Het gebeurt wel vaker dat er een filmproject wordt aangekondigd dat uiteindelijk niet doorgaat, zeker als scenarist en regisseur nog niet bekend zijn, maar dit bericht vind ik wel interessant om te vermelden.Een film met Joop Klepzeiker in de hoofdrol. Stel je voor! Wie zou volgens jou Klepzeiker moeten spelen?
NL Film heeft getekend voor de filmrechten van Joop Klepzeiker, de populaire stripfiguur die bekend werd in de jaren tachtig. Klepzeiker werd bedacht door de Nederlandse striptekenaar Eric Schreurs. De verfilming rondom deze klassieke stripheld staat gepland voor 2013. Dit maakte producent Alain de Levita van NL Film vandaag bekend.
NL Film producent Alain de Levita: “De heerlijke grove, over the top, humor van Nederlands meest aantrekkelijke loser leent zich perfect voor een hilarische en spraakmakende verfilming waarbij het gaspedaal flink zal worden ingetrapt”.
Striptekenaar Eric Schreurs: “Arme Joop, al die rampspoed in reprise…wat zeg je tegen zo’n geesteskind? Ah joh, het is maar een film?”
Het personage Joop Klepzeiker werd bedacht door striptekenaar Eric Schreurs ( 1958, Leiden). De strips van Joop Klepzeiker waren vooral in de jaren 80 zeer populair en werden gedurende twee decennia (1980-2000) wekelijks gepubliceerd in Nieuwe Revu. In 1985 verscheen het eerste Joop Klepzeiker album. Er volgden er later nog 19. De Joop Klepzeiker agenda werd aan het eind van de jaren tachtig op Christelijke scholen verboden. In 2002 ontving Schreurs de Stripschapsprijs voor zijn gehele oeuvre.
De film zal geproduceerd worden door NL Film (DE STORM, TAPED, ALLE TIJD). Scenarist en regisseur zijn nog niet bekend.
Geestelijke vaders In tegenstelling tot wat men in het persbericht van NL Film beweert, is Eric Schreurs niet de enige die aan de wieg heeft gestaan van Joop Klepzeiker. Stripmaker Toon van Driel (FC Knudde) heeft het personage bedacht en heeft samen met Schreurs het eerste album geschreven. ‘Joop Klepzeiker is niet door Eric Schreurs bedacht maar door mij. Album 1 [eerste druk] is gesigneerd onder anagram S.Treurschoon ofwel Toon en Schreurs. Ik ben er als tekstschrijver voor Nieuwe Revu na een jaar mee gestopt. Ik ging naar Panorama en liet Eric de strip na,’ laat Van Driel me via een mail weten.
Eerder was er al een teaser-trailer die veel tongen losmaakte op het web. Je mag je ook afvragen of een reboot niet te snel is na de vorige trilogie van Sam Raimi. Al geeft deze trailer wel de indruk dat men een andere weg inslaat dan de avonturen met Tobey Maguire. Dat komt deels omdat het verhaal gebaseerd is op Ultimate Spider-Man, de moderne versie van het webhoofd. Maar ook omdat we in andere tijden leven dan een paar jaar geleden en omdat de filmmakers zich met hun product moeten onderscheiden van de vorige versie. Er moet immers grof geld verdiend worden.
Ik krijg door de trailer wel zin om Marc Webbs interpretatie van Spider-Mans oorsprong te gaan zien. Waarom niet? Verschillende versies van hetzelfde verhaal kunnen heel goed naast elkaar bestaan. Kies zelf de editie uit die je het meeste bevalt.
Zelf ben ik niet zo fan van het kostuumontwerp van deze Spidey-versie, om maar iets te noemen. Ook is de Lizard niet een van mijn favoriete schurken. Met de casting van Andrew Garfield ben ik vooralsnog meer tevreden. Ik denk dat hij een interessante interpretatie van Peter Parker zal neerzetten. Ook Dennis Leary als Captain George Stacy lijkt me boeiend, al wijkt deze behoorlijk af van de stripversie. Maar een purist is met geen enkele adaptatie tevreden.
Eigenlijk heeft het niet zo heel veel zin om te speculeren over trailers, want de gemonteerde beelden geven slechts een indruk van de film die de lading van het geheel niet hoef te dekken. Hoewel het een amusante bezigheid is, beoordeel ik de film liever als hij in de bios is te zien en troost me met de gedachte dat deze vierde film niet slechter kan zijn dan het vorige deel. De lat der verwachting ligt dankzij Spider-Man 3 ook heel laag, de trailer wil ik dan ook als veelbelovend kwalificeren. Laat maar komen die 4 juli.
Kun je je dat plastic masker nog herinneren dat Willem Dafoe ophad toen hij The Green Goblin speelde in de eerste Spider-Man-film? Het masker maakte hem nogal expressieloos. Niet iedereen was er blij mee.
Deze week kwam ik een screentest tegen op Spider-Man Crawl Space, waarin duidelijk te zien is dat men eerst aan een look voor de schurk dacht die veel meer overeenkomt met die uit de comics. Deze optie had Dafoe meer expressiemogelijkheden gegeven dan het plastic masker.
Production designer Neil Spisak zei indertijd het volgende over het aankleden van The Green Goblin:
‘[The Goblin] proved to be a difficult character to translate in that we didn’t want to go too far into unreality. Obviously, it’s based on a comic book, so it’s pushed some, but the idea that there was a human being there was important to Sam. What was clear was that there wouldn’t be a change in the way Norman Osborn looked when he became the Goblin, that it had to do with a mental change and putting on a costume.’ Bron: Behind the mask of Spider-Man, geschreven door Mark Cotta Vaz.
Het kostuum van The Green Goblin uit de Spider-Man comics zou niet misstaan op een Halloweenfeestje. Het wordt echter ongeloofwaardig als een zakenman als Norman Osborn daar in gaat rondvliegen, ook al is hij dan gek geworden.
Om het dragen van superheldenkostuums geloofwaardig te maken in de film, moet er een goede reden gesuggereerd worden, anders rijmt dit niet met de psychologie van de personages. In de film zijn het pak en de glider door Oscorp ontworpen in opdracht van het Amerikaanse leger, om een aanvalseenheid van supersoldaten te creëren. Het pak is een soort van harnas, ontworpen om de piloot van de glider te beschermen. The Green Goblin uit de film heeft daarom een meer technologische look dan zijn evenbeeld uit de comics. Het masker is in de comic flexibel en biedt de drager expressiemogelijkheid. In de film is dit een hightech masker/helm dat nog wel enkele kenmerken heeft van het masker uit de strip: de puntoren, een lange kin, kromme neus en de enge grijns. Het idee zou Osborn hebben gekregen van zijn collectie ceremoniële maskers, die tentoongesteld staan in zijn studeerkamer. In de film wordt dus een logische reden gegeven waarom Osborn het kostuum draagt en voor het uiterlijk ervan: Osborn steelt het pak en de glider nadat hij The Green Goblin geworden is – hij ontwerpt een masker om zijn identiteit te beschermen.
Dat gezegdhebbende, had een variant van het masker dat meer lijkt op wat we in bovenstaande video, me ook interessant geleken. Al zijn de ogen in dit masker wel erg doods.
Het duurt nog tot juli volgend jaar voordat de film uitkomt, maar ondetussen is The Amazing Spider-Manbuzzend op het interpret. Op Marvel.com is van de week de poster van de film gepubliceerd. Ik vind het een spannend stukje grafiek. De tagline maakt nieuwsgierig, al het het volgens mij ‘The retold story’ moeten zijn, aangezien de oorsprong van het webhoofd nogmaals uit de doeken wordt gedaan. Het verhaal wordt weliswaar geüpdatet, maar toch.
Laatst was ik op de koffie bij vriend en stripmaker Hallie Lama. We kwamen te spreken over de stripreeks Asterix die ik als kind graag las en nu nog steeds graag uit de kast pak. Hallie had op vakantie de dvd van Asterix en de Vikingen gekocht. De Franse editie die tevens ook een Engelse soundtrack bevat. Erg leuk is een boekje waarin de overeenkomsten en verschillen tussen de strip en de film duidelijk worden behandeld. Iets wat natuurlijk in de Nederlandse editie ontbreekt, wat wel vaker het geval is.
Ik dacht dat ik de animatie nog nooit gezien had en leende de dvd. Thuis eenmaal aangezet begon me langzaam te dagen dat ik deze film wel degelijk heb gezien toen hij uitkwam. Sterker nog: ik had de Nederlandse editie indertijd gerecenseerd voor stripblad Myx, toen dat blad nog in handen was van Uitgeverij Silvester.
Maar dat mocht de pret niet drukken: de film bleek prima kijkvoer voor een tweede keer. Bovendien werd ik nu niet geconfronteerd met het nare stemgeluid van sommige Nederlandse castleden, maar bood de Engelse soundtrack het acteertalent van mensen als Paul Giamatti (Asterix),Dwight Schultz en Evan Rachel Wood, als dochter Abba die speciaal voor de film bedacht werd en niet in de strip voorkomt.
Hieronder de recensie die ik voor Myx heb geschreven. Vijf jaar later ben ik het gelukkig nog steeds met mezelf eens.
Toen de Deense regisseur Stefan Fjeldmark jong was, wilde hij altijd cartoonist worden. Hij tekende de plaatjes van de Asterix-strips over om te oefenen. Gelukkig maar dat hij en maatje Jesper Møller de taak kregen om de nieuwe animatiefilm Asterix en de Vikingen te regisseren. Ze kozen voor het klassieke album Asterix en de Noormannen (1967) als basis. Hoewel ze de strip niet letterlijk bladzij voor bladzij volgen, doet de film eer aan het werk van Uderzo en Goscinny.
Asterix en de Vikingen is een vermakelijke film die vooral de jongste fans van de strips zal aanspreken. Het verhaal is charmant in zijn eenvoud. Asterix en Obelix krijgen de taak de jonge Hippix, het neefje van het dorpshoofd uit Parisium, te trainen tot krijger. Intussen zijn de Vikingen aan land gekomen in Gallië, vastbesloten om de Kampioen Van De Angst te vinden. Hun ziener heeft voorspelt dat deze kampioen hen zal leren vliegen. Ze zien in Hippix deze kampioen en ontvoeren hem. Hippix (met het schrille stemgeluid van Jim – Idols – Bakkum) steelt de show van onze Galliërs en staat centraal staat in de film. Asterix en Obelix moeten hem weliswaar redden – het is Hippix die uiteindelijk leert hoe hij dapper moet zijn en die het meisje krijgt. Overigens heet hij in de Engelse versie Justforkix, wat zijn karakter beter weergeeft: een nietsnut die zich bezighoudt met plezier maken en meiden versieren.
Een belangrijk element van de Asterix-verhalen is het transponeren van hedendaagse zaken naar het tijdperk van Galliërs. De filmmakers maken hier goed gebruik van en hebben enkele zaken zelfs geüpdatet. In de strip danst Hippix op rock-‘n’-roll, terwijl het in de film hedendaagse popmuziek is. Andere moderne elementen zijn de SMS-duif van Hippix, het vikingmeisje met de naam Abba (een nieuw personage vernoemd naar de beroemde Zweedse band) en haar moeder Vikea die zich vooral druk maakt over de inrichting van haar huis. De animatie ziet er mooi uit: de figuren zijn beweeglijk en doen door hun rijke expressies eer aan het oorspronkelijke tekenwerk. De combinatie tussen traditionele animatie en computertechniek geeft het beeld, vol rijke belichting en daarbij horende schaduwpartijen, de juiste plasticiteit en diepte. Asterix heeft er in tekenfilms nog nooit zo goed uitgezien.
Een tijdje geleden blogde ik over het proefschrift van Dan Hassler-Forest.Hassler-Forest is onderzoeker en docent Engelse taal en cultuur en geeft ook lessen over de graphic novel aan de UvA. Volgens zijn onderzoek ondersteunen superheldenfilms die tijdens het presidentschap van George W. Bush verschenen impliciet diens beleid en liggen conservatieve waarden aan hen ten grondslag.
Het proefschrift ligt op mijn bureau, maar door de drukte in de afgelopen maanden heb ik er nog niet veel in kunnen lezen. Wie zijn bevindingen in het kort wil horen moet zeker donderdag 15 september naar Dans lezing bij Spui25 gaan.
Superhelden in de Politiek: Entertainment of Indoctrinatie?
In de jaren na de aanslagen van 11 september is de superheldenfilm een van de meest succesvolle Hollywoodgenres geworden. Is dit toeval, of geven deze films een nieuwe invulling aan de Amerikaanse politieke en culturele identiteit in het tijdperk van globalisering en de ‘War on Terror’? In deze lezing gaat Dan Hassler-Forest in op het onderwerp waarop hij eerder dit jaar promoveerde, waarbij hij ook stilstaat bij de vraag tot in hoeverre er iets is veranderd tijdens het Obama-tijdperk.
Dan wordt ingeleid door zijn promotor Christoph Lindner.
Zie voor meer informatie hier. De lezing is gratis, maar aanmelden verplicht.
Het was een kleurrijke week in de bioscoop: zowel de Smurfen als Green Lantern maakten hun opwachting op het grote scherm. Beide films zijn overigens niet heel erg enthousiast ontvangen. Hier een paar frisse striptips van de afgelopen week.
Dennis Mons schreef een leuk achtergrondartikel voor Spits over onze blauwe vriendjes en interviewde Meerten Welleman, voorzitter van Het Stripschap.
Hier even een stukje om je alvast op te warmen:
Volgens Welleman is de populariteit ook te danken aan de pluriformiteit van de Smurfen. „Ze hebben allemaal een eigen karakter, uitgedrukt in hun naam. Hierdoor zijn ze herkenbaar voor veel mensen. Er is altijd wel een Smurf waarmee iemand zich mee kan vereenzelvigen. Daarnaast wist Peyo ook altijd in te spelen op een actualiteit. Als je alle avonturen bij elkaar pakt, zijn er veel onderwerpen die zijn besproken in de strips. Op het moment dat er maanlandingen waren, kwam er een ruimtesmurf en toen discriminatie vaker ter sprake kwam, tekende hij een zwarte Smurf.”
Man of steel
In 2013 vliegt Superman weer de bioscoop in. Geen idee of mensen zitten te wachten op nog een Superman-reboot, maar in ieder geval mag Zack Snyder het proberen met The Man of steel. Snyder maakte eerder natuurlijk het epos Watchmen. Deze week werd de eerste foto van Henry Cavill als de braafste superpadvinder van de wereld vrijgegeven. Deze foto was meteen bron van speculatie, onder andere op de site Badass Digest, waar Devin Faraci de foto nauwgezet analyseerde.
Bunbun promovideo
Van de brave wereld van de kleine blauwe smurfen naar dat van ondeugend, nee, lees: oversekste konijn Bunbun, is het een grote stap. Recent sprak ik met Matt Baay over de eerste uitgave van Bunbun: Carrots included. Niet veel later publiceerde hij onderstaande promo-animatie.
Een week nadat Captain America, de eerste held van Marvel Comics, in première ging, vliegt Green Lantern in de bioscoop. Als je echter maar voor één superheldenfilm een kaartje wil kopen deze zomer, dan zou ik de groene lantaarn links laten liggen en voor het Amerikaanse volksvermaak gaan dat Captain America: The First Avenger biedt.
Als het om verfilmingen van hun striphelden gaat, loopt DC Comics hopeloos achter op Marvel. Afgezien van twee boeiende delen in de Batman-reeks van meesterregisseur Christopher Nolan is het de laatste jaren armoe troef wat de DC-helden betreft. Bryan Singer wist met zijn Superman Returns niet echt een eigen stempel te drukken en bleef te veel hangen in het verleden van de voorgaande films met Christopher Reeve. Singer maakte wel een aardige film, maar een blijvertje dat meerdere delen voortbracht werd het niet. Men is nu druk bezig met de franchise opnieuw een injectie te geven.
The Green Hornet kwam een paar maanden geleden uit met Seth Rogen in de hoofdrol. Aardige jongen die Rogen, maar een superheld is hij niet. En nu is er Ryan Reynolds die het groene pakje van Green Lantern heeft aangetrokken om de barricaden op te gaan en Marvel een poepje te laten ruiken. (Eerder speelde Reynolds nog Deadpool in X-Men Origins: Wolverine.) Toch is Green Lantern in dat opzicht een mislukte poging.
Cursus
De rolprent begint met een te lange Teleac-cursus over het ontstaan van de Green Lanterns. Het Green Lantern corps is een broederschap van krijgers van allerlei werelden die gezworen hebben de intergalactische orde te handhaven. Elke Lantern draagt een ring die hem superkrachten heeft: je kunt ermee vliegen en alles wat je je kunt bedenken kan door de ring worden gecreëerd. Als de aardse Green Lantern probeert te voorkomen dat een belangrijke politicus (Tim Robbins) met zijn helikopter crasht, creëert hij een raceauto waarop de helikopter rondgereden kan worden. Tijdens zijn training tovert Green Lantern een zwaard van groene energie tevoorschijn. De hoeveelheid energie die de ring bezig wordt bepaald door de hoeveelheid wilskracht van de drager.
Zo, ben je nog wakker?
Lefgozer
De bijdehante testpiloot Hal Jordan is de eerste mens die is uitverkoren om een Green Lantern te worden. Omdat de nieuwe rekruut een lefgozer is die iedere verantwoordelijkheid uit de weg gaat, wordt de eerste mens in de broederschap met enige scepsis ontvangen door de leider van het stel. En niet geheel onterecht: Hal gelooft zelf ook niet erg in zijn eigen kunnen. Pas wanneer hij beseft dat hij zijn angst moet overwinnen kan hij een volwaardige held worden. Uiteraard is juist zijn menselijkheid een troef in de eindstrijd tegen Parallax, de kwaadaardige entiteit die gevoed wordt door haat. Er worden dus belerende thema’s in Green Lantern aangestipt.
Regisseur Martin Campbell en de cast bedoelen het ongetwijfeld goed, maar weten geen boeiende film af te leveren. Daarvoor slaapwandelen de personages te veel door de clichés van het superheldengenre. Wederom wordt het Lois Lane-syndroom uit de kast getrokken: het meisje van de held (gespeeld door de aantrekkelijke Blake Lively) wordt ontvoerd door de schurk. De strijd tussen de mannen draait zowel om het veroveren van haar hart als om het redden van de wereld. Dat hebben we wel vaker gezien de laatste jaren. Dat Green Lantern het voorspelbare patroon van het genre niet ontstijgt, is op zich niet het ergste: het volledig ontbreken van enig noemenswaardige humor is dat wel. Ook de actiescènes voelen plichtmatig aan.
Kortom, wat betreft de filmstrijd tussen Marvel en DC, slaat de laatste met de saaie Green Lantern verfilming nog geen deuk in een pakje boter. Marvel Comics staat ook in de bioscoop ver voor op concurrent DC.
Een rechter in New York heeft beslist dat de erven van Jack Kirby geen aanspraak kunnen maken op de copyrights van personages die Kirby mede heeft gecreëerd.
Stan Lee is de vader van veel superhelden van Marvel, maar vaak creëerde hij de personages in samenwerking met anderen. Samen met Kirby werden onder andere de Hulk, de X-Men en de Fantastic Four in het leven geroepen.
Ook tekende Kirby een paar pagina’s van het eerste Spider-Man verhaal, maar omdat Lee Kirby’s stijl niet goed vond passen bij het personage, gaf hij de opdracht aan Steve Ditko. De cover van Amazing Fantasy #15, waarop Spider-Man voor het eerst aan de wereld werd getoond, is wel van de hand van Kirby.
In 2009 stuurde de familie Kirby een claim naar Marvel en moederbedrijf Disney waarin comics die gepubliceerd werden tussen 1958 en 1963 ter sprake kwamen. Dat waren onder meer deeltjes van The Amazing Spider-Man, The Avengers, Sgt. Fury and His Howling Commandos.
De rechter bepaalde echter dat Kirby zijn werk deed terwijl hij in dienst was van Marvel. Alles wat hij creëerde was daardoor automatisch eigendom van het bedrijf. Daarbij heeft Kirby, die in 1994 overleed, al eens afstand gedaan van eventuele rechten.
De erven Kirby lopen nu miljoenen mis. De strips verkopen tegenwoordig een stuk minder dan vroeger, maar er worden met de stripverfilmingen miljoenen dollars verdiend door Marvel en Disney. De Kirby’s hebben aangekondigd dat ze in hoger beroep gaan.
Captain America: The first avenger is een zeer vermakelijke pulpfilm, vol spetterende actie en bovenal een sympathieke held achter het masker.
Als jonge tiener had ik alleen maar kunnen dromen van de stroom aan goede superheldenstripverfilmingen die tegenwoordig in de bioscoop te zien zijn. Oké, er was een televisieserie over Spider-Man in de jaren zeventig, twee matige tv-films over Captain America en niet veel later een goeduitgedachte poging om de Hulk op het kleine scherm te brengen. In de vroege jaren negentig waren er films over The Punisher en Captain America. Maar deze direct to video producties mogen nog niet eens in de schaduw staan van de cinematografische blockbusters waar de Marvel stripfan sinds X-Men (2000) van Bryan Singer op getrakteerd wordt.
Het wachten is tot volgend jaar de film The Avengers uitkomt, waarin de Marvelhelden de Hulk, Iron Man, Thor, Black Widow, Hawkeye en Captain America een hoofdrol in zullen spelen. Afgezien van Black Widow en Hawkeye heeft nu iedere held afzonderlijk in ieder geval één filmavontuur op zijn naam staan. Captain America ging vorige week in première in Amerika en draait deze week vanaf de 28ste in de Nederlandse zalen.
Captain America is naast Spider-Man de meest iconografische held van uitgeverij Marvel Comics. Dit jaar wordt de supersoldaat alweer 70 jaar. Het waren de heren Joe Simon and Jack Kirby die Cap voor het eerst op papier zetten in maart 1941. Op de cover van die eerste comic geeft de held een ferme klap tegen niemand minder dan Adolf Hitler himself. Hiermee begon feitelijk de Marvel Age of Comics waarin supertypes de wereld een beetje schoner maken, ook al heette de uitgeverij toen nog Timely Publications.
Sukkeltje met een goed hart
In Captain America: The first avenger van regisseur Joe Johnston wil Steve Rogers (Chris Evans) wil kostte wat het kost soldaat worden in het Amerikaanse leger om de nazi’s een poepje te laten ruiken. Rogers, die keer op keer door bullebakken klappen krijgt, geeft als motief op dat hij niet van pestkoppen houdt. Helaas wordt zijn aanvraag telkens afgewezen: de slappe, magere Rogers kan nog geen deuk in een pakje boter slaan. Dat verandert als hij wordt geselecteerd voor een speciaal project om supersoldaten te creëren – een natte droom die menig Amerikaanse generaal tot op de dag van vandaag nog steeds zal hebben vermoed ik.
Rogers krijgt een superserum toegediend waardoor zijn lichaam van het een op het andere moment in dat van Arnold Schwarzenegger. In beginsel wordt Captain America slechts ingezet als propagandamiddel, maar als snel bewijst Rogers dat hij zeer effectief kan zijn in de Amerikaanse strijd tegen de nazi’s, in het bijzonder tegen Red Skull (Hugo Weaving) die de HYRDRA organisatie leidt – een afgeleide van Hiter en co. die op eigen kracht streeft naar wereldoverheersing.
Captain America: The first Avenger is een zeer vermakelijke pulpfilm geworden, vol spetterende specialeffects en bovenal een sympathieke held achter het masker. Toch haalt de film het niet bij de beste stripverfilmingen X-Men 2 en Spider-Man 2.
De casting van de charmante Chris Evans is een schot in de roos. Evans speelde eerder Johnny Storm/Human Torch in de twee Fantastic Four-films. Hij lijkt niet alleen op de Steve Rogers uit de strip, hij brengt ook de juiste combinatie van geloofwaardigheid en enthousiasme mee om deze iconografische rol te dragen. Tommy Lee Jones speelt de sarcastische Kolonel Chester Phillips met zichtbaar plezier. De verbale schermutselingen tussen beide heren leveren genoeg lachmomenten op.
Huidprobleem
De grote misser in deze film is de schurk Red Skull. Dat Hugo Weaving kan acteren heeft hij al vele malen bewezen, maar zijn uitvoering van de afvallige nazi met een serieus huidprobleem is onder de maat. Dat ligt vooral aan het feit dat deze machtswellusteling zo plat als een dubbeltje geschreven is. Je kunt anno 2011 niet meer aankomen met het type derderangs Bondschurk dat de wereld wil overheersen just for the hack of it. Aangezien Red Skull net als Rogers is geïnjecteerd met het superserum en daarmee qua kracht en vermogen de schaduwversie is van Captain America, had er mijns inziens uit hun confrontatie veel meer gehaald kunnen worden.
Leuk is de sequentie waarin Cap wordt ingezet als propagandamiddel: we zien hem op toneel een acteur neerslaan die Hitler speelt en er worden fragmenten getoond van de filmserials waarin Cap de hoofdrol speelt – net als in de echte jaren veertig waarin de strips van Cap het moraal van de Amerikaanse soldaten een boost moest geven en er een serial over hem in de Amerikaanse bioscopen draaide.
Blijf bij Captain America: The first avenger vooral in de zaal zitten tot na de aftiteling om de lekkermakende preview te zien van The Avengers.
Vorige week werden we getrakteerd op enkele promotiefoto’s. Deze week ‘lekte’ de teaser trailer van The Amazing Spider-Man op het web. Eerst waren er alleen met eigen camera geschoten low res versies van te vinden, die maar al te snel werden verwijderd door Sony Pictures. Daarna kwam de filmmaatschappij met een high res versie op de proppen.
Het is natuurlijk geen toeval dat deze week de Comic Con in San Diego, de belangrijkste en grootste stripbeurs in Amerika, plaatsvindt. Het stripvolk wordt daar altijd lekker gemaakt met speciale voorproefjes van strips en films die uitkomen, in de hoop dat ze een buzz veroorzaken op het interpret.
Eerlijk gezegd wilde ik er in eerste instantie niet naar kijken. Het duurt nog tot juli volgend jaar dat de film uitkomt. Dergelijke teasers roepen vaak alleen maar torenhoge verwachtingen op die de uiteindelijke film lang niet altijd kan waarmaken. Maar het is Spider-Man en dus moest ik wel kijken.
Voorzichtig speculerend op wat het promofilmpje ons laat zien, heeft regisseur Marc Webb de mosterd inderdaad van de Ultimate serie vandaan gehaald. De oorsprong van Spidey lijkt verweven met een experiment van Osborn Industries, het bedrijf van Norman Osborn.
In de Ultimate-strip was Peter Parkers vader ook een briljant wetenschapper. Peter ontwikkelt het webvloeistof door formules van zijn vader te gebruiken. In de strip doet hij dat overigens met de hulp van Mary Jane, maar aangezien Gwen Stacy in de film rondhuppelt en van mijn favoriete roodharige geen spoor te bekennen valt, kunnen we aannemen dat er wel het een en ander is aangepast aan het verhaal. En zo hoort het ook bij adaptaties. De regisseur die letterlijk de oorspronkelijke strip volgt, maakt een voorspelbare film. Voor de lezers althans.
Ben benieuwd hoe Martin Sheen uitpakt als Oom Ben. Hij lijkt me een heel ander type dan Cliff Robertson. Maar goed, de Oom Ben uit de strip geschreven door Bill Jemas en Brian Michael Bendis, is dan ook iets anders dan hoe Stan Lee hem ooit bedacht heeft. Net als May Parker, die veel minder het fragiele vrouwtje is dan Lee’s versie.
Andrew Garfield is duidelijk een andere Peter Parker dan Tobey Maguire. Het shot van hem in de klas, voorovergebogen over zijn werk, gehuld in zijn hoodie, geeft wel aan dat hij het buitenbeentje is en zichzelf van de rest afsluit. Maar Garfields Parker komt in de trailer minder sukkelig over dan hoe Maguire hem in het begin van Sam Raimi’s film neerzette.
Na het zien van de trailer en het feit dat iemand als Garfield is gecast, bekruipt mij dan ook het gevoel dat men zich deels richt op het Twilight-publiek.
Nou ja, allemaal speculatie natuurlijk. Precies wat de filmmaatschappij met zo’n trailer wil bereiken: dat mensen praten en speculeren over de film en via het web een buzz veroorzaken – een jaar voordat de film in de bios uitkomt.
Ik moet zeggen dat ik niet heel wild enthousiast word als ik de foto’s van het kostuum zie. Er stonden al eerder foto’s van Spideys pak online, maar ik dacht toen nog dat het lelijke ontwerp van alles te maken had met de special effects, dus dat het een speciaal stuntpak was om later makkelijker de beelden digitaal te kunnen bewerken. Maar aan deze plaatjes te zien wordt dit het kostuum waarin Andrew Garfield het geliefde webhoofd gestalte moet geven. Dat kleren ook de Spider-Man maken, is kennelijk nog niet doorgedrongen bij kostuumontwerper Kym Barrett, anders had hij Spidey niet in dit gedrochtig turnpakje laten rondlopen.
Spidey lijkt verdomme net een stuntman uit in een Justin Timberlake videoclip. Of een gay bikerboy in een hedendaagse Corman-film. En we moeten het geheel tot overmaat van ramp ook nog eens in 3D aanzien.
Nu waren de eerste ontwerpen van James Acheson uit de eerste trilogie ook behoorlijk afwijkend van de stripversie, maar uiteindelijk besefte Acheson dat hij het beste zo dicht mogelijk bij het kostuum uit de strips kon blijven. Steve Ditko maakte een zeer pakkend ontwerp toen hij Spider-Man voor het eerst op papier zette. Ik zie mijn favoriete webhoofd het liefste dus op die manier. Zelfs in de televisieserie uit de jaren zeventig, waar van alles mis mee was, was het kostuum een goede weergave van Ditko’s ontwerp.
Nou goed, we zullen zien hoe Garfield het er als Peter Parker vanaf brengt. Hij gaat het opnemen tegen The Green Goblin (Irrfan Khan) en De Lizard (Rhys Ifans). Twee schurken én het ontstaan van Spider-Man in één film, dat belooft weer een lekker vol script te worden. Een overdaad aan personages was een van de problemen van de laatste productie.
Emma Stone speelt Gwen Stacy, Peters eerste geliefde die in de strips vermoord werd door The Green Goblin. Martin Sheen speelt Oom Ben, Sally Fields Tante May. Laat ik van tevoren niet te veel speculeren en de film met positieve verwachting tegemoet zien. Mocht het dan toch niets worden, dan troost ik me met het idee dat Raimi en Maguire twee heel goede Spider-Man-films hebben gemaakt – erger dan Spider-Man 3kan de reboot toch niet worden. (Kennis van die verschrikkelijke derde film heb ik inmiddels chirurgisch uit mijn brein laten verwijderen…)