Categorieën
Strips

Spider-Man gaat scheiden

De geschiedenis van menig stripheld blijkt vloeibaar te zijn. Marvel heeft recent besloten dat Peter Parker en Mary Jane nooit met elkaar zijn getrouwd. En dat terwijl ik toch echt de comic met die feestelijke gebeurtenis in mijn kast heb staan: 21 jaar stripgeschiedenis wordt genegeerd.

Het is het bekende verhaal: op een gegeven moment zijn alle mogelijke verhalen over een bepaalde held verteld. En wat moet je dan als je een goedlopende franchise hebt? Je kunt moeilijk de held laten doodgaan. Het laten sterven van andere personages gebeurt soms wel: zo is Peters tante May al een keer dood geweest en menig schurk – waaronder The Green Goblin – is gestorven. Dit soort overlijdensberichten moeten echter met een korreltje zout worden genomen, daar de dood in comicland meestal van tijdelijke aard blijkt.

Nee, meestal is de oplossing om weer zo dicht mogelijk tot het oorspronkelijke concept terug te gaan.
Scheiding door geheugenverlies

In Amazing Spider-Man # 545 sluiten Peter en Mary Jane een deal met duivelkloon Mephisto om het leven van tante May te redden. Niemand zal vanaf nu nog weten dat Peter en MJ ooit getrouwd waren. Niemand behalve miljoenen stripfans die volgens een artikel in de USA Today woedend zijn over dit besluit van uitgeverij Marvel. Peter Parker is weer terug naar zijn wortels: een vrijgezelle nerd. Zoals Stan Lee en Steve Ditko hem creëerden in 1962.

Midden de jaren negentig kwam Marvel met een vaag plot waarin bleek dat Peter Parker gekloond was. Dit betekende dat lezers jarenlang verhalen over een nep-Spidey hadden gelezen. Uiteindelijk bleek dit toch weer niet waar te zijn. Dergelijke grote plottwist rieken naar creatieve armoede. Ik ben benieuwd wanneer dit weer wordt teruggedraaid.

Met dank aan Hallie – nieuwsneus – Lama.

Lees ook: De charme van Spider-Man en De wereld van de superheld.

Categorieën
Strips

Een (korte) ontmoeting met Scott McCloud in Turnhout

Een van de sprekers op de stripbeurs in Turnhout (15-16 december) was niemand minder dan Scott McCloud. McCloud begon als striptekenaar van (de soort van) superheldenstrip Zot!, maar werd een stripgoeroe door zijn drie boeken over strips, waarvan Understanding Comics de eerste was. In deze boeken analyseert en theoretiseert hij het medium op nauwkeurige wijze. En dat doet hij in stripvorm.McCloud is een beetje een held van me. Ik heb zijn striptheorieën uitvoerig gebruikt voor mijn scriptie over stripadaptaties in filmvorm. McCloud heeft verreweg het leukste studieboek ooit geschreven. Op Turnhout legde hij in een kleine driekwartier de grote lijnen van zijn laatste boek Making Comics uit. Hierin behandelt hij uitvoerig de belangrijk elementen van wat McCloud het DNA van strips noemt:

  • De keuze van het moment van actie, wat laat je zien en wat niet
  • Hoe kadreer je de actie en welke kadervorm gebruik je
  • De selectie van de juiste combinatie van woorden en beelden
  • Het sturen van de flow van het verhaal; hoe ‘leid’ je de ogen van de lezer
  • (voor meer info over Making Comics, zie McClouds eigen website)

Scott McCloud of the clan McCloud. There can be only one…

Hoewel ik geen handtekeningenjager ben, leek het me wel leuk om zijn nieuwe boek te kopen en deze te laten signeren door de vertelmeester himself. Helaas waren er geen exemplaren van Making Comics te krijgen – de boeken waren nog steeds onderweg en zouden dat weekend niet meer in Turnhout aankomen. Een teleurstelling voor McCloud, die na zijn lezing vrijwel werkloos aan zijn tafeltje zat. Een enkeling liet een bundeltje van de 24Hr-comics tekenen. McCloud is immers ook verantwoordelijk voor dat leuke initiatief.McCloud laat het theoretiseren voorlopig achter zich en gaat zich weer richten op het vertellen van verhalen. Hij wil een graphic novel gaan maken van een verhaal dat al jaren door zijn hoofd spookt. Het werkje moet vier tot vijfhonderd pagina’s lang worden. Het maken van de strip gaat zo’n twee jaar duren, schatte de ambitieuze stripmaker in. Details over het verhaal heeft hij in Turnhout niet prijsgegeven.

Categorieën
Strips

Strips: Wees er voorzichtig mee!

Ooit wel eens je strips uitgeleend en deze in mindere staat teruggekregen?Het is ongetwijfeld de nachtmerrie van iedere stripfetisjist. Gelukkig zijn er behulpzame mensen die – op enigszins sarcastische toon – de onwetenden op het juiste pad weten te brengen. Het filmpje is wat aan de flauwe kant, maar des ondanks vermakelijk.Een van de comments onder het filmpje maakt duidelijk dat niet iedereen de sarcastische toon heeft begrepen:

“Good good… i can just forward this video link to EVERYONE who has damaged my pracious books be it comics or others… Thank you so much for creating this video! :D.”

Categorieën
Strips

Nieuw Gehoer verovert België

Nieuw gehoer on tour

Alsof onze arme zuiderburen al niet genoeg te verduren hebben met het gebakkelei van hun regering en de mogelijke breuk tussen Vlaanderen en Wallonië. Nu krijgen de Belgen ook nog eens te maken met stripcollectief Nieuw Gehoer. Een deel van het team zal namelijk op de stripbeurs in Turnhout zijn opwachting maken. Het werd immers tijd om de ongein buiten de landsgrenzen te brengen.

Mocht je nieuwsgierig zijn hoe de Nieuwe Hoeren er in het echt uitzien, een praatje willen maken of zo gek zijn om een van hun uitgaven aan te schaffen, check dan de stand van Nieuw Gehoer op de stripbeurs in Turnhout, op 15 en 16 december 2007. Van deze nationale ramp zal ook een videoreportage gemaakt worden: Nieuw Gehoer On Tour. Binnenkort bij uw lokale YouTube provider in de schappen en natuurlijk op de site nieuwgehoer.blogspot.com. Ge zijt gewaarschuwd!Tot zover deze ‘officiële’ mededeling. Dan gaan we nu weer over op de geplande programmering.Geen idee wat Nieuw Gehoer is? Prijs je gelukkig! Maar als je het toch wil weten klik dan hier voor een review. (Maar ik héb je gewaarschuwd).

Categorieën
Strips

Expo Cartoons @ work

Werksituaties bieden genoeg stof voor een goede grap en zijn daarom voor menig cartoonist een dankbaar onderwerp. Een selectie van het werk van Peter de Wit, Paul Stellingwerf en Maurice van Tilburg hangt sinds zondag in de expositie Cartoons @ Work. De opening van Cartoons @ work vond zondag 9 december plaats in Atelier Open. De expositie bevat originele cartoons van Peter de Wit, Maurice van Tilburg en Paul Stellingwerf. Judith Ploegman, voorzitter van FNV Jong, verrichte de opening.
Atelier Open is een project van P&O-adviseur Edith Brouwer en Maurice van Tilburg. Van Tilburg leidt ict-projecten bij Euro Next. Brouwer en Van Tilburg gebruiken de ruimte op de Keizersgracht sinds september 2007 ondermeer als schildersatelier en expositieruimte. ‘We willen een ruimte bieden voor creatieve dingen en leuke dingen,’ zegt Maurice. Kunst dient als een goede ijsbreker om gesprekken op gang te krijgen. Mensen willen al snel weten wat de filosofie is achter een kunstwerk. Dan komt een gesprek nog ergens.’ De expositie is het middelpunt van enkele activiteiten rondom het thema werk. Begin volgend jaar organiseren Brouwer en Van Tilburg ook enkele workshops.Waarom een expositie over werkcartoons?
‘Edith en ik vinden cartoons erg leuk’, zegt Maurice, ‘cartoons zeggen vaak iets over de maatschappij. Ze werpen een grappig licht op werksituaties waar wel wat humor gebruikt kan worden.’ De bescheiden expositie bestaat uit werk van Peter de Wit, Paul Stellingwerf en Maurice zelf. Peter de Wit is al sinds jaar en dag een bekend gezicht in de stripwereld. Zijn strip Sigmund, over een eigenzinnige psychiater die niet zachtzinnig met zijn patiënten omgaat, staat sinds 1994 dagelijks in de Volkskrant. De Wit verwierf daarnaast faam door zijn samenwerkingsverband met stripmaker Hanco Kolk. Samen waren ze verantwoordelijk voor de strip Mannetje en Mannetje en Gilles de Geus. Paul Stellingwerf maakt sinds december 2006 werkgerelateerde cartoons voor IntermediairForward.nl. Tot slot tekende Maurice sinds 1998 vijf jaar lang de strip Bull en Beer voor de AEX aandelenbeurs (nu NYSE Euronext).Waarom deze drie cartoonisten?
‘Peter de Wit is toch een groot voorbeeld van hoe je strips moet maken. Paul Stellingwerf maakt de cartoons voor de site IntermediairForward en heeft dus een duidelijke link met werk. De doelgroep van Intermediair sluit ook goed aan bij onze eigen belevingswereld. Daarbij zochten we naar contrast in de stijl van de cartoons. De Wit tekent op een traditionele wijze met Oost-Indische inkt, terwijl Stellingwerf op een moderne manier en digitaal werkt.’De expositie is te zien van zondag 9 december 2007 tot half februari 2008. Atelier Open, Keizersgracht 429, Amsterdam.

Categorieën
Strips

Interview Claire Schumacher: Passie voor Manga

Claire Schumacher doet een opleiding aan de Academie voor Beeldende Vorming in Amsterdam, illustreert in opdracht en geeft mangaworkshops. Door die workshops wordt ze de laatste tijd steeds vaker geïnterviewd door de pers. Desondanks ziet ze zichzelf niet als ambassadeur voor manga en anime in Nederland. ‘Ik wil mensen er niet mee lastigvallen, maar als iemand interesse heeft dan heb ik wel een stortvloed aan verhalen voor hem of haar’, belooft Claire. En dat klopt: als Claire eenmaal over manga begint te praten, is ze niet te stuiten. Wat is manga?
‘In twee zinnen: als je in Japan woont, je bent Japanner en je tekent strips, dan maak je manga. Ik teken dan ook geen manga, maar strips die hevig door manga zijn geïnspireerd. Manga’s die populair zijn in Japan hebben een herkenbare, overheersende stijl. Figuurtjes met grote ogen, diverse kleuren haar – een Europese benadering. De stijl kan wat overdreven zijn om op die manier emoties duidelijker te verbeelden.’ ‘Mangaverhalen gaan vaak over opgroeiende personages. Het verhaal begint op het punt dat ze nog zwak zijn. Dan komen ze met iets nieuws in aanraking en krijgen ze een andere manier van leven. Manga gaat vaak over tieners die heldendaden verrichten. Gewone personages die ongewone dingen doen en kleine meisjes die heel krachtig blijken te zijn.’ Vanwaar de voorkeur voor dat soort personages?
‘Veel Japanners staan niet sterk in hun schoenen, ze zwoegen onder werkdruk en je mag niet vaak jezelf zijn. Ze leven in een keurslijf zonder al te veel vrijheid. Manga geeft hen wel die vrijheid. Het is een manier voor Japanners om uit het keurslijf te breken. Mensen willen zichzelf erin herkennen, daarom is het vaak een fragiele persoon die veel weet te overwinnen. Daar putten ze kracht uit.’ Wat vind je leuk aan manga?
‘Dat is niet echt makkelijk uit te leggen. Ik vind de verhalen leuk en de link met Japan interessant. Japanse cultuur is mystiek, mensen hebben respect voor elkaar. Ik voel vaak een link met de hoofdpersoon, juist omdat het geen ideale figuren zijn. Ook hebben ze daar een interessante manier van vertellen. De algemene tekenstijl vind ik bijzonder. Het is een filmische stijl. In de jaren vijftig had je bijvoorbeeld Astro Boy (door stripmaker Osamu Tezuka, waarvan later nog een tekenfilmserie is gemaakt, red.) – een van de meest beroemdste manga’s. De tekenaar maakte gebruik van filmische camerahoeken, wat uniek was voor die tijd.’ Hoe begon je passie voor manga?
‘Vroeger zat ik altijd naast mijn broer als hij met zijn Nintendo zat te spelen. Ik ging daar helemaal in op en gaf hem aanwijzingen. Daarna kocht ik zelf een Nintendo 64. Ik was gek op Zelda. De doos had mooie illustraties met mangafiguurtjes. Die fascineerden mij. Ik begon ze na te tekenen. Ook zag ik films als Akira (Katsuhiro Ôtomo, 1988). Het waren cartoons, maar met tragische verhalen – er gingen mensen in dood. Die serieuze toon sprak me aan en de vrijheid die manga uitstraalde. Op internet ontdekte ik hoe groot manga eigenlijk was; ik printte plaatjes uit en tekende die na. Ik wilde die stijl beheersen.’ Wat is jouw tekenstijl?
‘Ik heb een strakke lijn, teken graag grote ogen en veel haar. De standaard manga-stijl dus.’ (lacht). Vind je de manga-stijl, die toch aardig wat stilistische conventies kent, niet juist beperkend?
‘Ik kies er zelf voor om in mangastijl te tekenen. Manga is een ideaalbeeld – je kunt alles tekenen wat je wilt. Manga is vaak cartoonesk, waar het emoties betreft. Figuurtjes worden dan opeens met een groot hoofd en een klein lijf getekend. Dit heet ‘chibi’, wat ‘klein’ betekent. Dat is om op een komische manier emoties weer te geven. Tegenwoordig teken ik veel naaktmodellen op school. Hierdoor verschuift mijn stijl meer naar het realistische op.’ Manga in Nederland
Wie regelmatig een stripbeurs bezoekt, heeft een grote kans om daar de stand van Mangafique tussen de andere stripverkopers te zien staan. Mangafique is een collectief van mangagroepen (ook wel ‘circles’ genaamd). De Aniway is een kwartaaltijdschrift dat uitgegeven wordt door de gelijknamige stichting. Het magazine is gewijd aan anime, manga en Japanse cultuur. Het werk van Claire is daarin regelmatig te bewonderen. Ook schrijft ze columns en recensies van strips, films, games en artbooks voor de Aniway. Hoe groot is manga in Nederland?
‘Manga is erg in opkomst. Dat merken we op beurzen waar we steeds meer Nederlandse manga’s verkopen. Uitgaven van Aniway liggen tegenwoordig ook bij de Bruna en de AKO. Vooral jongeren komen er via televisie steeds mee in aanraking. In Frankrijk en Duitsland lopen ze vóór op ons. Daar is manga al veel groter. Anime-cartoons zijn daar door de jaren heen al op televisie geweest. Daar worden ook anime uitgezonden voor de wat oudere kijkers.’ ‘In Nederland heeft anime wel een slechte reputatie. Ongeveer tien jaar geleden werden er animefilms uitgebracht onder de naam mangafilms. Een foute term overigens, want manga slaat op de strips, niet de animatiefilms. Het mangafilm-label bracht films als Akira (Otomo Katsuhiro, Japan, 1988) uit, maar ook geweldadige en pornografische films als Urotsukidoji, wat hentai genoemd wordt. Dit gaf een verkeerd beeld van het genre.’ Door die slechte reputatie komen er ook wel vreemde snuiters op de Aniway-stand af. Wat is het vreemdste dat je ooit is overkomen op een stripbeurs?
‘Dat was tijdens een stripbeurs in België. Er kwam een linnentasjestype naar me toe. Hij zei tegen me “Hey, jij tekent toch manga?” Ik zei van ja. Hij wilde dat ik een jongetje van tien jaar in een korte broek en kaplaarzen tekende. Het jongetje moest op een stoel met een boek zitten. “Liever niet,” zei ik. Hij bleef bij de stand staan en keek zielig. Toen heb ik maar heel snel iets gekrabbeld en ging hij gelukkig weer weg. Heel freaky…’ Welke manga zou je anderen aanraden?
‘De serie Deathnote, waarin een middelbare scholier een bovennatuurlijk notitieboekje vindt, waarmee hij mensen kan laten sterven door simpelweg hun naam erin op te schrijven. Hij besluit dit boekje te gebruiken om de namen van criminelen te noteren, om hiermee het kwaad in de wereld uit te bannen. Ik vind het een heel spannende misdaad-thriller.’ ‘Fullmetal Alchemist is een manga uit 2003 geschreven door Hiromu Arakawa. Als de moeder van twee broers sterft proberen ze naïef om haar met alchemie weer tot leven te wekken. Menselijke transmutatie is in de wereld van alchemie echter een onvergeeflijke zonde. Dat ervaren Edward en Al op tragische wijze: als ’tol’ verliest Al zijn hele lichaam en Ed zijn linkerbeen. Om de ziel van Al nog te redden, offert Ed ook nog zijn rechterarm op, zodat Als ziel zich kan huisvesten in een toevallig aanwezig stuk meubilair: een harnas. De ontbrekende ledematen van Ed worden later met metalen prothesen uitgerust (zogenaamde ‘automail’). De broers horen over de Philosopher’s Stone, een steen die ervoor kan zorgen dat alchemie ook werkt zonder gelijkwaardige ruil. Deze kan ervoor zorgen dat de broers hun eigen lichaam terugkrijgen, en ze gaan op reis om de steen te vinden. ‘En ik zou Azumanga Daioh aanraden. Het gaat over een stel meisjes die van alles beleven op de middelbare school. Alles wordt verteld in vier panel stripjes. Heel simpel maar echt heel leuke humor.’

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Baudelaire

Gastauteur Natasja van Loon – aka de Schone Schrijfster én groot stripliefhebber – geeft haar visie op het album Baudelaire van Noël Tuot & Daniel Casanave.De literatuurgeschiedenis heeft een vergissing gemaakt want Victor Hugo is eerder overleden dan Baudelaire en die is daar niet blij mee omdat hij het ultieme absoluut perfecte gedicht nog niet geschreven heeft. Daarom slaat hij op de vlucht, voor iedereen die hem op de begrafenis wil hebben – en dat zijn er nogal wat. Hemel, hel en aarde worden – letterlijk – bewogen. Aldus Baudelaire tenminste, van de Franse tekenaar Tuot en zijn scenarist Casanave. Hun succesvolle stripalbum is onlangs opnieuw vertaald en uitgebracht door uitgeverij Silvester – dat hiermee, naar mijn bescheiden mening, meteen een van de mooiste albums van het jaar op de markt heeft gebracht. Baudelaire staat bol van grappen en dialogen die van grote schoonheid en – als je er even over nadenkt – diepgang zijn. Zo brengt zijn vlucht voor zichzelf Baudelaire eerst naar de hemel: een desolaat landschap waarin het onafgebroken regent (en dat akelig veel aan ons eigen kikkerlandje doet denken) alwaar hij wordt opgewacht door Sint Pieter. Dat de hemel helemaal niet lollig is, constateert Baudelaire.‘Alles is voor altijd en eeuwig kalm’, antwoordt Sint Pieter onbewogen.Donkere wolkjes vormen zich boven het hoofd van Baudelaire. ‘Ik houd niet van kalm… Daardoor moet ik aan de provincie denken.’ En dan een woest springende Baudelaire. ‘Ik wil eeuwige onrust!’‘Alles is voor altijd en eeuwig beschouwing’, antwoordt Sint Pieter onverstoorbaar.Je begrijpt: Baudelaire houdt het hier niet lang uit (zou ik ook niet kunnen) en wil naar de hel. En de hel… is een skipiste. Baudelaire wordt er opgewacht door de zonde die eruitziet als een skileraar in dat archetypische rode pak omdat de duivel in zijn kantoor zit om het idee van het kwaad te overpeinzen. ‘Grotere eenzaamheid bestaat niet’, zegt de zonde – een grap die aan kracht wint als je je bedenkt dat het gedicht dat Baudelaire wereldfaam bezorgde Les Fleurs du Mal was: de Bloemen van het Kwaad.En dan komt Sartre langs die weliswaar in de hemel verblijft (‘ik heb zo vaak bewezen dat God niet bestaat dat deze dat wel leuk vond’) maar als groot filosoof het voorrecht heeft om af en toe een rondje hel te maken. Hij komt Baudelaire demonstreren wat de zonde is. En de zonde… is soep eten met een vork. En hoe langer je daarover nadenkt des te aannemelijker dat klinkt.Foto: Charles Baudelaire‘De zonde is niet lollig’, constateert Baudelaire en hij keert terug naar de aarde om alsnog naar de begrafenis van Victor Hugo te gaan. Overigens weet hij het ultieme absoluut perfecte gedicht aan het eind van het album wel te vinden – maar wat de kern ervan is, houd ik voor me omdat iedere geïnteresseerde lezer dat voor zichzelf moet lezen. Wel kan ik vertellen dat ik slap lag (lach) toen ik het las. Wat wellicht niet verbazingwekkend mag heten als je weet wat de strekking van mijn debuutroman is omdat de kern van dat gedicht daar min of meer aan verwant is. Alleen is Baudelaire een stuk moediger dan de hoofdpersoon van Bemint eer gij begint.Natuurlijk: Goscinny staat nog altijd op eenzame hoogte. Maar de absurdistische en tegelijk diepzinnige humor van Baudelaire komt dichtbij. Wat de grootmeester van de stripscenario’s met geschiedenis deed, doen Tuot en Casanave met literatuur en filosofie. In de Nederlandse vertaling is het album bovendien uitgebreid met handige historische achtergrondinformatie die fraai omschreven en prachtig geïllustreerd is. Kortom: een album dat uit louter redenen bestaat om het aan te schaffen. Want de zonde mag niet lollig zijn, Baudelaire is dat des te meer. Sterker: het is briljante humor. Naar mijn (niet zo) bescheiden mening dan tenminste.

Categorieën
Strips

24 Hour Comics Day in Lambiek

Dit weekend vond voor de derde keer de 24 Hour Comics Day plaats in stripwinkel Lambiek te Amsterdam. Meer dan 20 stripmakers zaten een etmaal lang te tekenen, te zweten, koffie te drinken en onderling te keuvelen in de hoop aan het einde van de beproeving een volledige strip van 24 pagina’s te kunnen presenteren. Zaterdagmiddag 17 uur waren de stripmakers nog vol goede moed aan het pennen. In het collectief zag ik de bekende gezichten van Menno Kooistra, Hallie Lama, Mattt Baay, Sandra Kleine Staarman en Jaap Rozema. Van het collectief Lamelos waren Aleks Deurloo en Jeroen Funke van de partij. (Voor een meer volledige deelnemerslijst, klik hier). Menno Kooistra, die samen met collega’s Lama, Baay en Rozema vorige maand net naast een ‘Group-clickie’ greep met de tekenbattle Nieuw Gehoer, had zojuist even pauze genomen van zijn tekenproject: vierentwintig strippagina’s over evenzoveel songs. Mattt Baay was druk zijn passie voor games en strips te combineren in een Bunbun-avontuur waarin het witte konijn allerlei gamefiguurtjes tegen het lijf loopt en in door games geïnspireerde scènes terechtkomt.

Kooistra en Baay (die recentelijk zijn lange blonde lokken inwisselde voor rode stekelige coup).
Foto: Lambiek.net

Productief
De productiefste van het stel tekenaars was wederom heer Lama. Na slechts vijf uur tekenen was hij al aan zijn twaalfde pagina bezig (!). Naar verluid was Hallie zelfs één uur later dan de rest begonnen aan de vierentwintiguursmarathon. Met grote trefzekerheid tekende Lama met een Big-fineliner zijn A4-pagina’s vol. Van tevoren had hij niet echt nagedacht over het verhaal dat dus vanaf het eerste plaatje nog alle kanten kon opgaan.Sandra Kleine Staarman, winnares van de ‘Medium Clickie’ (voor wie het zich afvraagt, dat is een webcomicprijs voor het beste gebruik van het medium internet, niet een honorering van de Jomanda Society) zat ook in het gezelschap. Kleine Staarman was rond vijf uur al twee pagina’s achter, zei ze. Net als veel van haar collega’s inkte ze haar werk. Wie dus een stel onafgewerkte pagina’s verwacht in een 24 Hr Comic-strip, komt bedrogen uit. In dit stadium van de race waren de stripmakers nog drukdoende een zo goed mogelijk resultaat te bereiken.

Iedereen hard aan het werk en aan de soep.
Foto: Lambiek.net

Recentelijk werd de Lamelosveiling in Lambiek gehouden. Eerder dit jaar was er een expositie van werk uit Bloeddorst te zien. Lambiek-eigenaar Boris zat rustig de situatie te overzien met een kopje koffie in de hand. Hoewel de winkel ook de gehele nacht geopend zou zijn, verwachtte hij niet veel klandizie, grapte hij. Het personeel zou in ploegendiensten de stripmakers verzorgen met koffie en gesponsorde maaltijden.
Toen ik de koude avondlucht in stapte – op weg naar een gezellige avond en daarna mijn warme bedje – hadden de stripmakers nog een lange nacht te gaan…Concept
Het idee van 24 Hour Comics werd bedacht door stripgoeroe Scott McCloud. Stripmaker, theoreticus en auteur van Understanding Comics, Reinventing Comics en Making Comics. Dit jaar werd het event voor de vierde keer gehouden. In totaal deden 18 landen mee. Behalve stripwinkel Lambiek, zaten er in Het Stripmuseum te Groningen ook mensen te tekenen. Voetnoot
Enkele linkjes naar 24 Hour Comics:
Mattt Baay
Little Starman
Aleks Deurloo
Jeroen Funke

Hallie Lama
Lees ook (of niet):
Stripdagen in Houten
,
Bloeddorst in Lambiek,
Gothicmeisje met zonnebank.

Categorieën
Strips

Stripdagen in Houten

De stripdagen in Houten werden dit jaar in het laatste weekend van september gehouden. Hoewel de leukste stripdagen voor mij nog altijd die in Haarlem zijn, is de beurs in Houten toch een goede tweede in de ranglijst der stripbeurzen. Het programma van de beurs bood voor alle leeftijdscategorieën wat interessants: van een Plintkabouterspeurtocht voor de kleintjes tot mangatekenlessen van tekenares Marie Claire Schumacher voor iedereen die het aandurfde een potlood vast te houden. Het merendeel van de bezoekers kwam natuurlijk om menig stripwerk in te slaan en krabbeltjes van tekenaars te scoren. Of gewoon om door te zakken aan de bar met collega’s. Strips? Ja natuurlijk!
Wie voor de strips kwam, had niet te klagen. De verschillende uitbaters van het beeldverhaal waren ruim vertegenwoordigd. Het begrip beursprijs werd helaas niet gehonoreerd en de meeste strips kosten dan ook wat je ervoor in de winkel moet neertellen. Tegenwoordig is het voordeliger om je beeldverhalen online aan te schaffen. Dat maakt dat de gerichte koper eigenlijk niet meer naar een stripbeurs hoeft. Tenzij die natuurlijk graag verrast wil worden door onverwachts werk. Ik vond enkele deeltjes van de klassieke underground comic The Freak Brothers van Gilbert Shelton. Zo te ruiken hebben deze originele exemplaren jarenlang op een muffe zolder doorgebracht. Maar dat mocht de pret niet drukken. Ook een expressief getekend Batman-verhaal, The Secret door Sam (The Maxx) Kieth, wist mijn dag te verblijden.Smallpress, yes please!
De heren van het stripcollectief Nieuw Gehoer maakte voor de tweede keer hun opwachting op een stripbeurs. Hun eerste standhouderschap was in de teleurstellende beurs in Arnhem eerder dit jaar. Nu zaten de Nieuwe Hoeren knus tussen de andere smallpressers waaronder de Clickburgstand en Mangafique. Nieuw Gehoer bracht ter ere van Houten een tweede smallpressuitgave uit (met een voorwoord van ondergetekende). Goed getimed aangezien de site zich mocht verheugen op een Clickienominatie dit jaar.

Illustratie: Hallie Lama

Prijzen? Ja, prijzen
Traditiegetrouw werden er de Stripschapsprijzen uitgereikt. De Stripschapprijs is een oeuvreprijs die sinds 1974 jaarlijks wordt toegekend aan een striptekenaar of tekstschrijver die zich buitengewoon verdienstelijk heeft gemaakt voor het beeldverhaal in het algemeen en het Nederlandse beeldverhaal in het bijzonder. Door de verschillende prijsuitreikers werd het feit dat strip toch vooral een kunstvorm is nog eens benadrukt. Een legitimering die volgens mij overbodig is. Het predicaat kunst is immers niet nodig om iets als volwaardig aan te zien. Bovendien kent ieder medium kunststukjes en minder geslaagde uitingen.

Illustraties: Mattt Baay en Paul Stellingwerf

Wie zijn werk of uitingsvorm in de spotlight wil zetten en gewicht wil geven aan het medium, organiseert een prijsuitreiking. (De Clickies, de prijs voor webcomics, zetten voor de lage landen het medium drie jaar geleden op de kaart. In dat opzicht hebben prijzen een positieve functie, al blijft de verkiezing van het ene album boven het andere een ietwat arbitraire bezigheid.) Toch kan het geen kwaad om de albums die boven het maaiveld uitsteken onder de aandacht te brengen.
Ik was erg blij met het feit dat S1ngle: Glamour de prijs kreeg in de categorie Nederlands Avontuur en Vermaak. Het album van Peter de Wit en Hanco Kolk liet Een avontuur van Havank 1: Hoofden op Hol, door stripmaker Danier achter zich. Helaas betekende dit dat de horrorbundel Bloeddorst (redactie Menno Kooistra) daarmee ook prijsloos bleef op de Stripdagen. En dat is jammer, want er valt natuurlijk te beargumenteren dat Bloeddorst een origineler project is dan het zesde deel van een stripserie en dat de bundel daarom al een prijs verdient, ook al hebben Kolk en De Wit met S1ngle: Glamour een mooi uitgevoerd en vermakelijk album afgeleverd.Muziek? Ja, soort van…
De prijsuitreiking werd “opgeluisterd” door een solo-optreden van stripmaker Robert van der Kroft (Sjors en Sjimmie, Claire) die een liedje zong ter ere van zijn stripfiguurtje Claire. Na enkele noten was duidelijk dat Van der Kroft nooit de voorrondes van Idols had gehaald wanneer hij daarin op de middenstip had gestaan. Don’t give up your day job, Robert. De tekst van het liedje was geschreven door Ger Apeldoorn (Gé Apeldé voor aficionados). De man die voorheen de X-Men comics van JuniorPress vertaalde en tegenwoordig vooral veel als schrijver van televisieseries actief is.Clickies
Op zondag werden de Clickies voor de derde maal uitgereikt. Spijtig genoeg zagen de Nieuwe Hoeren hun nominatie voor de Group Clickie niet verzilverd worden. Ook Flo greep wederom naast de prijs voor de beste gag webcomic, al kreeg hij wel de publieksprijs. Tot mijn vreugde kreeg de site Little Starman door Sandra Kleine Staarman wel de clickie voor het gebruik van het medium. Dit keer was er een oeuvreprijs voor René van Densen. Volgens de jury had ‘zonder René van Densen de term ‘webcomics’ in Nederland nauwelijks weerklank gevonden. Zonder zijn inzet in Probeersel, Clickburg, Kermis Comics en het inmiddels gestopte Strips.blogo.nl was internet nog voor menig tekenaar niet meer geweest dat een kanaal voor doorplaatsing van je papieren portfolio. Er kan echter zo veel meer met het medium en René heeft dat allemaal ook nog eens geprobeerd.’ (Voor de volledige uitslag van de Clickies zie hier en voor Renés eigen verslag van de Stripdagen hier.)
Zaterdagmorgen signaleerde ik een vermoeide Van Densen die tot in de kleine uurtjes de laatste hand had gelegd aan zijn e-book van The Grim Dot Com. Na vier jaar weekenlijkse updates stopt Van Densen met zijn magnum opus. May the Grim rest in Peace.Lees ook (of niet): Stripbeurs in Rijkswijk, Stripbeurs in Arnhem, Stripbeurs in Kampen, Striprecensie S1ngle: Glamour, Striprecensie Bloeddorst en Striprecensie Nieuw Gehoer en Hallie Lama.

Categorieën
Strips

Stripbeurs in Kampen

Samen met de Schone Schrijfster (Natasja van Loon) en de Illustere Merel B. reed ik zaterdagmiddag per trein naar Kampen. Na het debacle in Arnhem enkele maanden geleden, waren mijn verwachtingen van deze stripbeurs niet erg hoog gespannen.De ‘stripbeurs’ in Kampen valt het beste te beschrijven als een markt, daar deze bestond uit een rij stalletjes in een winkelstraat. Wie deze helemaal afliep, werd ‘getrakteerd’ op de niet-zangkunsten van de plaatselijke Dries Roelvink op het erepodium. (Ik heb overigens geen idee wat dat liedgenre met strips te maken heeft.) Een typische Suske en Wiske-beurs dus, waar opvallend veel werk van Marten Toonder te koop werd aangeboden.Vlak na aankomst troffen wij stripmakers Marq van Broekhoven en Jean-Paul Arends aan bij de stal van uitgeverij Silvester waar ze vurig aan het signeren waren. Al snel werden de tekenvellen achtergelaten en ingeruild voor een terrasje in de zon (ook striptekenaars kennen immers hun prioriteiten). Terwijl het gezelschap het plaatselijke bier tot zich nam, ging ik nog even op verkenningstocht. Deze was echter snel afgelopen, maar verliep niet geheel onaangenaam.Crème brûlée
Aan het einde van de wandeling trof ik een stand van OpenMinded. Een uitgeverij opgericht in 2004 die mangastrips met genres als humor, scifi, horror, romantiek en in het bijzonder homoseksuele liefde publiceert. Dat laatste thema komt vrij veel voor in mangastrips en animéfilms, maar is nog vrij onontgonnen gebied in de Nederlandse markt. In de stand van OpenMinded zat vooral jong vrouwelijk talent haar manga-publicaties te signeren. Een van de jonge dames was Eva Verholen (ze publiceert onder de naam Lifemachine) die op het punt staat aan de HKU te studeren en een voorliefde heeft voor het werk van Dave McKean, Salvador Dalí and René Magritte.Nu is mijn kennis van manga en animé niet extensief, maar was ik blij verrast door de bloemlezingen die ik doorbladerde. Niet in de laatste plaats omdat dit betekende dat ik deze stripbeurs niet met lege handen naar huis zou gaan. Er is immers niets meer deprimerender dan een stripbeurs verlaten zonder iets te hebben aangeschaft. Ik kocht een exemplaar van Crème brûlée. Een luchtig bundeltje erotische strips van verschillende makers, waarin op humoristische wijze verschillende seksuele uitingen en adolescente perversiteiten worden geëxploreerd. De stripjes zijn trouwens van wisselende kwaliteit: de ene maker heeft de stilistische kenmerken van manga beter in de vingers dan de andere.Autobio Marq
Ook kocht ik het eerste deel van Marq denkt uit 2002 – een autobiografische strip van Marq van Broekhoven, die al jaren zijn vader- en leraarschap weet te combineren met het maken van strips. Hij maakt onder andere Peer de Plintkabouter. Marq denkt bestaat uit een aantal korte verhalen die de ene keer over een gebeurtenis uit zijn jeugd gaan, de andere keer over een hedendaags onderwerp. Schetsmatig op papier gezet met een fineliner – de vluchtige pennenstreken zijn daarmee eenstemmig met het anekdotische karakter van deze strips. De charme van Marq denkt is de herkenbaarheid van de verhaaltjes. In een goede autobiografische strip geeft de stripmaker zich tot op zekere hoogte bloot en ontsluit hij of zij iets over diens leven. De beschreven gebeurtenissen zijn specifiek voor die maker, maar hebben tevens een herkenbaarheid waarin de lezer zich kan herkennen. (In dat opzicht lijken ze wel wat op een goed weblog.) Dit geldt voor de autobio strips van Van Broekhoven. Evenals voor de strips van Maaike Hartjes en het bekende Amerikaanse voorbeeld American Splendor.

The Unusual Suspects op het station van Kampen.

De kleine oogst aan strips werd overigens gecompenseerd door het gezellig samenzijn met bovengenoemd gezelschap. In een eetcafétje hebben we tijdens de maaltijd de tanden gezet in een filmquiz. (Wie zegt dat schrijvers en stripmakers alleen maar over papierenkunstvormen kunnen praten?) Wederom zorgde aanwezigen ervoor dat de stripbeurs een gezellige bedoening was. Dat belooft wat voor de stripbeurs Houten in september.Voor meer foto’s van Kampen zie de Hyves van de Schone Schrijfster.
Lees ook (of niet): Verslagen van de stripbeurs in Rijswijk en de stripbeurs in Arnhem.

Categorieën
Film Media Strips

Een introductie tot Heroes

De makers van de serie Heroes lieten zich ongetwijfeld inspireren door superheldenstrips en hebben interessante televisie afgeleverd. Het komt zelden voor dat televisiemakers met iets nieuws komen. Televisie is per definitie een volgzaam medium dat al sinds de eerste uitzending ideeën ‘leent’ van het oude medium film. Sommige televisieseries hebben echter een mooi verhaal met goeduitgewerkte personages. De serie Heroes, waarmee NBC duidelijk probeert mee te liften op het succes van de superheldenverfilmingen van de afgelopen jaren, is zo’n serie. Over de gehele aarde blijken mensen speciale gaven te bezitten. Een kunstenaar kan de toekomst schilderen, een politicus kan vliegen, een Japanse kantoorslaaf kan tijd en ruimte manipuleren, een zorgzame moeder heeft een gewelddadig alter ego, en een cheerleader is schijnbaar onbreekbaar… Een echte verklaring hiervoor wordt niet gegeven, behalve dan dat er wat gegoocheld wordt met termen uit de genetica. De verklaring voor de krachten is dan ook niet heel belangrijk. Wat mensen met hun gaven doen wél.Marvel
De invloed van superheldenstrips is duidelijk te merken. De mensen in Heroes zijn feilbaar. Terwijl ze al moeite hebben met het leven van alledag, moeten ze ook nog eens leren omgaan met het hebben van speciale krachten. Daarbij brengt het hebben van deze gaven hen vaak in de problemen en lijken deze eerder een vloek dan een zegen te zijn. Dit zal menig striplezer bekend in de oren klinken. Tim Kring heeft bij het bedenken van de serie vast zijn verzameling Marvel-comics nog eens doorgenomen. Zijn helden lijken dan ook veel op de mutanten van Stan Lee en Jack Kirby. Overigens wordt er in de serie openlijk verwezen naar superheldenstrips. Hiro (Masi Oka), die tijd en ruimte kan manipuleren, haalt zijn wijsheid over tijdreizen uit X-Men comics. In de eerste aflevering legt hij uit dat tijd niet verloopt in een rechte lijn, maar cirkelvormig is. Als zijn vriend Ando vraagt hoe hij aan deze wijsheid komt, bekent Hiro dat hij het van Kitty Pryde van de X-Men heeft. Hiro heeft last van een heldencomplex door alle strips die hij gelezen heeft. Wanneer in de loop van de serie zijn krachten lijken af te nemen, bewijst hij zijn heldenmoed door toch door te zetten. In dat opzicht is Ando wellicht de echte held van het verhaal, aangezien deze sidekick helemaal niet beschikt over speciale kracht. Visueel is Heroes ook een ode aan de superheldenstrip. Isaac Mendez (Santiago Cabrera) maakt zijn schilderijen in comicbookstijl. De typografie van de titels doet denken aan stripteksten. Wanneer Hiro en Ando in het Japans praten, komt de ondertiteling telkens op een andere plek in beeld net als tekstballonnen uit strips. (Dit geldt overigens alleen voor de Engelse versie.)Huis en haard
Gezinswaarden zijn erg belangrijk in Heroes. Alles draait om familiebanden en het beschermen van gezinsleden. Nathan en Peter Petrelli (Milo Ventimiglia) hebben een typische grote en kleine broer relatie met alles wat daarbij hoort. Niki Sanders (Ali Larter) wil koste wat het kost haar zoon Micah beschermen. Haar alter ego legt misdadigers om zonder met haar ogen te knipperen en is zelfs bereid Micahs vader neer te schieten als het moet. Claire’s vader (Jack Coleman) doet alles uit liefde voor zijn geadopteerde dochter. Hij weet dat ze zichzelf heel snel kan genezen en om haar geheim te beschermen maakt hij jacht op andere begaafde mensen. Dat is ook nodig, want Claire (Hayden Panettiere) staat op het lijstje van Sylar die de gaven van anderen verzamelt. Om deze gaven over te kunnen nemen moet hij de helden eerst vermoorden en ontdoen van hun schedeldak. Met iedere moord wordt hij sterker en gevaarlijker. Sylar vormt echter niet het enige gevaar: vanaf aflevering één is duidelijk dat de wereld afstevent op een kleine Apocalyps – de vernietiging van New York. Of de helden van Heroes ook daadwerkelijk in staat zijn om dit verijdelen is de vraag, want voorlopig liggen ze vooral met hun krachten, elkaar en hun familie overhoop. Laat staan dat ze het einde van The Big Apple kunnen voorkomen. Niets menselijks is hen immers vreemd. Crossmediaal heldendom
Behalve een televisieserie is Heroes ook een crossmediaal feest. Op de website kun je afleveringen terugkijken (met of zonder commentaartrack), een stripverhaal lezen dat achtergrondinformatie geeft en je theorieën kwijt op een forum. In dat opzicht wordt er handig gebruik gemaakt van wat digitale media te bieden heeft om de kijkervaring te vergroten: de dvd-extra’s nu al op het internet. De serie wordt in Nederland vooralsnog op donderdag om 21.30 uitgezonden op ReuTeL-5, met een herhaling op zondagavond. Maar echte fans hebben Heroes natuurlijk allang gedownload of op het interpret gekeken. Binnenkort meer over Heroes.

Categorieën
Striprecensie Strips

Striprecensie: Zo lief ben je nou ook weer niet!

De autobiografische strips van Maaike Hartjes zijn op het eerste gezicht simpel getekende, oppervlakkige verhaaltjes over dagelijkse zaken. En dat zijn ze op het tweede gezicht bijna ook.Bijna, want ook al zijn de harkpoppetjes-achtige figuren simpel qua vorm, op grafisch vlak drukt Hartjes zich veelzijdig uit. Hartjes varieert tussen open en gesloten kaders en wisselt iedere strip van kaderformaat. Ze monteert haar strips tot op het plaatje nauwkeurig en laat zich niet beperken tot een vast stramien van een bepaald aantal plaatjes of stroken. Daarmee geeft ze iedere pagina (en stripje) een eigen karakter. Ze voegt waar gepast fotomateriaal toe. Bijvoorbeeld in het stripje over de zangeres Peaches, of wanneer ze schijnbaar geen zin heeft om Jos Brink natuurgetrouw neer te pennen. Ze maakt optimaal gebruik van het harde contrast tussen zwart-wit vlakken. Zo geeft Hartjes haar strips op de meest heldere wijze vorm. Haar tekeningen zijn daarom ook niet simpel, als wel zeer eenduidig. Zoals Maaike zelf op haar website schrijft, komen de meeste stripjes voort uit haar eigen leven. Net als het werk van stripmakers Barbara Stok en Floor de Goede. Flo vervult overigens geregeld een gastrol in het werk van Hartjes. Evenals haar vriendje Mark met wie Maaike ook in de echte wereld samenwoont. De meeste strips gaan dan ook over hun relatie en algemene zaken die voor iedereen herkenbaar zullen zijn. Jammer genoeg geeft Hartjes deze herkenbare situaties geen verrassende wending, waardoor haar werk voorspelbaar blijft. De gezapige stripjes hebben iets onschuldigs – ze worden niet voor niets in de Viva afgedrukt. De titel van de bundel mag dan Zo lief ben je nou ook weer niet! zijn, haar werk is mij net iets te liefelijk. Zo lief ben je nou ook weer niet! is daarom een prima cadeautje voor een vriendin. Wie een stripverhaal zoekt dat meer om het lijf heeft, kan de bundel in de schappen laten liggen. Tenzij het hem/haar om de tekeningen te doen is. Zo lief ben je nou ook weer niet!(Maaike Hartjes) Oog & Blik, De Harmonie 2007. ISBN 978-90-5492-189.9
Voor meer nieuws en recensies over strips surf naar Comicbase.