Aimée de Jong zet na ruim vijf jaar een punt achter haar gagstrip Snippers.
Eigenlijk heb ik vakantie, maar aangezien ik de strip de afgelopen 5,5 goed gevolgd heb en geregeld besprak, meld ik dit bericht toch even. De Jongh is naar al die jaren toe aan nieuwe uitdagingen. Donderdag 20 juli is de laatste aflevering van Snippers in Metro verschenen: Op haar blog geeft de stripmaker tekst en uitleg:
“In het najaar van 2011 belde Ruben Eg van Dagblad Metro me met de vraag of ik interesse had om een strip te maken. Vijf dagen per week. Carte blanche. Hoewel ik nog nauwelijks ervaring had in het humoristische genre, begon ik met het schetsen van een semi-autobiografische strip, waarin mijn alter ego Aimée samen met het fictieve personage Stef de sleur van alledag te lijf ging. De strip noemde ik Snippers, omdat het kleine stukjes uit het dagelijks leven van de personages betrof. Metro was enthousiast. In januari 2012 verscheen de eerste aflevering in de krant.
Flash forward naar 2017: Snippers is inmiddels een vaste waarde in Dagblad Metro, en verschijnt al 5,5 jaar lang, 5 dagen per week. De strip heeft een enorme fanbase opgebouwd en wordt elke dag door meer dan 1 miljoen lezers gevolgd. De personages in de strip zijn door de jaren heen hetzelfde gebleven. Maar ik ben veranderd.
De afgelopen maanden werd het steeds lastiger om de grappen voor Snippers op papier te krijgen. Soms duurde het 3 uur om een grap te verzinnen. Ik bleef maar schetsen, schrijven, krassen, en vooral staren naar het papier, net zo lang tot ik een goede grap had. En dan moest ik er nog vier.
Een andere factor in mijn beslissing is De Terugkeer van de Wespendief, de graphic novel uit 2014 die een internationaal succes bleek, met zelfs een verfilming tot gevolg. Ik denk nog vaak terug aan het plezier dat ik had tijdens het maken van dit grote, serieuze stripproject. Sinds het boek zijn er ook verschillende uitgeverijen die een nieuwe graphic novel van mij willen uitgeven, en ik realiseer me dat dit een hele bijzondere positie is. Daarom heb ik besloten om me voorlopig te richten op het maken van graphic novels. Gewoon omdat dit het moment is om het te doen.
Duidelijk verhaal, lijkt me. Ik vind het knap dat ze al die jaren een dagstrip wist te maken die ook nog eens grappig bleef. Niet veel stripmakers zijn daartoe in staat.
Op de mooie en grappige cover van Snippers #7: Eerst een selfie, gebeurt veel.
We zien een jonglerende baby, een meisje gehuld in badhanddoek die wegrent voor een zombie, een eend die auto tot stilstand maant om zijn soortgenoten over te laten steken, een hond op een skateboard, een dief, Stef die uitglijdt over een bananenschil, iemand die letterlijk in de put zit en Godzilla die de stad in vuur en vlam steekt. En natuurlijk is het guitig kijkende hoofd van Aimée duidelijk aanwezig.
Eigenlijk een typische dag in het land van de dagstrip waarin alles kan gebeuren en dankzij de fantasie van de makers, ook gebeurt.
Typisch iets voor vloggers en seflie queens: zelf de hele tijd in beeld komen en ondertussen beschrijven hoe tof het wel niet is waar ze zijn en wat ze zien. In plaats van dat ze de camera gewoon richten op het onderwerp zodat we het zelf kunnen zien… De cover bewijst maar weer eens dat wat betreft de tijdsgeest stripmaker Aimée de Jongh nog steeds de vinger aan de pols heeft. Inspelen op de actualiteit doet in de reeks Snippers geregeld…
…maar ik vind het vooral knap hoe ze telkens weer een grap kan bedenken met terugkerende evergreen onderwerpen als kerst:
Schrijnend leed
Snippers staat al heel wat jaartjes in dagblad Metro, samen met Dating for Geeks van Kenny Rubenis. Ik heb zelf jaren elke dag als forens in een trein gezeten en behalve vaak slappe kantoorkoffie die je dagelijks op je werk moet doorstaan, is spitsreizen een van de dingen die ik absoluut niet mis uit die tijd. Hutjemutje in de trein, staan in de tweede klas terwijl de eerste nagenoeg leeg is. Aimée maakte er een smakelijke grap over deze schrijnende situatie:
Schrijnend, want vaak heb je als werknemer geen keus: je moet op een bepaald tijdstip op je werk verschijnen en aangezien er altijd te weinig plek lijkt te zijn in de trein, weet je dus dat je twee keer per dag in de spits als een sardientje moet reizen. Dan is het dus fijn dat je in deze forenzenhel kunt genieten van een paar leuke strips zoals Snippers en Dating for Geeks.
De Jongh kaart overigens nog een verschrikkelijk euvel aan die ieder begrip van menselijke beschaving te boven gaat:
Prachtig trouwens hoe ze de reactie van haar stripfiguur vormgeeft. Precies wat ik ook ervaar als ik een soortgelijke situatie zit.
Crossover
Over Dating for Geeks gesproken: er zitten ook een paar datinggrappen in dit album van Snippers. Hoe cool zou het zijn als Aimée en Kenny een crossover zouden doen en de personages uit in allebei de strips laten optreden als elkaars dates?
Crossovers zijn een bekend gegeven in de wereld van geeks en comics. De Metrolezer zal de grap zeker snappen, en de albumlezers waarschijnlijk ook, want beide reeksen verschijnen bij Strip2000. Kenny en Aimée zijn al jaren bevriend. Vroeger huurden ze samen een standje op stripbeurzen en gaven ze hun smallpress boekjes uit onder hetzelfde label. Dus niets zou een crossover in de weg moeten zitten.
Aimée de Jongh maakt al een decennium strips. Nu is eindelijk haar eerste graphic novel uit: De terugkeer van de wespendief. ‘Ik ben het autobiografische beu. Dat kennen we nu wel.’
‘Mijn sterkste punt is dat ik een soort kameleon ben. Ik wil alles proberen. Als iemand mij morgen vraagt om Suske en Wiske te illustreren, dan ga ik daar heel hard aan werken tot ik in die stijl kan tekenen,’ vertelt Aimée de Jongh (1988). De gagstrip Snippers die dagelijks in forenzenkrant Metro staat, tekent ze in een expressieve cartooneske stijl terwijl haar striproman De terugkeer van de wespendief semi-realistisch is getekend. Als grafisch kameleon bouwde De Jongh in de afgelopen tien jaar een indrukwekkend cv op met animaties, stripverhalen en kinderboekillustraties.
Recent animeerde De Jongh de videoclip ‘Last resistance’ van Wende Snijders, werkte ze als in-betweener aan de animatiefilm Trippel Trappel en exposeerde ze samen met de Amerikaans-Filipijnse kunstenaar Miljohn Ruperto in het 18th Street Art Center in Santa Monica. ‘We hebben acht verschillende animaties van rotsen gemaakt die op de één of andere manier zijn aangetast door de natuur. Sommige stenen doen denken aan menselijke organen of rottend vlees. Miljohn wilde onderzoeken of stenen ook lelijk kunnen zijn, net als mensen.’ Manga
De Jongh is een visueel verteller, haar verhalen lezen vloeiend. Trefzeker en met schijnbaar weinig moeite zet ze haar personages op papier en laat ze overtuigend acteren. Hoewel de stripmaker in de loop der jaren haar eigen handschrift heeft ontwikkeld, is in haar tekenstijl een sterke invloed van manga (Japanse strips) terug te zien, het soort strips waarmee ze als tiener begon. Manga’s hebben een andere beeldtaal dan bijvoorbeeld Europese en Amerikaanse strips. ‘Manga is een dynamische en filmische manier van vertellen. Er zit veel actie in, je vliegt door de pagina’s heen. Vaak heb je pagina’s lang geen tekst. Dan loopt er bijvoorbeeld iemand in gedachten verzonken een paadje af. Grote platen worden dikwijls afgewisseld met close-ups van handen en ogen. En in manga hebben de personages vaak van die grote ogen. Maar dat vind ik lelijk.’
Sitcom
De Jongh maakte als tiener naam in de stripwereld door wekelijks online een dagboekstrip te publiceren. ‘Ik zag het als promotiemiddel. Stripmaker Floor de Goede was toen al twee jaar bezig met zijn dagboekstrip en trok veel bezoekers. Dat wilde ik ook. Al snel had mijn site veel lezers.’ De aandacht leidde in 2006 tot de publicatie van haar eerste boekje en meerdere publicaties in mangabundels. Inmiddels is Aimée afgestapt van autobiografisch werk: ‘Ik ben het autobiografische beu. Dat kennen we nu wel. Waarom zou ik mijn leven met iedereen moeten delen? Zodra je zegt dat je een graphic novel maakt, denkt men dat je een roman gaat verstrippen of dat het verhaal over jezelf of je zieke moeder gaat. Met de jaren begon het idee dat graphic novels autobiografisch of journalistiek moeten zijn, me tegen te staan. Waarom hebben we Nederland niet een goede graphic novel over een detective of een echt horrorverhaal? In Japan heb je alleen maar fictie en genrestrips. Er komt bijna geen autobiografie voor.’
Sinds 2012 staat in de Metrohaar gagstripSnippers, een sitcom rondom de dagelijkse avonturen van Aimée en haar al even nerdy huisgenoot Stef. ‘Zelf heb ik nooit een huisgenoot gehad, maar je hebt in een strip minimaal twee hoofdpersonen nodig om een gesprek te laten plaatsvinden. Deze strip draait om het scenariootje, de grap is belangrijker dan of het mooi getekend is.’ Snippers is duidelijk geen autobiografie, maar De Jongh gebruikt wel voorvallen uit haar leven om iedere week weer vijf strookjes te kunnen bedenken. ‘Neem die grap dat mijn personage bij de opticien zit en de tekst die ze moet voorlezen bestaat uit: “Doe mij die dure uit de etalage maar”. Dat heb ik niet letterlijk zo meegemaakt, maar ik heb wel sinds kort een bril en dat vind ik helemaal niet leuk. Die frustratie verwerk ik dan in een stripje. Vaak zit ik te brainstormen met een schetsboekje maar soms ontstaat er een strip als ik me afvraag of je avondthee ook ’s ochtends mag drinken.’
Zware thema’s
Begin oktober kwam De Jongs eerste striproman De terugkeer van de wespendief uit. ‘Ik wilde al jaren een graphic novel maken, maar tot nu toe had ik er simpelweg geen tijd voor.’ In Wespendief staat boekhandelaar Simon Antonisse voor de keuze om de familiezaak te verkopen aan een keten of de deur te sluiten. Als hij getuige is van een zelfmoord op het spoor ontsluit dit onverwerkte herinneringen aan de ongelukkige dood van een jeugdvriend. Regina, een jong meisje dat hij per toeval tegenkomt, weet Simon de rust en liefde te geven waar hij naar verlangt. Zelfmoord, pesten en het verdwijnen van de boekwinkels. Veel zware thema’s in één verhaal. ‘Dat klopt,’ zegt De Jongh, ‘maar als ik een van de drie had gekozen was het teveel een thematisch boek geworden. Als verteller heb je een bepaalde motivatie nodig om gebeurtenissen uit te lokken of op gang te brengen. De jeugdvriend van Simon moest een verandering ondergaan. Hij was een puber dus kwam ik al snel op pesten. Hierdoor kunnen kinderen namelijk echt veranderen en snel volwassen worden. Ik vond dit een cool gegeven en kon dit mooi koppelen aan wat er nu met Simon gebeurt. Hij had die gebeurtenissen aan zijn jeugdvriend weggestopt en vergeten, maar door die zelfmoord op het spoor komt het allemaal weer terug.’
Metafoor
Net als eerdere verhalen bevat Wespendief onverwachte wendingen, een bovennatuurlijk tintje en een melancholische toon. Ook speelt de dood een prominente rol in het werk van De Jongh. In de korte animatiefilm One Past Twowaar ze in 2011 mee afstudeerde aan de Willem de Kooning Academie, ontmoet Tim medestudente Eva bij een afgelegen bushalte. Terwijl ze wachten in de ijskou praten ze met elkaar en ontstaat er een band tussen hen. Als de bus eindelijk arriveert is er nog maar voor één persoon plaats. Galant laat Tim het meisje voorgaan en ziet hij de bus wegrijden. Dan blijkt de hele situatie een metafoor te zijn voor de dood: beide studenten zijn geraakt in een schietpartij op school. Terwijl Tim op de intensive care ontwaakt, blijkt het meisje naast hem, Eva dus, zojuist overleden te zijn aan haar verwondingen.
De Jongh: ‘Als Tim haar niet had laten voorgaan, had ze dan overleefd en was hij dan gestorven? Dat vind ik een boeiende vraag. Net als de zelfmoord in Wespendief: als iemand ervoor kiest om te sterven, is dat dan goed of slecht? Ik ben er zelf ook nog niet uit, dus die verhalen zijn voor mezelf een zoektocht om te ontdekken wat ik er van vind. De dood boeit mij. Mijn vader overleed aan kanker toen ik 19 was. Vijf jaar lang was hij ziek, dus eigenlijk mijn hele pubertijd. Al die tijd leef je met het idee dat je vader een keer gaat sterven. Vlak voordat hij overleed, stierf de moeder van mijn toenmalige vriendje aan kanker na een ziekbed van drie maanden. Het klinkt wellicht wat cru, maar toen vroeg ik me toch af wat eigenlijk beter is. Die drie maanden waren net zo heftig, maar wel een stuk korter. Toen ben ik verhalen over de dood gaan maken. Misschien om dat thema te onderzoeken of het te verwerken. Maar ook om mensen over dit thema na te laten denken. Bij One Past Two vertelden mensen me dat ze zich bij de aftiteling echt aan het bezinnen waren. Dat is wat ik wil en vooral door het maken van strips. Men denkt nog steeds dat strips voor kinderen zijn, maar met zo’n verhaal als Wespendief maak ik een statement dat dit niet zo hoeft te zijn.’
In de striproman mengt De Jongh wederom veel magisch realistische elementen. ‘Ik vind magisch realisme erg tof omdat in een normale omgeving bijzondere dingen gebeuren. Het klinkt ouderwets maar is eigenlijk erg hip. Denk maar aan superheldenfilms of de Transformers-reeks van Michael Bay.’
Belofte Jarenlang stond De Jongh bekend als nieuwe belofte van de Nederlandse strip. Op de Stripdagen Haarlem eerder dit jaar werd ze nog steeds geschaard onder de noemer ‘nieuwe garde’. Heeft de stripmaakster het idee dat ze met deze graphic novel die belofte eindelijk heeft ingelost? ‘Dat van Haarlem vond ik bizar, want ik ben al tien jaar stripmaker. Zijn er dan zo weinig nieuwe stripmakers bijgekomen, vraag ik me dan af. Als je kijkt naar wat ik al gedaan heb, dan heb ik mezelf wel bewezen. Maar ik doe het niet voor de reputatie of voor andere mensen. Ik wil gewoon heel veel doen en ik ben snel verveeld. Ik wil dingen fris houden. Nu heb ik een dik boek gemaakt en wil ik weer eens iets anders doen. Lekker schilderen of een reisverslag maken. Ook het animeren gaat met golven. De ene keer heb ik heel veel zin om een film te maken en als die af is, dan denk ik: “Oké, ik ga nu echt een jaar lang niet meer animeren!” zegt De Jongh lachend.
Aimée de Jongh. De terugkeer van de Wespendief. Uitgeverij Oog & Blik / De Bezige Bij.
Snippers 1 t/m3 Strip2000
Dit artikel schreef ik voor de VPRO Gids en werd in #43 gepubliceerd.