I am catching up on my reading of Peter Parker: The Spectacular Spider-Man, written by Chip Zdarsky and illustrated by Adam Kubert.
And I just felt like sharing this great cover from Volume 1.
And I just felt like sharing this great cover from Volume 1.
Deze vlog gaat over dat bijzondere Spider-Man-verhaal geschreven door Bill Mantlo en getekend door Ed Hannigan. De tekeningen zijn fantastisch, en verder zit deze Peter Parker, the Spectacular Spider-Man vol met boeiende verhaalelementen, inclusief cosplayers die een superschurkenclub beginnen.
Ik heb het nog even opgezocht: Hannigan lijdt tegenwoordig aan multiple sclerose. Volgens mij maakt hij helemaal geen strips meer. Dat is heel spijtig, het is een fantastische tekenaar en coverdesigner. Zie zijn site voor meer tekenwerk.
Daarvoor moet ik soms weer even een strip uit de kast trekken, zoals laatst The Spectacular Spider-Man #200 (mei 1993), geschreven door J.M DeMatteis en getekend door Sal Buscema.
In dit verhaal is Harry Osborn weer vrij en wil wraak op Peter Parker. Sterker dan ooit dankzij een versterkte chemische Goblin-formule, stalkt en treitert Harry Peter een tijd, en dreigt zijn geheim openbaar te maken. Osborn weet immers dat Peter Spidey is. Hij is behoorlijk in de war en hemelt zijn vader Norman op. Harry denkt zelfs dat Peter verantwoordelijk is voor Normans dood en ontkent dat Norman Gwen Stacy vermoordde. (Zo van de pot gerukt is hij op dat moment dus.)
Het komt tot een confrontatie tussen de Goblin en Spider-Man in het gebouw waar ze allebei wonen. Harry weet Spider-Man tijdelijk te verlammen met een chemisch goedje. Harry heeft bommen geplaatst om het hele pand op te blazen zodat ze allebei zullen sterven, maar dan realiseert hij zich dat Mary Jane en zijn zoon ook in het gebouw zitten. Uiteindelijk redt hij hen en Peter voordat de bommen afgaan. Harry sterft in de ambulance aan de gevolgen van de goblinformule die hem zo sterk maakte. Peter verliest zijn beste vriend.
Sal Buscema illustreert de comic op prachtige wijze in een expressieve stijl en een feilloos gevoel voor storytelling. Spectacular Spider-Man #200 is een van de beste comics die hij ooit heeft getekend. DeMatteis was zo van het tekenwerk onder de indruk dat hij besloot de sterfscène van Osborn in de ambulance tekstloos te houden.
Hieronder enkele afbeeldingen uit de strip die duidelijk het vakmanschap van Buscema laten zien.
Dit plaatje zou zo in een museum mogen hangen wat mij betreft.
De situatie is in een oogopslag duidelijk en Buscema lijkt de personages op precies de juiste plek neergezet te hebben. De achtergrond bevat slechts het hoogstnodige en is nogal minimalistisch, zodat deze niet te veel afleidt van de actie, dus wat er verteld moet worden. Ondertussen tekent Buscema de personages met veel meer details.
Dit is de pagina waar het stripplaatje onderdeel van uitmaakt. Iedere afbeelding is raak waardoor er een vloeiende leesbeweging ontstaat.
Prachtig hoe de tekenaar de Green Goblin en MJ net laat omringen door de maan.
Laten we nog een pagina doen:
Wat Buscema deels zo’n goede tekenaar maakt is zijn gevoel voor expressie. Je kunt van de gezichten van de personages heel goed aflezen wat ze denken en hoe ze zich voelen. Ook daarin toont hij zich een meesterlijk verteller.
Kijk maar eens naar MJ’s gezicht op deze pagina:
Het is bovendien een erg dynamische plaat waarin een dwingende diagonale lijn van rechtsboven naar linksonder overheerst. Ook is Mary Jane hier letterlijk in de hoek gedreven, zodat we weten dat ze niet aan de Goblin zal kunnen ontsnappen.
Met dit soort krachtig tekenwerk vind ik het niet erg om oude strips weer eens te lezen.
Grappig want laatst vroeg ik me af of Marvel ooit de verhalen rondom huurmoordenaar Tombstone nog eens gaat bundelen. Het is alsof de stripgoden mij gehoord hebben.
Natuurlijk kan ik ook gewoon de Juniorpress-uitgaven van Peter Parker: The Spectacular Spider-Man uit de kast pakken, maar als ik de kans krijg om oude verhalen in het Engels te lezen, dan grijp ik die met beide handen aan. Niet dat de mensen van Juniorpress niet hun best deden om de strips goed te vertalen, maar ik hoor Peter Parker toch het liefste in zijn moerstaal.
Wie oude Peter Parkers in het Engels wil lezen, heeft echter behoorlijke pech bij Marvel Comics. Amazing Spider-Man wordt geregeld herdrukt in verschillende soorten uitgaven. De Marvel Marsterworks serie is de mooiste en ook meteen de duurste, maar in deze reeks is er nog geen Spectacular Spider-Man verschenen. Je kunt wel Essentials krijgen van Peter Parker, maar ik wil die verhalen het liefste gewoon in kleur lezen en op beter papier gedrukt dan krantenpapier. Behalve enkele bundels is de reeks nog niet op die manier heruitgegeven.
Ik vroeg laatst aan Tom Brevoort of we nog iets in die trant mogen verwachten en hij antwoordde: ‘My guess is that it will show up as a Masterworks volume next.’ Maar wanneer dat gaat gebeuren vertelde hij niet. En op mijn vervolgvraag heeft Tom nooit geantwoord. Geeft niet, die man is ook druk en zijn tumblr-inbox zit barstens vol asks.
Daarom ben ik blij dat ik deze bundel tegenkwam. Het verhaal van Tombstone liep indertijd als subplot door de lopende reeks heen, dus de bundel bevat aardig wat deeltjes. Schrijver Gerry Conway was toen ook goed bezig kan ik me nog herinneren. Hij schreef tegelijkertijd ook Web of Spider-Man. Tegenwoordig schrijf hij nog wel eens een deeltje van een miniserie, maar de hoofdserie helaas niet.
In deze verhalen wordt de achtergrond van Tombstone, de best betaalde huurmoordenaar, onthuld. Lonnie Lincoln zat met Joe Robertson op de middelbare school. Als Robertson een artikel over Lonnie wil schrijven voor de schoolkrant, waarin hij onthult dat Tombstone schoolgenoten afperst voor ‘bescherming’, overtuigt Lonnie hem met geweld dat artikel niet te publiceren. Als Robertson acht jaar later voor een krant in Philadelphia werkt, betrapt hij Tombstone op het vermoorden van een informant. Bang dat Tombstone hem en zijn gezin iets aan zal doen, zwijgt Robertson erover. Jaren later werkt hijj voor The Daily Bugle en komt Tombstone naar New York. Hij is ingehuurd door Kingpin. Al die jaren heeft Robertson gezwegen en heeft zijn oud-schoolgenoot mensen vermoord. Als Robertson eerder zijn mond open had gedaan, was Tombstone opgepakt en hadden die mensen nog geleefd. Joe besluit niet langer te zwijgen en biecht alles op door een tape in te spreken en die aan Peter Parker te geven.
Hier laat ik de synopsis even bij, want je wilt ongetwijfeld deze verhalen zelf gaan lezen. Conway trakteert ons op een mooi ethisch dilemma dat ook nog eens tijdloos is.
Het tekenwerk van veteraan Sal Buscema (1936) was toen heel sterk, dus op grafisch vlak valt er al genoeg te genieten. Buscema is heel goed als visueel storyteller en hoewel hij niet zo van achtergronden tekenen houdt, tekent hij mensfiguren des te overtuigender. Buscema is inmiddels tachtig jaar en soort van met pensioen: hij inkt hier en daar nog wel eens een comic maar verder niets.
De verhalen in deze bundel zijn dan ook bijna dertig jaar oud… Damn, dat soort dingen drukken je meteen met je neus op de feiten: deze Spidey-fan wordt oud. En na al die jaren heb ik nog steeds zin om Spider-Man-comics te lezen.
Alleen, zolang als Dan Slott de nieuwe verhalen pent, acht ik de kans zeer klein dat ik – vrijwillig – nieuwe Spidey-comics lees. Vandaag las ik toevallig wat recensies van recente nummers en die maakten pijnlijk duidelijk dat de nieuwe avonturen nog steeds slecht in elkaar zitten. Dus ben ik nog blijer met deze bundel oude verhalen. Nu maar hopen dat Marvel niet te lang wacht met het uitbrengen van Volume 2.
Hannigan werkte als tekenaar, coverontwerper en schrijver voor zowel Marvel als DC. Zijn carrière loopt grofweg van de jaren zeventig tot in de jaren negentig. Tegenwoordig heeft hij multiple sclerose en tekent hij volgens mij helemaal niet meer. Dat is heel spijtig, want hij was erg goed.
Kijk maar eens naar deze openingspagina uit PPSS #64. Ik vind het drie prachtige platen onder elkaar met een goede, scherpe zwart-wit verdeling. Niet alleen het tweede plaatje, waarin we Spider-Man voorbij zien slingeren, is fantastisch, de onderste plaat is een mooie impressie van een straat in New York anno begin jaren tachtig,
Digitaal lezen
Het grafische werk komt het beste tot zijn recht als je het zo groot mogelijk bekijkt. Tegenwoordig lees ik veel comics digitaal en als de scan van hoge kwaliteit is, kun je lekker diep inzoomen. Dat verandert de relatie met het beeld. De stripplaatjes komen weliswaar meer op zichzelf te staan, maar je kunt wel details veel beter bekijken. Bovendien komen kleuren mooier uit op de monitor dan op het pulp-achtige papier waar comics toen op afgedrukt werden. Op dat papier vervaagden de kleuren zwartvlakken. Het is juist door dit inzoomen dat ik een herwaardering voor het werk van Hannigan kreeg, juist doordat ik de details beter kan bestuderen zo. Het inktwerk is trouwens van Jim Mooney.
Cloak & Dagger
Bovengenoemd nummer is extra speciaal, omdat het Cloak & Dagger introduceert. Schrijver Bill Mantlo en Hannigan creëerde dit tienerduo. Doordat de maffia hen gebruikte als proefkonijn om experimentele drugs uit te testen, kregen zij hun speciale krachten. Cloak kan mensen in een duistere dimensie opslokken en hun levensenergie afnemen. Ook kan hij teleporteren. Dagger schiet lichtdolken af die vol levensenergie zitten. Ze kunnen iemand verwonden, doden of juist zuiveren van het gif in hun lichaam. Geen idee hoe die drugs dat voor elkaar hebben gekregen overigens. De rest van de proefkonijnen, allemaal zwerfkinderen, overleefden de experimenten niet.
Om een idee te geven van hoe Cloak & Dagger er ook alweer uitzien, deze prachtige Hannigan-cover:
Dit vind ik ook een prachtige illustratie van Hannigan: Spider-Man slingert naar het dak van zijn ouderlijk huis. Let vooral op de daken achter Spider-Man die Hannigan in diapositief zette. Deed mij denken aan Frank Millers vroege Daredevil-werk en zijn Sin City-comics.
Tante May woont op dat moment in een verzorgingstehuis, maar wil haar oude huis verbouwen om er een pension voor ouderen van te maken. Daarom gaat ons webhoofd er weer een kijkje nemen. Getekend door Hannigan lijkt het welhaast een spookhuis, maar dat is ook niet zo gek: de inbreker die oom Ben ooit vermoorde heeft recent het hele huis van binnen gesloopt op zoek naar een oude schat die inmiddels vergaan was. Papiervisjes hadden de buit al opgegeten.
In deze video zien we Hannigan aan het woord over zijn werk en zijn ziekte:
Omdat ik mijn buik wel vol heb van het droeve niveau van de huidige Spider-Man-verhalen geschreven door Dan Slott, zoek ik mijn heil in oudere comics. De deeltjes van de serie Peter Parker die ik nu aan het lezen ben, zijn oorspronkelijk gepubliceerd in de vroege jaren tachtig. Je weet wel, het tijdperk waarin Disco net was bezweken voor New Wave en Ronald Reagan de wereld een beetje onveiliger maakte met zijn presidentschap. Een tijd waarin de verhalen over Peter Parker nog ergens over gingen! (schrijft opa Minneboo, Spider-Man liefhebber sinds hij 8 jaar oud was.)
Anyway, je had indertijd drie series waarin Spider-Man een hoofdrol speelde: The Amazing Spider-Man, Marvel Team-up (vanaf 1972) waarin het Webhoofd in bijna ieder deeltje de hoofdrol speelde en werd gekoppeld aan een andere Marvel-held of helden, en Peter Parker waarvan in 1976 het eerste deel uitkwam. Omdat veel schrijvers Amazing als de échte Spider-Man titel beschouwde, voelde ze minder druk met de nieuwe serie. Toch is het de reeks waarin Roger Stern voor het eerst verhalen over Spider-Man schreef en hij is toch echt een van de beste Spider-Man-schrijvers. Het is echter Bill Mantlo geweest die de serie een eigen smoelwerk gaf. Daarover later vast meer. Tekenaar Sal Buscema bijtte het spits af om al relatief snel vervangen te worden voor een reeks andere tekenaars. Later in de serie pakte hij het potlood weer op om maar liefst honderd comics van Peter Parker te tekenen. Buscema is overigens mijn favoriete Hulk-tekenaar, een reeks die hij tien jaar lang illustreerde.
Op visueel vlak was Peter Parker in het begin dus nogal onrustig met al die verschillende tekenaars die aan de serie werkten. Verrassend is het echter ook. Soms kom je opeens een heel mooie getekende aflevering door John Byrne tegen, bijvoorbeeld. De Canadese stripmaker en -schrijver was een grote ster in de jaren tachtig en drukte zijn stempel op onder andere The Fantastic Four en de reboot van Superman. Hij is een van de beste tekenaars die ooit voor Marvel en DC hebben gewerkt. Ik vind dit een prachtige splashpage, uit Spectactular Spider-Man #58:
Bijzonder leuk vind ik dat de helft van Peter als Spider-Man is getekend, een grafisch element waar je alleen in strips en tekenfilms mee weg kunt komen. Ik vind het ook altijd een mooi beeld als Spider-Mans instinct wordt weergegeven door de helft van Peters gezicht met Spidey’s masker te bedekken. Het is een grafische troop die veelvuldig in de Spider-Man strips voorkomt.
De oppositie is in dit deeltje van Peter Parker niet zo heel groot: Spider-Man neemt het op tegen the Ringer, een derderangs schurk die smog kan omzetten in vaste ring-vorm. Interessanter is de introductie van het personage Greg Salinger, die later the Foolkiller blijkt te zijn. Toch: de confrontatie tussen Ringer en Spidey is mooi gevisualiseerd door Byrne.
Voor mij is het lezen van de stapel Peter Parkers deels een nieuwe ontdekking, want Juniorpress gaf de serie niet vanaf het begin uit, maar begon in 1983 bij #67. Waarschijnlijk omdat ze de serie gelijk wilden laten lopen met de Nederlandse vertaling van Amazing Spider-Man. Ik kom dus verhalen tegen die ik nog niet gelezen had en dat is altijd leuk.