Koning Willem-Alexander, Maxima, Jan Wolkers, Geert Wilders, het Nederlands elftal uit 2010 en Eric de Noorman: ze spelen allemaal een rol in het stripalbum De papieren tijger van Mark de Jonge. Al die BN’ers op een pagina, dat leidt behoorlijk af!
Tenminste, dat was mijn ervaring toen ik De papieren tijger las. Ik ben niet zo’n fan van BN’ers. Sterker nog: ik schijn er een allergie tegen hebben opgebouwd. En met het koningshuis heb ik ook niets.
De papieren tijger vertelt een sprookje waarin de koningin haar vorst alle seks ontzegt totdat de plaatjesmaker een kunstwerk maakt met daarin de tijger als hoofdrolspeler. De plaatjesmaker is Jan Wolkers en Wim-Lex wil natuurlijk dat hij opschiet, zodat hij weer van bil kan. Opmerkelijk is dat Geert Wilders de rol van raadsheer heeft. Hofnar zou hem beter staan, maar ja, dat is zijn functie natuurlijk al in de Tweede Kamer. Overigens gaat het verhaal volgens de stripmaker vooral over zijn ervaringen met opdrachtgevers en het creatieve proces.
In een schriftelijke reactie legt De Jonge zijn keuze voor Wilders als volgt toe: ‘Haha, ja Wilders als Hofnar is precies wat ik overwoog in mijn voorbereidingen voor het verhaal. Ik heb toen een stel schetsen gemaakt. Maar een hofnar zonder narrenmuts werkt niet. En Wilders zonder vol zicht op zijn haardos werkt ook niet. Daarom toch maar ‘raadsheer’! Die rol is natuurlijk metafoor voor de politicus. En ieder ander in plaats van Wlders was fout. Overigens is die rol verder niet zo belangrijk en ik wilde me niet verliezen in teveel satire en sarcasme.’
Waarom gebruikte De Jonge eigenlijk BN’ers als hoofdrolspelers? In het interview achterin het boek zegt hij:
‘De belangrijkste reden voor mij om die koppen te gebruiken, was om een extra laag in mijn verhaal aan te brengen. Het is aan de lezer om die laag te duiden! Maar ik vond het ook gewoon leuk om er mee te spelen, zoals het gebruik van de blessuregevoeligheid van Arjen Robben of het plotseling opduiken van Yolanthe, Maradona en Messi. Ik maak trouwens graag aan iedereen duidelijk, dat MIJN koning en koningin niets te maken hebben met een ander nogal bekend koningskoppel. De vader en moeder van MIJN koning lijken vrij veel op Eric de Noorman en Lady Di. Fictie, weet je wel?’
Dat laatste is natuurlijk een beetje een cop out en zegt De Jonge waarschijnlijk om problemen te voorkomen. Omdat hij Wim-Lex en Maxima als modellen gebruikt, zullen lezers toch denken dat het over hen gaat. Je kunt het gebruik van bekende personen in een strip als aardige gimmick zien of als narratief middel. Maar er zitten ook nadelen aan deze verteltechniek: persoonlijk leidde al die BN’ers mij af van het verhaal en zit ik niet te wachten op platen die suggereren dat Wim-Lex wordt afgetrokken door Maxima. Als ik narigheid wil zien, zet ik wel een horrorfilm op. Maar goed, ieder z’n dingetje. En, laten we eerlijk zijn: de casting leverde wel media-aandacht op en da’s handig als je als illustrator je stripdebuut maakt.
Stripjournalist Joost Pollmann kaartte de kwestie van herkenning bijvoorbeeld ook aan in zijn stuk voor de Volkskrant: ‘Intussen kun je je afvragen of De Jonge problemen gaat krijgen met dit vrijpostige werk. Bernhard Holtrop alias Willem kreeg lang geleden, in 1966, een boete van 200 gulden wegens majesteitsschennis nadat hij koning Juliana als prostituée had getekend. Hans Teeuwen daarentegen kon in 2004 ongestoord zijn show ‘Industry of Love’ afdraaien, waarin hij toch grove dingen deed met de toenmalige vorstin Beatrix. Vergelijk dat eens met de Marokkaanse cartoonist Khalid Gueddar, die in 2010 drie jaar voorwaardelijk kreeg voor het tekenen van een nééf van de koning en een boete van 3 miljoen dirham moest betalen.’
Flootje Smit, van het radioprogramma Nooit meer slapen, was kennelijk ook geïntrigeerd geraakt door de bekende koppen en ging bij de stripmaker langs om verhaal te halen.
Mark de Jonge. De papieren tijger
Uitgeverij Sherpa, 48 pagina’s, € 24,95,
ISBN 978-90-89880-57-4
Daarom Minneboo leest:
Maandelijks krijg ik van veel uitgeverijen stapels strips toegestuurd. Daar zit veel moois tussen, maar niet alles is geschikt voor de bladen en opdrachtgevers waar ik voor schrijf. Toch wil ik deze uitgaven onder de aandacht brengen. Daarom heb ik de rubriek Minneboo leest in het leven geroepen, om te laten zien hoe rijk en divers het medium strip kan zijn. De artikelen in deze rubriek zijn geen recensies (die teksten staan gepubliceerd in de bijhorende rubriek), maar kunnen thematisch zijn, een tekenstijl belichten of simpelweg een nieuwe uitgave kort aanstippen.