Categorieën
Bloggen Video

Beperking prikkelt creativiteit: Over webisodes en webheads

Hoewel de snapshotvideo’s waar ik eerder over schreef, wat betreft filmische en vertellende kwaliteiten natuurlijk niet op hetzelfde niveau zitten als professionele videoreportages, inspireren ze me vaak wel.

Voor het fotoblog Daily Webhead maak ik af en toe een video. Deze zijn anders dan de Mike’s Webisodes die ik vorig jaar maakte. De webisodes zijn reportages en interviews, terwijl de Webheads eerder korte visuele observaties zijn, een momentopname of een sfeertekening.

Ik maak ze met een Sony Cybershot, een digitaal fototoestel met videofunctie. Een erg beperkte functie overigens: meer dan richten en schieten kun je er niet mee. Focussen doet de camera zelf, of niet. Zoomen kan alleen maar als je niet opneemt. De geluidskwaliteit is vaak slecht, waardoor ik zelden de soundtrack gebruik. Je maakt er dus eigenlijk korte, stille video’s mee. Het is juist de beperkingen van het apparaat die het voor mij leuk maakt om ermee te werken. Het is een uitdaging om ondanks die beperkingen toch iets moois of boeiends te maken.

In de video over de live-act van Hanco Kolk op Manuscripta heb ik er bewust voor gekozen om alleen de stripmaker aan het werk te laten zien. Je ziet geen shots van het publiek of presentator Kees de Boer. Die shots heb ik wel gedraaid, maar vond dat deze alleen maar zouden afleiden van het onderwerp van de video, namelijk een stripmaker die live beelden maakt van krabbels die het publiek op een stuk papier heeft gezet.

De soundtrack van Booker T. en the MG’s heb ik gekozen om twee redenen: allereerst vond ik de funky track er goed bij passen. Ten tweede was, zoals eerder vermeld, het geluid van de Cybershot niet zo heel goed, dus de audio-opname is nogal overstuurd. Ook heb ik flink in het materiaal gesneden, waardoor van de presentatie van De Boer weinig overbleef. Er volgen kon je de audio daardoor toch niet meer. Dus heb ik alles weggehaald.

Al moet de toeschouwer nu wel de grappen van De Boer missen. In deze illustrator schuilt duidelijk een stand-upcomedian,  want hij was zeer vermakelijk. Een goede reden om nog eens een video’tje over hem te maken.

Categorieën
Bloggen Video

Zo simpel kan een webvideo zijn

Webvideo’s heb je in alle soorten en maten. Van hele reportages tot vastgelegde momenten uit het dagelijks leven. Die verscheidenheid vind ik boeiend. Bijvoorbeeld als video’s in een blogpost gebruikt worden als levende illustratie.

Recent kreeg ik een mailtje van stripmaker Erik de Graaf. Ik heb hem een paar maanden geleden geïnterviewd over zijn boek Scherven. De Graaf heeft een blog waar hij zijn lezers op de hoogte houdt van verschillende projecten en uitgaven. Iets wat iedere stripmaker zou moeten doen wat mij betreft, want een actief blog is immers prima promotie.

Jeux de mémoire from Erik de Graaf on Vimeo.

Op zijn blog publiceerde De Graaf een video naar aanleiding van de Franse vertaling van zijn boek Verzamelde Herinneringen. De video is simpel maar doeltreffend: in een shot bladert De Graaf door de Franse uitgave heen. That’s it. De video geeft een impressie van de uitgave, de tekst in de blogpost vertelt de rest van het verhaal. Het is een aardig voorbeeld van hoe je een video kunt gebruiken om iets te illustreren. Zo’n video hoeft niet per se een kop en een staart te hebben. Het kleine fragment is immers onderdeel van een geheel. Tekst en beeld vullen elkaar aan.

Wat me trouwens opviel aan de video is dat we geneigd zijn om een boek van achter naar voren door te bladeren. Dat komt goed uit als je Manga leest, maar bij een westerse strip lees je het verhaal dus eigenlijk achterstevoren. Eigenlijk had De Graaf zijn strip van voren naar achter moeten doorbladeren. Dan had de toeschouwer een chronologishe impressie van het verhaal gehad.

Snapshots
Nog een ander voorbeeld. Een paar weken voordat Toby Morris een boekpresentatie zou houden in de American Book Center op het Spui in Amsterdam, beschilderde hij de etalage om reclame te maken voor deze gebeurtenis. Zijn vriendin Sonya Nagels maakte daar twee korte opnames van. Aan de resolutie te zien gebruikte ze daarvoor haar telefoon, maar dat maakt eigenlijk niet uit. Het is een klein moment uit het leven van de illustrator. Ik vond het grappig om te zien, want het is bijna een homevideo. Ik kan erg genieten van kleine details zoals de voetganger die wat verdwaasd naar Morris zit te kijken en zelf niet doorheeft dat hij in beeld is. De jongeman is een figurant in de video van Nagels geworden.

Nagels had van het beschilderen van de etalage ook een hele reportage kunnen maken: Morris kort interviewen over zijn boek en hem vragen hoe je zo’n etalage beschildert. Daarbij had ze dan shots van het hele proces kunnen laten zien. Op die manier had de video op zichzelf kunnen staan.

In de huidige vorm past de video prima in een blogpost waar de nodige informatie in staat. Nagels heeft de video’s op Vimeo gepubliceerd, en er daarna in een blogpost naar gelinkt. Net als Morris op zijn blog. Al vind ik het zelf altijd leuker als video’s ingevoegd worden, omdat dit de blogposts verlevendigd.

Alledaags window display at ABC from Sonya Nagels on Vimeo.

Categorieën
Bloggen

Vier jaar bloggen

‘Ik ben niet mijn blog. Het is groter dan mijzelf,’ schreef geluidskunstenaar en blogger Marco Raaphorst deze week. Een mooie uitspraak waar je meerdere kanten mee op kunt.

Bloggen, sinds afgelopen vrijdag 27ste van augustus doe ik het vier jaar. In die tijd publiceerde ik  850 posts. (Dat is deze dus.) Toch een hoop ingestoken tijd en een hoop teruggekregen plezier.

‘Ik ben niet mijn blog’: klopt, op mijn blog laat ik slechts een deel van mezelf zien. Een gecontroleerd deel. Bepaalde dingen zal ik nooit beschrijven want bepaalde zaken van mijn privé-leven wens ik niet prijs te geven. Je weet nooit wat men er mee doet. Big Brother is alleen de overheid, big brother zijn we zelf. Iedereen legt alles en iedereen vast op video. Online foto’s worden geript op eigen sites gezet en van een gekleurde context voorzien. Je zal maar ooit het doelwit worden van Geenstijl of verwante site.

Het is allemaal niet zo vrijblijvend als dat het begin leek. Zoals altijd biedt een prachtig iets ook altijd de mogelijkheid om er nare dingen mee te doen. Dat neemt niet weg dat bloggen mooie dingen kan voortbrengen. Het kan echter geen kwaad om goed na te denken over wat je wel en wat je niet publiceert.

Toch laat ik met mijn blog veel van mezelf zien. Mijn blog representeert mijn fascinaties, passies, de zaken die me raken en mijn werk. In dat opzicht ben ik wel mijn blog, of is het blog mij.

‘Mijn blog is groter dan mijzelf’: dat klopt ook. Lezers voegen reacties toe, reageren via twitter, linken door, schrijven zelf stukken op basis van wat erop mijn site staat. En andersom.

Ik kom nog geregeld op mijn oude webstek Mike’s Webs, omdat ik nog steeds gebruik maak van de rss-feeds naar andere blogs die daar staat. Een fijne site met veel herinneringen. Maar bloggen gaat niet over het blog zelf. Het blog is slechts een platform waar je publiceert.

Daarbij is bloggen niet meer dan een werkwoord om online publiceren mee aan te duiden. Die publicatie kan een tekst, een foto, een video, een podcast of wat dan ook zijn. En dan nog gaat het over wat je communiceert, niet hoe. It’s about the message, not the medium.

Dat gezegd hebbende vind ik nog steeds het feit dat een blog een ieder de mogelijkheid geeft om te publiceren wat hij wil, de belangrijkste eigenschap van dit medium. Daarom vandaag een toost om het bloggen te vieren. Proost!

Illustratie: Emma Ringelberg (http://www.emmaringelding.com)

Categorieën
Mike's notities

Uitgeplayed

Het is mooi geweest. Ik bestel geen strips meer bij Play.com. Dit keer zijn ze te ver gegaan.

Al zo’n zes jaar bestel ik een deel van mijn strips online via Play.com. Een webwinkel waar je van alles kunt bestellen: strips, boeken, dvd’s, cd’s – you name it. Je krijgt dan binnen anderhalve week je pakketje thuis gestuurd zonder verzendkosten. Mocht er iets mis zijn dan kun je de boel terugsturen voor een vervangend exemplaar of je geld terugkrijgen. Het bedrijf vergoed de verzendkosten tot 3 euro. Geen slechte deal zou je denken. Het is ook jarenlang goed gegaan.

De laatste tijd echter komen de strips vaak verkreukeld aan. Dit komt deels omdat ze bij Play een nieuw systeem hebben van verpakken. Ongetwijfeld is dit voor hen een goedkopere manier dan hoe het vroeger gedaan werd. Er wordt nu een doos om het boek heen gewikkeld, wat ervoor zorgt dat de verpakking vaak breder is dan de brievenbus. Niet handig, want nu moet je dus thuis zijn om je pakket in ontvangst te nemen, terwijl boeken en strips in een normale bubbeltjesenvelop, gemakkelijk zouden passen.

Van de week kreeg ik de laatste tradepaperback van The Amazing Spider-Man binnen. Weer in zo’n rare verpakking, dus vond ik eerst een formulier van Selekt vracht in mijn bus dat ze de volgende dag weer langs zouden komen om het pakket af te geven. Als ik er dan nog niet was zou de post weer terug naar Engeland gestuurd worden. Niet handig dus. Nu zou ik zelf de hele dag in Hilversum zijn voor werk. Gelukkig was de buurman de volgende dag wel thuis en bereid om post in ontvangst te nemen.

’s Avonds maakte ik vol verwachting mijn pakketje open. Bleek er een dik boek in te zitten dat ik niet besteld had. De bestelde comic zat er ook bij, maar omdat deze een groter formaat heeft dan het boek, was de strip volledig kromgetrokken. Nu kreeg ik de laatste tijd wel vaker beschadigde strips binnen. Terugsturen is een optie, maar aangezien onze TNT post een veel hoger tarief rekent dan Play zelf hoeft te betalen, dekt de 3 euro teruggaaf nooit de lading. Je gaat er financieel dus op achteruit als je telkens de strips moet terugsturen. Daarbij is het een hoop gedoe en kost het veel tijd. Ook het in ontvangst moeten nemen van die pakketjes geeft veel gezeur. Je kunt moeilijk iedere keer een dag thuisblijven of je buurman lief aankijken.

Heel veel strips

Daarom zet ik, wat betreft boeken en strips, een punt achter mijn relatie met Play. Ik koop mijn strips wel weer gewoon in de winkel. Dat kost meer, maar je krijgt daar dan ook weer iets voor terug. Een product van hogere kwaliteit (lees: onbeschadigd leesvoer) en je kunt het meteen naar huis nemen en hoeft niet 10 dagen of meer op je waar te wachten.

Categorieën
Strips

Strip voor 14.000 euro in de aanbieding

Schreef ik recent nog een artikel waarin ik ageer tegen het beleggen in strips, krijg ik een persbericht binnen over ‘de zeldzaamste Nederlandse strip die voor 14.000 europegels te koop is’.

Het persbericht is afkomstig van de mensen van Catawiki, een website voor verzamelaars waar ze hun kleinoden op kunnen neerzetten en kunnen verhandelen. De strip De vrolijke avonturen van Doris Dobbel wordt op de site voor 14.000 euro te koop aangeboden.

Saillant detail: de strip werd door de aanbieder enkele weken geleden bij toeval ontdekt in een tweedehands winkel voor de prijs van één euro. Doris Dobbel is een strip van de Vlaamse auteur Marc Sleen, bekend van de stripreeks Nero. Het album verscheen in 1952 en was alleen te winnen als prijs bij een wedstrijd. Vermoedelijk zijn er honderd stuks gedrukt. Daarvan zijn nog slechts zes complete exemplaren bekend, inclusief het nu gevonden album dat in bijzonder mooie conditie verkeert. Aldus het bericht.

Ongetwijfeld zal Doris Dobbel binnenkort van eigenaar verwisselen en verdwijnt de strip in een kluis, daar iedere leesbeurt de waarde doet verminderen. Die laat je dus niet even aan je kind lezen. Toch jammer.

Deze blogpost staat ook op het stripblog van Zone 5300.

Categorieën
Mike's notities

Zomerrooster

Eigenlijk hou ik er niet zo van, van die zomerroosters. Minder trams op de juiste tijdstippen, minder personeel in bedrijven. Het lijkt soms wel of heel Nederland slaapt tijdens de zomermaanden.

Je merkt het als blogger ook aan je aantal bezoekers. Dat aantal is in deze periode doorgaans minder omdat een deel van de vaste lezers op vakantie is. Sommige bloggers gaan dan ook minder bloggen. Soms omdat ze zelf op vakantie zijn, soms omdat ze een soort van zomerrooster aanhouden. Dat laatste was niet mijn bedoeling, maar de laatste tijd had ik het druk met een paar artikelen die af moesten, waardoor het bloggen er een beetje bij inschoot.

Ik heb Barbara Stok geïnterviewd voor de VPRO Gids. Voor de Eppo schreef ik achtereenvolgens een artikel over de autobiografische strip, over komische stripduo’s en de making of van de western Ronson Inc. Al die stukken zullen binnenkort in het stripblad verschijnen. Tussendoor gaat het werk voor de VARA ook gewoon door en moeten er nog wat striprecensies gepend worden. Niet dat je mij hoort klagen over het werk, want zoals ik al eerder schreef heb ik het liever druk in de zomer.

Nu ben ik zelf afgelopen weekend samen met mijn lief even in Delft geweest. Een bliksemvakantie om de historische stad eens te verkennen. Over de belevenissen zelf zal ik niet veel bloggen, al plaats ik deze week op mijn fotoblog wel wat foto’s die ik daar heb gemaakt.

Het verblijf in Delft was voor mij een mooie gelegenheid om eens te experimenteren met de Sony Cybershot camera. Deze heeft ook een videofunctie. Daar moet je je niet te veel van voorstellen: video’s van een klein formaat en weinig tot geen functies. Je kunt bijvoorbeeld niet inzoomen zodra je aan het draaien bent. Een soort flip dus eigenlijk.

Toch is het leuk om met dat soort apparaten te spelen en er video’tjes mee te draaien. Op Daily Webhead zal ik twee van die experimenten plaatsen. Heel andere koek dan de webisodes. Eerder kleine momentopnames, net zoals de foto’s op het blog.

Categorieën
Mike's notities

Werkzomer

Twee jaar geleden ben ik gaan freelancen. Dat is tot nu toe goed bevallen: ik schrijf met veel plezier artikelen over beeldcultuur, strips en film. Recent is daar een nieuwe functie bijgekomen: redacteur nieuwe media bij de VARA.

Voor deze omroep werk ik sinds 1 juni parttime als redacteur nieuwe media aan de site MijnVara.nl. Dit is een website speciaal in het leven geroepen voor VARA-leden. Deze kunnen daar exclusieve content vinden, zoals previews van tv-programma’s en interviews met VARA-prominenten. Ook kunnen leden hun ideeën en meningen laten gelden over programma’s. Daarnaast kunnen ze allerlei zaken regelen, zoals het bijwonen van programma’s, nieuwsbriefabonnementen en andere gerelateerde zaken. De site staat nog in haar kinderschoenen; we zijn Mijnvara.nl nog aan het ontwikkelen. Voor mij is het dus een leuke, frisse uitdaging.

Hieronder een introductievideo over de site om een beetje een idee te geven wat het is, want als je geen lid van de omroep bent, kun je weinig van de site zien:

Overigens betekent mijn functie bij de VARA niet dat ik het freelancen de rug toekeer. Integendeel. Op dit moment ben ik druk bezig met artikelen over strips voor onder andere de VPRO gids, Het Parool en stripblad Eppo. Voorlopig zit er dus nog even geen vakantie in. En dat bevalt me prima. Niet alleen heb ik veel lol in het schrijven van die artikelen, ook is dit voor mij de beste manier om de zomer door te komen. Lekker doorwerken en niet bij het veel te warme weer stilstaan, dan is het zo weer september.

Categorieën
Mike's notities

Voor een koel hoofd

Ja, het is warm. Zelfs mijn mac staat te zweten in mijn kantoortje. Daarom plaats ik deze sneeuwfoto, gemaakt in februari dit jaar. Om even verkoeling te brengen. Lekker toch, even krakend wandelen in de sneeuw?

En nu we het toch over foto’s hebben: ik heb de gewoonte om plaatjes te schieten met mijn trouwe Sony Ericsson. Die foto’s zijn voor mij een visueel geheugen. Het is leuk om deze soms digitaal terug te kijken en even terug te denken aan de dingen die voorgegaan zijn. Je vergeet immers toch een hoop, ook de leuke dingen.

Alledaags
Daarom ben ik deze week met een fotoblog begonnen. Het idee is om iedere dag een foto te plaatsen. Een toevallig plaatje, een bewuste compositie of een geheugensteuntje voor mezelf. Omdat ik de flow van blogposts niet te veel in de weg wil zitten op MichaelMinneboo.nl, heb ik besloten om een een versche blogspotpagina aan te maken voor het fotoblog.

Ik kwam op het idee toen ik het boekje Alledaags aan het lezen was. Toby Morris maakte elke dag een tekening en maakte zo een visueel dagboek dat een jaar beslaat. Dit weekend ga ik hem hierover interviewen voor Het Parool.

Ik ben benieuwd naar welk verhaal er volgt jaar op het fotoblog staat. Nieuwsgierig? Check Daily Webhead.

Categorieën
Boeken

Nico Dijkshoorn: ‘Ik hoop dat mensen zien dat ik wel oké ben’

Nico Dijkshoorn is schrijver, dichter en muzikant. En sinds zijn optredens in De wereld draait door een bekend gezicht. ‘Ik heb constant de neiging om te zeggen: het is allemaal wel aardig mensen, maar ik doe ook maar gewoon mijn best.’

Nico Dijkshoorn sleep zijn pen op het internet met columns over Big Brother. Het directe contact met een grote schare lezers smaakte naar meer en sites als Fok.nl en GeenStijl waren en dankbaar podium voor Dijkshoorns vaak venijnige pennenvruchten. Tegenwoordig is hij door zijn optredens als huisdichter van De Wereld Draait Door een bekend gezicht. In 2008 debuteerde Dijkshoorn onder het pseudoniem P. Kouwes met de dichtbundel De eerste 1000 gedichten. Zijn eerste roman De tranen van Kuif den Dolder verscheen een jaar later, recent gevolgd door Dijkshoorn, een selectie van zijn beste verhalen, reportages, columns, gedichten en gelegenheidsstukken.

Wat zou je nu doen als er geen internet had bestaan?
‘Ik denk dat ik nu nog steeds in de bibliotheek van Amstelveen zou werken. Dat was een droombaan.’

Waarom heeft het zo lang geduurd voordat je begon met schrijven?
‘Ik heb wel eens wat geschreven toen ik achttien was, maar wat heb je op die leeftijd nou meegemaakt in Nederland? De meeste debutanten schrijven van die adolescente bekentenisliteratuur: je hebt een vriendin, het gaat eens uit. Een enkeling doet dat geniaal, zoals Reve of Claus. Als ik op mijn 23ste fulltime schrijver was geworden zou ik erg zenuwachtig zijn omdat ik tot mijn zestigste er ieder anderhalf jaar een boek moest uitkakken. Dat zou ordinair geld verdienen zijn. Zo’n Arthur Japin geloof ik voor geen meter. Die denkt gewoon: over welk historisch type zal ik nu weer een briljante roman gaan schrijven.’

Wat is daar volgens jou mis mee?
‘Dit is een particuliere mening, maar ik heb weerzin om schrijven als een beroep te zien. Als het gaat om persoonlijke boeken hou ik van een zekere urgentie.’

Dicht op de huid
Waarin zit dan de urgentie in jouw teksten?
‘Die zit er nauwelijks, maar ik vind ook niet dat ik tot nu toe een groot werk heb geschreven. Het verhaal ‘Bob houdt het voor gezien’, over mijn zoon bij AZ, dat ook in Dijkshoorn staat, is tot nog toe mijn beste werk. Dat zit het dichtst op mijn huid, want ik durf daarin voor het eerst niet de hele tijd zo schijtlollig te zijn.’

In dat verhaal verliest Bob in twee jaar spelen voor AZ alle lol in het voetballen.
Voetbalt hij weer?

‘Nee, hij raakt echt geen bal meer aan.’

Je publiceert columns in De Pers, Voetbal International en op Nu.nl. Hoe ga je te werk?
‘Ik schrijf mijn columns voor De Pers altijd op donderdagochtend tussen negen en tien. Ik weet van tevoren niet waar ik het over ga hebben. In het begin nam ik nog een onderwerp van de site en koos daar mijn eigen invalshoek bij. De laatste tijd schrijf ik meer, in de goede zin van het woord, Carmiggelt of Martin Bril-achtige stukjes. Daarin probeer ik op een niet heel sentimentele manier iets over mezelf te zeggen. Bijvoorbeeld over het ongemak dat ik ervaar bij het signeren. Het schrijven van een verhaal duurt altijd tien minuten langer dan ik nodig heb om het te tikken. In die tien minuten extra zoek ik uit wie de spits van AC Milan is en gooi ik wat zinnetjes om. De teksten zitten blijkbaar al in mijn hoofd. De Tranen van Kuif Den Dolder schreef ik bijvoorbeeld in tien dagen. Iedere dag een hoofdstuk.’

Is het belangrijk voor je om snel te kunnen schrijven?
‘Ik kan het niet anders. Ik heb een deadline nodig, anders wordt het niets. Men vraagt ook altijd of ik niet bang ben dat er niets komt als ik onvoorbereid bij DWDD zit. Maar dat is juist mijn drive. De angst dat er niets komt zorgt ervoor dat er íets komt. In het begin bereidde ik nog wel eens mijn gedichten in DWDD voor. Dan had ik al wat in mijn hoofd zitten of iets opgeschreven. Dat waren altijd de allerslechtste gedichten omdat ze niets met het moment zelf te maken hadden. ‘

Voor wie schrijf je?
‘Ik was laatst in Nijmegen een van de sprekers: Thomas Rosenboom, Ramsey Nasr, Joost Zwagerman traden ook op. En daar staat Dijkshoorn dan tussen met zijn lulverhaaltje over sierwortelsnijden. Wat me dan enorm ontroert is dat er in de zaal van alles zit: van bouwvakker tot de gesjeesde literatuurstudenten of professoren. Wat ik schrijf raakt kennelijk een hoop mensen. Literatuurvorsers pluizen mijn tekst uit en diezelfde tekst komt bij iemand binnen die een huis staat te sausen. Prachtig vind ik dat.’

Als Dijkshoorn zou moeten kiezen tussen schrijven of muziek maken, is de keuze snel gemaakt: ‘Muziek is mijn kern. De high die ik met muziek maken ervaar is niet met schrijven te vergelijken. Ik voel me tijdens optredens met mijn band veel meer op mijn gemak dan wanneer ik alleen voorlees.’

Andy Kaufman
Sinds zijn eerste stappen op het web houdt Dijkshoorn zijn publiek graag voor de gek, onder zijn eigen naam of als P. Kouwes, de Amsterdamse bouwvakker die alleen kan spellen als hij dicht: ‘Dat is wat ik sinds tien jaar doe: fucken met verwachtingspatronen. Constant met een groot publiek pielen.’

Wat vind je zo leuk aan fucken met je publiek?
‘Ik vergelijk me op geen enkele manier met Andy Kaufman, (een eigenzinnige Amerikaanse komiek die het in de maling nemen tot een kunst verhief – red.) want hij is een soort god voor mij. Toen ik die man ontdekte was ik volledig gevloerd. Ik herkende mezelf in zijn acties, want ik doe dat ook een beetje. Kaufman liet zijn alter ego Tony Clifton naar David Letterman gaan. Letterman dacht dat Kaufman in dat pak zat, maar die zat blauw van het lachen thuis naar de show te kijken terwijl zijn vriend Bob Zmuda voor Clifton speelde.’

Kun je een voorbeeld geven van hoe jij mensen in de maling neemt?
‘Een vergelijkbare situatie – minder briljant, maar toch –op GeenStijl heerste op een gegeven moment de sfeer van “kom niet aan Lee Towers!”. Ik schreef toen in een stuk dat ik van een goede vriend had gehoord dat Towers een collega van de hijskraan had gelazerd omdat die beter kon zingen dan hij. Met een dwarslaesie tot gevolg. En Lee Towers was zo ongevoelig dat hij ’s avonds speciaal voor hem wilde zingen, maar dan wel alleen het nummer ‘You Never Walk Alone’. Dat schreef ik gewoon als geintje. ’s Avonds zag ik op RTL Shownieuws een zwaar geëmotioneerde Lee Towers op het Scheveningse strand dit verhaal ontkennen. Daar kan ik echt een week op vooruit.’

Is P. Kouwes jouw Tony Clifton?
‘Eigenlijk wel. Mensen geloofden echt dat hij een bouwvakker was die schreeuwend en zwetend op een kamertje zat te schrijven. Een deel trapt daar in, dat vind ik wel prettig.’

Wat is voor jou de lol daarvan?
‘Ik heb nooit geprobeerd het GeenStijl-publiek te bedienen. Ik schreef altijd voor de tien à vijftien procent die de grap snapt en dan gierend van het lachen de woedende reacties van die andere gekken leest. Dát is mijn publiek.’

Heeft het fucken buiten internetfora nog wel eens vervelende reacties opgeleverd?
‘Laatst kwam er in Nijmegen een vrouw op me af die zei: “Je bent een vrouwenhater, dat voel ik in al je verhalen!” Daar ben ik dan even echt van in de war.’

Omdat ze een verkeerd beeld van je heeft op basis van je werk?
‘Ja, ik ben er dan niet onzeker over, want ik weet dat ik geen vrouwenhater ben. Ze legde later uit dat ze een interview met mij in de Viva had gelezen. Ik had me voorgenomen om de ergste antwoorden te geven. Dat vrouwen niet kunnen schrijven. Dat soort dingen. Het was een duo-interview met mijn vriendin en ze legde iedere keer uit hoe ik echt ben. Dat als we naar de slager gaan ze anderhalf uur moet wachten omdat ik iedereen laat voorgaan. Maar die vrouw zag het geintje niet. Dat vind ik teleurstellend. Ik vind het fijn als mensen van tevoren denken dat ik een blatende Amsterdammer ben, maar als ze mij dan ontmoeten en hun best een beetje doen, hoop ik dat ze door dat beeld heen prikken en zien dat ik eigenlijk in de kern wel oké ben.’

Dijkshoorn in DWDD. Bron: Vara

Verlegenheid
Wat zou je schrijven als je een contactadvertentie voor jezelf zou plaatsen?
Dijkshoorn lacht en denkt even na: ‘Dat is natuurlijk wat pathetisch, maar bij wijze van spreken zou ik dan zeggen: “Houd van mij”. Korter kan ik het niet zeggen. Ik geniet erg van het feit dat de mensen met hulp van die televisie beter begrijpen wie ik nou ben.’

Kun je dat toelichten?
‘Mensen denken dat ik die persoon uit mijn verhalen zelf ben. Maar ik ben eigenlijk een enorme schijterd. Voorheen begon ik niet zomaar tegen iemand te praten als ik een boekwinkel of een platenzaak binnenstapte. Omdat ze nu een blik van herkenning hebben is mijn schroom weg en durf ik makkelijker te vragen of ze een bepaalde plaat hebben. Dat zou ik vroeger nooit gedurfd hebben. Die verlegenheid is dan ook aan het verdwijnen. Mijn televisie-optredens bij DWDD helpen daarin enorm, want wat ik daar doe, dat ben ik. Dus ik heb het idee dat mensen mij beter kennen.’

Het is wel dubbel: aan de ene kant mensen aan de kaak stellen in je gedichten en anderzijds jezelf verlegen noemen.
‘Ik heb constant de neiging om te zeggen: Het is allemaal wel aardig mensen maar ik doe ook maar gewoon mijn best. Ik word ongemakkelijk van verering. Neem deze situatie nou. Dit is een prettig gesprek maar toch is het ongemakkelijk dat je mij hier zo interviewt.’

Batman
Dijkshoorn blijkt een fervent stripliefhebber te zijn, al vond zijn grote verzamelwoede reeds vijftien jaar geleden plaats: ‘Ik heb een waanzinnige comicscollectie thuis staan. Ik heb zestienhonderd strips in anderhalf, twee jaar tijd verzameld. Er zitten zeker 200 bij die heel bijzonder zijn. De Daredevil-reeks van Frank Miller, Hellboy, veel Image comics, alles van Alan Moore. Ik heb ze allemaal gerubriceerd en keurig in hoesjes van zuurvrij plastic gestopt. Op een gegeven moment had ik iets van 23 abonnementen op series bij de stripwinkel. Dat liep helemaal uit de hand. Toen er van The Darkness #11 elf verschillende omslagen uitkwamen, kocht ik ze allemaal. Uiteindelijk had ik geen tijd meer om ze te lezen.’

Wat vind je zo leuk aan strips?
‘Het is een nostalgische trip. Toen ik klein was heb ik nog als Batman over straat gelopen, mijn jas met een drukkertje om mijn nek. Die hele Kees de Jongen-romantiek. Toen ik zes was ben ik samen met oom Wim en mijn vader naar die Batman-film met Adam West geweest. Ze hadden bij de bioscoop een werkstudent ingehuurd als Batman. Ik heb een jaartje of zes gedacht dat ik echt Batman had ontmoet. Dat is voor kinderen net zoiets als Sinterklaas. De stripmakers die ik bewonder zijn allemaal meesters in het vertellen van een verhaal. Briljant kunnen tekenen en dat dan delen voor 2,50. Ik ervaar strips echt als kunst.’

Dit interview stond in VPRO Gids #24.

Categorieën
Mike's notities

Stemloos

Nee, het gaat allang niet meer om de waarheid. Daar ging het nooit om. Inmiddels is de modder om elkaar te bekogelen op en gaat men met zwaarder geschut gooien. Dát is campagne voeren.

Op wie ga jij stemmen beste kiezer? Maakt het eigenlijk uit op wie we gaan stemmen? Ja, want we leven in een democratie. Nee, want sinds wanneer doet de overheid wat we willen? Je stemt op een partij met het verkiezingsprogramma dat het beste bij je past. Maar wat als je je door geen van de partijen voelt aangesproken? Dan maar de minst kwade optie kiezen.

Hoe dan? Door alle verwijten over en weer in de verschillende debatten, is het niet te achterhalen wie de waarheid spreekt, of nog erger: wat er waar is. En niet alleen politici onderling gaan de strijd aan. Had Netwerk Rutte zo voor schut mogen zetten van de week? Natuurlijk niet. Een hysterisch jankend wijf neerzetten, dat is geen journalistiek, dat is stemmingmakerij door de EO. Een christelijke omroep die de VVD aanvalt, op het moment in de campagne dat Rutte de kans voor nog een premierschap van Balkenende steeds kleiner doet worden. Je zou er bijna paranoïde van worden en een complot vermoeden.

Sommige politici spelen hun rol voortreffelijk. Vaklui zijn het. Dat maakt niet meteen dat ik op ze wil stemmen. Ik zie dat Rutte het als politicus goed doet, maar hij is niet van mijn partij. Pechtold is er ook zo een, hij weet goed te debatteren en zijn partij onder de aandacht te brengen. Al weet ik nog steeds niet waar D66 nu precies voor staat.

Poltiek gaat niet over de poppetjes, probeer ik mezelf voor te houden als ik zie hoe het stel kemphanen haantje de voorste proberen te zijn tijdens debatten en de tv-momenten daarbuiten. En het nieuwe jongetje van de klas, die het allemaal niet zo goed schijnt te weten hoe hij zich in het kippenhok moet gedragen, wordt door de rest gepest.

Ja, Cohen stuntelt soms. Hij heeft zelfs niet alle cijfers paraat zoals de rest van de calculators die berekenend hun speer- en breekpunten uitbraken. Verdomd, hij wacht keurig op zijn beurt voordat hij mag spreken. Hij laat mensen uitpraten en valt ze niet halverwege hun antwoord in de rede. Dat siert de beste man in mijn ogen. Misschien is Cohen een nieuw geluid in de politiek, een nieuwe methode van aanpakken.

Ik weet het niet hoor, ik schrijf alleen maar op wat ik denk. Ik heb geen politicologie gestudeerd, dus ben net als ieder ander die binnenkort zijn stem moet uitbrengen. Maar waarop weet ik nog niet. Het zal wel weer een stemwijzer worden, of stomwijzer, want die lijkt beter dit politieke klimaat te horen. Het feit dat ik een applicatie op een website nodig heb om eruit te komen, stoort me mateloos. Ergens in mijn achterhoofd knaagt het idee dat democratie zo niet in elkaar moet zitten.

Ik kan natuurlijk ook een vrije dag vullen met het lezen van alle partijprogramma’s en die naast elkaar leggen om tot een keuze te komen. Maar dan moet er na de verkiezingen een coalitie gevormd worden, met breekpunten, keerpunten en voor mijn part taartpunten. En dan zakken alle plannen, berekeningen en voornemens weg in een moeras van compromissen en beloftes aan vriendelijke naties. En voordat je het weet beginnen we weer ergens een oorlog waar we niet horen te zijn, kopen we dure gevechtsvliegtuigen terwijl we eigenlijk geld in onderwijs en zorg moeten pompen en gaat het internet op slot omdat belangen van copyrightuitbaters zwaarder wegen dan persoonlijke, creatieve uitingen.

Je kunt natuurlijk niet stemmen, maar daar verander je het systeem niet mee. ‘Het systeem’ schrijf ik, alsof ik buiten de maatschappij sta. Dat sta ik niet, maar staat politiek Den Haag in de maatschappij? Hebben die twee dingen nog wel met elkaar te maken?

Tot slot, in willekeurige volgorde, enkele boeiende blogposts die ik van de week las over de verkiezingen, omdat ik liever interessante meningen hoor of lees dan welke verkoper van politiek dan ook.

Ik werd op het bestaan van de stomwijzer gewezen door Elsbeth Witt van Elsbeth schrijft.

Categorieën
Mike's notities

De zin van het leven (via Twitter)

Zondagavond was ik in een beetje jolige bui. Ja, ik heb daar zelfs wel eens last van. Samen met @MalafideMarloes had ik een twitterdialoog over #durftevragen. Dé manier om via Twitter aan informatie te komen want meestal krijg je binnen een paar minuten een paar goede antwoorden of suggesties. Ik besloot de vraag die we ons allemaal wel eens stellen in de groep te gooien.

Wat is de zin van het leven?

Zeven simpele woorden in de juiste sequentie vormen de vraag die eigenlijk niet te beantwoorden valt. Er is in ieder geval geen universeel antwoord dat iedereen tevreden zal stellen. De reacties die ik via Twitter binnenkreeg waren dan ook divers en allemaal legitiem.

LindavanH: RT @MichaelMinneboo: Wat is de zin van het leven? #durftevragen 🙂 genieten en je droom leven (??)

JoepLemmers: Voortplanten.

_Fee: Genieten Michael, da’s alles.

RickWildeman: @michaelminneboo: Goede vraag

Namrepus: Biologisch gezien: Voortplanting

FrontaalNaakt: @MichaelMinneboo Hoe ouder ik word, hoe meer het me duidelijk wordt dat het leven absurd en zinloos is.

Abstractisme: @MichaelMinneboo huilen, poepen, knuffelen, delen, universele liefde, snurken, plagen, voelen, leren, uhm en eten natuurlijk en geluk. x Maar ik heb het me ook wel eens afgevraagd #dezinvanhetleven ~ de ware essentie haal ik uit mezelf zijn en doen wat ik wil. Maar vooral mezelf zijn en daar dichtbij blijven, maakt het gelukkigst 🙂

Flugfruit: Tsja…
Het is een open deur: de zin geef je er zelf aan. That’s it.

@Flugfruit: Ja, maar wat is voor jou de zin van het leven dan?

Flugfruit: Uhm.. mijn instelling is dat nu ik er toch ben het gewoon zo leuk mogelijk moet maken. Daarnaast vind ik dat ik moet proberen de wereld iets beter te maken zover dat binnen mijn macht ligt.

Jasper_Vos: De zin van het leven? Het leven is zinloos. Zie http://www.hetleveniszinloos.nl.

@Jasper_Vos: Wat is dat voor site? Een soort van kunstproject ofzo?

@MichaelMinneboo De site heeft als doel om een discussie op gang te brengen. Op persoonlijk, bedrijfs en maatschappelijk niveau. Soort kunst.

Foto: Michael Minneboo

Eenmalige aanbieding
Erg leuk om de visie van andere mensen eens te horen en Twitter is daar een prima medium voor. Opvallend genoeg heb ik geen religieuze dwaallichten onder mijn volgers op Twitter anders had het God-argument vast de kop opgestoken.

Natuurlijk heb ik zelf ook wel eens serieus nagedacht over het antwoord op deze vraag. Aangezien God voor mij net zo goed fictie is als dat Jack de Vries een brave echtgenoot zou zijn, geloof ik niet in een hiernamaals. Dit leven is alles wat je hebt. Daarna wordt de uit-knop onherroepelijk ingedrukt. Dus wat is het doel van het feit dat ik hier een bepaalde tijd rond kan lopen?

Voortplanten hoeft voor mij niet: ik heb de wens altijd kinderloos te blijven. Dus die optie valt voor mij af, tenzij we spreken over de daad en niet het potentiële gevolg ervan.

Ik kan me eigenlijk wel vinden in de antwoorden die ik via Twitter kreeg. De visie van FrontaalNaakt onderschrijf ik: Het leven is absurd en a priori zinloos. Toch heb ik er veel lol in en geniet ik elke dag wel van iets. Voor mij heeft het leven an sich geen doel. Het is er gewoon, waarschijnlijk zo’n toevalligheid die je niet kunt verklaren.

Ik heb er niet om gevraagd om geboren te worden, ik hoef niet te reïncarneren, me te verantwoorden aan een niet-bestaande God en al helemaal niet een heilig boontje uit te hangen omdat ik bang ben dat ik anders naar de hel ga. Maar nu ik er toch ben kan ik mijns inziens het beste streven naar plezier en het verwezenlijken van mijn persoonlijke doelen.

En tot slot: laten we de zaken vooral niet te serieus nemen.

En wat is volgens jou de zin van je leven?

Categorieën
Media

30 dagen zonder internet: No way!

Geluidskunstenaar en webvriend Marco Raaphorst heeft zichzelf dertig dagen lang verbannen van het internet. Dat zou ik nooit volhouden.

Marco Raaphorst heeft zichzelf een reeks strenge beperkingen opgelegd voor een periode van dertig (!) dagen. Hij zal zelf geen internet consumeren maar blijft wel bloggen. E-mail mag wel, blogjes lezen niet. Sites bekijken ook niet, tenzij het om een website gaat van een klant van hem. Want ook in die dertig dagen moet de schoorsteen blijven roken.

Raaphorst hoopt op deze manier minder afgeleid te worden, en meer te produceren. Eigenlijk een opmerkelijk uitgangspunt, aangezien Raaphorst een van de grootste voorstander is van bloggen en via het web met elkaar communiceren. Jammer dan ook dat hij nu een maand lang niet reageert op de reacties die men onder zijn blogposts zet.

Ik ben benieuwd hoe hij er aan het einde van deze periode over denkt.

Ik zou het niet kunnen. Ik kan eigenlijk al geen dag zonder interpret, laat staan een hele maand. Niet alleen voor mijn plezier gebruik interpret intensief, ook gewoon om mijn werk als journalist te kunnen doen.

Nu ben ik de laatste tijd fijn druk met het schrijven van allerlei artikelen over strips, waardoor het lezen van niet stripgerelateerde blogs er wel eens bij in schiet. En die mis ik dan wel. Het voelt dan alsof ik even geen contact heb met vrienden. Ik weet even niet wat er in hen omgaat, wat er speelt. Dat vind ik jammer.

Inspirerend
Daarbij wordt mijn brein gevoed door het internet. Veel online berichten en blogposts zijn voor mij een inspiratiebron. Ik doe er nieuwe ideeën op voor artikelen en vind er een oneindige stroom aan webvideo’s die als voorbeeld kunnen dien van hoe je een goede video maakt en vaak ook hoe je dat absoluut niet moet doen.

Ik begrijp wel wat Raaphorst bedoeld als hij zegt dat het web veel afleiding biedt. Dat is helemaal waar. Blogposts, twitter, Facebook, LinkedIn, webcomics, nieuwssites, noem maar op. Maar die afleiding kun je uitzetten wanneer je wilt. (Zie voor meer daarover een interessante blogpost van Peter de Kock.) Dan kun je je concentreren op waar je mee bezig bent. Daarvoor hoef je jezelf mijns inziens niet het hele internet te ontzeggen.

Dertig dagen zonder internet? Mij niet gezien dus.