deeltjes Tomb Raider tegen te komen: nooit geweten dat JP die ook uitgaf.
De meeste comics staan inmiddels in de kast. Wanneer ik eraan toe kom om ze te lezen, weet ik nog niet, maar ik vind het een fijn idee dat ze bij mij onderdak hebben gevonden. Mijn werkkamer is een soort weeshuis voor strips geworden, of Weeshuis van de strips, vrij naar het radioprogramma Het weeshuis van de hits, dat tot 1991 te horen was en wat ik vaak luisterde als ik mijn huiswerk deed.
Toch moest ik bij het uitzoeken het meeste aan Frits Jonker denken, die allerlei dingen van mensen krijgt opgestuurd. Vaak zijn dat dingen die ze niet meer willen hebben, maar die Frits met open armen ontvangt: postzegelverzamelingen, oude boeken, spaarzegels of reclameplaatjes.
Ik wilde nog een foto nemen van de tafel vol met strips, maar ik dacht daar pas weer aan toen ze al in de kast stonden. Hoe dan ook: ik ben blij dat Chris aan me dacht en de comics bij mij onderbracht. Ze staan nu gezellig bij de andere X-Men comics en strips van Juniorpress.
Minneboo leest: Marvel Age
Mijn zoektocht naar oude Marvel Age comics bracht me bij verschillende stripwinkels in de afgelopen weken. Bij Henk Comics en Manga Store vond ik een hele stapel en op Dutch Comic Con vond ik nummer 4.
Marvel Age was een uitgave van Marvel waarin nieuwe series, verhalen en andere zaken werden aangekondigd. Met previews, maar vooral ook interviews met de makers. De serie liep van 1983 tot en met 1994 en beslaat 140 comics.
Ik hoef ze niet alle 140 te hebben. Ik concentreer me op dit moment op nummers die opvallen, zoals anniversary specials, mooie covers en interviews met makers die ik bewonder. Vooral de dertigste verjaardag van Marvelhelden werd goed gevierd in Marvel Age. De stukken zijn vaak geen uitgebreide terugblikken, maar meer interviews met hoe men die verjaardag wilde gaan vieren en welke speciale uitgaven eruit zouden komen dat jaar. Ik vond het retrospectief over Daredevil in #106 in ieder geval erg leuk: veel schrijvers en tekenaars die aan deze held gewerkt hebben, komen daarin aan het woord.
Steve Gerber:
‘Gosh, I haven’t even thought about Dardevil in years. At that time he was in San Francisco. The reasoning was that every other super hero was in New York, so Gerry Conway figured it would make Daredevil a little different. I got onto the book sometime after that, and eventually moved him back to New York… mostly because I had never been to San Francisco!
In issue #100, we had a story that had Jann Wenner, editor of Rolling Stone Magazine, wanting to do a story on Daredevil, since he was the town’s only super hero. I was a real avid reader of Rolling Stone, and although we had no idea what he looked like I just described to Gene Colan what I thought he looked like. I met Wenner years later, and Gene’s drawing of him were very close!’
Omdat ik de beroerdste niet ben, heb ik Daredevil #100 er even bij gepakt. Hier is die beruchte ontmoeting tussen Daredevil en Wenner:
Erg leerzaam hoor, die oude Marvel Ages.
Zondag zat ik een paar uurtjes op de bank heerlijk in de stapel te lezen. Hier een selectie van de aangeschafte covers die er wat mij betreft uitspringen. En ja, daar zit voor werk tussen van John Romita Jr. Dat blijft toch mijn favoriete Marvel-tekenaar – ook al tekent hij nu even voor DC Comics. En ja: er zijn vast nog veel meer mooie Marvel Age covers, maar die comics moet ik eerst nog op de kop tikken. Voor een leuke prijs uiteraard, want het moet wel leuk blijven.
Spidey’s web: Heeft Spider-Man nut?
Zou de wereld beter af zijn met superhelden als Spider-Man?
Als we schrijvers als Alan Moore mogen geloven, die de klassieker Watchmen schreef, is het antwoord waarschijnlijk nee. Moore toont in deze strip dat die superhelden toch maar een stel geperverteerde en getroebleerde personages zijn en dat wie almachtig is, een grote kans heeft om als dictator door het leven te gaan. Toch, als een vijandig buitenaards ras op het punt staat om de wereld te veroveren of verorberen, heb ik maar wat graag een team als Avengers aan onze kant staan. Iets wat de gelijknamige film van Joss Whedon uit 2012 nog maar eens duidelijk maakte.
Maar hoe zit het met superhelden als Daredevil en Spider-Man, helden die zich dikwijls bezighouden met kleine criminelen die de straten onveilig maken: drugsdealers, pooiers en overvallers? Je zou denken dat het inrekenen van dit soort misdadigers, waar de gewone burger het meeste last van heeft, van groot nut zou zijn.
Toch zit het ingewikkelder dan het lijkt.
Burgerwacht
In wezen is Spider-Man wat we noemen een ‘vigilante’, iemand die op eigen autoriteit handelt en zonder mandaat de misdaad bestrijdt. Hij overtreedt dus eigenlijk de wet om anderen te beschermen.
In het verhaal ‘The System’ van Brian Patrick Walsh en Alberto Dose wordt duidelijk wat dat voor gevolgen heeft. Twee schoften overvallen ’s avonds een deli van een oud echtpaar. De zestigjarige man wordt door een van de overvallers met een honkbalknuppel in coma geslagen. De daders slaan op de vlucht. De overval wordt gemeld bij twee patrouillerende agenten die naar het plaats delict snellen. Daar aangekomen blijft een agent bij de slachtoffers om een ambulance te bellen, zijn collega rijdt in de richting waarin de overvallers wegrenden. Ze hoeft niet ver te rijden, want om de hoek vindt ze de twee boosdoeners opgesloten in een webnet van Spider-Man.
De muurkruiper heeft het werk voor de politie gedaan en de daders voor ze gevangen genomen. Procederen en opsluiten maar? Zo simpel is het niet helaas.
Rechercheurs Harrison en Donavan hebben de taak de verdachten te verhoren. Ze werden vijf huizenblokken van de plaats delict gevonden in het webnet, de honkbalknuppel waar de oude man mee geslagen is lag een straat verder. Op het wapen zitten alleen vingerafdrukken van het slachtoffer, de dader droeg handschoenen. Omdat de daders minstens vijf minuten in het webnet zaten voordat de agent ze vond, hadden ze genoeg tijd om met elkaar te overleggen en een verhaal te verzinnen.
Gebrek aan bewijs
De zaak wordt nog lastiger omdat er geen getuigen zijn die hen daadwerkelijk de overval heeft zien plegen. Goed, de vrouw van het slachtoffer was getuige, maar haar zicht is zo slecht dat ze in de line-up een van de rechercheurs heeft aangewezen. En aangezien Spider-Man niet in de buurt is om verslag te doen, is een bekentenis van een van de daders de enige manier om hen achter de tralies te krijgen.
Maar zo makkelijk laten Terry Dunn en Walter Bunkowski zich niet pakken. Dunn is een gehaaide rat die al veel narigheid op zijn kerfstok heeft staan. Volgens zijn strafblad begon hij met het stelen van auto’s op zijn veertiende, op zijn achttiende dealde hij drugs, op zijn drieëntwintigste werd hij veroordeeld voor zware mishandeling. ‘En vandaag promoveerde je naar het echte werk, poging tot moord in de uitvoering van een overval,’ zegt rechercheur Harrison. Dunn ontkent in alle toonaarden en beweert dat hij en zijn vriend aan het wandelen waren toen er twee kerels hun richting uitliepen, achtervolgd door Spider-Man. Dunn beweert dat het Webhoofd de verkeerde mannen heeft vastgewebt. ‘Spider-Man viel ons aan. Jullie zouden achter hem aan moeten gaan.’
De andere verdachte is een stuk zenuwachtiger dan zijn collega. En hoewel Bunkowski wat fouten maakt in zijn versie van het verhaal, hij beweert dat de echte daders van achteren kwamen aangerent terwijl Dunn zegt dat ze van voren aankwamen, ziet het er slecht uit voor het recht. Ieder moment kan Bunkowski’s advocaat ook binnenkomen en dan is het gedaan met een mogelijke bekentenis.
De Spider-Man-verdediging
Terwijl de rechercheurs Bunkowksi overhoren, overleggen hun superieuren over de zaak. ‘Ik hoop dat Spider-Man de krant leest’, moppert de Chef (police captain). Zijn collega die een dikke snor onder zijn neus draagt, valt hem bij. (Ik vermoed dat dit de commissaris is, al wordt dit nergens duidelijk gemaakt.) ‘Ik vrees dat de advocaten Spider-Man eindelijk hebben ingehaald. De “Spider-Man verdediging” is tegenwoordig populairder dan claimen dat de dader tijdelijk ontoerekeningsvatbaar was.’
De chef vertelt dat de laatste drie kruimeldieven die Spider-Man afleverde allemaal vrijuit gingen. De gepensioneerde politieagent Ed Lawrence, werd tijdens zijn werk als bankbewaker doodgeschoten. Spidey kreeg de daders te pakken, maar juist door zijn toedoen gingen de daders dus vrijuit. ‘Die freak realiseert zich niet dat wij zijn troep moeten opruimen,’ bromt de Chef.
With great power…
Walsh kaart met ‘The System’ dus een interessant gegeven aan. Peter Parker mag dan door de dood van zijn oom vinden dat hij zijn speciale kracht moet inzetten om de mensheid een handje te helpen, wat deze agenten betreft helpt hij hen van de regen in de drup en doet hij meer kwaad dan goed.
Even lijkt het erop dat de rechercheurs hun zin krijgen. Ze weten tijdens het verhoor Bunkowski zo te bespelen dat hij op het punt staat te bekennen, maar dan komt zijn advocaat binnen en die heeft zijn verhaal al klaar. Snorremans brengt in dat de verdachte bij de plaatsdelict was met het gestolen geld in zijn bezit. De advocaat werpt tegen dat hij vijf huizenblokken verder gevonden werd en erin is geluisd door de echte daders en dat zijn cliënt is aangevallen door Spider-Man. Snorremans roept dat de verdachte niet eens Spider-Man gezien heeft en dat hij beweert per ongeluk in het web terecht zijn gekomen. Dit is een belangrijk detail, want als het bestaan van Spider-Man niet bewezen kan worden, snijdt de Spider-Man verdediging geen hout.
‘Nu doe je alsof Spider-Man niet bestaat. Dat geloof je toch zelf niet? Je hebt geen vingerafdrukken, geen getuigen. Ik ken wc-papier dat sterker is dan jullie zaak,’ beweert de advocaat. Omdat de agenten de verdachten officieel niets ten laste kunnen leggen, gaan ze vrijuit. Dankzij Spider-Man.
Of toch niet? Als de twee rechercheurs met hangende hoofden het pand verlaten om te gaan ontbijten en het voornemen de volgende dag toch nog maar eens met de kippige getuige te gaan praten, krijgt de politiechef de post van gisteren en de printverse Daily Bugle onder ogen. Op de voorpagina van de krant staat een grote foto waarin Spider-Man de twee verdachten inrekent. Niet alleen dat: we zien dat Bunkowski de honkbalknuppel waar de oude man meegeslagen is vasthoudt om naar Spidey uit te halen. Al het bewijs dat de politie nodig heeft wordt in een mooie foto van Peter Parker aangeleverd.
Liever The Punisher?
Nu heb ik zeer beperkte kennis van het strafrecht, maar dat schrijver Walsh iets als de ‘Spider-Man defense’ bedenkt waarmee advocaten ervoor zorgen dat hun criminele cliënten vrijuit gaan, lijkt mij een prachtige vondst. Ik kan me voorstellen dat iets dergelijks ook in onze wereld toegepast zou worden als Spider-Man echt zou bestaan. Ik hoop dat de foto van Parker in dat geval ook genoeg bewijs zou zijn om de daders uiteindelijk te kunnen veroordelen.
Anders zou je denken dat we in de echte wereld meer hebben aan iemand als The Punisher om de gewone burgers tegen misdadige klootzakken te beschermen, want die schiet ze immers gewoon overhoop. The Punisher doet niet aan papierwerk of juridisch touwtrekken.
‘The System’ uit Spider-Man’s Tangled Web Vol.1 #22 (maart 2003)
Tekst: Brian Patrick Walsh, tekeningen: Alberto Dose.