Categorieën
Media

Eerst even voorstellen

Stel dat je nader kennis wilt maken met iemand die je op een netwerkborrel ziet. Bijvoorbeeld omdat die persoon je interessante informatie kan verschaffen, omdat je graag voor hem aan de slag wilt of gewoon omdat hij of zij je interessant lijkt. Geef je zo’n iemand dan je visitekaartje zonder jezelf even voor te stellen?

Natuurlijk niet.

Dat zou geen goede manier van contact leggen zijn. Gek genoeg is dit precies wat veel mensen doen via social media applicaties. Ik krijg de laatste tijd vriendverzoeken via Facebook van mensen die ik niet ken. Mensen die kennissen van kennissen zijn en graag vriendjes willen worden. Daar is op zich niets mis mee, maar de benadering gebeurt vaak via de standaardtekst die Facebook aanlevert.

Als ik dan uit nieuwsgierigheid op het profiel van de potentiële nieuwe ‘vriend’ klik, blijkt dat een deel van het profiel is afgeschermd waardoor ik nog niet dichterbij het onthullen van zijn identiteit ben. Onhandig.

Waarom nemen mensen niet even de moeite om zichzelf voor te stellen? Dat is toch een veel betere binnenkomer dan een onpersoonlijke standaardtekst van Facebook? Een korte zelfgeschreven boodschap zou al volstaan. ‘Hoi ik ben die en die en ik wil Facebook-vrienden worden omdat….’ We spreken niet voor niets over sociale media.

Hetzelfde geldt ook voor LinkedIn wat mij betreft. Twitter is daarin wel anders, want je kunt heel makkelijk gewoon iemand volgen. Daar hoef je geen vriendjes mee te zijn.

Voor mij hoeft het trouwens niet, die wildgroei aan kennissen op Facebook. Als je met iedere vage kennis facebook-vrienden wordt, dan verwatert je netwerk. Dan kun je net zo goed een Hyves-pagina aanmaken en gaan voor het hoogste aantal ‘vrienden’. Maar ik dacht dat we die hobby nu wel ontgroeid waren.

Bij een te groot netwerk raken bovendien de berichten die er wel toe doen, berichten van echte vrienden en anderen waar ik graag iets van verneem, begraven onder de informatiemassa. En dan mist het digitale smoelenboek mijns inziens zijn doel.

Categorieën
Striprecensie Strips

Werk in uitvoering: Geslaagd experiment

In Werk in Uitvoering schetst stripmaker Martijn van Santen een wereld waar mens en dier door elkaar leven en waar de laatste soort het hoogste woord voert. De personages debatteren onderling heel wat af over carrièrekansen, risico’s nemen en over coherent samenleven.

Hoewel de gehele cast vol eenden, honden, pinguïns, dinosauriërs (!) en krokodillen zich kenmerkt door rake typeringen en originaliteit, steelt vooral het bijdehante Eitje de show. De scène waarin Eitje het met succes opneemt tegen een enorm rund, mag als een van de hilarische hoogtepunten uit deze strip worden beschouwd.

Van Santen verweeft de dagelijkse werkzaamheden van drie groepen met elkaar: een reclameteam probeert een onmogelijk product aan de man te brengen terwijl hun baas vecht met zijn innerlijke demonen en een webcomic-tekenaar het opneemt tegen een discriminerende middenstander.

Van Santen tekent aangename prenten met een fijne lijnvoering, al overheerst de tekst soms te veel over het beeld.

Nu al klassieke patstelling Eitje versus Rund.

Werk in uitvoering is een improvisatie-experiment, een webcomic die als feuilleton verscheen op de site stortbak.net. De stripmaker publiceerde een pagina zodra die af was, meestal drie per week. De strip dateert alweer uit 2007 en de vele knipoogjes naar het verschijnsel webcomics zijn wat achterhaald: de grote belofte die het medium indertijd leek te bieden is tot nog toe niet waargemaakt. Overigens won Van Santen met zijn comic indertijd een Clickie, de prijs voor webcomics die dit jaar weer uitgereikt zal worden op de Stripdagen Haarlem.

Los van de webcomicverwijzingen is Werk in uitvoering een interessant en gelaagd verhaal, dat ondanks de geïmproviseerde ontstaansgeschiedenis goed in elkaar steekt. Eind vorig jaar kwam de strip in eigen beheer uit: een veelbelovend albumdebuut.

Martijn van Santen – Werk in uitvoering
(Uitgeverij Stortbak)
€ 14,95

Deze recensie stond in Zone 5300#89.

Categorieën
Strips

Laatste eer Kees Kousemaker

De Nederlandse stripwereld en de stad Amsterdam hebben deze week wat kleur verloren. Dinsdag 27 april overleed stripkenner Kees Kousemaker op 68 jarige leeftijd. De Nederlandse stripgeschiedenis gaat haar tweede fase in: het post-Kees Kousemaker tijdperk.

Illustratie: Yiri T. Kohl

Kees Kousemaker opende in 1968 stripantiquariaat Lambiek aan de Kerkstraat in Amsterdam, de eerste stripwinkel van Europa. Hij schreef boeken over strips, waaronder Strip voor Strip (1970), Wordt Vervolgd (1980), en De wereld van de Nederlandse strip (2005).

Vanaf 1986 hield hij in Lambiek met grote regelmaat exposities, onder meer van het legendarische Amerikaanse tijdschrift Raw, Guust-tekenaar André Franquin en Chris Ware. Zijn inspanningen werden ook over de grenzen erkend, en in 1995 bekroond met de Will Eisner Retailers Award.

In 2006 werd hij voor zijn verdiensten voor het beeldverhaal geridderd in de Orde van Oranje-Nassau. De laatste elf jaar van zijn leven hield Kousemaker zich vooral bezig met de Comiclopedia (www.lambiek.net), inmiddels uitgegroeid tot ’s werelds grootste database over strips en stripmakers.

Place to be
Stripantiquariaat Lambiek noem ik wel eens gekscherend het clubhuis van de Nederlandse stripwereld. Behalve interessante exposities en andere events die daar plaatsvinden, is daar iedere vrijdag is de losse vrijdagmiddagborrel. Het is een prachtige samenscholingsplek voor tout stripmakend Nederland.

De stripliefhebber, voorzichtig geïnteresseerde en verdwaalde toerist zijn er ook goed op hun plek. Het personeel heeft verstand van strips. Het beeldverhaal mag dan tegenwoordig een prominentere plaats hebben in de boekhandel, kennis over het medium zul je niet snel bij de doorsnee boekenboer vinden. In Lambiek is dat anders. Sterker nog, toen de stripwinkel opende kon je bijna nergens nog gewoon een stripje kopen.

Tot mijn spijt heb ik Kees nooit goed gekend. Ik kom de laatste jaren veel in Lambiek, maar toen was de dagelijkse gang van zaken reeds overgenomen door zijn zoon Boris. Ik kan je dus geen leuke anekdotes vertellen over Kees.

Ik was afgelopen donderdag wel in Lambiek toen de kist in de galerie stond. Het hout van de kist was prachtig voorzien van allerlei illustraties van Nederlandse stripmakers. Een mooi eerbetoon.

Vandaag wordt Kousemaker de laatste eer bewezen in de Amstelkerk te Amsterdam.

In memoriam
Kousemaker wordt ook op het web geëerd: Collega stripjournalist Peter Breedveld schreef een hartverwarmend stuk over Kousemaker. Jeroen Mirck, oud-stripjournalist, sprak weleens met Kees tijdens zijn bezoeken aan de stripwinkel en memoreert Kousemakers erudiete toespraken bij exposities. Mijn collega van Zone 5300, Natasja van Loon, schreef tevens een raak In Memoriam:

Kees Kousemaker was een drijvende kracht, een inspiratiebron, een ware pionier en held voor iedereen die de stripwereld een warm hart toedraagt, en is van onschatbare waarde voor het Nederlandse beeldverhaal geweest.

AT5 sprak in 2008 met Kees in verband met het veertigjarige bestaan van de stripwinkel. Zie hier de video die zich niet laat embedden.

Dat Kousemaker wel in was voor een geintje bewijst hij in deze webvideo. Een parodie op het televisieprogramma Kunst & Kitsch waarin Kousemaker als expert een rol speelt.

Categorieën
Bloggen

Bloggen in optima forma

Een grote meerwaarde van het weblog is dat lezers kunnen reageren op de blogposts. Nu heeft mijn site een vast groepje lezers die geregeld reageren. Dat vind ik erg leuk en de reacties worden dan ook zeer gewaardeerd.

Vooral omdat het vaak om inhoudelijke reacties gaat. Die voegen immers echt iets toe aan de content van de site. Lezers haken in op de gedeponeerde stelling of voegen vanuit een onverwachte hoek iets toe. Een goed voorbeeld hiervan is mijn Film A-Z waarbij mensen zelf hun favoriete filmtitels opnoemen.

De discussie over mijn recensie van De gelukkige huisvrouw maakte in dat opzicht een interessant ontwikkeling door. Van een compliment over de tekst zelf (altijd goed natuurlijk), ging deze over naar het imago van Heleen van Royen om (vooralsnog) te eindigen bij een scène uit de film en het boek, waarin een zware bevalling beschreven wordt. Elsbeth reageerde met een interessante persoonlijke anekdote op deze scène. Een mooi voorbeeld van lezersparticipatie.

Prachtig vind ik dat.

Een blog wordt daardoor een levendige dialoog tussen blogger, lezers en andere bloggers. Een plek voor persoonlijke verhalen, bijzondere invalshoeken en onderhoudende gesprekken. Dat is voor mij bloggen in optima forma.

Kortom: bezoekers en lezers bedankt voor jullie participatie.

Categorieën
Film Filmrecensie

Dirty Diaries: Zelden opwindende femporn

Wie bij porno voor vrouwen denkt aan sekspartijen waar een nodeloos verhaal aan voorafgaat, zal de meeste korte feministische pornofilms van de dvd Dirty Diaries als een koude douche ervaren.

Dirty Diaries is een initiatief van de Zweedse documentairemaakster Mia Engberg. Engberg veroorzaakte veel ophef met de film Come Together, waarin het gelaat van vrouwen is te zien terwijl ze zichzelf vingeren en klaarkomen. Ze nodigde bevriende filmmaaksters uit hun visie op seksualiteit te tonen. Het resultaat is 12 korte videofilms van wisselende kwaliteit.

Bij de dvd zit een boekje met daarin per film een inleiding van de filmmaaksters. Op de site van Dirty Diaries staat een heus manifest waarin Engberg ten strijde trekt tegen de mannelijke overheersing van seksualiteit, tegen censuur en het schoonheidsideaal. In het manifest staat lettterlijk: ‘We are fed up with the cultural cliché that sexually active and independent women are either crazy or lesbian and therefore crazy.’

Prima, maar bijdragen als Flasher girl on tour, waarin de hoofdrolspeelster te onpas in Parijs in het openbaar masturbeert en nietsvermoedende voorbijgangers met haar kut confronteert, en Authority, waarin een betrapte graffitispuitster met een stereotiep pottenuiterlijk een agente vastbindt en sigarettenas in haar mond deponeert, zullen het clichébeeld van de enge mannenhatende, lesbische feministe dat Engberg in haar manifest wil tegenspreken, eerder bevestigen dan ontkrachten.

Nylonpakken
Wel mooi is Red Like Cherry, waarin door middel van close-ups en onscherpe silhouetten de roes van de opwinding wordt verbeeld. Ook is Skin een van de betere bijdragen. In Skin ontdoen een man en vrouw zich tijdens het vrijen langzaam van vleeskleurige nylonpakken. De twee geliefden geven zich langzaam aan elkaar bloot en transformeren van twee anonieme wezens in individuen. Toch roept de schaar waar de pakken langzaam mee opengeknipt worden juist weer wel het beeld op van de vrouw met penisnijd, maar die interpretatie moet wellicht op het conto van deze mannelijke recensent geschreven worden.

In de anusfilm Fruitcake, waarbij het woord anus als bijvoeglijk naamwoord of als zelfstandig naamwoord beschouwd kan worden, wisselt de filmmaakster onscherpe shots waarin de menselijke uitgang gevingerd wordt af met beelden waarin een vinger een onschuldige kiwi penetreert. Het zal wel avant-gardistisch bedoeld zijn, opwindend is het niet. En porno die niet opwindt is net zo nuttig als een condoom waneer je zwanger wilt raken.

Focus, people, focus!
Hoewel ik sympathie voel voor de doelen van Engberg – wie is er immers niet tegen censuur, het schoonheidsideaal waar geen mens aan kan voldoen en tegen de patriarchale overheersing van vrouwen in de porno-industrie? – is het vooral de uitvoering die teleurstelt. Bijna geen van de filmmaaksters weet haar onderwerp mooi – laat staan scherp – in beeld te brengen, wat het geheel een amateuristisch tintje geeft.

Sterker nog: tussen de grote hoeveelheid amateurporno op het internet zitten, vergeleken bij de ‘kunstenaars’ op deze dvd, de echte Paul Verhoevens van de porno. In dat opzicht is het opmerkelijk dat het Zweedse filminstituut dit project subsidieerde.

Een tip voor alle aspirant pornografen in Nederland: stuur vanaf nu uw onscherpe huisgemaakte porno naar het Filmfonds. Een verhaal, opwindende afloop of interessante seks zijn geen vereisten. Maar vergeet niet er een manifest bij te stoppen om uw werk te verantwoorden.

DIRTY DIARIES, Zweden 2009. Regie: Mia Engberg, e.a.
(Dutch filmworks)
Reeds op DVD verschenen.

Deze recensie is ook gepubliceerd in Zone 5300#89 en het filmblog van Zone 5300.

Categorieën
Bloggen Mike's notities

Hart op straat

Bovenstaand plaatje is mijn bijdrage aan de website Hart op Straat. Een van die websites waar ik altijd een glimlach rond mijn mond van krijg.

Hart op Straat is een blog waar mensen gevonden harten kunnen achterlaten. Niet letterlijk natuurlijk want dat zou maar een smeerboel geven. Het gaat hier om symbolische harten gevonden in het wild. Als je goed om je heen kijkt kom je ze overal tegen: van getekende hartjes op straat zoals hierboven tot je gesneden paprika. Ook glazen harten, snoepharten en houten harten.

Karin Ramaker, initiatiefnemer van de site, legt het als volgt uit:

Hart op Straat is op zoek naar verbindingen en samenwerking. Hoe straal je positiviteit de wereld in en verbind je positiviteit met andere goede doelen? Ook zou het heel mooi zijn om een reizende expositie te realiseren.

Ook een hart gevonden? Mail dan naar: metkarin@gmail.com

Categorieën
Strips

Hallie Lama: ‘Ik ben fan van de DIY-mentaliteit’

Cartoonist en stripmaker Hallie Lama tekent lekker aan de weg. In september vorig jaar kwam zijn eerste boekje uit bij uitgeverij Xtra. Op dit moment is hij bezig met een tweede uitgave. Vorig jaar maakte ik een video-portret van hem. Het leek me leuk om de draad weer eens op te pakken. Hoe vergaat het Lama sinds zijn debuutbundel?


Met welke stripprojecten ben je op dit moment allemaal bezig?

‘Jeetje, even denken. Ik ben momenteel druk bezig mijn volgende boek samen te stellen en mijn hoofd aan het breken over een gepaste titel. Tevens doe ik een bijdrage aan een te verschijnen cartoon.blog-bundel. Dit staat allemaal voor de Stripdagen in Haarlem in de planning, waar ik rond die tijd ook werk heb hangen in de Vishal. Daar is dan de expositie De nieuwe generatie cartoonisten en die belooft erg leuk te worden. Niet zomaar een verzameling lijstjes in een hal, zeg maar. Verder teken ik nog steeds de kattenstrip Joop en Harrie voor kattenblad Majesteit en lever ik bijdrages aan Pulpman en Van Speijk.’

En je bent online ook veelvuldig aanwezig.
‘Op het internet ben ook nog steeds te vinden op mijn blog en op Eeuwig Weekend en Cartoon.blog.nl. Tevens wil ik ook nog wel eens opduiken op Frontaal Naakt. En dan zijn er nog twee ‘geheime’ (gag)stripprojectjes, maar die staan beide nog in de startblokken. Een goede reeks valt of staat met een goed doordacht concept en leuke, al dan niet sympathieke, personages.’

Natuurlijk ben ik nieuwsgierig naar die stripprojectjes. Wat kun je me er nu al over vertellen?
‘Eentje speelt zich af op een camping en die andere gaat over een cakebakker. Maar dat laatste wist je al want die maken we samen.’

Helemaal waar. Daar komen we later dus nog wel eens op terug. Vorig jaar september verscheen je eerste officiële boekje bij uitgeverij Xtra. Hoe gaat het daarmee, verkoop je een beetje?
‘Ik heb eerlijk gezegd de precieze cijfers niet gezien, maar volgens mij gaat het wel lekker. Heb er ook wel wat sympathieke dingen online over gelezen, dus ik mag niet klagen.’

Hoe was dat, om voor het eerst een echt boekje in de winkel te hebben liggen?
‘Te gek! Het begon al met een drukbezochte boekpresentatie in het altijd gezellige Lambiek. Leuk dat er zoveel mensen kwamen opdagen. Ook voor mijn signeersessie in de Hilversumse Boekhandel was heel wat belangstelling. Gelukkig vind ik signeren ook leuk. Vooral als men tevreden is met het resultaat natuurlijk.’

Wat is het gekste dat je tijdens een signeersessie hebt meegemaakt?
‘Dat was vast iets tijdens mijn signeersessie in mijn stamkroeg, maar daar weet ik niet zoveel meer van.’ Hallie lacht en vervolgt: ‘Zonder gekheid, wat ik wel vaker heb gehad is dat mensen niet eens doorhadden dat ik er een echt tekeningetje bij gezet had. Ze dachten dat het een gedrukt plaatje was waar ik alleen een handtekeningetje bij had gezet. Gelukkig kwamen de meeste kopers wel terug om me alsnog te bedanken.’

Stond je niet op de bestsellerslijst in Hilversum? Kun je daar nog rustig over straat zonder belaagd te worden door fans en cartoongroupies?
Walhallie was het afgelopen jaar het best verkochte stripboek bij de Hilversumse Boekhandel. Natuurlijk zal mijn signeersessie daar een aardige ‘boost’ aan gegeven hebben. Maar ik kan daar nog wel rustig over straat, hoor. Al weten mensen me wel te vinden voor een krabbeltje in hun boekje.’

Ik zag op de Stripbeurs Breda dat je een smallpress had gemaakt van je laatste 24 Hour Comic, Koning van de Uien. Waar gaat die strip over?
‘Haha, weet jij het? Het verhaal is inderdaad van origine een 24 Hour Comic, dus daar ben ik blanco aan begonnen. De plot schiet zodoende alle kanten op, met veel rare wendingen en flauwiteiten. Maar ik ben er wel tevreden mee, hij “leest lekker”. En er zitten veel uien in.’

Waarom heb je eigenlijk nog een smallpress uitgegeven, je hebt nu toch een echte uitgever?
‘Ik had online wat vragen over nieuw werk gehad naar aanleiding van mijn aanwezigheid in Breda. Toen heb ik dus maar besloten om voor de liefhebbers een limited versie van De koning van de uien te maken. Zie het maar als een bootleg. Ik vind smallpress boekjes sowieso wel rock-‘n-roll. Ik ben fan van de DIY-mentaliteit.’

‘Ook was dit de enige kans om De koning van de uien te presenteren zoals hij gemaakt is, in een kleine 20 uur. De koning van de uien zal in Pulpman verspreid over een paar nummers geplaatst worden. Daarom kleur ik het verhaal nu in grijstinten in. Ook zal ik hier en daar wat aan de tekst rommelen, vooral omdat mijn handschrift door het tempo waarin ik heb getekend ietwat onleesbaar uitvalt en dat is zonde.’

Wanneer komt je volgende boekje uit en wat gaat daar allemaal in staan?
‘Ik gok op de Stripdagen in Haarlem, dus in juni kan je weer een nieuw boekje verwachten. Uiteraard zitten er weer een hele bak cartoons in, maar deze keer iets meer dingen van 1 pagina of meer. Ik ben momenteel nog op zoek naar de juiste verhouding tussen strips en cartoons. Wel heb ik al een – veel te ruime – voorselectie gemaakt.’

Je maakt ook zoveel cartoons. Dat loopt dan aardig in de papieren. Ik heb het idee dat je je de laatste tijd wel meer concentreert op verhalende strips tekenen in plaats van cartoons. Hoe gaat dat?
‘Ik teken al jaren en deed eigenlijk altijd wel paginaatjes en verhaaltjes tussendoor. Alleen heb ik me de laatste jaren vooral op cartoons toegelegd, want ik maak graag snelle grappen. Sinds ik de afgelopen jaren aan de 24 Hour Comics Day meedoe is het me weer duidelijk geworden dat grappen maken ook makkelijk in langere verhalen kan. Ik zie een verhaallijntje dan ook als niet veel meer dan een goede kapstok voor grappen.’

Welke strips lees je zelf met veel plezier?
‘Wat strips betreft ben ik echt een alleseter. Ik lees net zo lief een goeie Spider-man als een Spekkie Big. In m’n boekenkast hebben boeken van Windig & De Jong, Kamagurka, Peter van Straaten en Luc Cromheecke wel de overhand.
Bij Kama is het vooral de humor die me aanspreekt en inspireert. Luc Cromheecke vind ik een toffe tekenaar die zonder woorden ook nog steeds erg grappig is.
Peter van Straaten is een vakman en een begenadigd tekenaar. En z’n werk is vaak pijnlijk herkenbaar. Humor is lijden en vice versa.’

En Windig en De Jong?
‘Dat vind ik gewoon geniaal, dat is cultureel erfgoed. Verder vind je in mijn kast de complete Asterix-reeks, al koop ik de latere albums eigenlijk alleen om de boel compleet te houden. De oude Asterix-albums vind ik zo sterk omdat ze daar het kapstokprincipe tot in de puntjes uitvoeren. Goscinny bouwt, met oog voor detail, een prachtige kapstok en hangt daar dan weer sublieme grappen aan. Dat vind ik mooi en dat kan ik dan ook keer op keer herlezen. En Uderzo is natuurlijk een heerlijk tekenaar. Ook heb ik een zwak voor de Peyo-albums van de Smurfen, maar daar speelt vast een stukje jeugdsentiment mee.’

Volg je nabije collega’s ook?
‘Uiteraard staan er ook veel cartoonboekjes en smallpressjes in de kast. Ik vind het altijd leuk om te kijken wat de nabije collega’s allemaal doen, dus ik heb ook veel Nederlands en Vlaams werk.’

Dit interview is ook gepubliceerd op het stripblog van Zone 5300.

Categorieën
Bloggen

Het goede voorbeeld?

Nu blog ik op MichaelMinneboo.nl officieel sinds 14 februari dit jaar. Een nieuwe webstek, een vers begin en meer doelgericht bloggen. En tot nu toe bevalt het me prima. Daarom vind ik het erg leuk dat mijn site deze week is gebruikt in de cursus Creatief webbloggen. Als het goede voorbeeld nog wel.

Karin Ramaker, een van de creatieve webhoofden die ook Blog-art organiseert en verder bezig met vele andere interessante projecten, gaf de cursus aan de Volksuniversiteit in Den Haag.

Karin schreef me het volgende:

De reden waarom ik jouw blog uitkoos:

  • Ondanks dat ik afraad om een paginaknop te gebruiken voor je blog, dus niet ‘aan de voorkant’ vind ik het bij jou dus wel werken;
  • Het werkt omdat je meteen wél laat zien wie jij bent en wat je doet en dus persoonlijke info laat zien om de lezer te boeien.
  • Je hebt van je blog een authentiek iets gemaakt door een stripfiguur van jezelf in je layout te verwerken. Mensen zullen je herinneren, ook aan je ‘brand’.
  • Je layout is kleurrijk maar niet te druk.
  • Je teksten zijn, ondanks lange posts, vermakelijk en je laat veel beeld zien.
  • Je blog is helder en heeft een fijn lettertype.

Dat zijn natuurlijk leuke dingen om te lezen. Vooral omdat het concept van deze site weloverwogen tot stand is gekomen. Mede dankzij Paul Stellingwerf, die het design onder handen nam.

Under construction
Toch is er ruimte voor verbetering vind ik. Daar ga ik de komende tijd dan ook aan werken. Zo heb ik nog plannen om de blogs die ik graag lees onder de aandacht te brengen door middel van een blogroll te installeren of op een andere manier, en wil ik de sectie onder de videobutton nog uitbreiden. Dat is het mooie aan vloeibaar publiceren: je kunt altijd alles aanpassen.

Ondertussen blijven we vrolijk door bloggen.

Categorieën
Media

Een dagje kijken bij het NOS Journaal

Een dagje rondneuzen bij het NOS Journaal, wie wil dat niet? Ik kreeg recent de kans om met een select gezelschap op de nieuwsvloer te komen kijken. Een kans die ik met veel plezier aannam.

De NOS laat niet snel nieuwsgierige ogen toe, dat ik met een select gezelschap een van de uitverkorenen was, heb ik te danken aan tekstschrijver en recensent Remko Meddeler. Meddeler had hoog geboden op de Twitterveiling ten behoeve van de slachtoffers van de aardbeving op Haïti en mocht drie anderen meenemen. Behalve ondergetekende gingen Johan Koning en Rick Wildeman ook gezellig mee. (Zie hier het fotoverslag van De Koning.)

Grappig om kennis te maken met de mensen die dagelijks het nieuws in mijn huiskamer brengen. Nee, ik heb niet uitgebreid gekeuveld met Eva Jinek die ’s middags de journaals presenteerde. Die zat tijdens de rondleiding in de glazen studio die midden op de nieuwsvloer staat, de kijkers thuis in te lichten over de laatste belangrijke feiten uit binnen- en buitenland. We spraken vooral met de medewerkers die je normaliter niet in beeld ziet en die achter de schermen aan het werk zijn.

Foto: Rick Wildeman
Foto: Rick Wildeman

Alles centraal
De dag begint met een lunch met Gerard Dielessen, de algemeen directeur bij de NOS. Overigens is hij dat niet lang meer, want binnenkort wordt hij algemeen directeur van NOC*NSF. Het belangrijkste wapenfeit van Dielessen betreffende zijn tijd bij de NOS is toch wel het feit dat hij alle afdelingen bij elkaar heeft gebracht in één pand. Het is misschien moeilijk voor te stellen, maar tot een paar jaar geleden zaten de verschillende afdelingen van deze organisatie verspreid over het Mediapark in Hilversum. Da’s niet handig samenwerken en bovendien onnodig duur.

Tim Overdiek is sinds juni 2008 adjunct-hoofdredacteur bij het NOS Journaal. Hij is een van de drie adjuncten, met Hans Laroes als hoofdredacteur. ‘Als adjunct-hoofdredacteur bepaal je de strategie van het journalistieke beleid,’ vertelt Overdiek. ‘Wat wij doen is het mogelijk maken voor de redacties en verslaggevers om te doen waar ze goed in zijn. Ik heb bijvoorbeeld de verantwoordelijkheid over een aantal redacties: Binnenland, Buitenland, Den Haag, Economie en het Jeugdjournaal. Die hebben natuurlijk hun eigen chefs, maar die rapporteren weer aan mij. We hebben dan contact over zaken zijn die geregeld moeten worden, dingen waar ze over willen brainstormen, en zaken die wel of niet goed gaan.’

Op het moment dat Overdiek zich voorstelt, wordt de middagvergadering aangekondigd via de intercom. ‘Gedurende de dag zijn er een aantal nieuwsvergaderingen die geleid worden door de hoofdredacteur op de vloer,’ vertelt Overdiek. ‘In de vergadering van kwart over één wordt teruggeblikt op de uitzendingen van de afgelopen vierentwintig uur. Dus wat hebben we goed gedaan, wat hebben we slecht gedaan en hoe had het beter gekund. Deze vergaderingen zijn thematisch, er gebeurt immers veel in 24 uur. Iedereen is welkom om deze vergaderingen bij te wonen.’

NOS-redactie-binnenland

Overdiek: ‘Twitter wordt overschat’
Recent schreef het hoofdredactieteam een notitie over hoe ze NOS Nieuws zien in de komende jaren. Vooral het crossmediale aspect komt daarin aan de orde. De NOS is in 2006 multimediaal geworden, toen zijn radio, tv en internet in een gebouw samengevoegd. De volgende stap is om de onderlinge dwarsverbanden te exploiteren. Applicaties als weblogs en Twitter maken dat journalisten moeten nadenken over in welke vorm ze het nieuws zullen brengen: ‘Waar zit de doelgroep en hoe gaan deze mensen nieuwsverhalen tot zich nemen?’ Sommige journalisten die jarenlang alleen voor het Acht uur-Journaal hebben gewerkt worden nu opeens gevraagd om ook weblogs te schrijven. Overdiek bereidt daarom op dit moment workshops crossmedia voor.

Overdiek gebruikt zelf ook applicaties als Twitter, deels privé maar ook om nieuws te brengen en items te pluggen. Ook voor tweets geldt het heilige principe dat nieuws pas naar buiten wordt gebracht als zaken dubbel gecheckt zijn, ‘want alleen met een tweede bevestigende bron is het nieuws pas waar.’ Toch zegt Overdiek wel heel stellig tegen de groep fervente twitteraars die hij die middag voor zich heeft: ‘Twitter wordt overschat. We moeten het niet groter maken dan het is.’

Overdiek leidt ons rond op de derde verdieping van het NOS-gebouw waar alle redacties van de NOS werken. Zo lopen we langs het nieuwe media team dat onder andere websites bouwt, iPhone-applicaties maakt en twitteracounts aanmaakt. Een eindje verderop staat het montage-eiland waar de montage pc’s staan die de reporters gebruiken. Met de komst van digitale technieken is de zelfredzaamheid van reporters vele malen vergroot. Mocht je het interessant vinden: ze monteren in Hilversum op het programma Avid, ofschoon Overdiek – net als ik – een voorkeur heeft voor Final Cut Pro.

Een andere benadering
Ook komen we langs de radactie van het Jeugdjournaal en de relatief kleine redactie van het Journaal op 3. Het Journaal op 3 richt zich op een andere doelgroep dan het Acht uur-Journaal. Omdat ze specifiek twintigers en dertigers willen aanspreken, verschillen ze in onderwerpkeuze en de stijl waarop deze onderwerpen behandeld worden. ‘De toon is minder formeel,’ legt Sanne de Ronden, een van de reporters van het Journaal op 3 uit. ‘Ook gaan we ervan uit dat de mensen om 11 uur ’s avonds het nieuws wel kennen dus kunnen we de onderwerpen vanuit een andere hoek benaderen en soms volstaan met het geven van de hoogtepunten.’

De Ronden vertrouwt ons nog toe dat ze op dit moment nog geen onderwerp heeft voor de uitzending van 11 uur vanavond en dat de tijd begint te dringen. We laten haar daarom weer snel aan het werk.

NOS-studio

 

NOS-camerashots

Trip: ‘Alle teksten gaan door mijn vingers’
Voordat we een rondje langs het Sportjournaal en de studio’s maken, komen we in de gang Rob Trip en Lucella Carasso, presentatrice Radio 1 tegen. Trip is tegenwoordig anchor van het Acht uur-Journaal en presenteert het nieuws afwisselend met Sacha de Boer.

Rob Trip, Lucella Carasso en Tim Overdiek.

De rol van een presentator behelst meer dan alleen maar het nieuws voorlezen. Ze bemoeien zich wel degelijk met de uitzending, ze opperen ideeën en herschrijven de teksten die ze voorlezen. Trip: ‘Wij spreken niets uit dat we niet zelf door onze vingers hebben laten gaan. Ik probeer altijd heel veel op te trekken met de eindredacteur. Hoewel me maar een beperkt aantal onderwerpen kunnen behandelen in een uitzending loop je er de hele dag over na te denken. Welk onderwerp doen we wel en welk niet? Op welke manier pakken we het aan: laten we iemand wel of niet aan het woord? En ik ben daarin een sparringpartner voor de gene die dat in handen heeft.’ Daarbij komt natuurlijk dat veel last minute werk kan zijn: de wereld staat niet stil, op het laatste moment kan het nieuws nog veranderen. ‘Tussen zeven uur en tien voor acht is het hoogspanning hier. Dan wordt alles nog omgegooid.’

Zijn radiocollega Carasso valt hem bij: ‘Bij de radio verandert er soms nog iets tijdens de uitzending. Dan krijg je alleen te horen Agnes Kant treedt af en mag je de rest er ter plekken bij verzinnen.’ Maar dat is ook weer het mooie aan nieuws.

Toch ambieer ik de hectiek van de journaalredactie niet direct. Laat mij maar lekker interviews doen, achtergrondartikelen en recensies schrijven.

Natuurlijk mocht een fotosessie in de nieuwsstudio niet ontbreken:

‘That’s all folks!

Ook leuk: Lees en zie hier meer over de redactie van het NOS Journaal op de site van de NOS.

Categorieën
Media Video

Knuffelvideo en social media

In de Canon van YouTube, zoals samengesteld door Upload Cinema, waar ik vorige week over berichtte zat een bijzondere video die ik nu graag apart wil behandelen.

Op het eerste gezicht lijkt het een videoclip te zijn bij het nummer ‘All the same’ van de band Sick Puppies. Een hippie jongen met lang haar en een colbertje staat met een kartonnen bord ergens in een winkelcentrum. Op het bord staat Free Hugs geschreven. Mensen kijken hem meewarig aan en lopen door. Een vrouw lacht hem wat ongemakkelijk toe maar blijft in hetzelfde tempo doorlopen.

Totdat een oud vrouwtje zijn uitnodiging aanneemt. De hippie jongen, die mijns inziens wat van John Lennon wegheeft, gaat door zijn knieën voor haar en ze omhelzen elkaar welgemeend. Op dat moment veranderd het zwart-witbeeld in kleur en krijgen we een reeks omhelzingen tussen de hippie jongen en verschillende voorbijgangers te zien. Andere mensen nemen het bord over en verspreiden de boodschap.

Want er zit natuurlijk een boodschap achter deze video, namelijk de Free Hugs Campaign van Juan Mann – de hippie jongen die wat op John Lennon lijkt. De campagne begint dat ook met een verhaal uit Manns leven, dat ik hier – voor het gemak – citeer van het e-Book dat Mann schreef:

I returned to Syndey from London after my family fell apart, my fiancée left me and my life seemed in ruins. The last words my Dad shared with me before my family went their own ways in London had been, “You can’t change the world, but you can make a difference.”But what world? Without family or purpose, what difference could I make?

I spent months living alone in the Blue Mountains, having little contact with the people and the world around me. Every day, I remembered that moment returning to Sydney Airport. Just standing there in the arrivals terminal, watching other passengers meeting their waiting friends and family, with open arms and smiling faces. Hugging each other, laughing together, happy to see each other. Even strangers had people waiting with their name on a sign, expectant faces of men in suits waiting to see who would find them.
I wanted someone out there to be waiting for me. To be happy to see me and to smile at me. To hug me.

Mann voelt zich geisoleerd van de wereld en het is pas op het moment dat een meisje naar hem toekomt op een feestje van een vriend en ze hem omhelst dat hij zich weer betrokken voelt bij zijn omgeving.

Standing in a corner of the room, watching people enjoying each other’s company, I wondered, “I have nothing to talk about, I have no way of making someone else smile… what can I do to cheer somebody else up? What can I do to cheer up myself?”
While I was deep in thought a young lady strolled out of the crowd and right up to me, smiled into my eyes and wrapped her arms around me.

In that moment I discovered something I’d known all along, but hadn’t realised or had simply forgotten in my sadness. I’d found the one thing I’d been truly missing, in all that time I’d spent alone.

Hugs are amazing. Everyone involved in a hug benefits, everyone feels better for it!

This young lady had given me a hug for the first time in a long time. I felt happier. My problems weren’t solved, the world hadn’t changed there and then, but that hug had made a difference to my life.I immediately knew what I was going to do.I was going to make a sign and offer Free Hugs to everyone and anyone. It doesn’t matter how rich or how poor, how old or how young, who they were or where they came from. A free hug would be free of charge and free for all!

Wereldwijd
Ik vind het een prachtig verhaal: wildvreemden voorzien van een beetje menselijke warmte. Helaas leven we in een wereld waar dat niet zomaar kan: zoals je in de video kunt zien, komen er al snel mannen in blauw vertellen dat al dat geknuffel op straat echt niet kan. Stel je toch eens voor, straks is het sodom en Gomorra in de straat.

Gelukkig laten de freehuggers zich niet uit het veld slaan. Wat begon als een singuliere actie schijnt nu in 80 landen voor te komen. De eerste zaterdag na 30 juni is de internationale Free Hugs Day. Dat is nog eens andere koek dan complimentjesdag. De video dateert alweer uit 2004, toch is de campagne nog steeds in beweging, getuige deze blogposts van Juan Mann over recente Free Hug Days.

Ik vind dat een mooi idee. Lossen we hier wereldproblemen mee op? Natuurlijk niet, maar een beetje menselijke warmte op zijn tijd kan een hoop goed maken. Dat is de boodschap die ik uit de video en de site van de Free Hugs Campaign haalde.

Het zou heel goed kunnen dat betreffende de video in scène gezet is, denkt de cynicus in mij. Maar eigenlijk maakt dat niet uit. Zelfs al was dit alleen maar een slimme videoclip geweest om het liedje van de band te promoten, dan nóg was de boodschap overgekomen.

Social media
In The Illustrated Guide vertelt Mann dat de eerste keer dat hij met zijn bord de straat opging er uiteindelijk een vrouw stopte wiens dochter precies een jaar ervoor was omgekomen in een auto-ongeluk. Door de omhelzing voelde de vrouw zich even beter, zeker, maar even belangrijk was het feit dat ze haar verhaal aan iemand kwijt kon. Aan iemand die bereid was om naar haar te luisteren.

Wat mij betreft hoeven we dus niet per se de straat op. Sociale media stellen ons in staat om naar elkaar te luisteren, om verhalen te horen/te lezen van mensen die we niet persoonlijk kennen, maar naar wie we wel bereid zijn om te luisteren. Mensen wiens blogposts of tweets we willen lezen.

Twitter, blogcomments kunnen tot op zekere hoogte hetzelfde effect bewerkstelligen. Namelijk het gevoel geven dat we niet alleen in de wereld zijn. Dat er anderen zijn die ons horen, reageren, zelf iets toevoegen.

Categorieën
Bloggen

Een nieuw begin

Welkom op mijn nieuwe blog, Michael Minneboo.nl/blog. Na 3½ jaar bloggen op Mike’s Webs (gehost door Blogger) werd het tijd voor een adres onder mijn eigen naam.

Ilustratie: Paul Stellingwerf

Als freelancer moet je jezelf immers duidelijk presenteren en makkelijk te vinden zijn op het web. Het nieuwe blog is daarom onderdeel van een groter geheel, een portfoliosite waarin ik mijn werk en mezelf presenteer aan toekomstige opdrachtgevers. Mocht je mijn schrijfwerk willen volgen, hier is de rss-feed.

Blogger werd op den duur toch wat te beperkt voor mijn doeleinden. Daarom een nieuw adres. De kamers in het nieuwe huis zijn inmiddels onderverdeeld, maar moeten nog definitief ingericht worden. MichaelMinneboo.nl is in grote lijnen klaar, maar zal de komende tijd nog op een paar details worden aangepast.

Een nieuwe jas
Hulde aan stripmaker Paul Stellingwerf die de header en het design van de site verzorgde. Ik ben er in ieder geval zeer content mee.

Het voelt goed om weer fris op een nieuwe plek te kunnen beginnen, een kans om het anders aan te pakken. Niet dat ik opeens over heel andere onderwerpen ga bloggen: beeldcultuur, strips en film/video zijn nu eenmaal de thema’s waar ik met veel plezier over schrijf en waar ik als freelancer voor ingehuurd word. Ik wil me juist meer op deze onderwerpen gaan focussen en andere thema’s  laten liggen.

Ook zal ik binnenkort een nieuwe reeks Mike’s Webisodes produceren.

Mike’s Webs gaat overigens niet verdwijnen: een kleine selectie oude blogposts komen op de nieuwe site terecht, de rest zal gewoon op het oude adres beschikbaar blijven. Behalve op dit blog zijn mijn artikelen ook te lezen op onder andere het stripblog van Zone 5300, het filmblog van de Zone, de boeken-pagina van de VPRO, EeuwigWeekend.nl en Kutbinnenlanders.nl.

Ik hoop in mijn nieuwe huis oude bekenden die mijn vorige webstek bezochten, ook weer te mogen ontvangen. Al duurt het meestal even voordat mensen gewend zijn aan een nieuw adres.

Mocht je nog op- en aanmerkingen hebben op de site omdat bepaalde onderdelen nog niet lekker werken, dan hoor ik het graag. Stuur een mailtje naar m.minneboo@gmail.com. Bij voorbaat dank.