De cover van het programmablad van de San Diego Comic Con in 1986. Een comicliefhebber herkent meteen de elegante stijl van John Romita Sr. Romita was jarenlang de art director bij Marvel en tekende onder andere posters en dit soort speciale covers. Op de cover staan de superhelden die toen erg populair waren. She-Hulk zat toen nog bij de Fantastic Four, dus dat betekent dat John Byrne die strip toen nog maakte. Wat mij betreft was dit het laatste decennium dat Marvel nog echt Marvel was.
In mijn vakantie zit ik vooral heel veel lekker te lezen. Eindelijk eens tijd om boeken van kaft tot kaft in een paar dagen uit te lezen. En comics, heel veel comics.
Ik geniet nog steeds van die diepe tas vol comics die ik vorig jaar kreeg en waar vooral veel Nederlandse Juniorpress-comics in zaten. Zoals de serie Wolverine. De jaren negentig waren wellicht niet het beste tijdperk voor comics, maar er zitten toch genoeg individuele deeltjes tussen die het lezen waard zijn.
Natuurlijk is de stand van zaken rondom Wolverine en de andere personages allang weer anders. Toen had hij opeens zijn adamantium skelet niet meer en waren zijn klauwen botten. Hoe dat zo kwam is eigenlijk niet zo belangrijk, want alles wordt later toch weer veranderd en teruggedraaid. De illusion of change heet dat.
Ik ben nu wel benieuwd hoe het met Wolvie nu gaat. En met Shadowcat, aka Kitty Pryde, die ook zo nu en dan in de solo-avonturen van Wolverine opduikt. Zij is altijd een van mijn favoriete X-Men geweest. Ze kwam bij de X-Men toen ze dertien was, en ik was toen iets jonger vermoed ik. Ze is superslim, aantrekkelijk en heeft een draakje als huisdier. What’s not to like als je zelf een jonge tiener bent?
Vandaag weer Wolverine #1 t/m 3 herlezen van Juniorpress. De Nederlandse reeks waar ze in 1990 mee begonnen. En dat deden ze met een verhaal getekend door John Byrne en geschreven door Archie Goodwin.
In dit verhaal krijgt de kleine rauwdouwer met scherpe klauwen onder andere te maken met de cyborg Geist, een ex-nazi die dictators van dienst is. En met Spore, een levende drug die mensen consumeert. Toentertijd was ik heel blij dat Juniorpress Wolverine ook uitgaf: hij was en is een van mijn favoriete X-Men, en eigenlijk ook een van mijn favoriete Marvel-helden.
Hier enkele van de covers van dit zevendelige verhaal. Het zijn een paar van mijn favoriete Wolverine covers.
Klaus Janson inkte de tekeningen in heel dunne inktlijnen. Die zorgen ervoor dat het werk van Byrne er daardoor anders uitziet, dan wanneer hij zijn eigen werk inkt. De dunne lijnen maken het werk iets ruiger, meer ongepolijst, terwijl Byrne vaak dikkere lijnen gebruikt en een iets ‘netter’ eindresultaat bereikt.
In 1986 bestond Marvel Comics 25 jaar en dat werd onder andere gevierd met een speciale covers: portretten van de striphelden, met daaromheen een speciale illustratie met zoveel mogelijk Marvel-helden.
Mijn favorieten zijn de potretten op Peter Parker, The Spectacular Spider-Man en Wolverine op de X-Men-comic. Al vind ik Storm ook goed getroffen. En Thing, met hoed en regenjas, is ook een kostelijk portret.
Opeens ouder
Tegenwoordig is Marvel veel ouder. In 2009 werd de zeventigste verjaardag van Marvel gevierd. Oorspronkelijk zag men namelijk 1961 als het geboortejaar van Marvel, omdat Stan Lee en Jack Kirby toen met the Fantastic Four kwamen en de Marvel age of comics inluidden. Tegenwoordig noemt men 1939 als geboortejaar, toen het bedrijf Timely Comics heette en Jack Kirby en Joe Simon er werkten. In 1939 besloot uitgever Martin Goodman namelijk ook strips uit te brengen. Marvel Comics #1 (coverdatum november 1939) was de eerste. Al snel volgden Captain America Comics, Sub-Mariner en Human Torch.
Dat is allemaal mooi en aardig, de typische Marvel-held waar we allemaal zo van houden, werd dus pas echt gecreëerd in 1961. Maar goed, hoe oud je de uitgeverij ook vindt, het gaat het er natuurlijk om dat wat ze nu maken nog steeds leeswaardig is of niet.
Ook benieuwd hoe het er toen bij Marvel Comics aan toe ging? Deze aflevering van het Amerikaanse programma 20/20 laat het zien:
I don’t know John personally. We’ve met but it was many years ago at a convention. He was very nice to me but it was a short interaction.
I started this Tumblr January 3, 2013. As to the why, it was to share my love of his art.
I first started a John Byrne Twitter to quote things he said. After a time I started to post his commissions. Not often or scheduled, maybe one or two a week. People really seemed to like that so I started to post more artwork on Twitter, eventually posting on a daily basis.
Since I was posting artwork daily, it seemed only natural to start a Tumblr where posting images is much easier to do. I’ve been online for many years and I’ve always saved any of John’s art I see. So I had thousands of images ready to be shared with other fans.
Almost 4 years later and I’ve made 8,658 posts and have been lucky to have 11,409 followers enjoying what I do.
Een blog bijhouden van je favoriete stripmaker is ook een vorm van stripliefde natuurlijk. Ik vind het erg tof om al het werk van Byrne zo verzameld te zien, vooral omdat er veel opdrachten van fans tussen zitten en veel pagina’s in potlood. Ongeïnkte pagina’s geven een goed beeld van het vakmanschap van een tekenaar.
Hier een paar voorbeelden van Byrnes fantastische tekenwerk:
Post voor de Nederlandse brievenredactie van Wolverine, in 1998 nog in handen van Ger Apeldoorn. Het gaat mij bij deze brief vooral om hoe Ruben zijn stripliefde en leesplezier beschrijft:
Uit: Wolverine #39, begin 1998. Uitgeverij: Juniorpress
In de film Logan speelt Hugh Jackman voor de allerlaatste keer Wolverine. Ik ga hem missen, want ik vind dat hij dit strippersonage iedere keer op fantastische wijze heeft belichaamd.
Goed, niet iedere film van de X-Men franchise is even goed, maar over Logan heb ik echt weinig te klagen. Regisseur en schrijver James Mangold, de cast en crew hebben een intensieve aflevering gemaakt die heel down to earth voelt en volledig los gezien kan worden van de eerdere films.
In de nabije toekomst ontfermt een vermoeide Logan (Hugh Jackman) zich over de zieke Professor X (Patrick Stewart) in een schuilplaats op de grens met Mexico. Logan probeert zich te verschuilen voor de wereld en zijn nalatenschap. Logan is moegestreden en heeft te veel mensen in zijn omgeving zien sterven. Naar zijn gevoel zijn mensen slechter af als hij ze probeert te helpen. Hij zit er dan ook niet echt op te wachten om de held uit te hangen als de jonge mutante Laura zijn hulp nodig heeft. Ze wordt achtervolgd door de Reavers die haar koste wat kost willen vangen. Uiteindelijk laat Logan, gedwongen door de omstandigheden en de aanhoudende bemoeienis van Charles Xavier, nog een keer zien dat zijn hart op de goede plek zit.
Dat laatste duurt overigens erg lang. Dat Wolverine een koppige kerel is wisten we al, maar zo koppig…
Ondertussen wordt de kijker getrakteerd op een spannende roadmovie vol brute actie. Ja, het geweldsniveau in Logan is erg hoog en sluit dus goed aan bij de ruigheid van de Wolverine-strips. Het bloed en losgesneden ledematen vliegen je rond de oren. De kijkwijzer is in Nederland dan ook 16 jaar en ouder.
Nu ben ik niet iemand die tegen geweld in films is, maar ik vermoed dat vanwege het brute geweld in Mangolds film niet iedereen met een zwakke maag zal bekoren. De hele sfeer van Logan is rauw-realistisch en staat daarin in schril contrast met het gemoedelijke en hoopvolle einde van X-Men: Days of Future Past. De toekomst in Logan is somber, bleek en bloedheet.
Tegelijkertijd hebben we Wolverine nog nooit zo kwetsbaar gezien. Niet alleen is hij echt een dagje ouder, ook zijn helende gave werkt niet meer zo optimaal als vroeger. Menselijkheid is dan ook een bijzonder aanwezig thema in deze aflevering. Niet alleen door het fantastische spel van de hoofdrolspelers, ook door het contrast tussen Logan en de meedogenloze tegenstanders waar hij mee te maken krijgt. Ik zal daar verder over zwijgen, want anders geef ik teveel van de plot weg. Dit is juist zo’n film waaraan je jezelf moet overgeven om de nuances en menselijke emoties tot in je botten te ervaren.
Logan is Mangolds tweede Wolverine-film trouwens. Hij regisseerde ook The Wolverine.
Het was weer een feest om Jackman en Stewart in de rollen te zien waar we ze inmiddels zo goed van kennen. Een extra pluim voor de jonge actrice Dafne Keen die in Logan debuteert en zowel in zwijgende passages en actiescènes excelleert.
Kortom: Logan is een waardig afscheid van Jackman als Wolverine.
Van de week belde maatje Chris me op: ‘We zijn de studio aan het opruimen en hebben een berg comics liggen die wegmoeten. Wil jij ze misschien hebben?’
Nu is mijn huis al een behoorlijk magazijn aan het worden en de stripkasten beginnen ook aardig vol te raken. Toch was ik nieuwsgierig naar wat er in de stapel te vinden zou zijn. ‘Veel Nederlandse comics van Juniorpress en wat Amerikaans spul,’ vertelde Chris.
Op Nederlandse vertalingen zat ik niet echt te wachten. De Nederlandse comics die ik vroeger kocht, koester ik, maar tegenwoordig lees ik liever de oorspronkelijke versies.
Uiteindelijk ging ik overstag en een paar uur later stond Chris in mijn woonkamer met een enorme Ikea-tas vol comics. Chris is behalve stripliefhebber en Star Wars-nerd in het dagelijks leven een heel goede illustrator die samen met een stel vrienden Moker Ontwerp runt. Ze maken onder andere illustraties en omslagen voor boeken en de VPRO gids. Net als ondergetekende is Chris ook een Spider-Man-fan, dus we hebben altijd wel wat te bespreken als we elkaar zien. De rest van de avond hebben we dan ook zitten praten.
De volgende dag heb ik de Ikea-tas rustig uitgepakt, nieuwsgierig naar welke schatten deze allemaal herbergde. Ik legde de comics per serie op tafel en kwam al snel tafel te kort.
Er zat inderdaad veel Juniorpress tussen: veel X-Men, Spawn, Generation X en Wolverine. Ook Amerikaanse versies hiervan. Comics met Wolverine in de hoofdrol lust ik graag. X-Men is lange tijd een van mijn favoriete series geweest. Er zaten ook enkele deeltjes Wonder Man tussen waar ik meteen zin in kreeg. Ik heb van Wonder Man namelijk nog nooit een solo-avontuur gelezen.
Al de comics zijn afkomstig uit de jaren negentig – niet echt bepaald het beste tijdperk met de beste verhalen, wat de reeks X-Force van Rob Liefeld goed demonstreert. Ook was ik verbazend enkele deeltjes Tomb Raider tegen te komen: nooit geweten dat JP die ook uitgaf.
De meeste comics staan inmiddels in de kast. Wanneer ik eraan toe kom om ze te lezen, weet ik nog niet, maar ik vind het een fijn idee dat ze bij mij onderdak hebben gevonden. Mijn werkkamer is een soort weeshuis voor strips geworden, of Weeshuis van de strips, vrij naar het radioprogramma Het weeshuis van de hits, dat tot 1991 te horen was en wat ik vaak luisterde als ik mijn huiswerk deed.
Toch moest ik bij het uitzoeken het meeste aan Frits Jonker denken, die allerlei dingen van mensen krijgt opgestuurd. Vaak zijn dat dingen die ze niet meer willen hebben, maar die Frits met open armen ontvangt: postzegelverzamelingen, oude boeken, spaarzegels of reclameplaatjes.
Ik wilde nog een foto nemen van de tafel vol met strips, maar ik dacht daar pas weer aan toen ze al in de kast stonden. Hoe dan ook: ik ben blij dat Chris aan me dacht en de comics bij mij onderbracht. Ze staan nu gezellig bij de andere X-Men comics en strips van Juniorpress.
Een foto van Batman in de Volkskrant, afkomstig van Christopher Nolans Dark Knight-trilogie. Batman stond bij een interview van Hans Zimmer, die voor deze films de soundtrack componeerde.
Bij het zien van een Batman-foto in de krant heb ik meteen zin om deze met anderen te delen. Online zijn er scherpere en heldere versies van deze publiciteitsfoto te vinden, maar ik hou juist van gedrukte afbeeldingen. Ik hou van papier; je kunt de structuur van het papier goed op de foto zien. Krantenpapier is niet de hoogste kwaliteit en zuigt lekker de inkt op, waardoor het zwart wat vaal uitpakt. Ik hou ervan dat de druktechniek zichtbaar is: dat je kunt zien dat de foto en de kleuren uit kleine rasterpuntjes zijn opgebouwd. Dit portret van Batman (Christian Bale) vind ik zo dus mooier dan wanneer hij op glossy papier is gedrukt of digitaal zichtbaar is.
En wat ik mooi vind, deel ik graag met de wereld.
Als het om een stripgerelateerde afbeelding gaat, en meestal is dat bij mij wel het geval, vind ik dit een uiting van stripliefde. Veel mensen delen stripplaatjes op sociale media. Ik zie hierin een waardering voor het grafische werk dat de tekenaar gemaakt heeft. Een waardering voor vakmanschap of omdat men de personages of betreffende verhaal zo tof vindt.
Ik kan in het bijzonder genieten van foto’s waarin mensen laten zien wat ze voor nieuwe strips hebben aangeschaft. Foto’s van de albums op een tafel of een stapeltje uit de collectie. Vooral als ze daar nog enthousiast bij vertellen wat ze zo goed of leuk vinden aan die strips. Al is dat niet per se nodig natuurlijk, want er valt aan één plaatje al heel veel af te lezen.
Deze aflevering van de X-Men franchise biedt een nieuwe schurk en verse mutanten, maar verder blijft veel bij het oude. Dat is niet heel erg, al bekroop mij het gevoel van déjà vu meer dan anders.
Heb ik deze film niet al eerder gezien? Zo halverwege X-Men: Apocalypse kreeg ik dat gevoel een beetje toen Quicksilver (Evan Peters) de prachtige scène uit de vorige film, waarin hij in superslowmotion in actie komt, nog eens overdoet. Anders gezegd: Quicksilver beweegt zo snel dat de hele wereld heel traag lijkt te gaan. De vorige keer wist hij zo een stel bewakers uit te schakelen, nu zet hij zijn snelheid in om zo’n beetje alle studenten van Charles Xaviers school voor begaafde jongeren te redden. Leuk, maar wel een herhaling van zetten. Eigenlijk vat dat Bryan Singers vierde X-Men-film aardig samen.
Reboot
Dit deel speelt zich zo’n tien jaar na X-Men: Days of Future Pastaf. In die film werd de geschiedenis gereset dankzij de tijdreis die Wolverine (Hugh Jackman) maakte. Dat betekent dat de franchise daarmee zo’n beetje opnieuw is begonnen en alles wat we in de eerste drie films zagen niet per se zo hoeft te gebeuren of te zijn gebeurd. Daarom kan regisseur Bryan Singer Cyclops en Jean Grey opnieuw introduceren, dit keer gespeeld door Tye Sheridan en Sophie Turner. Ook maken we weer opnieuw kennis met Nightcrawler (Kodi Smit-McPhee) en Angel (Ben Hardy).
Dat geeft allemaal niks: zie deze X-Men als een milde reboot.
Wat wel geeft is dat er weinig wordt gedaan met de meeste nieuwe personages die worden geïntroduceerd. Nieuwkomer Psylocke (de oneindig aantrekkelijke Olivia Munn) zien we bijvoorbeeld een paar keer in actie, maar over haar achtergrond komen we niets te weten. Dat is jammer, want als je dan toch een zoveelste aflevering een frisse smaak wil geven, maak dan gebruik van de nieuwe ingrediënten.
Samples
Wel worden de twee tegenovergestelde visies van Charles Xavier en Magneto weer eens herhaald en komt zelfs weer even voorbij dat Auschwitz Magneto voorgoed getekend heeft. Sterker nog: X-Men: Apocalypse bevat letterlijk shots uit eerdere films die dienst doen als flashbacks. Ook de eerdergenoemde introductie van Angel lijkt een knipoog te zijn naar hoe Wolverine in de allereerste X-Men werd geëntroduceerd. Het is alsof deze nieuwe film zich in een echokamer van de vorige afleveringen afspeelt.
Apocalypse nou, nou
De tegenstander van de X-Men is dit keer de eerste en meest krachtige mutant ooit, genaamd Apocalypse. Een naam die weinig goeds belooft. In het verre verleden werd Apocalypse aanbeden als een god en omdat hij in de loop der jaren de krachten van andere mutanten heeft vergaard, lijkt hij praktisch onoverwinnelijk. Al meerdere keren heeft hij de menselijke beschaving vernietigd als hij deze te barbaars vond worden. Als deze blauw gekleurde godheid ontwaakt in 1983, rekruteert hij een jonge Storm (Alexandra Shipp), Psylocke, Angel (Ben Hardy) en niemand minder dan Magneto (Michael Fassbender) om… tja, euh, de wereld aan zijn wil te onderwerpen, en zo te herschapen dat alleen de sterksten zullen overleven. Of zoiets.
Survival of the fittest or the strongest, dus. Een god die Darwinistisch denkt, dat is wel grappig natuurlijk, maar eigenlijk is Apocalypse (een bijna onherkenbare Oscar Isaac) ondanks zijn mooie blauwe huidskleur een zoveelste kleurloze schurk. Hij bestaat om de X-Men een tegenstander te geven, maar ondanks zijn stoere praat en misplaatst machtsvertoon laat Apocalypse geen blijvende indruk op de kijker achter. Ook wat Apocalypse betreft blijven de filmmakers te veel aan de oppervlakte zitten.
Back to the 80s
Ik besef dat al het bovenstaande redelijk negatief klinkt, maar toch heb ik me goed bij deze film vermaakt. Ik ben een fan van X-Men, dus ik kan geen genoeg krijgen van Wolverine (Hugh Jackman) die er lekker op inhakt. Ook is het fijn om de X-Men in de confrontatie met Apocalypse helemaal los te zien gaan. Aan visueel vuurwerk geen gebrek. De vaste castleden zijn goed op elkaar ingespeeld. Ik genoot nu ook weer van het spel van Jennifer Lawrence (Mystique) en James McAvoy (Charles Xavier). Fassbender weet vooral in het begin van de film een gevoelige snaar te raken.
Voor de liefhebber en nostalgist, en die laatste ben ik zeker, zitten er genoeg leuke verwijzingen naar de jaren tachtig. Niet alleen komt Knight Rider op televisie voorbij en draait Return of the Jedi in de bioscoop. Ook draagt Nightcrawler het herkenbare rode Michael Jackson-jasje alsof hij auditie wil doen voor de videoclip Thriller. En dat zijn nog maar een paar verwijzingen. Het is één groot nostalgisch feest van kleding- en haarstijlen.
Samengevat: X-Men – Apocalypse is een vakkundig gemaakte en onderhoudende herhalingsoefening waarin al je favoriete X-Men nog eens acte de présence geven, maar die wel duidelijk maakt dat de scenaristen met een paar verse ideeën moeten komen voor de volgende.
X-Men: Apocalypse draait vanaf 19 mei in de Nederlandse bioscoop.
X-Men-verhalen die meer dan dertig jaar oud zijn, zijn ook nu nog heel goed te lezen dankzij het puike schrijfwerk van Chris Claremont en het vakwerk van Paul Smith.
Om het jaar eens lekker te beginnen besloot ik begin januari Vandal Com-X te bezoeken. Een paar jaar geleden sloot de winkel in op de Rozengracht in Amsterdam en tegenwoordig kun je geregeld het afhaalpunt bezoeken om je strips op te halen. Het afhaalpunt zit op een industrieterrein bij het IJ in de buurt. Ik trof een goedgemutste Otwin aan die vanaf hier de bestellingen van de striplezers verpakt om te verzenden.
In een bak met aanbiedingen trof ik X-Men: From the Ashes aan. Een bundeling verhalen uit 1983 geschreven door Chris Claremont en grotendeels getekend door Paul Smith. Verhalen uit de bloeiperiode van de X-Men, die dus toch alweer meer dan dertig jaar oud zijn. Deze bundel werd overigens in 1990 gepubliceerd en voor zover ik dat heb kunnen nagaan, is hij niet meer zo heel makkelijk te krijgen. Een mooie aanwinst voor mijn collectie dus, ook al ken ik de verhalen al van de Nederlandse uitgaven van Juniorpress indertijd.
In de bundel lopen een paar prominente verhaallijnen, zoals de introductie van Madelyne Pryor. Een pilote die verdomd veel op Jean Grey lijkt. Scott Summers valt als een blok voor haar, maar vraagt zich ondertussen af of Pryor niet de reïncarnatie is van Grey die enkele jaren eerder overleed in the Dark Phoenix saga. Al snel lijkt het erop dat Phoenix trouwens terug is om de aarde te vernietigen, maar of dat ook werkelijk het geval is? Ondertussen staat Wolverine op het punt om te trouwen met zijn geliefde Mariko, maar dat loopt alles behalve rooskleurig.
Rogue, tot dan toe een kwaadaardige mutant die hoorde tot de Brotherhood of Evil Mutants, klopt bij Charles Xavier aan voor hulp: ooit nam ze de krachten over van Carol Danvers, maar ook haar persoonlijkheid en ze dreigt daardoor langzaamaan gek te worden. Wie ook behoorlijk aan het veranderen is, is Storm. Ze voelt zich steeds minder verbonden met de aarde en de natuur. Dat heeft niet alleen zijn weerslag op haar krachten, maar ook op haar karakter. Ze wordt steeds koel bloediger en haar karakter krijgt een scherp randje. Dat zien we uiteindelijk terug in de visuele metamorfose die ze ondergaat.
Over het puike schrijfwerk van Claremont heb ik de loftrompet wel eerder gestoken en Paul Smih (1953) kwam al eens ter sprake toen ik het over Iron Man had. Toch wil ik je wat meer van zijn werk laten zien, want hij wordt nog steeds door veel fans als een van de betere X-Men tekenaar gezien. Wie From the Ashes leest, ziet meteen waarom. Smith heeft de menselijke anatomie goed in de vingers en laat de personages overtuigend acteren. Maar wat ook opvalt zijn z’n inventieve pagina-indelingen en vakmanschap wat de visualisatie van het verhaal betreft. Kijk maar eens naar deze effectieve pagina waarin Storm Callisto, de leider van de Morlocks, een doodsteek geeft:
Dat Smith zich laat inspireren door het medium film is duidelijk te zien. Niet alleen door de onderste strook waarin Storm zelfverzekerd naar ‘de camera’ loopt. Ze loopt hier letterlijk over Callisto heen. Door het kikkerperspectief komt ze extra imposant over. De hele scène is op een dramatische wijze gevisualiseerd, ieder plaatje is een belangrijk onderdeel van het geheel. Een belangrijk moment in de ontwikkeling van Storm, en een onomkeerbaar moment dat toont hoe radicaal haar karakter aan het veranderen is.
Ook in bovenstaande pagina uit X-Men #173-174 dat zich in Japan afspeelt en waar Wolverine het opneemt tegen de Japanse mafia en The Silver Samurai, zien we invloeden van de wide-screen Japanse martial arts cinema terug. Overigens moet ik daarbij wel vermelden dat Frank Miller indertijd hetzelfde deed in de miniserie over Wolverine in Japan. Dus misschien heeft Smith het van hem afgekeken.
De bundel begint al meteen goed, met deze splash page waarin Kitty Pryde duidelijk laat merken dat ze het niet eens is met Xaviers beslissing haar bij de New Mutants in te delen:
Ik ben altijd een groot fan geweest van Kitty Pryde: de superslimme tiener die kan faseren en die een draakje genaamd Lockheed heeft als huisdier. Toen ik als tiener deze verhalen in Nederlandse vertaling las, zag ik in Kitty het ideale vriendinnetje. In de vertaling van bovenstaande tekst was trouwens ‘Kitty vecht terug’. Die titel dekt de lading van dit verhaal prima, maar ik moet Ger Apeldoorn toch eens vragen waarom hij daarvoor heeft gekozen, want ‘Professor Xavier is een eikel/lul’ zou toch dichter bij het origineel zitten.
De cover van From the Ashes bevat Uncanny X-Men #168-176. werd in december 1989 getekend door Arthur Adams. De illustratie geeft de belangrijkste personages uit deze bundel weer: De X-Men, Phoenix en de Morlocks. De grote schurk die achter de schermen de gebeurtenissen manipuleert, is niet afgebeeld. Wie dat is, zeg ik nu natuurlijk niet. Ook al zijn deze verhalen uit 1983 en er van spoilers alleen maar sprake kan zijn als je deze strips voor het eerst gaat lezen. Dat kan namelijk nog steeds, want ze zijn in andere herdrukken ook nog steeds beschikbaar zoals de Essential-serie. En anders kun je ze zeker online nog vinden als torrent.
De redactie van Stripgidsvroeg mij om eens kritisch te kijken naar de Nederlandse uitgaven van Marvel Comics door Standaard Uitgeverij. En om deze bij nieuwe lezers te introduceren.
Sinds oktober dit jaar kunnen striplezers de superhelden van Marvel weer in het Nederlands lezen. Standaard Uitgeverij geeft namelijk de comics van Marvel in vertaling uit. Is dat een slimme zet?
Een hele generatie groeide tussen 1979 en 2007 op met de comics van Marvel dankzij de Nederlandse uitgaven van Juniorpress. Uitgeverijen Z-Press Junior Media en Nona Arte volgden voor korte tijd. Daarna was het lang stil, maar sinds oktober dit jaar brengt Standaard Uitgeverij Nederlandstalige uitgaven van Marvel uit.
Op 7 oktober kwamen de series Iron Man, All new X-Men, Uncanny Avengers en The Superior Spider-Man uit, een maand later gevolgd door Thor: God of Thunder, Captain America, Wolverine en Guardians of the Galaxy. Deze laatste serie was voor Standaard waarschijnlijk een no-brainer: sinds de gelijknamige filmhit uit 2014 van James Gunn is het team van Guardians of the Galaxy populair bij het lees- en filmpubliek. Ook wat de andere titels betreft heeft Standaard gekozen voor helden die dankzij hun bioscoopavonturen bij een groot publiek bekend zijn.
Marvel toen, Marvel NOW!
Standaard stapt in bij het moment dat Marvel NOW! genoemd wordt. Marvel NOW! is een lichte herstart van het Marvel Universum, die in oktober 2012 plaatsvond na de gebeurtenissen van het verhaal Avengers versus X-Men. In dit crossover-verhaal staan The Avengers tegenover de X-men door de komst van de Phoenix-kracht op de aarde. The Avengers zien hier een bedreiging in, de X-Men een nieuwe kans voor de mutanten, het ras dat al jaren met uitsterven bedreigd wordt. Na Avengers versus X-Men is er een nieuwe status-quo in het Marvel Universum. De samenstellingen van de superheldenteams zijn anders. Bijvoorbeeld: X-Men Wolverine, Havok en Rogue maken nu deel uit van The Avengers. Ook de stripmakers zijn aan, voor hen, nieuwe reeksen gekoppeld om de boel eens goed op te schudden.
De comicseries beginnen weer opnieuw bij nummer 1. Dit is meer een marketingtrucje dan dat er echt inhoudelijke noodzaak is om weer opnieuw te beginnen met tellen. Nummers 1 worden nu eenmaal goed verkocht. Aangezien veel superhelden al jaren bestaan – de meeste Marvelhelden werden begin jaren zestig bedacht – kennen ze een lange geschiedenis die nieuwe lezers kan afschrikken. Lezers zijn daarom minder snel geneigd om Spider-Man #666 te kopen, maar Spider-Man #1 klinkt als een nieuwe start. De stripmakers hebben dan ook hun best gedaan om met Marvel NOW! een nieuw verhaal te beginnen dat weinig tot geen voorkennis vereist. Al geldt voor alle comics dat het geen kwaad kan om de Marvel-films en televisieseries te kijken voor wat achtergrondinformatie.
Papa Captain America
Omdat de series All New X-Men en Uncanny Avengers direct te maken hebben met de uitwassen van Avengers versus X-Men, is het handig om deze twaalfdelige serie eerst te lezen. In All New X-Men, geschreven door Brian Michael Bendis en getekend door Stuart Immonen, reist Henry McCoy terug in de tijd om de oorspronkelijke X-Men in hun jonge jaren te bezoeken. Hij probeert zijn teamgenoten ervan te overtuigen mee te komen naar de toekomst om Cyclops weer op het rechte pad te brengen en te voorkomen dat hij de ondergang van de mutanten veroorzaakt. In deze serie leven de jonge versie van de X-Men dus naast hun oudere versies en dat levert veel explosief en plezierig leesvoer op.
Voor de andere series pakt de nieuwe start van Marvel NOW! goed uit, omdat die zo goed als losstaan van wat er precies in Avengers versus X-Men is gebeurd. Zo belandt Captain America door toedoen van Arnim Zola in een onherbergzame wereld die Dimensie Z wordt genoemd. Hij neemt daar het zoontje van Zola onder zijn hoede en beschermt hem tegen de barbaarse Phrox. Schrijver Rick Remender zorgt er met dit adoptieve ouderschap en het verblijf in een barbaarse dimensie voor dat we nieuwe kanten ontdekken van Captain America. Ook komen we meer over de relatie met zijn vader te weten. John Romita Jr. – een van de beste Amerikaanse striptekenaars – zorgt ervoor dat het er allemaal heel mooi uit ziet. Ook de soloavonturen van Wolverine, Iron Man en Thor zijn prima door nieuwe lezers te volgen omdat ze alle drie een losstaande missie te vervullen hebben die weinig te maken heeft met wat er in de andere series gebeurt.
Van de acht series vind ik All New X-Men en Captain America het leukste en interessantst. Maar ook Guardians of the Galaxy biedt veel humor en heeft dezelfde sfeer als de film. Als groot liefhebber van de held Spider-Man vind ik de reeks The Superior Spider-Man verschrikkelijk om te lezen: superschurk Doctor Octopus heeft een breinwissel veroorzaakt waardoor zijn bewustzijn nu in het hoofd en lijf van Peter Parker/Spider-Man zit, terwijl Parker gevangen zit in het doodzieke lichaam van Octopus en uiteindelijk sterft. Octopus wil bewijzen dat hij als superheld beter is dan de echte Spider-Man. Schrijver Dan Slott grossiert in het bedenken van grote concepten maar slaagt er zelden in om deze tot boeiende verhalen te smeden. Hij gaat vooral scheef bij bekende personages die opeens niet meer handelen zoals we van ze gewend zijn. Superior Spider-Man is voor lezers die al jaren Spider-Man volgen daarom een behoorlijke koude douche. Lezers die niet bekend zijn met Spider-Mans verleden zullen minder moeite hebben met deze verhaallijn.
Minstens één jaar Standaard Uitgeverij heeft een licentie op de Marvelstrips voor één jaar, met een optie voor een tweede. Ze richten zich vooral op jongere lezers, want de meeste diehardfans hebben de strips al in de oorspronkelijke versie gelezen. Iedere Nederlandse uitgave van 72 pagina’s bevat drie Amerikaanse comics en extra beeldmateriaal zoals covers en illustraties. Ze kosten €6,99 per stuk. Een goede deal aangezien losse Amerikaanse comics steeds meer in prijs stijgen. Nieuwe nummers verschijnen met een frequentie van twee maanden in een oplage van 8000 exemplaren.
De prima vertaling en redactie is in handen van James Vandermeersch en Peter de Bruin. De Bruin is een oude bekende voor Nederlandse lezers. Hij vertaalde voorheen ook voor Juniorpress en is tegenwoordig vertaler bij RW, de uitgeverij die strips van DC Comics en Vertigo op de Nederlandse markt brengt. Vooralsnog zijn er geen plannen om een brievenrubriek op te nemen of de comics te openen met een redactionele introductie, zoals Juniorpress dat vroeger deed.
Inmiddels is in Amerika Marvel NOW! alweer ten einde. Na wederom een groot event, dit keer Secret Wars, is de status quo van het Marvel universum weer veranderd en radicaler dan bij Marvel Now!. Alternatieve universa zijn samengevoegd met het Marvel Universum, Thor is tegenwoordig een vrouw en Spider-Man staat aan het hoofd van Parker Industries en opereert op een globale schaal. De series zijn wederom bij nummer 1 begonnen en er zijn weer een paar nieuwe series bijgekomen met nieuwe personages. Of we deze nieuwe verhalen ook in de toekomst in het Nederlands kunnen lezen, hangt natuurlijk helemaal af of Marvel NOW! hier goed gaat verkopen.
Dit artikel is gepubliceerd in Stripgids #44 (2015).