Sommige mensen reageren graag heel negatief op iets wat jij leuk vindt. Moet je daar dan op antwoorden of lekker links laten liggen?
Dit is de link naar de vlog over Marvel Superheroes Secret Wars.
Dit is de link naar de vlog over Marvel Superheroes Secret Wars.
Dat is eigenlijk heel jammer om drie redenen. Facebook is vluchtig. Wat nu op de tijdlijn staat, is over een uur alweer vergeten. Reacties en linkjes gaan dus korter mee en uiteindelijk verloren in de maalstroom van data. Een blog heeft een langere houdbaarheidsdatum. Ten tweede missen de bloglezers zo de vaak boeiende, aanvullende informatie die in de reacties op Facebook staan. En ten derde is de verzameling reacties op een blogpost zo niet compleet. Sterker nog: vaak blijft het op het blog stil onder een artikel terwijl er elders vurig wordt gereageerd, gedebatteerd of gefeliciteerd.
Maandag plaatste ik deze aflevering van Spidey’s web en daar kwamen op Facebook leuke reacties op. Onder andere van Patty die moest denken aan een Atarigame die bij de film ET is gemaakt. Toen kwam Hallie Lama met een leuke videoreportage van CNN waaruit blijkt dat een oude urban legend waar blijkt te zijn, namelijk dat de ET Game zo slecht was, dat Atari deze met wat andere spullen diep onder de grond had begraven en dat deze dumpplek laatst was ontdekt. Hoe cool is dat?
Overigens bewijst deze video, waarvan Patty de link op Facebook plaatste, dat de ET-game inderdaad weinig soeps was, maar om dan een berg van die dingen te begraven…
Maar goed, wat reacties betreft: je kunt mensen niet dwingen op het blog zelf te reageren. Dus we moeten het maar voor lief nemen zolang als Facebook bestaat. Overigens kwam de leukste reactie die dag van Josephine met wie ik had afgesproken in Kobalt. We hebben ruim twee uur bijgepraat over van alles en tegen een persoonlijke ontmoeting, daar kunnen virtuele reacties natuurlijk nooit tegenop.
Sinds ik ben gaan bloggen heb ik een haat-liefderelatie met het reactieformulier. Of eigenlijk: met reageerders.
In beginsel ben ik voor het gegeven dat mensen kunnen reageren op blogposts. In het positieve geval levert dat interessante reacties op die de blogpost verrijken, soms door aanvullende informatie voor de lezer en blogger, soms doordat de reageerder eigen ervaringen deelt met de wereld of een compliment geeft. (Complimenten zijn als chocoladekoekjes voor een blogger en motiveren om meer te schrijven.) Allemaal mooi, maar je ziet te vaak dat mensen hun zure ei kwijt moeten: het zijn immers vaak de energiezuigende zeurpieten die reageren. GeenStijl is daar groot mee geworden. Het grote nadeel van negatieve reacties: ze zetten de toon voor de rest van de discussie en in sommige gevallen zorgen die reacties ervoor dat de discussie een heel andere kant op gaat en eigenlijk niet meer slaat op de blogpost zelf. Dat laatste is helemaal spijtig want een blogger legt ziel en zaligheid in zijn stuk en dan komt er een zuurpruim langs die al dat mooie werk eigenlijk teniet doet.
In comics zijn sinds jaar en dag brievenpagina’s te vinden waarin brieven van lezers worden afgedrukt. Comicveteraan Jim Shooter (over wiens blog ik laatst nog blogde) schrijft het volgende over het nut van die brievenpagina’s:
Lettercols in commercial, entertainment publications are PROMOTIONAL INSTRUMENTS (and entertaining, if done right). Like it, don’t like it, or whatever. If you’re a professional with the brains God gave a goat, you know this and you act accordingly. This isn’t journalism.
Ideally, you select letters positive letters, especially thoughtful, thought-provoking letters, including some, OCCASIONALLY that express thoughtful criticism along with positive comments. A critical letter that is clearly biased or dumb enough to incite the readers to rebut it, if only in their own minds, works too. Publishing 101.
Stan told me that when John Romita replaced Steve Ditko on Spider-Man, the mail was overwhelmingly negative. Stan ran only the rave letters, almost without exception. Soon, the mail became overwhelmingly positive. And, P.S., people got used to John’s style and sincerely started grooving on it. This happened, in part, because the lettercols promoted the new look. That helped to start a movement.
P.S. That wouldn’t have worked if John’s work wasn’t really good. Trying to promote in a lettercol something that’s really lousy usually is a non-starter.
Ik zie een overeenkomst tussen die reacties van lezers op de brievenpagina en de reacties van bloglezers. Veel negatieve reacties lokken meer negatieve reacties uit; veel positieve reacties zorgen dat mensen positief tegen de zaak aan gaan kijken. Als je als blogger zelf zou bepalen welke reacties je onder een stuk plaatst, dan zou je dus de flow van deze reacties kunnen manipuleren. Dat doen bloggers in de prakijk meestal niet, want we leven nog in het vage idee dat internet democratisch is en dat iedereen gehoord moet worden. Onzin natuurlijk. Je kunt als blogger negatieve reacties van lezers met een GeenStijl-mentaliteit gewoon weren van je blog. Hun reacties leveren namelijk niets positiefs op en kosten doorgaans veel te veel tijd. Tijd die je beter kunt besteden aan inhoudelijke reacties waar je nog iets van opsteekt.
Misschien gaat het weren wat te ver voor sommigen, maar dan zou ik ze in ieder geval negeren. Al loop je dan wel de kans dat die negatieve comments die nergens op slaan toch de rest van de discussie sturen.
Let wel: het gaat me niet om reacties van mensen die kritisch zijn over wat je schrijft en dat op een beschaafde, constructieve manier laten weten. Daar heb je wel wat aan als blogger. Aan azijnpissers die alleen maar hun plasje willen doen, niet.
Gewoon je comments uitzetten
Dat neemt overigens niet weg dat je vrij bent als blogger om je commentformulier op een gegeven moment op slot te zetten of helemaal achterwege te laten. Een blog is nog steeds een blog als er niet gereageerd kan worden.
Soms schrijf ik een stuk waar wat controverse over is en dan staat er binnen de kortste keren een hele rits reacties onder. Dat gebeurde laatst bij mijn stuk over waarom ik geen advertorials op mijn blog wil.
Dat onderwerp leverde sowieso heftige discussies op tijdens #blogpraat. Daar heb ik een paar dingen van geleerd:
Wat betekent dit voor mijn blogpraktijk? Dat ik zo nu en dan gewoon de comments uitzet. Als ik een blogposts schrijf, dan staat daar in principe alles in wat ik te zeggen heb. Ik heb vaak geen zin om dan met Jan en alleman tot het oneindige in discussie te gaan. Daar word ik simpelweg niet gelukkig van en het kost me te veel tijd.
Don’t like? Tough shit.
Deze week blijf ik nog even in de nostalgische Marvel-sferen. Een blog wat goed aansluit op het themablog Marvel in de jaren tachtig is JimShooter.com. Shooter was in die periode editor-in-chief van Marvel – zeg maar de hoofdredacteur die alle stripboeken overzag. Ik schreef eerder over hem in mijn stuk over Marvel Comics: The Untold Story.
Shooter was onder andere verantwoordelijk voor Secret Wars – een limited serie waarin de superhelden en schurken van Marvel door een goddelijk wezen genaamd The Beyonder naar een planeet werden getransporteerd om de strijd met elkaar aan te gaan. Door de avonturen op deze planeet kwamen veel superhelden veranderd terug: Spider-Man kreeg er bijvoorbeeld een heel nieuw pak wat later een buitenaards wezen bleek te zijn. Secret Wars was het eerste grote event dat de uitgeverij organiseerde. Tegenwoordig hebben ze iedere zomer zo’n blockbuster die de verhalen in alle series beïnvloeden.
In dit oude nieuwsbericht wordt een aardig overzicht gegeven van Shooters verdiensten bij Marvel:
Shooter begon met bloggen in maart 2011. Hij blogt over zijn werk en is een zeer uitgesproken professional. In zijn posts steekt hij zijn soms vinnige commentaar op hedendaags tekenwerk niet onder stoelen of banken. Maar het meeste geniet ik van zijn anekdotes over hoe het er bij Marvel in zijn tijd aan toe ging. Zoals deze heerlijke anecdote over Chris Claremont. De gezelligheid en de kameraadschap onderling. Smullen zijn Shooters verhalen over Stan Lee en over hoe bepaalde publicaties bij Marvel tot stand zijn gekomen. Zeer leerzaam voor een ieder die meer wil weten over hoe de comicsindustrie in elkaar steekt.
Het is vooral leuk om de ervaringen en verhalen van Shooter naast de versies van Sean Howe te leggen die in Marvel Comics juist schrijft dat Shooter niet altijd even geliefd was onder zijn personeel.
Boze reacties
Niet iedere bezoeker van Shooters site is ook even dol op hem. Sinds mei dit jaar blogt Shooter niet meer. JayJay, die al de posts altijd netjes online zette, geeft ook geen verklaring voor Shooters afwezigheid. Feit is wel dat sommige mensen op een zeer akelige wijze reageerden op de plotselinge online afwezigheid van Shooter. Nu vind ik het ook vervelend dat we niet weten wat het lot is van deze stripschrijver, maar dat neemt niet weg dat die scheldpartijen allemaal niet nodig zijn. Spijtig en laat je daardoor vooral niet weerhouden om de posts die Shooter tot nu toe heeft geschreven, want dit blog is een prachtige bron van informatie voor de stripliefhebber.
Tot slot nog even een fragment uit de documentaire Comics in Focus: Chris Claremont’s X-Men die op dit moment geproduceerd wordt, waarin Jim Shooter uitgebreid aan het woord komt:
Check: Jimshooter.com.
De laatste weken is er een leuke discussie, noem het dialoog, gaande tussen verschillende bloggers die ik graag volg. Daarin overheerst een nostalgisch gevoel waarin we terug willen naar hoe het bloggen ging voor de komst van sociale media. Je blog als centraal punt van al je activiteiten.
Nu kun je niet zo maar terug in de tijd en in principe hoeft dat ook niet: je kunt sociale media inzetten, maar dan moet je wel accepteren dat de discussie over wat je te zeggen hebt op verschillende plekken kan plaatsvinden.
Karins aanpak om op elkaar te reageren via blogposts spreekt me erg aan. Een eigen tekst bied je de ruimte om genuanceerd op iemand te antwoorden. Onder blogpost reageren is ook goed natuurlijk, zolang de reactie maar aan het blog gekoppeld is. Op Twitter verwaaien reacties veel sneller dan op een blog.
De laatste tijd voel ik behoefte om korte en krachtige posts te schrijven. Om mijn blog als een soort notitieboekje te gebruiken.
Dat wil zeggen: korte posts met een enkele observatie, een plaatje of video met een tekstje. Een korte recensie, een los idee, één gedachte – hup op het web. Blogpost hoeven wat mij betreft ook geen afgerond geheel te vormen, maar kunnen een work in progress zijn. Een schets, een opzetje dat later tot meer kan leiden.
Ik hoor doorgewinterde bloggers al denken dat zij al jaren doen wat ik hierboven beschrijf. En dat is natuurlijk ook zo. Het is Old Skool bloggen. Ik schrijf het hier op om mezelf er weer eens aan te herinneren.
Het blog als notitieblok. Daar was ik in het begin van michaelminneboo.nl huiverig voor, want het blog zit vast aan mijn portfolio-site. Voor potentiële nieuwe opdrachtgevers wil je als freelancer een zo goed mogelijke indruk maken. Maar daar heb ik in principe ook een archief voor aangemaakt waar ik een selectie plaats van de artikelen die ik in opdracht heb geschreven.
Een blog moet léven. Je moet er ideeën kunnen uitspreken en toetsen. Laten zien wat je bezighoudt, wat je fascineert.
Dus niets staat me meer in de weg om het vanaf nu anders aan te gaan pakken.
Een grote meerwaarde van het weblog is dat lezers kunnen reageren op de blogposts. Nu heeft mijn site een vast groepje lezers die geregeld reageren. Dat vind ik erg leuk en de reacties worden dan ook zeer gewaardeerd.
Vooral omdat het vaak om inhoudelijke reacties gaat. Die voegen immers echt iets toe aan de content van de site. Lezers haken in op de gedeponeerde stelling of voegen vanuit een onverwachte hoek iets toe. Een goed voorbeeld hiervan is mijn Film A-Z waarbij mensen zelf hun favoriete filmtitels opnoemen.
De discussie over mijn recensie van De gelukkige huisvrouw maakte in dat opzicht een interessant ontwikkeling door. Van een compliment over de tekst zelf (altijd goed natuurlijk), ging deze over naar het imago van Heleen van Royen om (vooralsnog) te eindigen bij een scène uit de film en het boek, waarin een zware bevalling beschreven wordt. Elsbeth reageerde met een interessante persoonlijke anekdote op deze scène. Een mooi voorbeeld van lezersparticipatie.
Prachtig vind ik dat.
Een blog wordt daardoor een levendige dialoog tussen blogger, lezers en andere bloggers. Een plek voor persoonlijke verhalen, bijzondere invalshoeken en onderhoudende gesprekken. Dat is voor mij bloggen in optima forma.
Kortom: bezoekers en lezers bedankt voor jullie participatie.