De telefoon gaat. Ik ben uitgenodigd voor het sollicitatiegesprek bij een grote uitgeverij. Nog een paar dagen de tijd om een passende garderobe aan te meten. Aangezien het gaat om een journalistieke functie hoef ik niet in het pak. Gelukkig maar, ik heb geen pak en niet zonder reden. Een stropdas staat me niet. Bovendien passen de functies die het dragen van een pak vereisen ook niet goed bij me. Een colbertje daarentegen wel, dus die kan ik zo uit de kast halen. Net als een bijpassende broek.Mijn tevredenheid maakt plaats voor zorg op het moment dat ik mijn ogen naar beneden richt. Die schoenen kunnen eigenlijk niet. Ik kan moeilijk op mijn gympen binnenwandelen. En bellen naar de secretaresse om te vragen wat de mensen daar dragen lijkt me een beetje stom overkomen. Dan maar schoenen kopen. Bah, ik háát schoenen kopen. Winkel in, winkel uit. Uitzoeken, passen, afkeuren. Te groot, te klein, verkeerde kleur, te duur, te stom. Er is altijd wel een reden om ze niet te nemen. Maar de tijd dringt: morgen heb ik het gesprek al. Bovendien heb ik meer te doen dan alleen shoppen voor schoeisel. Dan maar minder kritisch. In de uitverkoop vind ik een paar naar Italiaans model. Met van die punten. Gatverdamme. Ik zou er niet eens in begraven willen worden, maar zie geen andere keus. Ze zitten redelijk, maar lopen niet echt lekker. Toch maar meenemen. Thuis test ik mijn nieuwe stappers op het tapijt, maar de tijd ombreekt om ze echt in te lopen. De volgende dag zitten de namaak Italianen in mijn schoudertas. Onderweg lees ik me in over de functie waarna ik solliciteer. Het is goed dat ik al bekend ben met het blad. Dat scheelt veel. Voor het gebouw van de uitgever verwissel ik van schoenen. Een beetje ongemakkelijk loop ik het pand binnen. De receptionist vraagt of ik even wil wachten. Ik staar naar de schoenpunten. Ze glimmen in het zonlicht en trekken veel te veel aandacht naar zich toe. Mijn toekomstige werkgever loopt me tegemoet. De eerste indruk is heel belangrijk bij een sollicitatiegesprek. Bij het opstaan trek ik mijn jasje recht. Ik schut met een semi-droge hand. Hij vraagt of ik hem wil volgen. Terwijl ik dat doe, kan ik niet laten even naar zijn schoenen te kijken. Hij draagt een stel afgetrapte Adidas. Balen. Die had ik ook nog wel liggen.Deze tekst schreef ik recent voor het weblog van IntermediairForward.nl. De gebeurtenissen beschreven in de tekst zijn enkele jaren geleden gebeurd, maar dat mag de pret niet drukken wat mij betreft.
Tag: Werk
De eeuwige forens: Er is wachten
Donderdagavond, 21:37
Vanavond vrienden bezocht. Ik kijk terug op een gezellig samenzijn. Nu sta ik met onbekend meisje en wat Amerikaanse toeristen bij de tramhalte. Wachten op tram 25 is wat ons bindt. We bevinden ons in een tijdsvacuüm waarin we niets anders kunnen dan afwachten en hopen dat de tram op tijd komt. Het meisje tuurt richting trambaan. De koude wind prikt in onze gezichten.
De tram arriveert volgens schema om kwart voor. Ik haast me naar binnen en vind een plaats. Een snelle blik op de klok: nog een kwartier voordat mijn trein vertrekt. Ga ik die halen?Iedere halte waar mensen instappen wordt die hoop kleiner. Te veel rode stoplichten, te veel verkeer, te veel oponthoud. Waarom rijdt de chauffeur niet door? Ik besef dat ik geen controle over de situatie heb en laat me lijdzaam leiden door het centrum van Amsterdam. Het CS komt in zicht; twee minuten te laat. Story of my life.
De eeuwige forens: Good morning
Donderdagochtend, 8:01Op weg naar het station valt mijn oog op de lucht rechts van mij. Licht rood-blauw. De ochtend voelt lekker fris, maar wordt al warmer. Veel beter dan al het water van de afgelopen dagen. Een kleine voorbode van de lente. Ik heb geen zin om te werken vandaag. Het vooruitzicht van acht uur gevangen op kantoor doet me rillen.Gelukkig heb ik nog even. Nog even buiten, nog even frisse lucht. En dan nog een uurtje lezen in de trein. De dag begint goed.
Dinsdagmiddag, 16:20 Op weg naar de Nieuwjaarsborrel van de zaak. In de file met een stel collega’s en een aardige werkvriend. Luchtig praten over werk, functioneringsgesprekken en muziek uit Scandinavië. TomTom wijst ons de weg, maar kan niet voorkomen dat we halverwege vast komen te zitten met de medeweggebruikers. Dus dít maken mijn autorijdende werkgenoten iedere dag mee. Toch biedt de auto meer privé dan de trein: je eigen mobiele plekje op het asfalt. En carpoolen met vrienden of collega’s maakt de wachttijd aanzienlijk korter. Het cliché zegt ons dat het om de reis gaat, niet om de bestemming. Dat geldt in zekere zin voor de Nieuwjaarsborrel. Aangekomen in Amsterdam-Noord gaan we heel hip drinken in een omgebouwde loods, waar auto’s naast de eettafels staan. (Nog meer file.) Kun je zeggen dat je naast een Snoek hebt gegeten. Veel onbekende gezichten, een lange speech en wat hors-d’oeuvres later, laat ik dit ‘overwerk’ voor gezien.Via taxi, trein en benenwagen kom ik weer veilig thuis. Uitgewerkt.Gerelateerd: Kerstfeestje van de zaak.
De eeuwige forens: Hotel
Dinsdagochtend, 8:50 (december 2007)
De trein trekt weer op, na tien minuten onverklaarde stilstand. Het zal wel weer een kapot sein geweest zijn, of misschien moest de machinist nodig. De reden kan me niet schelen. Ik reis nu al twaalf jaar non-stop met de gele monsters op de rails. Ik probeer niet te denken aan hoeveel uren in in die tijd heb verloren aan wachten op perrons – op de trein, in de trein. Het zou mooi zijn als je die verloren tijd bij vertraging kon declareren bij de NS. Wat zouden we dan allemaal lang leven.
Donderdagavond, 19:50 (december 2007)
Ik sta op een leeg perron te wachten op de rit naar huis. Ik kan minstens twintig andere plekken bedenken waar ik op dit moment liever zou zijn dan hier. De vrieskou knaagt aan mijn huid; de secondewijzer op de klok lijkt bevroren in de tijd; op de snelweg naast het station rijdt niets – een eenzame plek om te sterven.
Column: De laatste dag
De laatste dag. Vaak komt hij onverwachts. De laatste dag van een relatie; de laatste dag dat je pc nog werkt; de laatste dag van je leven. Net zo onverwachts als de eerste dag overigens. Er is niet een vaste dag waarop een relatie begint bijvoorbeeld. Die dingen verlopen geleidelijk. De laatste dag van de vakantie echter – die staat vast. Maar wat te doen voordat het normale werkritme alles weer overheerst?In de twee weken dat ik vrij had ben ik lang niet aan alles toegekomen wat gepland stond. Ach, het leven is ook te kort om administratie te doen. Of om het huis op te ruimen en truien te kopen. Aan de andere kant zijn er genoeg leuke dingen gebeurd. Een fantastisch concert bijgewoond, enkele filmklassiekers in de dop gekeken, zelf aan een paar videoproducties gewerkt, vrienden bezocht en lekker in de kroeg gezeten waar ook nog eens een warme ontmoeting plaatsvond. Allemaal prima vrijetijdsbestedingen wat mij betreft… (als ik voor het gemak even vergeet dat ik voor een zieke collega moest invallen deze week.)En vandaag?Vandaag denk ik nog even niet aan morgen. Vandaag plan ik niets. Ik zie wel wat er op mijn pad komt.
Column: Kerstfeestje van de zaak
In het bedrijf waar ik werk is het kerstpakket taboe. In plaats daarvan wordt er jaarlijks een feestje gegeven voor de personeelsleden. Filmsterren was het thema dit jaar. Veel Pink Ladies (Grease), James Bond-klonen en Matrix-mannen liepen er dus rond. Zo’n bedrijfsfeestje levert altijd interessant studiemateriaal op voor antropologen en sociologen. Collega’s die normaliter strak in het pak zitten en vooral zakelijk afstandelijk zijn, springen uit de ban. Het is alsof een avond in het jaar de façade van professionaliteit wordt afgedaan en chaotische gekte de mensen achter het pak heeft overgenomen. Het was dan ook genieten van de vele heupbewegingen op de dansvloer; testosteronbenaderingen naar vrouwelijke collega’s toe en het binnenwerken van de dikke draden mie terwijl mensen een normale conversatie trachtten te voeren. Het levert beelden op die langer beklijven dan menig kerstpakket. De grote baas van het bedrijf, die van een afstand wel iets wegheeft van Mark Wahlberg, heeft de eigenaardige hobby om als dj te fungeren op dit soort feesten. Hij stond dan ook het merendeel van de avond achter de draaitafels als een heuse DJ Tiësto. Als de grote tovenaar van Oz draaide hij het ene dancenummer na het andere (met niet altijd even vloeiende overgangen overigens), terwijl het personeel schokte op de door hem ingezette beats. Het leek me een aardige metafoor voor de gewone werkdag. Het was immers nog steeds de Grote Baas die het ritme aangaf en waar het personeel op meedeinde. Ik vroeg me af of hij dit soort feestjes organiseert om aan zijn dj-fetisj te voldoen. Maar wie weet staan er draaitafels thuis en gaat hij ieder weekend uit zijn dak in de huiskamer. Rond middernacht liet ik mijn collega’s op de dansvloer achter. Het zou immers niet lang meer duren voordat ik van een filmster in een gewone werknemer zou veranderen.
Expo Cartoons @ work
Werksituaties bieden genoeg stof voor een goede grap en zijn daarom voor menig cartoonist een dankbaar onderwerp. Een selectie van het werk van Peter de Wit, Paul Stellingwerf en Maurice van Tilburg hangt sinds zondag in de expositie Cartoons @ Work. De opening van Cartoons @ work vond zondag 9 december plaats in Atelier Open. De expositie bevat originele cartoons van Peter de Wit, Maurice van Tilburg en Paul Stellingwerf. Judith Ploegman, voorzitter van FNV Jong, verrichte de opening.
Atelier Open is een project van P&O-adviseur Edith Brouwer en Maurice van Tilburg. Van Tilburg leidt ict-projecten bij Euro Next. Brouwer en Van Tilburg gebruiken de ruimte op de Keizersgracht sinds september 2007 ondermeer als schildersatelier en expositieruimte. ‘We willen een ruimte bieden voor creatieve dingen en leuke dingen,’ zegt Maurice. Kunst dient als een goede ijsbreker om gesprekken op gang te krijgen. Mensen willen al snel weten wat de filosofie is achter een kunstwerk. Dan komt een gesprek nog ergens.’ De expositie is het middelpunt van enkele activiteiten rondom het thema werk. Begin volgend jaar organiseren Brouwer en Van Tilburg ook enkele workshops.Waarom een expositie over werkcartoons?
‘Edith en ik vinden cartoons erg leuk’, zegt Maurice, ‘cartoons zeggen vaak iets over de maatschappij. Ze werpen een grappig licht op werksituaties waar wel wat humor gebruikt kan worden.’ De bescheiden expositie bestaat uit werk van Peter de Wit, Paul Stellingwerf en Maurice zelf. Peter de Wit is al sinds jaar en dag een bekend gezicht in de stripwereld. Zijn strip Sigmund, over een eigenzinnige psychiater die niet zachtzinnig met zijn patiënten omgaat, staat sinds 1994 dagelijks in de Volkskrant. De Wit verwierf daarnaast faam door zijn samenwerkingsverband met stripmaker Hanco Kolk. Samen waren ze verantwoordelijk voor de strip Mannetje en Mannetje en Gilles de Geus. Paul Stellingwerf maakt sinds december 2006 werkgerelateerde cartoons voor IntermediairForward.nl. Tot slot tekende Maurice sinds 1998 vijf jaar lang de strip Bull en Beer voor de AEX aandelenbeurs (nu NYSE Euronext).Waarom deze drie cartoonisten?
‘Peter de Wit is toch een groot voorbeeld van hoe je strips moet maken. Paul Stellingwerf maakt de cartoons voor de site IntermediairForward en heeft dus een duidelijke link met werk. De doelgroep van Intermediair sluit ook goed aan bij onze eigen belevingswereld. Daarbij zochten we naar contrast in de stijl van de cartoons. De Wit tekent op een traditionele wijze met Oost-Indische inkt, terwijl Stellingwerf op een moderne manier en digitaal werkt.’De expositie is te zien van zondag 9 december 2007 tot half februari 2008. Atelier Open, Keizersgracht 429, Amsterdam.
Extra lang
Het einde van het jaar is in zicht en dus werd het tijd om wat atv op te maken. Die kun je namelijk niet meenemen naar het komende werkjaar. En vrije tijd weggeven is natuurlijk zonde. Dus dit weekend vrijdag en maandag vrij.
Collega’s vragen altijd bij een lang weekend waar je naartoe gaat. Kennelijk moet je dan meteen maar een weekendje Rome of Parijs pakken. Overigens geen slecht idee, maar ik kies er liever voor om wat vrienden te bezoeken. Gisteren dan ook twee caféafspraken gehad. In de ochtend de Schone Schrijfster aan tafel, die even een rustpauze kon gebruiken van haar vele schrijfwerk. Ze is met een tweede roman bezig – een groot karwei dat niet alleen veel aandacht eist, maar net zoveel discipline. In de middag sprak ik met vriendin N. die recent een eigen bedrijf als mediator is gestart. Mediation is een van de opkomende beroepen, daar de opleidingen hiervoor als paddenstoelen uit de grond schieten. Kennelijk kunnen mensen wel een intermediair gebruiken bij geschillen. Er valt dan ook een hoop te bakkeleien in het dagelijks leven. Vriend Paul is uitgenodigd om werk op te hangen voor de expositie ‘Cartoons at work’ in Atelier Open. Hij zal naast Peter de Wit komen te hangen. Geen slecht gezelschap. We hebben vrijdagmiddag wat van zijn cartoons voor intermediairforward.nl afgeleverd en een praatje gemaakt met de opgewekte eigenaar van de galerie. Tot slot nog even een korte odyssee langs de door ons vaak bezochte winkels in Amsterdam. Wat vrouwen over het algemeen hebben met het kopen van schoenen, heb ik met de aanschaf van boeken, cd’s en dvd’s. Ik kocht het boek POPism van Andy Warhol en Pat Hackett – Warhols memoires over de New Yorkse kunstscène in de jaren zestig. Op de voorkant is een foto van de kunstenaar en Edie Sedgwick te zien tijdens een gezellig onderonsje. Bij Fame vond ik tot mijn grote blijdschap een dvd van de film The Player. The Player (Robert Altman, 1992) is jarenlang niet in deze contreien te koop geweest en staat al jaren op mijn verlanglijstje. Meteen maar even Sideways meegepikt, die iets lager op het lijstje stond. Vanmorgen stond de postbode voor de deur. Het nieuwe schrijfwerkje van Kevin Smith dat ik online had besteld was binnengekomen: My Boring-ass life. 470 pagina’s vol potentiële hilariteiten uit de pen van regisseur Smith. Kortom: Forget Paris. Ik heb genoeg te doen dit weekend.
Film: Starters in beeld
Jonge journaliste in actieVoor IntermediairForward.nl maak ik de serie Starters in Beeld – een reeks reportages waarin starters op de arbeidsmarkt worden geportretteerd. In de tweede aflevering vertelt de jonge journaliste Hester van den Blink over haar liefde voor het vak en zien we haar aan het werk op Schiphol.
Zie ook het verslag over de opnames op Schiphol: Multimediaal Droste-effect. Voor een iets hogere resolutie dan Youtube zie hier.
Column: Multimediaal droste-effect
Half negen ’s ochtends. Ik sta op Schiphol Plaza voor mijn afspraak met Hester. Ze is journalist en loopt voor de rubriek ‘De Werkdag Van’ in Intermediair een dagje mee met Hans-Peter Spies, luchtverkeersleider op Schiphol. En ik loop een dagje mee met Hester. Ze is het onderwerp van een nieuwe aflevering van Starters in Beeld. (Vorige week afgestudeerd, zelden vind je zulke verse starters). Dat is een videoserie op IntermediairForward.nl waarin starters worden geportretteerd.Terwijl ik Hester terloops wat vragen stel, haar met één hand probeer scherp te houden in de cameralens en met de andere hand een slok van mijn cappuccino drink, lopen we richting de bus die net voor onze neus wegrijdt. Gelukkig is het bijna droog vandaag.Aangekomen bij de luchtverkeersleiding worden we vriendelijk ontvangen door Marjolein Wenting die de PR regelt. Al snel ontmoeten we ook het onderwerp van Hesters artikel. Hans-Peter spreekt enthousiast over zijn vak en weet in korte tijd uit te leggen wat zijn werk precies inhoudt. Het klinkt als een spannende baan met veel verantwoordelijkheid. Terwijl Hester nauwkeurig noteert, schiet ik af en toe een totaalshotje van hen tweeën, gevolgd door een close-up. Covershots voor later. De zendermicrofoon die Hester omheeft, geeft mooi geluid waarop ook Hans-Peter goed te horen is. Hoewel we het geluid in de uiteindelijke film waarschijnlijk niet nodig hebben omdat Hesters voice-over te horen zal zijn, is het altijd goed om het oorspronkelijke geluid iets zachter op de achtergrond te hebben. Dat verhoogt de realiteitszin van de beelden. Het NOS-journaal werkt ook zo. Als je nieuwsbeelden zonder geluid zou zien, krijgt het geheel iets artificieels. Nieuws wordt dan minder écht.Na het gesprek gaan we naar de ruimte waar hét allemaal gebeurt: het controlecentrum. Hier zitten veel mensen achter grote monitoren de verschillende vluchten in goede luchtbanen te leiden. Het plafond is golvend voor de juiste akoestiek – stemmen klinken zacht op de achtergrond. De plafondverlichting staat laag, wat de ruimte een rustgevende uitstraling geeft. Ik ben er zelf niet zo blij mee, want het is altijd lastig videofilmen als er weinig licht is.Op een gegeven moment verschijnt een fotograaf van het bedrijf in mijn gezichtsveld. Hij wil graag vastleggen hoe ik Hester vastleg die op haar beurt weer de werkdag van Hans-Peter verslaat. Als niet veel later ook nog de fotografe van Intermediair de werkvloer op loopt, is het plaatje compleet. Media registreren andere media. Een live uitvoering van het droste-effect. Eigenlijk is er van een echte werkdag geen sprake: Hans-Peter geeft eerder een demonstratie van zijn werk dan dat hij het uitvoert. Ook een typisch verschijnsel van media en film: om de werkelijkheid vast te leggen wordt ze geënsceneerd. Handelingen worden overgedaan totdat het shot goed is. Uiteindelijk is alles immers een kwestie van interpretatie en selectie. Mij zal je nooit horen zeggen dat we de werkelijkheid weergeven. Alleen dat we een impressie ervan maken die deze hopelijk benadert.Tegen lunchtijd pak ik mijn camera weer in. Ik heb genoeg materiaal verzameld voor de geplande scène in de reportage. Hester zal de rest van de dag nog meelopen met Hans-Peter – uiteindelijk zullen ze nog de verkeerstoren op de luchthaven bezoeken. Voor haar is het immers wel een echte werkdag. Working on top of the World. Volgende week staat het video-interview met deze verse reporter gepland. En daarna duiken we de montageruimte in om het filmpje zodanig vorm te geven dat het een goede impressie geeft van haar werk.