Tag: Utrecht
Tijdens mijn verblijf in Utrecht heb ik videomateriaal gedraaid met het idee een Daily Webhead te maken in de reeks ‘Ondertussen in…’ Onderstaande aflevering moet je vooral zien als een parodie op typische videokunst. Een Daily Webhead met een dikke knipoog dus, maar zoals het videokunst betaamt niet zonder dieperliggende boodschap. (Ook al bedenkt de kunstenaar in opleiding die betekenis vaak pas op het moment dat de film aan een commissie wordt getoond.) In het kader van ‘interactieve kunst’ hoor ik van de toeschouwer graag welk verband hij legt tussen de vissen en de rest van de beelden. De leukste analyse wint een no-prize.
De muziek is wederom gecomponeerd door de immer muzikale Marco Raaphorst.
Utrecht in de achteruitkijkspiegel
Ruim vier weken verbleef ik in Utrecht om op een huis van een stel vrienden te passen. Nu had ik nooit een hekel aan de Domstad, maar sinds die maand weet ik zeker dat ik het niet erg zou vinden om me in Utrecht te vestigen.
Nu woonde ik ook in een aardige en rustige buurt vlakbij het centrum en niet in Ondiep bijvoorbeeld of Leidsche Rijn. Die wijken staan niet zo goed te boek. Een tijd geleden werden twee homostellen de wijk uitgejaagd omdat Marokkaanse jongeren zich niet kon vinden in hun seksuele voorkeur. Alsof dat hun zaken zijn.
Goed, Utrecht heeft problemen zoals iedere stad in Nederland die heeft, maar ik heb er fijn vertoefd. Niet alleen weet ik nu hoe heerlijk het is om een tuin te hebben waar je rustig in de schaduw je boeken kunt lezen, koffie kunt drinken of een nieuwsgierige kat kan observeren, maar ook dat ik me thuis voel in een stad met dorpse eigenschappen. Utrecht voelt minder massaal dan Amsterdam en is in de zomermaanden minder druk. Je kunt op een zondagmiddag rustig langs de Oude Gracht wandelen zonder omver gelopen te worden door hordes toeristen. Dat kun je in de Amsterdamse binnenstad wel vergeten.
De laatste dagen van mijn verblijf was het al iets drukker nu de verse lading studenten de stad binnentrekt om zich te laten ontgroenen. Niet dat ik een hekel heb aan studentes overigens, ik kijk graag naar ze, maar bepaalde typische aspecten van het studentenleven staan me niet aan. Zelf heb ik aan de HKU gestudeerd, maar gelukkig heb ik me nooit bij een studentenvereniging aangemeld zodat ik geen enkele vernederingen hoefde door te maken om erbij te mogen horen.
Fijne plekken vind ik schaarse parkjes die de stad bezit: Griftpark en het Wilhelminapark. Prima strookjes groen om even bij te komen. Het Griftpark is niet het mooiste park in Nederland. Het is een typisch designpark, maar het is er levendig met ruimte voor skaters, eendenvoerders en bankzitters. Ook is er een stoort bistrootje waar je rustig aan de koffie van de omgeving kan genieten.
Ook een pluspunt: Utrecht telt maar liefst vier stripwinkels! Tenminste, ik heb er vier geteld, wellicht zijn het er nog meer. Blunder aan de Oude Gracht is de meest bekende van het stel en daar is ook een goede comicskelder te vinden met een verkoopster die weet waar ze het over heeft. Niet onbelangrijk. Ze hebben zelfs van bepaalde auteurs een hele reeks uitgaven op de plank staan. Wie zich wil inlezen in het werk van Grant Morrison, Alan Moore en Warren Ellis, om maar wat Britse namen te noemen die die kast rijk is, is bij Blunder dus aan het goede adres. Bij de Mariaplaats is nog een sympathieke comicswinkel. Wel staan daar sommige strips te flauw in de kast waardoor de rug wat krom is. Eeuwig zonde!
Een andere plek waar ik graag mijn tijd doorbracht is ’t Hoogt. Ik kom er al jaren. Toen ik audiovisuele media studeerde heb ik er nog eens een korte fictiefilm opgenomen. Een romantisch verhaal over een bezoeker die fan is van Steven Seagal en een serveerster. Ondanks zijn slechte smaak in filmhelden krijgen hij en het meisje toch iets moois met elkaar… Goed, ’t Hoogt is dus een prima plek om bijvoorbeeld even de krant door te nemen of om een filmpje te pakken. Overigens heerst daar bij het personeel wel dezelfde ziekte als elders op de terrassen van Utrecht en dat is dat ze om de haverklap komen vragen of je nog iets wilt drinken. Het consumeren wordt daardoor bijna een olympische sport en het geeft mij als klant een gejaagd gevoel. Dat moet toch niet de bedoeling zijn.
Petje af
Waar ik ook prettig zat was Le Journal. Het terras is midden op de Neude en daar heb ik samen met verschillende vrienden afgesproken. Binnen werd ik wel vriendelijk, doch dringend verzocht om mijn baseballcap van mijn hoofd te lichten. Er hangen zelfs verbodstickers aan de muur: geen hoofddeksels binnen. Dit verbaasde me enigszins. Probeert men hiermee een bepaald type klant te weren? Ik lag er verder niet wakker van, ik ben inmiddels gewend aan het feit dat ik een bad-hair-life leid en dat mag best in het openbaar. Bij Le Journal heb ik goede gesprekken gevoerd met Jeroen Mirck, Peter de Kock en stripmakers Rob van Barneveld en Matt Baay. Deze stripmakers wonen ook in de Domstad, maar vooral Matts aanwezigheid is vaak aan het straatbeeld af te leiden, want op menig lantaarn, muurtje of andere plakplek zitten stickers waar zijn konijn Bunbun op prijkt.
Utrecht is sowieso een konijnvriendelijke stad: er is een heus Nijntje Pleintje met daarop een standbeeld van het bekende konijn van Dick Bruna en er is een Dick Bruna huis in het Centraal Museum. Ook kon ik enkele stoplichten ontwaren met daarin het silhouet van Nijntje dat aangeeft of je mag lopen of nog even moet stilstaan. Je staat in Utrecht dus letterlijk even stil bij Nijntje.
Fantastisch dat een stad een bekende illustrator en zijn creatie eert! Waar zie je dat eigenlijk nog meer in Nederland? Bijna nergens. In Den Bommel staat een beeld van Heer Bommel, en in zijn geboortestad Rotterdam staat een monument voor Bommels geestelijk vader Marten Toonder. Wat mij betreft komen er meer standbeelden voor de grote stripmakers van Nederland. Cultuur en de mensen die ervoor verantwoordelijk zijn, moeten geëerd worden. En daar horen zeker stripmakers bij!
Sneaken bij de bastards van Pathé
Mijn vrienden Matt en Rob gaan bijna iedere dinsdag naar de sneakpreview in Pathé Rembrandt te Utrecht. Ik ben ook een paar keer meegegaan. Het filmaanbod was niet super: ik denk niet dat je snel in de sneak echte juweeltjes gaat zien, maar al met al was de sfeer goed en waren de voorstellingen vermakelijk. Het is grappig om volledig blanco een film te gaan zien. Eerlijker kun je je oordeel niet beginnen. Dat neemt niet weg dat ze zich bij Pathé diep moeten schamen voor hun klantonvriendelijkheid.
Allereerst is er een prijsverschil van één euro tussen het kaartje kopen aan de kassa of via een apparaat. Als je bij Pathé met mensen te maken wil hebben, betaal je dus extra. Als het apparaat onverhoeds kapot is, en je dus gedwongen bent om bij de kassa een kaartje te kopen, dan betaal je nog steeds die extra euro. Maar dat is niet het enige dat me steekt aan deze bioscoopketen.
Je krijgt namelijk vaste stoelnummers toegewezen en wordt geacht op de aangewezen plaatsen te gaan zitten. We haalden voor een van de voorstellingen de kaartjes uit de automaat. Er waren nog vijf stoelen vrij op de derde rij van voren. Maar omdat we maar vier kaartjes nodig hadden, mochten we deze niet selecteren van het programma. Omdat Pathé bang is dat die ene stoel niet meer verkocht gaat worden, waren we verplicht op de eerste rij te gaan zitten. Tegen het doek aangeplakt dus, waardoor je bijna geen reet ziet van de film. Toen we een van de kaartcontroleurs hierop aanspraken, zei hij dat dit nu eenmaal beleid was en dat daar niet van afgeweken mocht worden. Dat vier bezoekers een slechte filmervaring hebben omdat Pathé één stoeltje meer omzet wil draaien, is voor deze bioscoopketen kennelijk niet relevant.
Overigens is het schaarse personeel van Pathé nog te jong om schaamhaar te hebben en maakt het merendeel een ongeïnteresseerde indruk. Bij Pathé moet je als klant je kop houden, een kaartje kopen, je vol vreten met popcorn en dan weer oprotten. Dat is klantvriendelijkheid in de bioscoopbranche anno 2012. En bedankt hè.
Vind je het gek dat mensen de voorkeur geven aan een download dan een bioscoopbezoek?
In de rubriek Spladodder! behandel ik allerlei zaken die wat mij betreft niet door de beugel kunnen. Het logo is van Hallie Lama.
Dag Utrecht!
Willem Bever
Op een bankje met een boek
Street art Utrecht
Schuilpolitie
Tim kan de boom in
Sinds half juli pas ik op een huis in Utrecht van een stel vrienden omdat ze Cuba onveilig maken op dit moment. Een van de bewoners die is achtergebleven is hun kat Tim.
Tim is een typisch voorbeeld van de kat die te vroeg bij zijn moeder is weggehaald: wat je ook doet om het hem naar zijn zin te maken, hij blijft mauwzeuren tot je erbij neervalt. Daarbij zijn zelf nadenken en initiatief nemen niet zijn sterkste punten. Een deur die op een kier staat? Tim blijft er gewoon voor zitten mauwen tot iemand de deur wat verder opendoet in plaats van zijn kop in de opening te steken.
Het is daarom fijn dat hij zo nu en dan in de tuin gaat spelen. Meestal springt hij dan binnen de kortste keren op de schutting om te gaan buurten en dan zie je en hoor je hem uren niet meer, maar het lukt Tim niet altijd om via de boom ook daadwerkelijk op de schutting te komen. Zoals vanmorgen:
Nu weet ik ook wel dat YouTube vol staat met kattenvideo’s, het meest voorkomende genre op het interpret. Dit is dus mijn bijdrage aan de verzameling. Overigens is het Tim twee pogingen later wel gelukt om de rand van de schutting te bereiken. Wie maar hard genoeg probeert…
Dit is Tim, de kat waar ik op pas. Tim is typisch zo’n kat die te vroeg bij zijn moeder is weggehaald: hij kan ver-schrik-kelijk zeuren. Uren achter elkaar kan hij mauwen, ook als hij alles heeft wat zijn harte begeert. Maar soms moet ik ook wel weer om hem lachen, als hij ze letterlijk ziet vliegen bijvoorbeeld.